Als 'medicijnman' begon hij zijn werk in een oud kippenhok SO miljoen melaatsen kopen op genezing Albert Schweitzer 9s betehenis voor vandaag 12980 En wat doet Nederland opruiming DE HAVENLOODS, DONDERQAG 23 JANUARI 1975 4-553 De meeste mensen kennen de naam Albert Schweitzer alleen van het ziekenhuis in Lambarene. Na tuurlijk is dat ook belangrijk, maar het is slechts een tijdelijke uitdruk king van iets anders. Een zieken huis in de rimboe is nooit iets blijvends: het verandert met de tijd, het wordt vernieuwd en wel licht een keer vervangen of opge doekt. Maar de gedachte, die ach ter dat ziekenhuis zit, de motive ring, is iets blijvends, iets dat zijn aktualiteit nimmer verliest. Schweitzer's motief tot het bou wen van een ziekenhuis in 1913 is een gedachte die in alle facetten van zijn leven tot uiting komt. Het is de gedachte van het tot daad geworden woord, de tot praktijk geworden theorie. Schweitzer's denken eindigt steeds in de prak tijk. Dat is de aktuele lijn die door het hele oeuvre van Schweitzer heen loopt. Bij alles wat Schweit zer in zijn leven heeft gedacht en ondernomen was de mens en de mensheid het uiteindelijke doel. Hij wilde een betere maatschappij, bestaande uit individuen die zou den gaan nadenken over wat ze deden en waren. Uiteindelijk zal hij in Lambarene de formule vin den, waaronder hij zijn denken kan samenvatten: eerbied voor het le ven. Het ziekenhuis in Lambarene wordt daarvan een stuk praktijk, een tastbaar voorbeeld. Maar het is de vraag of zijn zie kenhuis thans nog de aktuele be tekenis heeft die het 50 jaar gele den had. Er zijn sindsdien heel veel ziekenhuizen in de derde wereld verschenen en de eerlijkheid ge biedt ons te zeggen: soms wel betere en efficiëntere dan Schweit zer's ziekenhuis. Schweitzer's betekenis voor van daag ligt in de vraag hoe wij zijn formule „eerbied voor het leven" thans toepassen. Hoe wij van dat stuk theorie een aktuele praktijk kunnen maken. Dan zijn er talloze gebieden waar Schweitzer's regel voor ons een uitdaging is. Schweit zer heeft in zijn boeken dié toe komst, die voor ons heden is, gezien. Hij heeft on^ gewaar schuwd voor de toenemende agres sie door een niet te stuiten bevol kingstoename en door een niet te stuiten nucleaire bewapening. Hij heeft ons gewaarschuwd voor de mogelijke bedreiging van het woon-en leefmilieu, voor het ge dachteloos omgaan met de natuur (in de ruimste zin genomen) voor de problemen, die met leven en dood te maken hebben, voor de experimenten, die met het leven worden uitgevoerd en zullen wor den uitgevoerd. Schweitzer zegt: „Wij zijn opgeroe pen tot zelfstandig denken, tot verantwoordelijkheid voor elkaar en tot ethisch handelen. Wij heb ben overal gelegenheid onze men selijkheid te tonen, als wij dat wérkelijk willen. De voornaamste De bezinning daarop is reden om vandaag Schweitzer naar voren te halen als iemand die de vinger legt bij de zwakke plekken in ons individueel en collectief handelen. Hij roept ons op ons te engageren met de machten die ten goede werken, die het kwaad verwerpen en die de vrede dienen. Dat alles maakt een herlezen of een voor de eerste maal lezen van zijn boeken tot een ingrijpende gebeurtenis. Albert Schweitzer werd op 14 januari 1875 geboren in het dorp Kaysersberg in de Elzas. Hij was de zoon van ds. Louis Schweitzer en Adèle Schillingen Zoals zijn naam al doet veronderstellen was zijn