Het enige wat biee
is ie klaagmuur
mam
ÜSBBMI
Tisj 'a Be-Aw
98
Churchill
is dood
stereo, ook mono
op schuim gestoffeerd
Vrijdag en zaterdag
ter meulen
Op onze grammofoonplaten-
afdeling is er voor elk wat wils.
Neemt U alleen maar de Baxter
serie, waarin o.a. een sprookjes
plaat van Aart Staartjes, leuk
voor kinderen en volwassenen,
een fijne Tijuana plaat of mooie
geestelijke liederen.
Baxter l.p.'s, normale 30 cm
l.p.'s van een goede kwaliteit,
stereo, maar ook mono af
speelbaar.
Kies uit de 12 titels w.o. Won-
deraccordeon, Honky Tonk, Ti
juana, geestelijke muziek, Krö-
nungsmesse, Strausswalsen, een
leuke sprookjesplaat door Aart
Staartjes en Kitty Jansen, Kin
derliedjes en Zondagschoollied
jes Uw nieuwe l.p. voor nog
géén twee gulden.
Vanaf vrijdagmorgen 9 uur ver
kopen wij in het souterrain
deze Baxter l.p.'s, 30 cm l.p.'s,
stereo én ook mono afspeel
baar, keuse uit 12 titels,
Elke vrijdagavond tot 9 uur open
Ook maandagmorgen open
Géén tel. of schrift, best.
Dat weet u natuurlijk al lang. Maar wat
wij en u niet wisten is dat nu ook
„onze" Churchill dood is. Ja, dat
wil zeggen, het is niet geheel zeker.
Maar laat ik u niet langer in raadse
len aanspreken. Op onze weg naar
ons vakantiehuis telden wij de ze
ven vreugdeh. Daar hoorde indertijd
het uitzicht van de Brienenoord-
brug bij en allerlei punten, zoals een
prachtig gerestaureerd huis, een ge
weldig goed onderhouden tuin en
dergelijke.
Maar ook, en daar gaat het om, die
oude baas die nu al jaar en dag op
een stoel aan de weg zat. Hij had
daar een bedrijf in iets onduidelijks.
Was het een kolenmagazijn of was
het oud-ijzer? Ik weet het niet
meer. Maar één ding trof ons inder
tijd onmiddellijk, nl. zijn sprekende
gelijkenis met de oude Churchill.
Het kon een tweelingbroer van hem
zijn.
Zoals hij daar zat met een sigaar en een
soort wandelstok. Wij begonnen
hem te groeten als we langs kwa
men. Wij bedachten zelfs een
smoesje -zoiets van even de weg
vragen - om hem te horen spreken.
Want één van ons had een fantasie
die wat zulk soort zaken betreft
geen grenzen kent.
Hij fantaseerde dat de echte Churchill
niet dood was, maar dat hij een
tweelingbroer in Brabant had, die
was gestorven en toen had hij om
zo te zeggen geruild, om eindelijk
eens van al het gezanik en alle
officieel gedoe af te zijn. En
daarom zat de echte Churchill daar.
Vandaar dat wij hem, om deze fantasie
de kop in te drukken, aanspraken
om tot de ontdekking te komen dat
hij perfect onze taal sprak en ons
desgevraagd ook wel wilde meede-
lendat hij reeds vijftig jaar deze zaak
gedreven had.
Maar nu is hij dan toch dood. Want wij
zien hem niet meer. De stoel is weg.
De zaak is dicht. Hij kan nog naar
een rusthuis zijn, maar daar leek hij
ons de man niet naar. We zullen
hem niet meer zien.
Alle mensen zijn anders, maar soms
kan er toch een sterke gelijkenis
bestaan. Een gelijkenis die vanwege
de totaal andere omstandigheden
verwarring zaait. Maar nu is alle
twijfel weg. Hoewel, we zullen het
nooit zeker weten.
Medemen?
Sommigen kopen deze moderne
bamboegordijnen als originele
dekoratie in hun huis...,, ande
ren omdat ze zo doelmatig zijn.
Bamboegordijnen, voor een de-
koratieve afscheiding tussen 2
kamers, ook bijzonder geschikt
voor de keuken- of balkondeur.
En met deze gordijnen houdt
U de vliegen buiten, terwijl er
toch frisse lucht binnenkomt.
