'Mijn leven is één grote
zelfmoordpoging'
Stuntschool Holiday
begin volgend jaar open
Twee wereldrecords
binnen een jaar
©DE HAVENLOODS
Rotterdamse stuntman Mr. Nick Holiday:
DONDERDAG 22 OKTOBER 1987
43-584
„Het was alsof ik in een
raket zat". Als de dag van
gisteren herinnert Nick
Holiday zich zijn geslaagde
wereldrecord-poging Ka-
mikaze-dive op 14 juli 1984
in Zandvoort.
Nick zat, of liever gezegd:
lag, in een auto die met een
kraan werd opgehesen tot
een hoogte van 42,40 me
ter. „Toen ik eenmaal bo
ven hing, kon ik niet een4
zien waar ik terecht zou
komen, zo hoog was het",
vertelt hij. Vervolgens
werd de auto losgelaten en
maakte een vrije val op een
stapel autowrakken die
zijn val moest breken.. De
snelheid waarmee de wa
gen naar beneden viel, be
droeg meer dan honderd
kilometer per uur. Zonder
ook maar een schrammetje
te hebben opgelopen, stap
te de stuntman even later
uit de auto. Het enige wat
hij had gebroken, was het
oude wereldrecord dat op
38 meter stond. De totale
kosten van zijn recordpo
ging bedroegen 50.000 gul
den. „En nou schat ik het
aan de lage kant", zegt
Nick. „Zonder sponsors is
dat niet te doen".
Binnen een jaar na het eer
ste vestigde de Rotterdam
mer zijn tweede wereldre
cord met het door hemzelf
ontworpen body-ram.
Plaats van handeling was
wederom het circuit in
Zandvoort. Nick stond
voor op een auto die met
een snelheid van tachtig ki
lometer per uur door zeven
achter elkaar geplaatste
brandende hekken reed.
Eigenlijk waaide het die
zestiende mei 1985 te hard,
waardoor het hout niet
goed door wilde branden.
De klappen die de stunt
man te verduren kreeg toen
hij de hekken ramde, wa
ren dan ook harder dan hij
had gedacht. Toch hield hij
er alleen een paar kneuzin
gen aan over. „Maar", zegt
hij, „zo'n wereldrecord
vergt jaren van je leven".
Toch zijn Nico Hoogendijk
en zijn alter ego Nick Holi
day twee verschillende per
sonen. „Als ik thuis op een
trapleertje sta om een lamp
te verwisselen, staat de
hele familie om me heen te
roepen: Doe je voorzich
tig".
Na zijn geslaagde record-poging body ram ziet de Rotter
damse waaghals er jaren ouder uit. 'Zo'n wereldrecord vergt
jaren van je leven'.
„Een stunt is pas een stunt als ie gevaarlijk is", zegt de Rotterdamse
stuntman Nico Hoogendijk. Onder de naam Mr. Nick Holiday waagt hij
al meer dan twintig jaar regelmatig zijn leven met de meest gevaarlijke
en spectaculaire stunts. Voor leken lijkt het gekkenwerk, maan voor
Nick Holiday is het spelen met z'n leven een bloedserieuze zaak. Eén
klein foutje en het is gedaan met de stuntman. „Het is ons vak om ge
vaarlijke situaties te overleven", zegt hij. „Er is niemand die dood wil,
ook een stuntman niet. Ik denk dat ik meer aan het leven hecht dan an
deren". Toch kreeg de Rotterdammer ooit van één van z'n sponsors te
horen: „Ik betaal mee aan jouw zelfmoordpogingen".
De Rotterdamse stuntman Nick Holiday in volle actie, met achterop zijn assistente Alice van Boltaringen. 'Een meid met veel lef.
tor naar de camera en vertelt
de kijkers thuis dat het erg
onverstandig is om geen auto
gordels te dragen. Om een ver
gelijking te trekken met een
frontale botsing bij een snel
heid van vijftig kilometer per
uur, zal een vrijwilliger vanaf
de hoge duikplank in het lege
bad springen. „Ja, toe maar
Marcel", roept de presentator
vervolgens naar boven. De
jongen op de duikplank blijft
aarzelend staan. „Toe nou
Marcel, dat hadden we toch
afgesproken", dringt de pre
sentator aan. Marcel neemt
een aanloop en springt naar
beneden. Als kijker thuis voel
je op dat moment je maag sa
mentrekken. Je moet er niet
aan denken wat er gebeurt als
Marcel vanaf die hoogte op de
vloer smakt. Beton veert im
mers niet mee... Maar wonder
boven wonder blijkt het bad
ineens toch gevuld te zijn en
met een plons duikt Marcel in
het water. De kijker thuis
slaakt een zucht van verlich
ting. In de film kan gelukkig
alles.
