Onderwijs aan anderstaligen:
gedeelde verantwoordelijkheid
Brugklas MAVOILBO
einde of nieuw begin?
SCHOLEKTKKANT
mmm
eia
Gevolgen van een volksverhuizing
MS
Open dagen en
voorlichtings
avonden
Over weer een keuzemogelijkheid
1 pag. 5
LZJ* 5-577
De Rotterdamse volksverhuizingen laten zich binnen het bestek van één pagina ambtelijke taal schetsen, maar
de consequenties van de veranderende bevolkingssamenstelling zijn groot genoeg om stof te bieden voor
ettelijke decimeters archiefkast. De nota Leegloop en Toeloop" (door B&W in november vorig jaar aan de
gemeenteraad aangeboden) geeft slechts een samenvatting, een overzicht van de chaos in Rotterdam die
ontstaan is door een cumulatie van problemen.
Die opeenstapeling van telkens weer andere factoren speelt ook een belangrijke rol in het onderwijs. In oude
wijken vestigen zich migranten, in iets minder oude wijken maken bewoners plaats voor degenen uit die oude
wijken om zelf door te schuiven naar nieuwbouw, van waaruit Rotterdammers naar andere gemeenten trokken.
Een typerend verschijnsel met grote gevolgen. Waarover hieronder meer.
In genoemde nota spreken B&W over migrantenkinderen die elke dag aankomen, over taalproblemen,
over analfabetisme en semi-analfabetisme. Over toenemend schoolverzuim en demptivatie. Waarover
hieronder meer.
Er wordt gezocht naar oplossingen, maar de vooruitzichten zijn „moeizaam". De hoop wordt gevestigd op de
jeugd, op intercultureel onderwijs, op ouderraden, op de inbreng van de buitenlanders zelf. Wethouder
Den Dunnen „voelt zich opgeduwd van onderaf', een goed teken. „Als een groot front gaat werken aan de
problemen, erover denkt", zegt hij, ,,moet de oplossing wel komen. Zij het met een paar jaar vertraging"
m
het oplossen van de problemen die ont-
I staan zijn door de grote aantallen kinderen van
migranten in de Rotterdamse schoolbanken, is
de Maasstad niet uit de zorgen. De bevolkingssamen
stelling verandert in meer opzichten. Al jaren wordt
het inwonertal kleiner, het aandeel van de bejaarden
daarin wordt groter (vergrijzing), het aantal één- en
tweepersoons huishoudens groeit gestaag terwijl jonge
gezinnen met kinderen uit Rotterdam wegtrekken.
Voor het onderwijs is hier de factor „gezinnen met
kinderen" van belang. Het aantal daarvan daalde in
Rotterdam de laatste acht jaar met 2900 per jaar,
waarin verwerkt is de daling van 3500 Nederlandse
gezinnen en de stijging van 600 buitenlandse gezin
nen. Door de concentratie van de laatste groep in
oude wijken kon het gebeuren dat daar nu scholen
zijn met een aandeel van 90 pet. buitenlandse kinde
ren. Voor een aantal wijken geldt dat 30 pet. van de
geboren kinderen niet-Nederlands is. Dat heeft weer
alles te maken met het gegeven dat gezinnen van
migranten over het algemeen kinderrijker zijn dan de
Nederlandse.
In gesprek met de heer Huyskamp, inspecteur
bij het onderwijs met als specialisme educatieve
voorzieningen voor buitenlanders en met de
heer Winninghof, stafmedewerker op het stadhuis
voor de afdeling anderstaligen, komen de sombere
intercultureel
onderwijs
is in opstart
vooruitzichten naar voren. „Je mag verwachten dat in
een aantal jaren 40-50 pet. van de scholen bestaat uit
anderstaligen. Nu al zijn er in het onderwijs 47
verschillende nationaliteiten vertegenwoordigd, die
allemaal, onderwijskundig gezien, hetzelfde probleem
hebben: je moet ze Nederlandstalig maken. Je kunt
daarbij aannemen dat bij Franse, Duitse en Engelse
kinderen de leermotivatie sterker is dan bijvoorbeeld
bjj Marokkaanse of Turkse kinderen, van wie de
ouders beide, of alleen de moeder nooit onderwijs
heeft gehad. Als zulke kinderen thuis komen is de
school geen bespreekbaar onderwerp en dat maakt
het moeilijk"
De nota Leegloop en Toeloop wijdt een afzonderlijke
paragraaf aan de knelpunten in het onderwijs. Het
verschuiven van bevolkingsgroepen heeft tot gevolg
gehad, zegt de nota, dat autochtone kinderen met
achterstanden (bijvoorbeeld omdat ze afkomstig zijn
uit gezinnen uit de sociaal lagere milieus - HB) over
veel meer wijken zijn verspreid en dat autochtone
kinderen met de grootste achterstanden zich vaak als
minderheid tussen allochtone kinderen met eveneens
zeer grote achterstand bevinden. Vertaald in een uit
spraak van een onderwijskracht is dat „Kinderen van
buitenlanders kosten me zoveel tijd dat ik niet toe
kom aan de problemen van de Nederlandse
kinderen"
Daarbij komt dat elke dag nieuwe kinderen naar de
scholen gaan, kinderen van migranten zonder enige
kennis van het Nederlands die in een omgeving komen
die vaak zo veel lotgenootjes opgenomen heeft, dat
het „spelenderwijs Nederlands leren", het effect van
een kleine minderheid tussen Nederlandse kinderen,
verdwenen is.
