Raadselachtige vraag naar tuinkabouters Studiereis voor scholieren naar Amerika Aardmannen veroveren de gazonnen DE HAVENLOODS, DINSDAG 11 MEI 1971. 19-300 I PAS op I 3 VOOR DC l IHÜ^ABOUTCrJ De Foreign Study League is de groot ste organisatie ter wereld op het gebied van internationaal onderwijs. Sinds 1964 organiseert de Foreign Study League studiereizen voor Amerikaanse studenten en scholieren. Het acade misch programma werd ontwikkeld in samenwerking met vele Amerikaanse universiteiten zodat de deelnemers „credit" kunnen krijgen en dus eigen lijk een tentamen doen terwijl ze in Europa, Azië of Afrika de taal en de cultuur in de verschillende landen be studeren. In de loop der jaren werden eigen Foreign Study League kantoren opge richt in Rome, Madrid, Wenen, Parijs, Londen en Rotterdam. Aanvankelijk hielden deze kantoren zich voorname lijk bezig met de afhandeling van inkomende reizen. Dit jaar zijn de Europese kantoren begonnen met de organisatie van uitgaande reizen. Voor studenten en scholieren, maar in de toekomst ook voor andere belangen groepen. De Foreign Study League hoopt met de organisatie van geheel verzorgde edukatieve reizen bij te dragen tot een beter internationaal begrip. Voor dit jaar organiseerde de Foreign Study League N.V. talencursussen in Engeland en Frankrijk. Alle deelne mers zullen worden ondergebracht in zorgvuldig geselecteerde gezinnen om zich snel vertrouwd te kunnen maken met de levende, gesproken taal. De cursussen worden gegeven in centraal gelegen scholen, waar de deelnemers dagelijks van 10 tot 12 uur les krijgen in de spreekvaardigheid en grammati- ka. Edukatieve excursies en lezingen door gastsprekers completeren het pro gramma. Programma In samenwerking met het hoofdkan toor in Salt Lake City, werd een studiereis georganiseerd naar Amerika voor studenten en scholieren. De deel nemers aan deze unieke reis zullen 4 weken in een gastgezin verblijven in de voorsteden van Washington D.C. Deze families hebben veelal zelf kinderen die met de Foreign Study League naar Europa zijn geweest. De Amerikaanse gastvrijheid staat er garant voor dat de deelnemers hartelijk worden opgenomen en deel zullen nemen aan alle gezinsaktiviteiten. In Washington zal 4 maal per week gedu rende 3 uur les worden gegeven in de Engelse taal. Op de overige dagen en 's middags is er tijd voor excursies, sportevenementen, discussiegroepen enz. gecoördineerd door de plaatselijke Foreign Study League vertegenwoordi gers. Na deze 4 weken gaan de deelnemers via Pennsylvania voor 3 dagen naar New York. De totale kosten voor dit programma zijn f 1.445.-. In deze f 1.445.— zijn begrepen de interkonti- nentale retourvlucht,- alle vervoer in Amerika, volledige verzorging in het gastgezin, verblijf in New York in een hotel, cursus Engels, alle excursies, alle gezamenlijke aktiviteiten enz. Genoemde programma's zijn geen uit wisselingsprogramma's en de deelne mers aan deze reizen zijn geenszins verplicht later een buitenlandse stu dent op te nemen. Voor verdere informatie: Foreign Stu dy League (Northern Europe) N.V., Mauritsweg 39, Rotterdam, telefoon 010-110001. Het heeft er sinds vorig jaar alle schijn van, dat de tuinkabouters, die een tijdlang met de gazonbezitters in on min leefden, weer in vrede zijn aange nomen. Immers, duizenden gepunte aardmannen komen het land binnen, bevolken winkelafdelingen voor tuin- benodigdheden en bezetten ongege neerd de mooiste plekjes van de 16 vierkante meter stadstuin en van de lappen groen, die men op het land bij de diverse behuizingen aantreft. Dam pend met een toffe pijp, met een hengel, een kruiwagen, schop, boek, fluit of trekharmonica in de handen, of in welke andere situatie dan ook, kunnen ze aangeschaft worden. Ook een insider weet niet te verklaren, waardoor die hausse in tuinkabouters is ontstaan. In Leiderdorp woont een importeur van Duitse dwergen. Hij heeft met zijn lilliputters zoveel suc ces, dat hij ze kan blijven aanslepen. Importeur B. van der Veer is een Rotterdammer - geboren en getogen in Kralingen en later verhuisd naar Overschie die het oorspronkelijk (en nog) in het uitgeversvak zocht. Ernaast is hij handel gaan drijven in exclusieve relatiegeschenken en tuinspullen. „Dat