Natuur
„Het was een verschrikkelijke
dag voor de opname van die
spot. Het vroor dat het kraak
te, De sneeuw stond zo hoog",
zegt Nick Holiday, z'n hand
een halve meter van de grond
houdend. De stuntman herin
nert zich de opnamen van de
spot nog goed. Hij was het die
als Marcel vanaf de vijftien
meter hoge duikplank naar
beneden sprong. „Het waaide
als een gek. Eigenlijk was het
niet te doen", vertelt Nick.
Door de harde wind bestond
het gevaar dat hij uit de koers
zou waaien en naast de stella
ge terecht zou komen. Nu
draait de stuntman gewoon
lijk nergens z'n hand voor om,
maar vanf vijftien hoogte op
een betonnen vloer terecht ko
men, zag zelfs hij niet zitten.
Hij eiste dus een grotere stel
lage. Na enig tegensputteren
dat dit de produktiekosten
omhoog zou jagen, kreeg hij
tenslotte zijn zin. Toen hij
twaalf uur later eindelijk zijn
sprong kon maken, landde hij
perfect in het midden van de
stellage. „Op het moment dat
ik moest springen, was het
windstil, zegt hij. „Maar ik
was nog geen vijf minuten in
m'n kleedkamer of het begon
weer te waaien. Dat is toeval.
Als de natuur zegt dat het niet
mag, moet je ook niet sprin
gen. Heb nou maar respect
voor de natuur, want van wa
ter, vuur en wind kun je toch
niet winnen", zegt Holiday
beslist.
Geen risico's
De Rotterdamse stuntman zal
nooit onnodig risico's nemen.
„In geval van twijel doe ik het
gewoon niet", laat hij weten.
Het is de kunst van m'n vak
om het gevaar zo veel moge
lijk terug te brengen. Bij
iedere stunt gaan we zeer
zorgvuldig te werk en probe
ren we de kans op ongelukken
met negentig procent terug te
brengen. Dat is juist de kunst
jongen, proberen te overleven
in de meest bizarre en gevaar
lijke situaties. Het liefst na
tuurlijk zonder blessures.
Kijk, een breukje of kneu-
zinkje calculeer ik in. Daar
ben ik niet bang voor".
Toch kent ook een stuntman
wel degelijk angst. „Ik schijt
soms in m'n broek van angst",
zegt Nick onomwonden. „Het
zijn soms zulke gevaarlijke
stunt, dat is werkelijk onvoor
stelbaar. Een stuntman die
geen angst heeft, is geen
stuntman. Dat bestaat niet.
Dan ben je een braniemaker
of een schreeuwer. Voordat ik
een stunt ga doen, heb ik 'm al
honderden malen gedaan in
m'n slaap en in m'n dromen.
Dan ben ik al duizend doden
gestorven, echt waar. Ik kom
dikwijls zelfverzekerd over,
maar dat is omdat ik natuur
lijk wel zelfverzekerd moet
zijn in mijn vak. Want anders
gaan het mis".
Uitsmijter
Eigenlijk heeft Nico Hoogen
dijk nooit goed geweten wat
hij wilde worden. Al op der
tienjarige leeftijd kiest hij het
ruime sop. Nadat hij een tijdje
bij de Holland Amerika Lijn
(HAL) heeft geyaren, beproeft
hij zijn geluk aan wal en vindt
emplooi als uitsmijter in de
Maasdam-bar, een nachtclub
in Crooswijk. „Dat was een
knokkerszaak. Hoeren, pooi
ers, je moest van goede huize
komen om je daar staande te
kunnen houden".