Originele gordijnen, gemaakt
van bamboestaafjes en kralen,
goed ventilerend.
Nu 24 strengen met een totale
maat van 85 x 203 voor nog
géén tientje.
kralengordijn
198
Vrijdag en zaterdag verkopen
wij op de eerste etage deze
bamboegordijnen, in naturel,
24 strengen met een
totale maat van
85x203 cm ff ff Hij
Elke vrijdagavond tot 9 uur open
Ook maandagmorgen open
Géén tel. of schrift, best.
DE HAVENLOODS - DONDERDAG 6 AUGUSTUS 1970
joodse humor: men ging namelijk m
Jeruzalem collecteren „voor de arme
Florus". Die vond dat echter helemaal
niet leuk en liet als straf voor deze
belediging zijn soldaten in de stad de
beest uithangen. T oen brak in het jaar
66 de opstand uit. Daarbij vormden de
joden twee partijen. Een gematigde
onder leiding van de hogepriesters
Ananias en Johoshua en een partij van
fanatieke nationalisten, de zeloten.
De onderlinge verdeeldheid der joden,
die tenslotte ontaardde in een burger
oorlog binnen de muren van Jeruza
lem, heeft de Romeinen niet weinig in
de kaart gespeeld. Hadden zij één front
gevormd tegen de Romeinen, dan was
het nog de vraag geweest of deze de
opstand hadden kunnen onderdruk
ken, temeer daar zij tegelijkertijd had
den te kampen met een opstand in
Gallië (Frankrijk). Hoe dan ook, de
opstand had voor de joden een tragisch
verloop. Binnen drie jaar tijds hadden
de Romeinse legioenen onder Vespasi-
anus en diens zoon Titus geheel Judea
aan zich onderworpen. Jeruzalem was
een belegerde vesting waarbinnen de
bevolking honger leed
Toen tenslotte in het jaar 70 de stad in
de natuur
viert feest
BLUD0RP
Heeft U geen caravan of zomer
huisjedan toch zeker wel
een tuintje of balkon, waar U
veel plezier zult hebben van
deze komfortabele stoelen.
Vouwfauteuil de luxe, een
praktische stoel, klein inklap
baar, met houten armleggers,
en verend opgehangen op
schuim gestoffeerd doek voor
een komfortabele zit).
Nu koopt U deze fauteuils per
stuk voor nog géén twaalf gul
waren er heer en meester, vervolgens de Byzantijnen, de Arabieren, de
Seldzjoeken, de Kruisvaarders, de Mamelukken en tenslotte de
Turken die er het langst de baas zijn geweest, namelijk van 1517 tot
1917. Van 1917 tot 1948 hadden de Engelsen er een mandaat, wat
neerkwam op een tamelijk onduidelijk bestuur.
Na het uitroepen van de onafhankelijke staat Israël in 1948, was
Jeruzalem een verdeelde stad en dat wat de joden nog restte van hun
eens zo schitterende heiligdom, de Klaagmuur, lag op Jordaans
gebied. De Jordaniërs stonden niet toe, dat ook maar één jood de
Klaagmuur zou aanraken. Voor vele Israëli's was dan ook de
verovering van het oude, Jordaanse stadsdeel de grootste winst van de
juni-oorlog.
drongen doo: tot het tempelgebouw.
Op dat moment greep één der soldaten
zonder op een bevel te wachten en
zonder vrees voor de gevolgen van zijn
daad - als door een goddelijke ingeving
gedreven - een brandend stuk hout. Hij
slingerde het, nadat hij door kamera
den was opgetild, door het gouden
poortje, de toegang tot de tempelver-
trekken aan de noordzijde.
Zodra de Joden de vlam zagen
uitslaan, hieven ze een geschreeuw aan
dat evenredig was aan de grootte van
het ongeluk. Ze schoten te hulp zon
der aan levensgevaar te denken of hun
krachten te sparen, omdat de tempel
die ze vroeger steeds vóór alles
getracht hadden te behoeden, nu te
gronde dreigde te gaan. Haastig liep
een der Romeinen naar Titus om hem
van het gebéurde op de hoogte te
stellen. Deze sprong op en liep zo als
hij was, naar de tempel om de brand in
de kiem te smoren. Achter hem kwa
men de bevelhebbers gevolgd door
enkele geschrokken legioenen. Het ge
schreeuw en de verwarring waren ont
zettend. Titus trachtte met roepen en
gebaren de soldaten te beduiden dat ze
moesten blussen. Maar men kon hem
De opstandelingen hadden de hoop de
tempel te redden al opgegeven. Ze
werden overal neergestoken of op de
vlucht gejaagd. Hele troepen burgers,
zwakke en ongewapende mensen, wer
den gegrepen en vermoord. Op het
altaar hoopten zich de lijken op, langs
de trappen van het altaar stroomde het
bloed, terwijl de lijken van boven naar
beneden rolden.