Huyskamp en Winninghof benadrukken het belang
van intercultureel onderwijs, waarin „planmatig diver
se sociale, historische, economische en maatschap
pelijke verschijnselen uit de betrokken landen wordt
aangeboden. Dat onderwijs is in opstart, in het Oude
Noorden vind je er al iets van. Men begint daar in een
aantal klassen het probleem voeding aan te snijden, er
wordt gepraat over Tukse en Marokkaanse kleding,
over gedrag en geloof. Dat doen we omdat we ook
hopen zo een stuk vooroordeel-vorming te bestrij-
In Turkije is één op de drie mannen analfabeet
en twee op de drie vrouwen kunnen niet lezen
of schrijven. In Marokko liggen de cijfers nog
hoger en het is niet aannemelijk dat de percentages
voor naar Nederland geëmigreerde Turken en Marok
kanen lager liggen. De communicatie wordt hierdoor
ernstig bemoeilijkt. De alfabetisering van die groepen
kómt nauwelijks op gang.
Huyskamp en Winninghof: „Hoewel wij onze aan
dacht concentreren op de groep tot 16-jarigen, moe
ten we er aan de andere kant voor zorgen dat Neder
landers en niet-Nederlanders samen verantwoordelijk
heid moeten gaan dragen. Niet voor niets staat er in
de nota dat er stemrecht moet komen voor buiten-
„Er ligt
nu een
cultuur-
excuus:
men
wil niet
(foto Dick Hogerwerf jrj
langzaam van de grond. En ook de vakorganisaties Kinderen van Surinamers, Turken, \(arokkanen eo
nog een aantal andere minderheidsgroepen wonep
bovendien vaak in een oude wijk van Rotterdam;,
waar ook de proletarische achterhoede, Rotter-
In Islamitische gezinnen moet communicatie meestal L "m6? leVen acht-efte£eld
via de man verlopen omdat de vrouw geen inbreng ten, wonen (Rotterdam Magazine, januari 1980
heeft. Niettemin moeten ook de vrouwen aangespro- W\ ^an vraagstuk van de etnische mmderhe-
ken kunnen worden, er moet voorlichting gegeven denA Spanningen en conflicten znn het gevolg,
worden, ondanks het isolement waarin ze door hun LéeS °°P en Toeloop meende B&W van Rotterdam
een antwoord te moeten zoeken in gebundeld#
deconcentratie", het zich in straten en delen van
straten vestigen van buitenlanders. Men hoopt daar
door tegemoet te komen aan de begrijpelijke drang
van migranten om bij elkaar te wonen en tegelijk
ernstige vormen van discriminatie en getto-vorming
Den Dunnen: „Nee, want ik heb niet alleen te maken (J,n negatieve betekenis) te voorkomen. Rotterdam
met mijn verantwoordeUjkheid naar die mensen toe. Maeazine stelt vast dat de spreiding van etnische
c i. ij ii i j i groeperingen over Rotterdam al is begonnen dat
"1 buitenlanders al spontaan verspreid over Rotteria.n
wonen. He, dno, het bureau .oorUch'in,van
ters geconfronteerd met de moeilijkheid dat ze geen P™e,"te ^engesteld blad trekt nog enkele opziejv
zwemonderricht kunnen kunnen geven, omdat er tien T' delj°ncentratle zo*
Turkse kindertjes langs de kant staan die niet mee ™"tac' 'ussen oorspronkelijke bevolking en migrait-
mogen zwemmen. Dat is niet alleen lastig voor die te" sohader\en vreemdelingenhaat kunnen vergroterr,
badmeester. Stel dat die kinderen hier blijven, dan mftn -«♦
moeten ze kunnen zwemmen, het is niet zo gek om
dat verplicht te stellen. Er ligt nu een cultuur-excuus:
men wil niet, zeker als het om meisjes gaat. Maar je
moet ook rekening houden met de belangen van de
kinderen"
s waterrijke land niet
stelt men onder meer vast.