familie ongeveer tweehonderd jaar eerder uit Zwitserland naar de Elzas getrokken. Schweitzer werd als Duitser geboren maar hij werd Fransman toen de Elzas na de eerste wereldoorlog weer Frans gebied werd. Zoals veel Elzassers sprak hij Frans en Duits met hetzelfde gemak. Toen Schweitzer nog een kind was, werd zijn vader overgeplaatst naar Günsbach, in de buurt van Colmar. Daar, in de dichtbeboste Vogezen, werd hij grootgebracht. Na in Mülhausen op school te zijn geweest ging hij theologie studeren aan de universiteit van Straatsburg Vandaar ging hij naar de universiteiten van Parijs en Berlijn. Als jongen bespeelde hij reeds het kerkorgel in Günsbach. In Parijs kreeg hij lessen van Charles Marie Widor, de grootmeester op orgelgebied, die hem de liefde voor de muziek van Bach bijbracht. Op 24-jarige leeftijd verwierf Schweitzer een doctorsgraad in de filosofie met een verhandeling over Kant, de Duitse filosoof. Later voegde hij hier twee doctoraten aan toe, n.l. in de godgeleerdheid en in de medicijnen. Tijdens zijn studiejaren bouwde hij een internationale reputatie op als organist en als deskundige op het gebied van de orgelbouw. In 1904 dwong hij de bewondering af van de gehele muziek wereld met zijn studie over Bach, getiteld: ,,J.S. Bach, le Musicien- .Poète", die eerst in het Frans en later in het Duits en Engels werd uitgege ven. Schweitzers vrienden stonden ver steld toen hij zijn muziek-carrière op gaf en naast zijn werk als vicaris in Straatsburg begon met de studie in de medicijnen omdat hij zendingsarts wil de worden. Hij had reeds op 21-jarige leeftijd het besluit genomen, dat hij zijn medemensen wilde dienen. Piekeren voltooide hij de artsenstudie en hij bood zich aan bij de Protestants-Evan gelische gemeente in Parijs, als vrijwilli- ger-zendingsarts voor de Franse kolo nie Gabon in West-Afrika. In eerste instantie mocht hij alleen gaan als hij beloofde niet te zullen preken, dit vanwege zijn onorthodoxe opvattin gen, maar op het laatste ogenblik werd deze voorwaarde ingetrokken. Op 18 juni 1912 trouwde hij met Hélène Bresslau en vertrok met haar op Goede Vrijdag vanuit Bordeaux naar Afrika. Zij zetten voet aan land in Kaap Lopez vanwaar zij de Ogowe-ri- vier opvoeren om in één van de minst ontwikkelde streken van Afrika hun tenten op te ^jaan. Het klimaat ter plaatse staat als zeer ongezond bekend. Juist deze plaats had dr. Schweitzer gekozen toen hij vernam dat daar binnen een straal van 800 km. geen dokter was. bleef. Het ziekenhuis telde in dat jaar al 50 gebouwen. Er was een verlos kundige afdeling en een afdeling voor geestelijk gestoorden. Een aparte le pra-kolonie telde 250 bewoners, een afdeling die Schweitzers bijzondere zorgen had. Nobelprijs barene. De wereld is hem veel dank verschuldigd, voor zijn gevecht voor de waarde van de mens en de eerbied voor het leven. Het hospitaal te Lambarene; het levenswerk van Albert Schweitzer. Zoals het gelegen is tussen water en oerwoud". Op 74-jarige leeftijd in 1949 bracht de grote zendingsarts zijn eerste bezoek aan de Verenigde Staten. Hij sprak op het Goethe-festival in Aspen, Colora do, en nam later deel aan de Goethe- herdenkingen in Frankfurt. (In 1928 had hij reeds de Goethe-prijs in Frankfurt gekregen). In 1951 ontving hij de vredesprijs van de Duitse boek handel en werd hij benoemd tot lid van de Franse Academie voor Sociale en Politieke Wetenschappen, waar