Toen Titus merkte dat hij niet in staat
was zijn als wild geworden soldaten in
bedwang te houden en het vuur steeds
verder om zich heen greep, ging hij
met de bevelhebbers het allerheiligste
binnen om alles in ogenschouw te
nemen. Naar zijn mening overtrof het
nog de roep die er van uit ging en was
de tempel de verheerlijking en het
hoge aanzien welke deze bij de joden
genoot, ten volle waard.
Daar het vuur nog nergens het binnen
ste van de tempel had bereikt en alleen
nog de om de tempel aangebouwde
vertrekken brandden, meende Titus
- en terecht - dat de tempel zelf nog
wel te redden was. Hij sprong naar
Biddend bij de Klaagmuur, het enige wat van de tempel is overgebleven.
den, was één van hen die naar binnen
gedrongen waren, hem te vlug af en
had in het duister vuur onder de
hengsels van de poort gelegd. Daar n
plotseling ook binnen het vuur
uitsloeg, trokken Titus en de bevelheb
bers zich terug en probeerde verder
niemand meer de soldaten van het
brandstichten te weerhouden. Zo ging
tenslotte, tegen Titus' wil, de tempel
toch in vlammen op".
handen viel van de Romeinen hadden
de zeloten zich verschanst in de tem
pel. Voor het vervolg van dit verhaal
wil ik de joodse geschiedschrijver Fla-
vius Josefus aan het woord laten, een
ooggetuige die de gebeurtenissen te
boek heeft gesteld. Het is het moment
waarop Titus de zeloten tracht over te
halen de tempel te verlaten.
„Titus sprak, van smart vervuld,
Johannes en de zijnen (Johannes van
Gischala met zijn zeloten-T.H.) nog
maals beschuldigend toe en riep: Boos
doeners, hebt gij, joden, niet zelf de
afscheiding om het heiligdom opge
trokken? Hebt gij niet de zuilen opge
richt waarop in het grieks en romeins
het opschrift staat te lezen dat het
niemand geoorloofd is de grens te
overschrijden? Hebben wij u niet toe
gestaan iedereen die dit verbod over
treedt te doden, zelfs wanneer het een
Romein zou zijn? En nu, goddelozen,
loopt ge in dat heiligdom rond over
lijken, en bezoedelt ge de tempel met
het bloed van vreemden en landslie
den. Ik roep mijn eigen goden en Hem,
die vroeger op deze plaats wellicht
genadig heeft neergezien - want nu
doet Hij dat niet meer, geloof ik - ik
roep mijn leger, de joden die bij mij
zijn en u zelf tot getuigen aan, dat ik u
niet genoodzaakt heb deze plaats te
ontwijden. Indien ge een andere plaats
kiest om verder te strijden, zal geen
Romein het heiligdom betrede^ noch
beschimpen. De tempel wil ik voor .u
redden ondanks uzelf"
fiODOaiJKE INGEVING
Titus was vast besloten de volgende
dag in alle vroegte een aanval te doen
en de tempel te omsingelen. „Lang
tevoren schrijft Flavius Josefus, „had
God echter besloten dat de tempel in
vlammen zou opgaan en de door het
lot bepaalde tijd was de 5e augustus 70
aangebroken - dezelfde dag waarop de
vroegere tempel door de koning der
Babyloniërs in de as was gelegd. Toen
Titus zich namelijk een ogenblik in
zijn tent had teruggetrokken, deden de
opstandelingen na een korte rustpauze
weer een uitval op de Romeinen.