lil
W°(
W W mi
En hij gaat verder: „We hebben dat soort knopen al
doorgehakt. We hebben gemengde scholen en som
mige ouders willen dat niet. Maar er is leerplicht en
daar moeten ze zich aan aanpassen. Overigens moet
zoiets wel uitgepraat kunnen worden. Ik ben voor het
praat-model en niet voor het dwangmodel".
egenover de toenemende demotivatie en daar-
lethouder Den Dunnen is er van overtuigd dat de
'oplossing komt. Hij volgt de ontwikkeling zelfs
meer dan dat hij er leiding aan geeft en ondanks
alle sombere vooruitzichten is hij optimistisch genoeg
om te zeggen: „Elk probleem dat er komt en waar
over gedacht wordt door ëen breed front, daar koirtt
een oplossing voor".
Er zijn deskundigen die oplossingen voor de zorgen
zien op de arbeidsmarkt en ook Huyskamp <m
Winninghof erkennen de rol die de arbeidsmarkt
gespeeld heeft. Ze zeggen: „De demotivatie van leef-
lingen neemt alleen maar toe en dat is een typiséh
verschijnsel dat speelt bij het inzakken van de arbeids-
uït voortvloeiend uit de hand lopend schoolver- markt. Daarom moet je hoe dan ook voorkomen djit
zuim, staan te weinig middelen en te weinig
mogelijkheden om de problemen voldoende het
hoofd te bieden. Verzuim (weet de nota) neemt toe
door de ongunstige vooruitzichten op de arbeids
markt, door de voorspelbaar moeilijke toegang tot
er een nieuw soort lagere sociale klasse ontstaat.
moet uitgezocht worden in welke beroepen dubbéj-
taligen goed terecht kunnen. Wat is er tegen eeji
Turkse politieman, die goed Nederlands spreekt? (Her
tien jaar heb je er een groot aantal nodig".
Gem. Hoge Zeevaart
school
Pieter de Hoochweg 129,
3024 BS Rotterdam. Za
terdag 8 maart van 10.00-
15.00 uur
Vakschool voor Bakkerij
en Hotelpersoneel
Bentheimstraat 1. Rot
terdam, Tel. 010-660024
Vrijdag 1 febr. van 10.00-
Rotterdams Conservato
Pieter de Hoochweg 122,
Rotterdam. Maandag 11
febr. om 20.00 uur
Chr. Scholengemeen
schap Angelus Merula,
Zinkseweg 6, Spijkenisse.
Dond. 7 febr. om 20.00
uur; dinsd. 12 febr. om
20.00 uur
Chr. Scholengemeen
schap Angelus Merula
(dependance)
Fazantenlaan 7, Helle-
voetsluis. Dinsdag 5 febr
om 20.00 uur
Chr. School v. MAVO
Kralingen
Oudedijk 75, Rotterdam.
Zat. 9 febr. en Zat. 16
febr. van 10.00- 12.00
Chr. Scholengemeensch.
voor Lager Beroepson-
Verbindingsweg 4. Kr.a.
d. IJssel. Donderdag 7
febr. 20.00 uur
Kon. Wilhe lm ina school
v. Chr. MAVO
Van Beethoven laan 33,
Nieuwerkerk a.d. IJssel.
Zaterdag 2 febr van
10.00- 12.00 uur
Woensdag 6 rebr van
10.00- 12.00 en van
13.30 15.30 uur
Openbare MAVO Krim
pen aan den IJssel
Groenendaal 5. Dinsdag
5 febr. op 20.00 uur
schap De
Krimpenerwaard
Olympiade 4, Kr.a.d
IJssel. Woensdag 6 febr
om 20.00 uur
Christelijke Technische
School De Brug
P.C.Boutenssingel 15,
Cap. a.d. IJssel. Zaterdag
9 febr. van 10.00- 12.00
Christelijke Technische
School De Vaan.
Montessorriweg 20, Rot-
Openbare kleuter en lage
re scholen
Zwijndrecht Dinsdag 5'
Van 't Hoff Instituut.
Bergsingel 135, Rotter
dam. G.J. de Jonghweg
36, Rotterdam. Zat. 2
febr. 9.30- 12.30; 14.00
16.30 uur
Openbare Scholenge-
Mavo „Kon. Juliana"
Kastanjedal 2, Maassluis,
Zaterdag 9 februari, van
10.00 tot 12.00 uur
Noorderhavenkade 162,
3030XV Rotterdam;
Voorlichtingsavond dins
dag 12 februari 20.00
Krimpener Vrije School
Oosterstraat 35, tel.