kwam spelenderwijs", zo vertelt hij in zijn riant ingericht kantoor. „Tijdens een vakantiereis naar Zweden —het noorden is voor mij wat voor anderen de zuidelijke zonnekusten zijn vond ik voor mijn eigen tuin een zonnewij zer, die ik in Nederland nooit voor een acceptabele prijs had kunnen kopen. Hier waren ze ontstellend duur. Lo gisch, dat ik er een handeltje in zag. Het gelukte mij het verkooprecht voor Nederland te krijgen en ik zat in de tuinspullen. Tweeëneenhalf jaar gele den wandelde ik over de Keulse Jaar beurs en daar werd ik getrokken door de stand van Heissner, de toonaange vende fabrikant in Duitsland van tuin kabouters. Met het idee van ,je kan nooit weten" heb ik een paar van die geverfde dwergen gekocht en zie, ik was ze binnen een mum van tijd kwijt". Smoeltjes Ondanks een steeds groter wordende concurrentie en het feit dat de prijzen van de Heissner-kabouters niet de laag ste zijn, blijft de aftrek groot. Van der Veer's plastic volgelingen sierden zelfs de voorpagina van de Haagse Post, terwijl meerdere publiciteitsmedia aan dacht aan deze merkwaardige handel schonken. De heer Van der Veer: „Het gaat, zoals in elke business om de kwaliteit en betrouwbaarheid van het lopen. Neem die aardmannen. Dat is geen tweede keus. Ze hebben stuk voor stuk grappige smoeltjes en zitten goed in hun verf. Als het regent zul je beslist geen rode, groene of wat voor kleur verf dan ook aan je handen krijgen. Verder kijken ze je eerlijk open aan en waaien ze bij de eerste de beste windvlaag niet onderste boven. Ze kunnen bovendien opgevuld wor den met zand. Kijk, dat zijn de gehei men van eersteklas kabouters. Voeg je bij dit alles een. eerlijk vakmanschap iets wat ik nog bij Abraham van Stolk en Zoonen heb geleerd - dan blijf je de concurrentie de baas. Waar om er echter meer vraag naar tuinka bouters is gekomen, is niet helemaal duidelijk. Voorlopig houd ik het maar op de gestegen welvaart en de groeien de vrije tijd van de mensen. Men heeft de tuin veelal als hobby gekozen. Eerst heeft men de centen besteed aan de wasmachine, de auto, de tv en de stereo-combinatie en nu gaat men tui nieren. En om zo'n tuin op te smuk ken kopen velen een tuinkabouter, die naast z'n decoratieve functie voor het kind, bevrediging als speelgoed biedt. Die dingen brengen nu eenmaal vrolijk heid in de tuin. Iets wat we in deze koude nuchtere wereld node missen". Mysterieus Waarom het nu speciaal kabouters moeten zijn is een raadsel. Ook voor Van der Veer; „Het gekke is, dat ik bijvoorbeeld voor Sneeuwitje geen em plooi heb. Als u me vraagt waarom, weet ik het niet Tenslotte kan men met de figuren en dieren, die in plastic bestaan, een complete sprookjestuin fabriceren. Die gewipneusde kereltjes blijven het meest in trek. In Drenthe zie je bijzonder veel kabouters op het gras, maar kom je bijvoorbeeld in Groningen, dan zie je ze bijna niet meer. Misschien dat er rondom deze figuurtjes toch een bepaalde myste rieuze sfeer hangt. Zelf heb ik een enorm grote tuin, maar een kabouter heb ik er niet in. Eens zat er één bij mijn vijver, maar toen ik hem goed verkopen kon heb ik hem weggehaald. Nu staat er alleen maar een zonnewij zer. Ik weet niet wat het is, maar in mijn tuin staat zo'n ventje met een rooie puntmuts gewoon niet. Het klinkt misschien als anti-reclame, maar ik voel het zo". Hoe oud de manie om je een tuinka bouter aan te schaffen is, is niet bekend. Maar men zegt, dat reeds in de 18de eeuw in Duitsland dergelijke ge drochten bestonden. Waarom nu perse kabouters? Niemand, die zich daar zorgen over maakt. Ver over de 10.000 Nederlanders vonden ze het vorig jaar domweg geinig en schaften er zich één aan. Misschien komt het door de in deze dagen opmerkelijk vaak gehoorde roep naar de verloren gegane roman tiek. Vooral bij jonge mensen is dat sterk te merken. Ze dragen ouderwetse kléren en lopen de rommelmarkten plat om iets uit de tijd van opa en oma terug te vinden. B. van der Veer; „Ja, die romantiek. Ondakns de aantrek kingskracht, die de kabouters op me Uitoefenen geloof ik niet, dat ik ro mantisch ben. De mooiste stad is voor mij wel Wenen en het prettigste tijd verdrijf het kijken naar operettes, maar aan de andere kant ga ik graag