Op een avond werkte Nick
weer eens een paar lastige
klanten naar buiten. De Oos
terse vechtsporten die hij op
de schepen had geleerd, kwa
men hierij goed van pas. Een
paar Amerikanen waren on
der de indruk van zijn optre
den en vroegen of hij mis
schien in een film wilde spe
len. Nick hechtte weinig
waarde aan hun woorden. „Je
maakte zoveel gekken mee",
maar gaf hen toch zijn adres.
De volgende dag stopte een
grote Amerikaanse wagen
voor huize Hoogendijk. Niet
veel later speelde Nick zijn
eerste filmrol in de James
Bond-achtige rolprent 'Derek
Flint'.
Als gage ontving hij een flinke
stapel dollars. „Zo'n pak",
vertelt Nick terwijl hij duim
en wijsvinger van zijn linker
hand een paar centimeter van
elkaar houdt. „Ik dacht, dat
moet het zijn. Als je zo je eten
kan Verdienen".
Schietshow
Nick had de smaak te pakken
en reisde naar Amerika om
daar alles te leren wat er op
stuntgebied maar te leren viel.
Weer terug in Nederland
kwam hij in 1970 in contact
met stuntman Jan Vos. Ruim
zes jaar werkten de twee man
nen nauw samen. Ze trokken
door het land met een stunt
en schietshow en traden onder
meer op in 'Voor de vuist weg'
van Willem Duys. Ook waren
ze te zien in de Engelse tv-
serie Jason King.
Aan hun samenwerking kwam
abrupt een einde toen Jan Vos
in 1977 bij een stunt om het
leven kwam. Nico Hoogendijk
besloot het stunten te laten
voor wat het was. Na een pe
riode van 'drank, drugs, vrou
wen en gokken' ging hij in
1982 toch weer trainen. Het
resultaat van zijn inspannin
gen was een schietshow die hij
presenteerde in een Rotter
damse nachtclub. Deze sensa
tionele show werd goed ont
vangen, maar al na een maand
verboden. Hij zou te gevaar
lijk zijn. Acht maanden oefe
nen waren voor niks geweest
en ook naar zijn geïnvesteerde
geld kon Nico- fluiten. Het
kwam zelfs zo ver dat hij een
belastingaanslag niet kon vol
doen en zijn inboedel moest
verkopen.
Maar het bloed kruipt waar
het niet gaan kan. In 1984
krabbelde Nick weer uit het
dal tevoorschijn en deed het
meteen goed. In dat jaar zette
hij het wereldrecord Kamika-
ze-dive op zijn naam (zie ka
der) en binnen een jaar deed
hij hetzelfde met het door
hemzelf ontworpen body-ram.
Overigens noemt Nick zich
zelf liever cascadeur dan
stuntman. Volgens het woor
denboek betekent cascadeur:
'circusacrobaat die schijnbaar
mislukte evènwichtstoeren
verricht, die met valpartijen
eindigen'. Nick heeft een
eigen uitleg voor het woord:
„Ik zie mezelf als kunstenaar.
Net zoals een schilder met z'n
verf schildert, zo. bouw ik m'n
stunts op". Als stuntman moet
je volgens hem te veel naar de
regisseur luisteren. „Maar ik
weet met m'n twintig jaar er
varing toch het beste hoe ik
een stunt moet doen. En bo
vendien ben ik het die z'n le
ven waagt".
Miljonair
„Veilig stunten kan alleen als
je goed materiaal hebt en dat
kost veel geld", zegt Nick.
„Daarom zal ik ook nooit rijk
worden. Iedere gulden die ik
verdien, investeer ik weer in
m'n stunts. Omdat ik vaak in
smoking gekleed ga, denken
veel mensen dat jk miljonair
ben. Maar dat is niet zo. Dat
hoort bij m'n image. Niet voor
niets zijn we een paar keer
uitgeroepen tot het best gekle
de stuntman", vertelt Nick.
„Als ik een vuurstunt moet
doen, kan ik natuurlijk een
KLM-overall van honderd
gulden kopen. Maar ik kan
ook een brandvrij overall ko
pen, alleen kost die duizend
gulden. Maar met die laatste
heb ik wel vijftig procent
meer kans om te overleven".
Trots toont Nick een foto van
zijn brandvrije smoking,
waarmee hij ook bij Tineke op
tv was te zien. „Maar die smo
king kost wel een paar rug
gen", zegt hij.