Dit leidde tot een gevecht tussen de
bezetters van de tempel en de soldaten
die opdracht hadden het vuur (dat de
zeloten op een van de tempelgaanderij
en hadden ontstoken) te blussen. De
Romeinen dreven de joden terug en
niet verstaan en ze schonken geen
aandacht aan zijn gebaren. De legioe
nen die kwamen aanstormen, waren
niet meer tegen te houden met ver
maningen of bedreigingen. Een algeme
ne verbittering tegen de joden voerde
de hoofdtoon. Aan de ingang ontstond
zo'n gedrang, dat velen door hun eigen
krijgsmakkers onder de voet werden
gelopen. Anderen kwamen in de gloei
ende en rokende puinhopen van de
zuilengang terecht en deelden zo het
lot van vroegere slachtoffers. In de
nabijheid van de tempel gekomen de
den ze als ze niets hoorden van Titus'
bevelen en riepen degenen die voor
hen waren toe het vuur in de tenlpel te
gooien.
Het model van de tempel te Jeruzalem.
voren, trachtte persoonlijk de soldaten
tot blussen te bewegen en gaf aan
Liberalis, één der lijfwachten,
opdracht hen zo nodig met stokslagen
te dwingen. Maar de woede en de haat
tegen de joden en de vechtlust waren
groter dan de vrees voor straf en de
eerbied voor Titus.
Voornamelijk werden de soldaten ge
dreven door de hoop op buit, daar ze
in de mening verkeerden, dat het
binnenste van de tempel met schatten
gevuld zou zijn, waar alles aan de
buitenkant al van goud was gemaakt.
Terwijl Titus snel naar voren was
gelopen om de soldaten tegen te hou-
Flavius Josefus besluit deze episode
met de volgende regels: „Dit was dus
het einde van de schitterende en
wereldberoemde stad Jeruzalem, als
gevolg van de waanzin der opstandelin
gen". Daaruit blijkt zijn wat eenzijdige
kijk op de gang van zaken. Josefus:
heeft bij zijn geschiedschrijving - die
overigens wel historisch betrouwbaar
is- een en ander gezien vanuit het
oogpunt van de bezetters. Want dat
waren de Romeinen in Judea in ieder
geval en als zodanig vormden zij de
aanleiding tot deze opstand. Dat Titus
in dit verhaal als de grote cultuurbe
schermer die de tempel wil redden
naar voren komt is niet zo onwaar
schijnlijk. De Romeinen hadden over
het algemeen grote bewondering voor
de kunst en de architectuur en ook
voor de godsdiensten die zij aantroffen
in het oosten. De beschrijving die
Josefus geeft van Titus' gedrag, kan
men dus niet zonder meer op rekening
schrijven van zijn genegenheid voor
deze Romein die als zijn beschermer
optrad.
DIASPORA
Tijdens de strijd en na de val var
Jeruzalem zijn duizenden joden ver
moord en tienduizenden in slavernij
weggevoerd. Dit was het begin van do
diaspora, de verstrooiing, die haar
dieptepunt bereikte na het neerslaan
van de opstand onder Simon bar
Kochba in 135 (die overigens ook ail
weer was ontstaan doordat keizer
Hadrianus op de plaats van de tempel,
een tempel wilde bouwen gewijd aan
Jupiter Capitolinus). In 135 na Chris
tus hield de staat Judea op te bestaani.
De Romeinen noemden deze provinci e
voortaan Palestina.
Het oudste gedeelte van Jeruzalem. Rechts op de achtegrond de Omarmoskee, op de plaats waar eens de tempel heeft ge
staan.
Wanneer maandagavond 10 augustus de zon is ondergegaan, begint
„Tisj 'a Be-Aw". Het is de hebreeuwse naam voor de negende dag van
de maand Aw. die dit jaar op 11 augustus valt. Tisj 'a Be-Aw is voor
de joden een treurdag, een dag van vasten. Van de zonsondergang op
10 augustus tot het zichtbaar worden van de sterren op dinsdag 11
augustus herdenken zij, dat 1900 jaar geleden, in augustus van het
jaar 70 na Christus de tempel in vlammen opging en Jeruzalem in een
puinhoop werd herschapen. Het enige wat van de tempel overbleef
was een muur. Een muur die de geschiedenis is ingegaan als de
Klaagmuur.
Sinds de juni-oorlog van 1967 is Jeruzalem weer een joodse stad.