01807- 12707. Zaterdag
9 febr. Aanvang 9.30 uur
Rotterdamse Grafische
.School., Grafische Tech-
nieken.
Heer Bokelweg 55 (bij
Schiekade) Rotterdam.
Zaterdag 2 febr van
10.00- 15.00 uur
Scholengemeenschap
Guidb de Vries,
Haestrechtstraat 25, Rot
terdam IJsselmonde.
Vrijdag 22 febr aanvang
20.00 uur
Opl. LHNO Rusthoflaan
Rusthoflaan 56, 3034
XM Rotterdam, Tel. 010-
138190. Woensdag 6
febr. 10.00- 12.00 uuren
14,00- 16.00 uur.
Chr. MAVO „Het Lage
R'dam. Zaterdag 9 febr
en Zaterdag 16 febr van
10.00- 12.00 uur.
Lagere Agrarische school:
De Rik 28, 3232 LA
Brie lie. Vr. 1 febr. 9.30-
12.00; 13.00- 17.00;
19.00- 21.00 uur. Zater
dag 2 febr. van: 9.30-
12.00; 13.00-17.00 uur.
Techn. School Schie-
broek
Erasmuspad 10, Rotter
dam. Zaterdag 9 febr. van
9.00-12.00 uur.
Scholengemeenschap Me
la nchton.
Van Bijnkershoekweg 97.
Rotterdam. Maandag 4
febr. en dinsdag 12 febr.
om 20.00 uur. Spec, v
leerlingen: Zat. 9 febr
10.00- 12.00 uur
WEER AAN DE SLAG - In het
vootjaar 1978 is een proefproject
gestart voor bijscholing van verpleeg
kundigen. De werkgroep „Scholing
en wederinschakeling in ziekeninrich-
tingen" wil daarmee bereiken dat
vrouwen die (opnieuw) op zoek zijn
naar werk in de verpleegkunde, weer
een kans krijgen. Bovendien bestaat
er een ernstig tekort aan verpleeg
kundig personeel. In Rotterdam start
in maart voor de vijfde maal een
cursus. Informatie daarover: 773539.
MOEDER-MAVO - Opnieuw or
ganiseert de Chr. Avondscholen
gemeenschap Rotterdam een voor
bereidingscursus voor de moeder-
MAVO. De cursus start op 5 fe
bruari omdat gebleken is dat de
periode van februari tot en met
juni precies lang genoeg is om de
voornaamste kennis van de lagere
school nog eens te herhalen. De
cursus verplicht niet tot het ver
der gaan op de moeder-MAVO. De
kosten bedragen f 60,-. Voor meer
informatie: tel. 819330 (op werk
dagen van 9-13 uur).
SCHOOLVERLATERSKRANT
Door de beweging van werkende jon
geren KWJ en het NVV-jongeren-
contact is een schoolverlaterskrant
samengesteld, die informatie wil
geven aan jongeren die over vier of
vijf maanden de schoolbanken gaan
verlaten. In een oplage van 100.000
exemplaren is de krant gratis ver
spreid. Het blad bevat nieuws over
uitzendbureau's, de werkloosheid, de
minimumjeugdlonen, over de vraag
tussen doorleren en gaan werken en
over ontslagen worden.
Binnen het kader van de
onderwijsvernieuwingen,
- aanpassingen en - experimenten
valt één exponent bijzonder op: sinds
een aantal jaren bestaan er
scholengemeenschappen waar
lecilingen naast lager
beroepsonderwijs ook middelbaar
algemeen voortgezet
onderwijs kunnen volgen.
In Rotterdam zijn er twee
scholen die zich met deze
LBO/MAVO combinatie bezig
houden. Over enkele voor- en
nadelen van deze vorm van integratie
gaat onderstaand verhaal.
Waar het lager beroeps onder
wijs al lang, wellicht te lang
gezien wordt als het begin
van de onderste sport van de maat
schappelijke ladder dreigt ook het
middelbaar voortgezet onder
wijs te verzakken. In beide onderwijs
takken wordt al geruime tijd gezocht
naar oplossingen. Belangrijkste trend
in het LBO is geweest dat er steeds
meer aandacht gegeven wordt aan de
algemene vorming van de leerlingen
In het MAVO valt het fiasco van de
drie-jarige MAVO op (en het ver
dwijnen daarvan) en daarnaast het
experiment met twee-stromen onder
wijs zoals dat in een andere vorm
ook al op het LBO bestond.
