'Ik heb weieens het idee onder mijn niveau bezig te zijm' Leerling centraal bij onderwijs a J' 4 Theater Augustus niet alleen voor kinderen TIJDPERK VAN HET KRIJTJE NIET VOORBIJ H B VBO-leerlinge Antonia Kop: KMBO voorziet in behoefte SCHOLENKRANT Hi! - v Films en video blijven hulpmiddelen sss DONDERDAC 15 JANUARI 1981 3-575 ET Voortgezet Buitengewoon Onderwijs (V]BO) is bedoeld voor kinderen die de lagere school moeten verlaten en die door intellectuele of sociale tekortkomingen niet in staat zijn normaal onderwijs te volgen. De opleiding, diè woïdt gevolgd door leerlingen tot achttien jaar, is op te splitsen in drie fasen. „De eerste fase wordt er voornamelijk binnen de school les gegeven", vertelt mevrouw Schoutens, hoofd van „De Wegwijzer", een school voor VBO in Schiedam. „In de twëede fase is dat anders. De leerlingen krijgen- gedurende deze periode veel praktische lessen, waaronder koken, hout bewerken en naaien, op scholen vpor huishoud* en nijverheidsonderwijs. Zij worden daar onderwezen door docenten van deze onderwijsinstellingen. De leerlingen gaan dan ook vaak op excursie. We proberen op die manier het onderwijs zo praktisch mogelijk op te zetten. Dat geldt vooral voor de derde fase. De kinderen lopen dan enkele dagen per week stage bij een bedrijf of een andere instelling." Naast de zuiver praktisch gerichte lessen, krijgen de leerlingen ook les in taal, rekenen en lezen. Wanneer blijkt dat een scholier niet in staat is om deze lessen te volgen, kan in overleg met de ouders worden besloten om hiermee te stoppen. Dan krijgt de leerling alleen nog maar praktisch onderwijs. ,,Maar dit soort echt hopeloze gevallen hebben we niet vaak", zegt mevrouw Schoutens. We spraken met Antonia Kop, 15 jaar oud, die nu twee enhalf jaar op „De Wegwijzer" zit. Antonia doorloopt nu de derde fase. Zij heeft de eerste twee fasen relatief snel doorlopen. Op het moment is zij twee dagen per Week op stage bij kinderdagverblijf Katja. „Als ik iemand vertel op wat doen, dan heb ik vaak het ge- yoor school ik zit, dan kijken voel dat er op me wordt neer- Se me niet begrijpen aan. Ze gekeken. Ik wordt op zo'n vragen zich af wat daar zoal ge- moment verlegen en durf niets "daan wordt. meer te zeggen. Meestal loop Als ik zeg wat we daar allemaal ik dan maar weer door". <f>>j ia Kop: „Ik heb wel het idee op school nuttig bezig te zijn. Antonia steekt niet onder stoe len of banken dat haar oplei ding op een laag niveau staat. Zij zelf ziet die opleiding niet als een belemmering om een goede toekomst tegemoet te gaan. Dit in tegenstelling tot sommigen uit haar omgeving. Het werk in het kinderdagver blijf bevalt haar uitstekend. Ze hoopt over een jaar, wanneer zij de school mag verlaten, dit werk te kunnen blijven doen. „Ik ben daar heel de dag met kinderen bezig. Om twaalf uur moet ik ze bij de warme maal tijd helpen met eten. Als ze naar het toilet willen, moet ik ze daar toestemming voor ge ven. Verder houd je ze de hele dag bezig met allerlei spelletjes. Ik vind het hardstikke leuk werk om te doen." Antonia's speciale aandacht gaat uit naar een spastisch meisje, die het kinderdagver blijf regelmatig bezoekt. „Ik heb zelf een spastisch broertje en daar heb ik me altijd vpel mee bezig gehouden. Vandaar dat ik goed weet hoe je zo'n kind precies moet opvangen." Antonia is niet ontevreden over de situatie waarin zij momen teel verkeert. Behalve in haar stage, heeft zij ook plezier in de zogenaamde creativiteits- middagen, die één keer in de week op school worden gehou den. Deze zijn bedoeld om de leerlingen in contact te brengen met allerlei vormen van ont spanning, zoals paardrijden, fotograferen en dansen. Toch zal zij blij zijn als ze de school mag verlaten. Het idee niet meer te hoeven doen wat de .juffen en meesters" zeggen, maar zelf een rol van betekenis in de samenleving te vervullen, bekt haar aan. „Ik heb echter wel het idee op school nuttig bezig te zijn. Ik steek erg veel op