hij de vakante zetel kreeg van oud-maar schalk Pétain. Eens vertelde hij hoe hy op heel jeugdige leeftijd was begonnen te pie keren over het lot van de zwarte volkeren, toen hij werd getroffen door een negerfiguur op een monument in Colmar. Toen hij in 1905 een zen dingsblad las waarin dringend om een arts gevraagd werd op de zendingspost Lambarene in het toenmalige Frans Equatoriaal Afrika, nu Gabon, zag hij zijn weg voor zich. Binnen zes jaar Schweitzer begon zijn werk in een We mogen wel aannemen dat iedereen een behoorlijke matras heeft. Maar er is een enorm verschil tussen behoorlijk en goed. Deze Draka polyether matras "Optima" (s.g. 40) is 'n goede matras. Hij is aan twee zijden doorgestikt en verkrijgbaar in blauw en goud. Nu kopen is tientjes voordeliger. Van f 165,-- tot f 325,-- voor 80x190 90x190 cm voor f 139,80 90x200 cm voor f 149,80 130x190 cm voor f 215,80 140x190 cm voor f 235,80 140x200 cm voor f 250,80 dat hij wit had gekalkt. Al vlug spreidde zich het nieuws door het oerwoud dat een blanke „oganga" (medicijnman) alle ziekten kon gene zen. Van honderden kilometers uit de omtrek kwamen de patiënten naar Lambarene. Ondanks uitputtende hitte en gebrek aan medicamenten en instru menten werkte de jonge arts dag en nacht. Hij bestreed de slaapziekte, malaria, lepra, olifantsziekte, zweren en vele andere tropische ziekten. De oerwouddokter bouwde zijn zieken huis met eigen handen. Hij was tegelijk architect, timmerman en geldschieter. Wat hij aan zijn orgelconcerten en zijn boek over Bach verdiend had, besteed de hij aan het ziekenhuis. De eerste wereldoorlog stak een spaak in het wiel. In 1917 werd het echtpaar Schweitzer - zij waren Duitsers - in Frankrijk geihterneerd, in Garaizon, een kamp in de Pyreneeën. De oorlog, ziekte en geldgebrek hielden Schweit zer zeven jaar in Europa, in welke periode hij aan de eerste delen van zijn „Filosofie der beschaving" werkte. Toen hij in 1924 naar Lambarene terugkeerde, was zijn hospitaal door witte mieren verwoest. De bevolking was blij met zijn terugkeer, maar er waren alleen dakloze hutten om hen te huisvesten. Korte tijd later brak in het gebied hongersnood uit, die gepaard ging met een dysenterie-epidemie. On verschrokken bestreed Schweitzer zo wel ziekte als honger. Toen begon hij helemaal ophieuw. Hij bouwde een beter ziekenhuis op een betere plaats langs de rivier. In 1952 kreeg Schweitzer de Nobel- 99Oganga P"js voor de vrede. Bij het horen van dit nieuws zei hij: „Als ik het goed begrijp, heb ik deze onderscheiding te danken aan het feit dat ik de eerbied voor het leven in het gedachtenleven van onze tijd heb geïntroduceerd. Het was hier in Lambarene, dat ik het belang ervan ontdekte. Ik ben ervan overtuigd dat de idee zal bijdragen tot de groei van een geestelijke en morele beschaving, waarvan de vrede en de toekomst van het mensdom zullen afhangen." Hij kondigde aan de aan de prijs verbondenn f 120.000,- te zullen gebruiken voor de bouw van een nieuw dorp voor zijn lepralijders. WERELDLEPRADAG IN I5Q LANDEN Er zijn van die dingen in het leven en de wereld, waarvan wij in het Westen, ons het bestaan nauwelijks bewust zouden zijn, als kranten, radio en televisie er ons niet af en toe over vertelden. Zoals honger, gebrek en sommige ziekten. Neem de lepra bijvoorbeeld. Voor ons is dat een wat vage, geheimzinnige ziekte uit een ver verleden, ook wel