Ondanks alle gevaren die hij
doorstaat, is Nico Hoogendijk
niet bang om dood te gaan.
„Waarvoor", zegt hij. „Als het
m'n tijd is, ga ik toch. Of ik
nou ga als ik van een hijs
kraan duik, of als ik de straat
oversteek en één of andere
mafferd rijdt me dood. Eén
van m'n sponsors heeft wel 'ns
gezegd: „Ik betaal mee aan
jouw zelfmoordpogingen".
Maar mijn hele leven is één
complete aaneenschakeling
van zelfmoordpogingen ge
weest".
Aan het einde van het gesprek
stoot Nick Holiday een glas op
tafel om. De limonade druipt
op de grond. „Zie je wel dat ik
een heel onhandig mannetje
ben", zegt hij. „Ik ben geen
superman. Ik doe gewoon m'n
werk".
Tekst: Theo de Reus
Foto's: Ed Oudenaarden
en Team Holiday
Ter begroeting steekt de
stuntman joviaal zijn linker
hand uit. Zijn rechterarm in
verband gewikkeld als gevolg
van een ongelukje bij de ver
bouwing. Nick Holiday is
slank en vooral lang. Zijn 1.90
meter lange lichaam is gehuld
in een zwarte leren broek en
wit hemd met stropdas. Hij
heeft een bruine haardos en
een sierlijke bril met getinte
glazen. Op zijn bovenlip prijkt
een dun snorretje. Wanneer
hem naar zijn leeftijd wordt
gevraagd, antwoordt de stunt
man grijnzend: „Veertig". Na
een korte stilte voegt hij daar
lachend aan toe: „En dat ben
ik al jóren!
Marcel
Een paar maanden geleden
maakte de in Crooswijk gebo
ren Rotterdammer nog een
dodensprong. Hij trad toen op
in een spotje van Veilig Ver
keer Nederland in het kader
van de actie 'Autogordels vast
en zeker'. Het filmpje, dat on
langs nog in Cannes werd be
kroond met de Zilveren
Leeuw, is verschillende keren
op televisie te zien geweest.
Decor van het spotje is een
leeg zwembad. Over de bodem
van het bad loopt de presenta-
Wie een kantoorbaan niet
opwindend genoeg vindt
en wat actie in z'n leven
wil, kan natuurlijk beslui
ten om stuntman te wor
den. Maar de stuntman of -
vrouw in spé komt al gauw
voor een probleem te
staan: waar kun je het vak
leren? Scholen zijn er niet
en schriftelijke cursussen
al evenmin. Zelfs Teleac,
die binnenkort van start
gaat met een tv-cursus
'slapen', heeft nog steeds
geen cursus 'stunten voor
beginners' op het program
ma staan.
„Niemand weet waar je dit
vak kunt leren", zegt Nick
Holiday. Vandaar dat hij be
gin volgend jaar aan de Qua-
rantaineweg de eerste stunt-
school in Europa wil openen.
Iedereen die serieus het am
bachtelijke stuntwerk onder
de knie wil krijgen en er zijn
beroep van wil maken, kan
hier terecht. „Maar ook ie
mand die gewoon gevaarlijke
dingen wil doen en zich een
keertje wil uitleven, is wel
kom", zegt Nick.
Degenen die serieus van plan
zijn om van de waaghalzerij
hun beroep te maken, kunnen
bij Nick aankloppen voor ad
viezen op commercieel gebied,
zoals het werven van een
sponsor.
Ervaring
„Ik zie mezelf niet als leraar.
Wel hoop ik dat ik mijn kennis
en ervaring op anderen kan
overbrengen", zegt de stunt
man. Over twee jaar wil hij
met het actieve stuntwerk
stoppen. „Dan gooi ik de
handdoek". Maar achter de
schermen blijft hij wel actief
bezig met het voorbereiden
van stunts, zoals het vooraf
uittekenen en de keuze van
het materiaal.
Rotterdammer het terrein en
drie gebouwen ter sponsoring
van het Gemeentelijk Haven
bedrijf tot zijn beschikking
gekregen. Het is een uitste
kende lokatie om een stunt-
school te beginnen, al zijn de
sporen van vele jaren van ver
waarlozing goed zichtbaar.