van mijn stage. Sinds ik van de Albert Schweit- zerschool (lager onderwijs voor moeilijk lerende kinderen-red,) af ben, heb ik veel geleerd! naaien, braden, taal en rekenen, waar ik vooral in het begin erg veel moeite mee had." Het eerste jaar op „De Weg wijzer" is voor Antonia niet makkelijk verlopen. „Ik merkte dat alle leerlingen maar heel langzaam konden leren. Ik be sefte dat anderen die hier niet op school zaten, daar veel min der moeite mee hadden. Ik kende alle meisjes uit mijn klas nog nifet en kon moeilijk vrien dinnen maken. Het tweede jaar werd dat anders. Ik trek sinds die tijd heel veel, ook buiten de 'Onvolwassen' Moeite heeft Antonia met het „onvolwassen gedrag" dat som mige van haar mede-leerlingert vertonen. „Een aantal van hen gedraagt zich nog als kleine kinderen. Ze spelen met pop pen of auto's, terwijl ze toch allemaal vijftien tot zeventien jaar oud zijn. Met hen kan ik maar moeilijk contact krijgen. Ik heb daardoor ook weieens het idee onder mijn niveau bezig te zijn." Soms ambieert Antonia een hoger opleidingsniveau. „Maar ik zit met mijn rekenen. Op andere scholen maken ze som men tot boven de duizend. Bo ven de honderd kan ik bijna niet rekenen, hoewel ik denk dat het wel binnen mijn moge* lijkheden ligt." Volgend jaar gaat Antonie een baantje zoeken. Ze rekent daar bij op de steun van haar vader Een betrekking bij een kinder dagverblijf is haar ideaal. Soms vind ik het weieens jammer dat ik geen „papiertje" heb. „Als ik een diploma had, zou ik misschien proberen ander werk te krijgen. Maar met een goed getuigschrift, dat ik na mijn opleiding krijg, denk ik met kinderen aan de slag te kunnen. Lukt dat niet, dan zoek ik wel werk in een winkel of zo". John Geijp Kort Middei- baar Beroeps- Onderwijs <K.M.B£>.) jheet de nieuwe vorm van onderwijs waarmee samen werkende onderwijsinstel lingen in de regio Rot terdam in augustus van •start gaan. i)e behoefte aan volledig be roepsgericht dagonderwijs neemt toe. Veranderingen in de maatschappij zijn daar de oor zaak van Het is niet langer noodzakelijk dat de kinderen meewerken voor het gezins inkomen, Qok kiest een groot aantal meisjes een beroep dat langere opleidingsduur ver- Binnen de bestaande beroepen gaat mert sfeeds meer speciali seren, zodat de vraag naar beter geschoold personeel toeneemt. Jóngeren tussen de 16 en 18 jaar vinden echter lang niet al- I lemaal iets van hun gading in Mogelijkheden Eigenlijk biedt dit systeem ntaar. twee mogelijkheden. Men kan na het vierjarig voortgezet onderwijs naar het Middelbaar Beroepsonderwijs (M.B.O.) Voor een grote groep jonge mensen is de toelatingsdrem pel naar deze onderwijssoort te hoog of zij haken af tijdens de eerste leerjaren Een alternatief biedt het be roepsbegeleidend onderwijs (B.B.O.). dat gecombineerd met het leerlingwezen een part time onderwijsvoorziening is. Gat Het K.M.B.O. moet het gat op vullen dat tussen de bestaande opleidingsmogelijkheden is ont staan. De cursist krijgt er gedu rende vijf dagen in de week een opleiding. Naast stage en excur sies zijn 18 van de 30 lessen be roepsgericht Om toegelaten te worden be hoeft men niet in het bezit te zijn van een diploma. Wel moet men tussen de 16 en 18 jaar zijn of tenminste tien jaar vol ledig dagonderwijs gevolgd heb- Eigen tempo Voorlopig kan men een keuze maken uit een zestal opleidin gen: Oriënteren en Schakelen, Administratie, Detailhandel, Huishoudtechniek, Installatie techniek en Uiterlijke Verzor ging. De lesstof is verdeeld in blokken van opeenvolgende ni veaus. In een toelatingsgesprek stelt men vast aan welk blok de cursist kan beginnen. Nadat de leerling zo'n blok in zijn eigen tempo heeft afgewerkt doet hij tentamen. Als dit tentamen voldoende is gemaakt, ontvangt hij een deelcertificaat, dat automa tisch toegang geeft tot het vol gende blok. Aan het eind van de opleiding, die gemiddeld twee a drie jaar gaat duren, Schakelen Niet elke cursist die zich aan meldt, weet al precies welke richting hij' zal kiezen. Ook komt het vooi; dat iemand niet over het vakkenpakket beschikt dat voor de opleiding noodza kelijk is. Speciaal voor deze mensen is de cursus Oriënteren en Schakelen. Tijdens de lessen wijst men de leerlingen op de mogelijkheden die er voor hen zijn of vult men leemten in hun kennis aan. Na verloop van tijd worden ze dan ingevoegd in de richting van hun keuze. Aanmelden Met ingang van het nieuwe schooljaar kunnen 160 leerlin gen met een K.M.B.O.