naar Rotterdam, omdat hef zo'n hevig in beweging zijnde stad is". Maar als de heer Van der Veer even later lyrisch uithaalt over de landelijke omgeving rondom zijn huis met de ruim 2 kilometer zicht, die hij vanuit z'n venster heeft, de zon die.net onder gaat, de nevel die boven de weilanden staat, de reiger die aan komt wiegen, het lammetje dat met 4 poten tegelijk van de grond springt en de snoek die doodstil in het water staat, weten we wel beter. Desalniettemin bij hem geen kabouter in de tuin. „Een tuinkabou ter moet in een speciaal hoekje staan. Ergens bij een waterput, aan een vijver of op het gladde oppervlak van het gazon. Je moet hem goed kunnen zien en toch moet ie ook weer niet te opvallend staan. In elk geval moet je hem nooit tussen de narcissen zetten". H. van C. Maatregelen tegen kleine instellingen voor maatschappelijk werk Veel instellingen voor algemeen maat schappelijk werk en voor gezinsverzor ging en gezinshulp in Nederland kun nen niet of ternauwernood voldoen aan eisen, die men vanuit moderne opvattingen omtrent de bedrijfsvoering in de maatschappelijke dienstverlening mag stellen. Doordat zij in vele geval len voor een kleine bevolkingsgroep zijn opgezet en dientengevolge slechts over een kleine personeelsbezetting kunnen beschikken, kunnen zij in be perktere mate dan mogelijk is aan onder de bevolking levende behoeften beantwoorden. Daarom heeft de staatssecretaris van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk, mr. H. J. van de Poel, in maart 1970 aan de Nationa le Raad voor Maatschappelijk Welzijn en aan de Centrale Raad voor Gezins verzorging advies gevraagd inzake het treffen van maatregelen, waardoor uit de vele te kleine instellingen grotere instellingen en doelmatiger werkeenhe den tot stand kunnen worden ge bracht. In overeenstemming met de door beide landelijke beleidsorganen uitgebrachte adviezen heeft de staats secretaris op 26 april aan de instellin gen voor algemeen maatschappelijk werk en voor gezinsverzorging circulai res verzonden, waarin hjj de volgende maatregelen aankondigt: 1. Op 1 juli 1971 gaat een periode van twee jaar in, waarin provinciale en grootstedelijke adviescommissies door inventarisatie een planning kunnen voorbereiden van door fusie of ander ziens te vormen grotere instellingen. De staatssecretaris heeft de provinciale besturen en de gemeentebesturen van Amsterdam, Den Haag en Rotterdam schriftelijk verzocht het initiatief tot het instellen van deze adviescommis sies te nemen. 2. Op 1 juli 1973 gaat voor de betrok ken instellingen een periode van drie jaar in, aan het einde waarvan een instelling voor (algemeen) maatschap pelijk werk tenminste 6 functionaris sen en een praktijkleider in dienst moet hebben om verder nog voor subsidie in aanmerking te komen. Een instelling voor gezinsverzorging zal ten minste aan 15 gezinsverzorgsters en gezinshelpsters werkgelegenheid moe ten kunnen bieden en dit personeelsbe stand op 1 juli 1978 onder een leidster moeten hebben gerealiseerd. 3. Ontheffing is mogelijk, maar wordt alleen gegeven na ingewonnen advies van de betrokken provinciale advies commissies en van de gemeentelijke overheid. 4. Tegen een afwijzende beslissing op „Een eigesinnig tiep" zou Sonneveld zeggen Gaat het u als mij, dan zijn er momen ten, dat u in de koelkast alleen nog maar resten vindt: een niet erg ooglijk stukje kaas, een schoteltje koud aard- appelkruim, een paar lichtelijk ver droogde plakjes ham, andere vleeswa ren, een hapje groenten, een kopje koude jus of bouillon. En vaak, eigen lijk al te vaak, ontbreekt de lust of de tijd die handig te verwerken in het maal van vandaag of morgen en zelfs wordt er af en toe wel eens weggedaan wat nog goed en bruikbaar zou zijn geweest. Een keukenprobleem, waarbij energie en vindingrijkheid ons kunnen helpen. Mag ik u een paar ideeën aan de hand doen? Van de meeste groenten kunt u restjes verwerken in soepen, in schoteltjes waar wat aardappel of aardappelpuree en kruiden door gaan, in uitgeholde tomaten (die langzamerhand wat goed koper beginnen te worden), als vulsel voor een omelet of hartige pannekoek altijd een groot succes bij de op groeiende jeugd of op het laatste moment meegebakken in de gebakken