melaatsheid genoemd. En is het niet een ziekte uit een ver verleden, dan toch uit een wereld die niet de onze is. Iets afschuwe lijks, weerzinwekkends. Zondag 26 januari is in ruim 150 landen Wereld- lepradag. Traditioneel is dat al vele jaren de laatste zondag in januari. Ook Nederland neemt sedert een paar jaar die traditie in acht. Wereldlepradag is geen herinnering aan iets dat geweest is. Was dat maar waar. In de zomer van 1954 bracht dr. Schweitzer weer een bezoek aan Euro pa. In november van dat jaar ontving hij in Oslo het bij de Nobelprijs beho rende diplona. In een toespraak, die onder anderen werd aangehoord door Koning Haakon van Noorwegen, drong de grijze prijswinnaar met grote na druk aan op vredelievendheid. Tijdens zijn verblijf in Oslo brachten de Noor-' se dagbladen, door middel van een speciale collecte, nog een f 130.000,— bijeen voor zijn patiënten, een bedrag dat dus groter was dan de Nobelprijs. 99Ramp Concerten Om geld voor zijn werk bijeen te krijgen, bracht hij af en toe bezoeken aan Europa. Hij gaf concerten en gastcolleges in veel landen, waaronder Engeland, Nederland, Duitsland en Frankrijk. Vooral in Londen genoot hij grote bekendheid als Bach-vertol- ker. Maar hij speelde ook in het oerwoud. Door zijn mateloze energie was hij nog in staat zijn techniek op peil te houden op een piano met orgelpedalen, hem geschonken door de Parijse Bachvereniging. Zo hoorden de negers in Lambarene de klanken van de fuga's van Bach op stille avonden over de rivier zweven. Naarmate zijn werk meer bekendheid kreeg, stroom den de bijdragen binnen. Europese artsen en verpleegsters voegden zich bij hem, terwijl hij zelf een inheemse ploeg opleidde. Toen de tweede wereldoorlog op het punt stond uit te breken, vertrok Schweitzer, die toen juist in Europa was, naar Lambarene waar hij tot 1948 Nog meer onderscheidingen vielen Schweitzer ten deel, hij kreeg o.a. ook de Westduitse en Britse Orde van Verdienste en het erelidmaatschap van de Amerikaanse academie en nationaal instituut van kunsten en letteren. In het voorjaar van 1957 riep hij, in een door radio Oslo omgeroepen bood schap, op tot beëindiging der kern proeven, waarbij hij de wereld waar schuwde voor het gevaar van de radio activiteit die hij „een ramp voor het menselijk ras" noemde. Toen hij negentig jaar werd, in januari 1965, was Schweitzer nog steeds volop actief. Zijn vrouw was toen al bijna acht jaar tevoren in Zürich op 79-jarige leeftijd overleden. Op 4 september 1965 overleed dr. Schweitzer in Lam- Lepra komt nog in minstens negentig landen voor en op het ogenblik lijden er 15 tot 20 miljoen mensen aan. Daarvan zijn er 3 miljoen invalide. Ruim 10 miljoen patiënten hebben eenvoudig geen kans op behandelingen vooral als gevolg van de snelle bevolkingsgroei komen er jaarlijks een half miljoen bij, waarvan er opnieuw zo n 100.000 invalide zullen worden. Tenzij die ziekte systematisch en met moderne middelen bestreden wordt. In Nederland levert de Nederlandse Stichting voor Leprabestrijding de nationale organisatie die in Amsterdam in het Tropeninstituut is gevestigd, haar aandeel in een gelukkig lang niet hopeloze taak. Ze werkt daarbij nauw samen met soortgelijke organisaties in andere landen. Een lang niet hopeloze taak, zeiden we al. Want lepra is te genezen, in vergelij king tot andere volksziekten betrekke lijk goedkoop te bestrijden en zelfs geheel uit