-cursus beginnen bij Streekschool Rot terdam Noord, Tamboerstraat 9, Rotterdam, telefoon 010 - 11.85.80. Nadere informatie en aanmel dingsformulieren verstrekt men u graag. Nu aanmelden voor komt teleurstelling. Willy Entrop Wm e IJ óns is het theater maken een doel, ter wijl het bij anderen vaak een middel is". Zo vat Paul van Soest, een van de leden van Theater Augustus, de werkzaamheden van de groep samen. „Wij hebben de naam een kindertheater te zijn, maar onze voor stellingen zijn niet alleen voor de jeugd. Wij gaan uit van het basisidee dat theater primaire emo ties laat zien. Dat is niet aan een bepaalde leeftijd gebonden. Lachen en hui len doet iedereen. In riet kantoortje aan de Stiel tjesstraat 20 in Rotterdam doet een blind paard geen schade. De repetitieruimte is evenwel van alle gemakken voorzien: piano, opneembare balletvloer en dubbele ramen voor de geluidsoverlast van het langs- denderende verkeer. De spelers van de groep komen op de druilerige ochtend maar moeizaam op dreef. Pas bij de tweede pot koffie komt het gesprek op toneelspelen. Om beurten vertellen Hanka van der Flier, Paul van Soest, Ton Pompert en Henk van Straten over de nieuwe produkties die men in de eerste drie maanden van 1981 presenteert. Magie Allereerst is daar „Mister I" een stuk dat bestemd is voor mensen vanaf zes jaar. Hanka zegt erover: „Het is erg moei lijk om precies te vertellen waarover het stuk gaat. Dat gold trouwens ook voor onze vorige produkties. Theater is een ervaring, ie moet tijdens de voorstelling het publiek de magie van het toneelspelen laten beleven. Natuurlijk hebben we wel vaste afspraken wat betreft de choreografie en de onderwer pen Aan iedere voorstellingen verandert echter wel iets. Dat heeft verschillende oorzaken. Niet in elke zaal heeft het podium dezelfde afmetingen. Ook de belichtingsmogelijkhe den verschillen per accommo datie". „Mister I" is een opvallend figuur, die achter een tafel vol elektronische apparatuur zit. De aandacht van het publiek wordt van „Mister I" afgeleid door twee vreemde snuiters. Zij maken grappen, zingen, mimen en bewegen. Er wordt weinig gezegd, maar veel gelachen. Van 10 tot en met 14 maart is Augustus te zien in Theater „De Lantaren", Gouvernestraat 129, Rotterdam. Zij biedt de toeschouwer dan een avondvul lend programma bestaande uit twee korte spelen: „Plasticage" en „De Noodzaak van de Honger". Men richt zich met deze stukken vooral op de mid delbare schooljeugd. Geen vormingstheater De leden van de groep snijden in hun voorstellingen bewust geen ,,grote-mensen-proble men" aan. Hun stukken heb ben geen vormend karakter. Er wordt ook niet van het publiek verwacht dat ze tegen heug en meug zingen of meedoen aan spelletjes. Augustus heeft voor deze aanpak gekozen, omdat kinderen vaak veel meer begrij pen dan volwassenen denken. „Wij vinden", zegt Paul, „dat volwassenen niet het recht hebben het jeugdige publiek te confronteren met hun eigen frustraties". Vorm Het ruim vier jaar bestaande gezelschap heeft eigenlijk pas in het laatste jaar de vorm gevonden die men voorstond. Verrassingen zijn er echter nog steeds. Ton en Paul zien bijna gelijktijdig dat Henk zijn snor af heeft geschoren. De hilariteit is groot. Bij „Mister I" draait een groot gedeelte om zijn snor. De try-out is al over tien dagen. Berustend zegt hij: Nou, dan plak ik er maar een aan". Willy Entrop Onvoorstel baar groot is het aantal audio-visuele middelen dat het onderwijs momenteel ten dienste staat. De meeste, zich respecterende scholen voor voortgezet onderwijs zijn wel in het bezit van een talénpracticum, beschikken over overheadpro jektoren t.v .