1900 jaar lang is zij in tal van vreemde handen geweest. De Romeinen
Wie met de geschiedenis van het joodse
volk enigszins op de hoogte is, zal
beseffen, dat Israël nooit goedschiks
het oude gedeelte van Jeruzalem weer
zal afstaan aan Jordanië of haar tot
vrije stad laten verklaren onder toe
zicht van de Verenigde Naties. Jeruza
lem was en is voor de joden méér dan
een stad. Jeruzalem is Sion en daarin
vormde de tempel het godsdienstige
middelpunt. De vernietiging van dit
bouwwerk in het jaar 70 vormt voor
de joden een dieptepunt in hun
geschiedenis. Het ligt daarom voor de
hand, dat tal van joden denken aan
herbouw van de tempel. Aangezien
thans op de plaats van de oude tempel
de Omar-moskee staat, is het duidelijk
dat hier grote voetangels en klemmen
liggen.
Sinds 22 jaar is de joodse staat Israël
weer een onafhankelijke natie en de
militair sterkste macht in het Midden-
Oosten. In het jaar 70 was dat anders.
Toen bestond het rijk Israël trouwens
niet meer en bestond alleen de staat
Judea, omvattende de stammen Juda
en Benjamin, twee van de twaalf stam
men die samen het volk Israël hadden
gevórmd. De andere tien stammen zijn
eeuwen voor onze jaartelling in balling
schap weggevoerd en „opgegaan in de
volkeren".
Dit rijk Judea met als hoofdstad Jeru
zalem was omstreeks 330 voor Chris
tus een deel geworden van het rijk van
Alexander de Grote die het op zijn
tocht naar Egypte en passant had
ingelijfd. Na diens dood maakte het
deel uit van het Syrische diadochen-
rijk, totdat de Romeinen in 63 de
touwtjes in handen namen. Een rustige
provincie is het tot verdriet van beide
overheersers nooit geweest. Dat lag
min of moer aan henzelf want in beide
gevallen ontbrandde de strijd toen de
vreemdelingen hun handen uitstrekten
naar de tempel. Onder de Syrische
Selcuciden waren het de joden die de
strijd wonnen (opstand der
Makkabeeën), maar in 70 na Christus
trokken de Romeinen aan het langste
DE ARME aORUS
De aanleiding tot de strijd in Judea
was het optreden van de Romeinse
stadhouder Florus. Deze zat kennelijk
om geld verlegen, want hij stak zijn
handen uit naar de tempelschatten.
Het gevolg was een typisch staaltje van
Vrijdag en zaterdag verkopen
wij op de camping-afdeling, 2e
etage, deze vouwfauteuil de
luxe, de campingstoel bij uit
stek, natuurlijk ook voor de
tuin en het balkon, met verend
opgehangen doek (op schuim
gestoffeerd, zit heerlijk)
en houten arm
leuningen
Fuchsia-expositie
in Rivièrahal
Het wordt traditie, dat de Nederlandse
Kring van Fuchsiavrienden elke twee
jaar een grote tentoonstelling organi
seert. Dit jaar zal deze bloemenpracht
te bewonderen zijn in de Rivièrahal
van de diergaarde Blijdorp te Rotter
dam en wel van donderdag 13 augustus
tot en met zondag 16 augustus.
Aan de tentoonstelling is een wedstrijd
verbonden, waarbij de beste planten,
die voor bepaalde rubrieken kunnen
worden ingezonden, zullen worden be
kroond.
De Rivièrahal is op donderdag geopend
van 14 tot 22 uur, op vrijdag en
zaterdag van 10 tot 22 uur en op
zondag van 10 tot8 uur. De entreeprijs
bedraagt f.2,-: voor slechts f.2,
meer (kinderen f. 1,- meer) heeft men
tevens toegang tot de diergaarde, die
van 8.30 tot 18 uur geopend is.
Avondvaarten van
naar Pernis
De Spido-havendienst organiseert op
de vrijdagen 7, 14, 21 en 28 augustus
avondvaarten naar Pernis en de Botlek.
De prijs van deze tochten bedraag voor
volwassenen zes gulden en voor kinde
ren van vier tot en met 14 jaar drie
gulden. Het schip vertrekt om acht uur
en is om ongeveer elf uur weer terug.
Voorts bestaat de mogelijkheid aan
boord deel te nemen aan een koud
buffet of te dineren. Dit moet echter
wel twee dagen van tevoren worden
opgegeven aan de Spido, Willemsplein
Rotterdam, tel. 135400.
Spido