de weg ruimen. Er bestaat een standaard-geneesmiddel, DDS, dat goedkoper is dan een aspirientje. Voor de toediening daarvan zijn geen hoog-gespecialiseerde krachten nodig. Maar eerst iets over de lepra zélf. De verwekker ervan is een aan tuberculose verwante bacterie die enkele duizen den jaren geleden is ontstaan, vermoe delijk ergens in het Midden-Oosten. Geleidelijk heeft de ziekte zich in de eeuwen die volgden, over geheel Azië en het Verre-Oosten verspreid, daarna over de landen van de Middellandse Zee, later over geheel Europa. Daar bereikte ze in de Middeleeuwen haar hoogtepunt, om vervolgens snel in betekenis af te nemen. Momenteel telt Nederland nog ongeveer 500 leprapa tiënten, voornamelijk als gevolg van „import". Onder invloed van zich nood-zuid vol trekkende bevolkingsemigraties en kunstinvasies heeft de lepra zich over Afrika verspreid, waar ze nog steeds haar verwoestende werk doet. Evenals wordt van mens tot mens overgebracht en komt vooral in ontwikkelingslanden voor, waar bepaalde factoren de ver spreiding bevorderen, zoals leefge woonten, gebrekkige hygiëne en toe nemende communicatie tussen vroeger vrij sterk van elkaar gescheiden levende bevolkingsgroepen. Verminking in Latijns-Amerika, waar ze in de 16e eeuw werd geïmporteerd en vanwaar ze in de vorige eeuw haar opmars door de Pacific begon. Wonbegrippen Het ellendige van de lepra is dat er van oudsher een muur van wanbegrippen en vooroordelen omheen is opgetrok ken. Lepra zou een straf zijn en de lijder eraan zou alleen al om die reden verdienen, buiten gesloten te worden. Dat is natuurlijk onzin, maar feit is dat er geen andere ziekte is die de mens zo isoleert en tot een levend-dode maakt. Ook in Nederland kende men in vroe ger eeuwen de leprozenhuizen, waar deze ongelukkigen levenslang werden opgesloten. Slechts bij spaarzame gele genheid mochten ze op straat, maar dan moesten ze hun komst tijdig met de lazarusklep aankondigen. Rembrandt heeft zo'n ongelukkige ge tekend, een triest brok eenzaamheid. Het was de Noorse arts Hansen die in 1873 de leprabacterie ontdekte. Deze leeft uitsluitend bij mensen en dan nog bij niet meer dan 5 procent. De ziekte Het duurt jaren voor de lepra zich openbaart. Er komen vlekken op ge laat en lichaam, de zenuwen worden aangetast en verschillende plaatsen op het lichaam, met name handen en voeten, kunnen geheel gevoelloos wor den. Beschadigingen kunnen daardoor ongemerkt voortwoekeren. Zo ont staan de beelden van afschuwelijk ver minkte mensen. Een van de belangrijkste ontdekkingen van de laatste tijd is dat al na een paar maanden behandeling, de structuur van het merendeel van de leprabacte riën in huid en slijmvliezen bij de mens verandert, waardoor de patiënt geen gevaar meer voor zijn omgeving ople vert en isolatie dus geen enkele zin meer heeft. De patiënt kan dus in de samenleving worden gelaten en zijn ziekte kan worden behandeld als elke andere ziekte. Er zijn vooral de laatste tientallen jaren veel problemen rondom de lepra opgelost. Het is geen geheimzinnige ziekte meer, althans voor de arts. Maar veelvuldig zijn nog de waanideeën. Er is nog veel voor te lichten, veel te helpen. Op zondag 26 januari is het in ruim 150 landen Wereldlepradag. Zo wil de traditie het, al meer dan 20 jaar. Een traditie die enkele jaren geleden ook in Nederland werd overgenomen. In ons land werd de Nederlandse Stichting voor