aardappeltjes. Van overgebleven aardappelen kunt u heel wat maken: behalve puree en stamppot lfunt u ze gebruiken om te bakken met kaas en uien, voor aardap- pelkoek en in een omelet en vooral ook in slaatjes. Een restje vlees, vleeswaren of vis komt nog te pas voor: pittige rijstscho- teltjes, jachtschotel of goulash, maca roni, croquetten (maar dat is een heel werk! hartige pannekoekjes, hachee, ragout in schelpen, pureerand, rijst rand of op geroosterd brood en in uitgeholde paprika's, komkommer, au bergines of tomaten. En tenslotte goed fijngesneden in de soep. Hompjes overgebleven kaas kunt u raspen en over tomatensoep strooien, over een ovenschoteltje en over som mige groenten, of zo op de boterham en als er genoeg is, kunt u er kaasfon due van maken. Wat te doen met een overgebleven eiwit? Stijfkloppen en gebruiken voor het luchtig maken of garneren van vla of pudding, stijfkloppen met wat sui ker en er in een lauwwarme oven schuimpjes van bakken, stijfgeklopt uitstrijken op bijvoorbeeld appelmoes en even in de oven bruin laten worden, of gebruiken voor het paneren van vlees. Een eidooier gaat in de spinazie, rabarber, postelein of appelmoes, door de slasaus, door een beslag of als omeletje en wordt gebruikt voor het paneren van vlees. Restjes brood kunt u drogen tot pa neermeel, of roosteren of bakken met een schijf kaas eroverheen of een plakje ham ertussen of als soldaatjes of „turfjes" bij spinazie en bovenop som mige soepen; u kunt het oude brood geweekt door het gehakt doen of er, na het geweekt te hebben in een mengsel van wat melk, ei, kaneel, suiker en een snufje zout in wat boter gebakken een lekker dessert van ma- Restjes rijst, macaroni of spaghetti kunnen voor of in de volgende gerech ten worden opgebruikt: pap en pud ding en rijsttaart; hartige of zoete koekjes in wat boter gebakken; in een schoteltje met gekookte eieren, gerasp te kaas, kerrie, stukjes tomaat, vlees, vis, uien en garnalen; door jam of vruchtenmoes geroerd of met krenten en rozijnen. Peulvruchten waarvan is overgebleven, kunnen door soepen worden geroerd, of door stamppotten en stoofschotels en in ragouts en schelpen. Van eten overgaand op drinken: doet u in de zomer resten thee niet weg, maar laat ze in de koelkast heel fris worden en geef ze aan de dorstigen eventueel met een ijsblokje en wat citroen! Koude koffie gaat over ijs, vla of pudding, of er door. En hebt u eens een klein staartje rode of witte wijn over, die niet meer aan tafel kan worden geschonken, berg het dan zui nig weg en gebruik het voor het geurig maken van jus, bij het vleesnat gegoten voor het gaarstoven van vlees, door een ragoutje, een enkele lepel door de sla (iets minder azijn gebruiken in dat geval), het afmaken van gehakt- of biefstukjus. Witte wijn kan nog dienen in bowl, compote of vruchtensla van verse vruchten en als ze niet zoet is, door jus van vlees of gevogelte, en in visschoteltjes of vis-sauzen. Thea. Brochures voor aanstaande moeder Iedereen die gezond en fit wil zijn en blijven moet goede voeding gebruiken. Dit geldt zeker ook voor de aanstaande moeder. De komst van de baby mag geen afbreuk doen aan de eigen ge zondheid. Een flink en gezond kindje heeft voor de opbouw heel wat voe dingsstoffen nodig. Moeder en kind verlangen daarom dagelijks doordachte maaltijden; van niets te weinig maar ook teveel voeding is niet goed. Ge makkelijk is dat niet altijd, zeker niet als de dokter een zoutarme voeding voorschrijft. Wie over dit onderwerp meer wil we ten kan brochures halen bij de: Stich ting Huishoudelijke en Gezinsvoorlich- ting, 's Gravendijkwal 32b, te Rotter dam, telefoon 36.69.20. De brochures met wenken en/of recep ten hebben als titel „De voeding van de a.s. jonge moeder"; „Dit is gezonde voeding"; „Zoutarme voeding voor a.s. moeders"; „Een zoutarm maal kan ook smakelijk zijn". Een overzicht van de kosten die de komst van een kindje meebrengt kan worden gemaakt met behulp van de gegevens uit de brochu re: „De baby-uitzet", prijs f 0,95. De stichting geeft ook informatie on der meer over voeding en er is gelegen- heid om demonstraties of een kook cursus bij te wonen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Havenloods | 1971 | | pagina 3