Twee stromen onderwijs houdt in dat
leerlingen de mogelijkheid geboden
wordt onderwijs op twee niveaus.
In het LBO
kent men bovendien een C niveau
(met de hoogste moeilijkheidsgraad).
Naast de zo geboden keuze-mogelijk
heden kent onderwijsland sinds een
aantal jaren de combinatie van
MAVO en LBO, in de Maasstad te
vinden op de Scholengemeenschap
Nicolaas Witsen en de Sint Paulus
Eerstgenoemde startte in 1973 met
het project en in 1978 werden de
eerste examens afgenomen van
leerlingen met de gemengde MAVO-
LBO brugklas als achtergrond. Vier
jaar later maakte ook Sint Paulus een
begin met de combinatie en dit leer
jaar draait ook daar de heterogene
brugklas.
Zowel de heer Eykenaar als de heer
Van Gurp, respectievelijk directeur
van Nicolaas Witsen en van Sint Pau
lus, zien die gemengde brugklas als
een voordeel van LBO-MAVO onder
wijs. De keuze tussen beroepsonder
wijs en voortgezet onderwijs
wordt met een jaar en wanneer er in
de toekomst nog een verlengde brug
klas komt, met twee jaar, uitgesteld.
De heer Eykenaar: „Het coördinatie
project AVO-LBO, dat zich lande
lijk bezighoudt met de samenwerking
werkt momenteel aan de leerstofont
wikkeling voor de heterogene brug-
periode. Toen een aanvang werd ge
maakt met het experiment bestond
de aangepaste leerstof nog niet, maar
door samenwerking van alle bij het
AVO-LBO project betrokken scho-
Belangrijk pluspunt van de heteroge
ne brugklas is dat ouders die twijfe
len tussen beroeps- of algemeen vor
mend onderwijs op het moment dat
hun kind van de lagere school komt,
nog geen keuze hoeven te naken,
maar dat in de praktijk kan blijken
welke richting de juiste is. Het even
tueel -lagere percentage leerlingen dat
van zijn MAVO naar HAVO gaat
schrijft de heer Eykenaar toe aan het
feit „dat de instroom van potentiële
HAVO-leerlingen lager is dan op een
catagorale MAVO of een MAVO in
een AVO- scholengemeenschap". De
keuze ligt bij de leerlingen die naar
het LBO- MAVO onderwijs komen
niet tussen twee vormen van alge
meen voortgezet onderwijs.
Toch liggen in de combinatie
LBO/MAVO ook problemen
verscholen. De vrees bestaat
dat er een scheuring optreedt in het
AVO, waarbij de MAVO zich door
naar het LBO te trekken afscheidt
van de van oudsher als doorstroom
mogelijkheid bedoelde HAVO. In
de samenwerking met het beroeps
onderwijs zitten zoveel voordelen dat
het MAVO wellicht de eigen waarde
dreigt te verliezen.
zou zijn", zegt hij, heeft dat niets te
maken met de combinatie LBO-
MAVO omdat de eindexamenpro
gramma's dezelfde blijven. Wel is het
zo dat MAVO als eindonderwijs geen
waarde heeft, maar zo is het ook niet
bedoeld. Dat geldt ook voor LBO
Het is idioot dat wanneer grote groe
pen jongeren pas na hun twintigste
of later het bedrijfsleven in moeten
er van scholieren van LBO of MAVp
al verwacht wordt dat ze op 15-jari-
ge of 16-jarige leeftijd produktièf
zijn".
Wat zijn de mogelijkheden dan wél
voor die leerlingen? Degenen m?t
een LBO-opleiding op C-niveau heb
ben de mogelijkheid om naar hét
MBO (middelbaar beroeps onderwijs)
te gaan. Zij maken 30 proc.uit van
het totaal, de overige 70 proc. (zij
met een A of B diploma en het res
tant op C-niveau) kiezen tussen het
leerlingenstelsel (één of twee dagen
in de week een beroepsopleiding vol
gen), werken of profielverbetering,
hetgeen wil zeggen dat door een ex
tra jaar geprobeerd wordt alsnog
op het C-niveau te komen waardoor
de overstap naar MBO mogelijk
wordt. Bovendien is er sinds kort een
experiment voor 16 tot 18 jarigen.
Volgend jaar gaat er in Rotterdahi
een school beginnen met koït
middelbaar beroepsonderwijs
(KMBO) bedoeld voor diegenen
onder het 70 proc. restant die nèg
een volledige dagopleiding willen vól
gen. Het KMBO eindigt ongeveer dp
het niveau van het leerlingenstelsel.