Leprabestrijding in 1967opgericht. Deze internationaal erkende nationale Stichting werkt samen samen met onder andere de Q. W. Gastmann Wichersstichting voor leprapatiënten in Nederland (momenteel ongeveer 500), de Orde van Saint Lazare, de Vereniging Protestants Centraal Lepracomité Bethesda (voor Suriname) en de Albert Schweitzer Stichting. Samenwerking bestaat ook met Simavi, Memisa, Miva en Hivos die op algemeen-medisch terrein in ontwikkelingslanden werkzaarri zijn. De Nederlandse Stichting vóór Leprabestrijding financieert geheel of gedeeltelijk een 15-tal leprabestrijdingsprojekten, voor het merendeel in Afrika. Het door haar uitgezonden medisch en para-medisch personeel heeft ongeveer 90.000 patiënten onder behandeling. Dankzij het goedkope geneesmiddel DDS is effektieve bestrijding van de lepra mogelijk. Enkele sprekende voorbeelden: - f2,50: een jaar medicijnen voor een patiënt. U redt er een kind mee f 5,-: een paar schoenen, waardoor verminkingen worden voorkomen - f 11, kosten per patiënt per jaar in een eenmaal lopend projekt - f 150,-: een maand salaris voor een hulpkracht die 500 patiënten per week kan bezoeken. LEPRABESTRIJDING - GIRO50500 - AMSTERDAM Poliklinisch Bij die hulp ligt het accent op eenvou dige poliklinische centra, waarvoor geen grote investeringen in gebouwen, instrumenten en dergelijke nodig zijn en waar het werk voor het grootste deel kan wordeh gedaan door veel minder kostbare medische assistenten uit de ontwikkelingslanden zelf. Assis tenten die ook met steun van de Nederlandse Stichting voor Leprabe strijding worden opgeleid. Deze natio nale Stichting, kortweg NSL genoemd, helpt, ongeacht ras, politiek of gods dienst. Ze richt haar activiteiten op voorlichting, recrutering, opleiding en uitzending van leidinggevend perso neel, het ontwikkelen van plaatselijke opleidingscentra in de lepragebieden, het steunen van leprabestrijdingsob- jekten en het bevorderen van weten schappelijk onderzoek. Sedert haar op richting in 1967 heeft de Stichting met name in de Afrikaanse ontwikkelings landen al heel veel nuttig werk kunnen doen. Mede dankzij particuliere giften worden door haar momenteel een 15-tal projekten, voornamelijk in Afri ka, geheel of gedeeltelijk gefinancierd. Dit jaar alleen al heeft de NSL voor haar werk ruim 2,5 miljoen gulden nodig. Het gaat daarbij om hulp en genezing voor rond 150.000 patiënten, voornamelijk in Afrika, maar ook in Indonesië, Suriname en Thailand. Fondsenwerving De Nederlandse Stichting voor Lepra bestrijding (voorzitter, dr. L. B.,J. Stuyt oud-minister van volksgezond heid) heeft in ons land zo'n 105.000 begunstigers en enthousiaste medewer kers en -sters (o.a. in Limburg, Gronin gen en het land van Heusden en Altena) zijn aktief bij de fondsenwer ving betrokken. Daarin is elk jaar weer Wereldlepradag een onmisbaar hoogte punt. Ook na de Wereldlepradag 1975 zal het publiek via de pers en de eigen NSL-publikaties volledig over de beste ding van ontvangen gelden worden ingelicht. De Nederlandse Stichting voor Leprabestrijding geeft een blad uit, het Leprabulletin, dat op aanvraag gratis wordt toegezonden, evenals an der voorlichtingsmateriaal voor gefnte- resseerden. Adres: NSL, p/a Koninklijk Instituut voor de Tropen, Mauritskade 63, Am sterdam, telefoon 020- 924949. Giro 50500.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Havenloods | 1975 | | pagina 7