-toestellen, dia- en fiïrriprojektóren en bandrecorders. Maar de kroon spant toch wel de Maarten Luther Scholengemeenschap in Rotterdam. Daar werkt men al sinds 1980 met een gesloten videocircuit. Twee enthousiaste docenten zijn destijds met een video recorder en een paar televisie toestellen gestart, hebben Amerikaanse methodes bestu deerd in Amerika is men al veei verder op dit gebied en uiteraard veel geleerd van de fouten, die in het „Land van de onbegrensde mogelijkhe den" gemaakt zijn. Momenteel beschikt men over een centraal punt in de school waarvan men twee program ma's tegelijkertijd kan laten zien in 20 lokalen. Van uit deze centrale kan gespro ken worden met degenen, die zich bij de televisietoestellen in de betreffende lokalen bevinden. Kontakt over en weer met betrekking tot bij voorbeeld het geluid of aan vang van de uitzending is mo gelijk. Zelf Programma's zijn op verschil lende manieren te verkrijgen, door uitzendingen op te nemen van Teleac, de N.O.T.- de Ne derlandse Onderwijs Televisie-, en het „open" net. dat bete kent zoveel als: alles dat voor de lessen gebruikt zou kunnen worden. Het Programma „Van gewest tot gewest" met name laat zich uitstekend verwerken tot lesmateriaal. Documentaires zijn heel bruik baar voor de biologie-, geschie denis-, en aardrijkskundeles sen. Sinds kort heeft de Schooladviesdienst een inven tarisatielijst samengesteld van videoprogramma's, die bij ver schillende scholen voor voort gezet onderwijs aanwezig waren. Aan de hand van deze lijst kan men onderling video banden uitwisselen. Maar de Maarten Lutherschool maakt ook zelf programma's. Drie jaar „Een zeer intensief en tijd rovend karwei", zegt de conrector LP. Lodder. „Voor een programma van 20 minu- teiv is men al gauw twee mid dagen bezig. We hebben zo'n jaar of vijf geleden meege werkt aan een experiment met betrekking tot het gebruik van audio-visuele middelen in het. onderwijs. Dat experiment heeft ongeveer drie jaar ge duurd. Voor de begeleiding kregen we de beschikking over een vaste medewerker. Bene den in het gebouw werd een kleine studio gebouwd met drie video camera's, een mengpaneel voor het geluid en de „truckendoos": een meng paneel voor het beeld. Welnu, van deze studio maken we nu nog dankbaar gebruik om eigen programma's op te nemen. Relatie Tijdens werkweken wordt meestal een draagbare video recorder meegenomen, dan maken de leerlingen zoveel mogelijk zelf de programma's. Onlangs tijdens een werkweek naar Parijs is er zóveel opge nomen, dat men materiaal had voor vijf programma's om de cursus Frans te ondersteu nen. De Maarten Lutherschool onderhoudt een nauwe relatie met de stichting N.I.A.M.. Ne derlands Instituut voor Audio visuele Media. Deze stichting, die in Den Haag •Nu - i gevestigd is, heeft een voor lichtingscentrum in het Bouw centrum in Rotterdam, dat spe ciaal gericht is op het onder wijs. Veel scholen komen hier dan ook hun, ücht opsteken, laten zich voorlichten of volgen cursussen bij de N.I.A.M. Adviezen over allerhande audio-visuele middelen worden hier gegeven. Momenteel bij voorbeeld worden video-recor ders met 1-uurs banden vrij goedkoop op de markt ge bracht, omdat de nieuwe re corders met 3-uurs banden zijn uitgerust. Voor het onderwijs echter zijn 1-uurs banden ideaal. „Films, video, overhead-pro- jektoren. het zijn en blijven hulpmiddelen", vindt de heer Lodder. „Het tijdperk van het krijtje is echt niet vooïbij. Langer dan hooguit 20 minu ten kan men de leerlingen niet naar een film laten kijken. Dan is bij de meesten de concentra tie verdwenen. Begeleiding van een docent zal bij leerlingen in het voortgezet onderwijs altijd wel noodzakelijk blijven". Wil Baghuis

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Havenloods | 1981 | | pagina 31