De hoge vensters zijn dichtge
metseld en overal liggen brok
ken puin. Het onkruid heeft
gretig bezit genomen van de
ruimte tussen de drie gebou
wen die in een U-vorm staan.
„Er zit veel tijd, liefde en ge
duld in", zegt Nick terwijl hij
enthousiast een rondleiding
over het terrein geeft. Hij
heeft er èen flinke klus aan om
alles op te knappen. Het com
plex aan het einde van de
Quarantaineweg stamt uit
1933. In de paviljoens werden
mensen met besmettelijke
ziekten ondergebracht. „In de
oorlog zaten de Duitsers
hier", weet de stuntman. Aan
het einde van de jaren zeven
tig namen krakers hun intrek
in een aantal panden. Om ver
dere kraakpartijen te voorko
men, liet de eigenaar, het Ge
meentelijk Havenbedrijf, de
rest van de gebouwen onklaar
maken.
Sportwagen
In februari volgend jaar hoopt
de stuntman zijn school te
kunnen openen, maar „als het
maart wordt, is het ook niet
erg". Met de werkzaamheden
in het linkergebouw is Nick al
behoorlijk opgeschoten. Hier
heeft hij al een grote kamer en
een keuken ingericht. Ook de
toiletten zijn klaar en aan de
douches wordt nog gewerkt.
HEIJPLAAT sinds
een half jaar zetelt Nick
Holiday in een paar ge
bouwen aan de Quaran
taineweg op Heijplaat,
onder de rook van Rot
terdam. Hier heeft hij
een uitgestrekt terrein
tot zijn beschikking
waar hij in alle rust zijn
stunts kan bedenken en
uitproberen. In één van
de gebouwen heeft hij
een ruime kamer inge
richt. Een paar maanden
geleden groeiden de
bloemen hier nog aan de
muren. Nu zijn de wan
den netjes geschilderd
en hangen er uitvergrote
foto's van zijn stunts.
In de toekomstige sportzaal
zijn twee mannen hard aan
het werk. Het geluid van hun
hamers weerkaatst tegen de
hoge muren van de nog lege
ruimte.
„Dit wordt de clubzaal", zegt
Nick enthousiast in de volgen
de zaal aan het andere einde
van de lange gang. De witte
muren zijn kleurig beschil
derd met exotische palmbo
men en een sportwagen waar
van de koplampen echt kun
nen branden. „En in het mid
den komt een rijdende barbe
cue", wijst de stuntman. Het
is de bedoeling dat hier in de
weekeinden clubavonden
worden gehouden. Want be
halve zijn school wil Nick Ho
liday hier ook zijn stuntclub
onderbrengen. Momenteel be
staat zijn stuntteam uit zo'n
zestig mannen en vrouweji die
helpen de stunt voor te berei
den en uit te voeren.
Amateur-artiesten en bandjes
krijgen van de Rotterdamse
stuntman de gelegenheid de
clubzaal te gebruiken als oe
fenruimte. „Ik weet hoe moei
lijk die mensen het hebben. Ze
moeten toch ergens kunnen
spelen". De stuntman spreekt
uit ervaring. Als 'Nick en de
Playboys' heeft hij zelf jaren
lang muziek gemaakt.
Als alles goed gaat, wordt
1988 het jaar van Nick Holi
day. Niet alleen wil hij zijn
school openen, ook is hij bezig
zijn levensverhaal op te teke
nen. Eind volgend jaar zal het
leven van de stuntman in
boekvorm verschijnen. Als ti
tel overweegt hij het boek zijn
lijfspreuk mee te geven: moed,
plicht en eer. „Moed om een
stunt te doen, de plicht om je
afspraken na te komen en het
is je eer te na als je dat niet
doet", legt hij uit.
Over zijn opvolging als stunt
man is hij optimistisch. „Er
zitten twee a drie goeie in het
team aan te komen", zegt hij.
„Die hebben het in hun vin
gers. Die hebben het lef dat je
als stuntman nodig hebt. Én
dat moet je in je hebben. Dat
is het enige dat ik je niet kan
leren".
Stuntman Nick Holiday temidden van zijn assistentes