Normaal leven voor kinderen met aangeboren hartafwijking Oproep Loeki'f 'Het hart is een beladen orgaan. Het heeft te maken met emoties' Wekker mm opels ZIE HOE EENVOUDIG U TV-PROGRAMMA'S KUIUT OPNEMERI. AKAI DINSDAG 4 MEI 1993 18-492 Per jaar worden er in Nederland ongeveer 1500 kinderen met een hartafwijking geboren. De helft geneest van zelf in de loop der ja ren, maar bij de andere helft zijn de problemen zo ernstig dat ze voor hun vijftiende, vaak al als baby, een hartope ratie moeten onder gaan. Kindercardioloog prof. dr. J. Hess en kin derpsychiater prof. dr. F.C. Verhulst, beiden verbonden aan het Sop hia Kinderziekenhuis in Rotterdam, waren benieuwd hoe het later met deze kinderen was gegaan. 499 expatiën- ten die tussen 1968 en 1980 in het Sophia Kin derziekenhuis geope reerd zijn werkten aan het onderzoek mee. Over dit onderwerp ging Rijnmonds Diep op zondag 25 april. MARIEKE VAN DER HONING Sinds halverwege de ja ren '60 is het mogelijk hartoperaties uit te voeren op jonge kinde ren. Prof. Hess: „Ieder jaar neemt het percentage kinderen met hartafwijkingen waar je niets aan kunt doen, af. Ik schat dat het nu onge veer bij twee procent van de kinderen het geval is. Maar als we tien of twintig jaar terug gaan, lagen die percentages veel en veel hoger en als u dertig jaar teruggaat, was het bijna honderd procent." Veel kinderen zijn nu na één, soms meerdere operaties zo ver genezen dat ze niet meer onder controle hoeven te blij ven van een specialist. Geen kasplantjes Deze hartekinderen zijn geen kasplantjes die nooit oud zul len worden. In principe krij gen ze geen beperkingen op gelegd door de artsen. Als er iets is dat ze niet mogen, is dat bijna een reden voor verdere behandeling. De bedoeling is steeds om ieder kind een ge zond en normaal leven te ge ven. De levensverwachting van de meeste kinderen met een aangeboren hartafwijking verschilt niet met die van de rest van de bevolking, hoewel hier niets met zekerheid te zeggen valt, omdat er nie mand is die langer dan dertig jaar geleden als jong kind een hartoperatie heeft ondergaan. Ook al zijn kinderen niet meer onder controle van een specia list, betekent dit niet dat ze vanaf dat moment evenveel kunnen als hun leeftijdsge nootjes. Problemen zijn het gevolg. De kinderen worden bijvoorbeeld buitengesloten in de klas, omdat ze niet met al les kunnen meedoen. Sietske, inmiddels 28 en drie keer aan haar hart geopereerd, mocht met sommige spelletje wel meedoen, met touwtje sprin gen mocht zy bijvoorbeeld draaien. Volgens kinderpsychiater prof. Verhulst zijn kinderen bang voor kinderen die zich (een beetje) afwijkend gedra- Kinderpsychiater Verhulst. gen. Ze uiten dat door het be treffende kind te pesten. Het kan ook komen omdat de ouders vaak extra bezorgd zijn over een kind met een hartafwijking. De klasgenoot jes voelen dat het kind een uitzonderingspositie inneemt en sluiten het buiten. De kin deren zelf beseffen dat die be zorgdheid niet voor niets is, ook al proberen ouders het kind zo normaal mogelijk te behandelen. Zo was er een meisje in de praktijk van prof. Verhulst, dat als haar ouders een avondje weg waren en zij in bed lag, bang werd op het moment dat ze tot rust kwam, omdat haar hart dan minder snel ging kloppen. Ze was bang dat ze dood zou gaan als de hartslag steeds verder af nam, dus om dat te voorko men sprong ze telkens op om haar hart op te jagen. Frappant is natuurlijk dat haar dit alleen dan overkwam als de ouders niet thuis waren. Prof. Verhulst denkt dat het meisje haar kansen om in le ven te blijven direct koppelde aan de aanwezigheid van haar ouders. Beladen orgaan problemen. Dit staat los van de ernst van de aandoening. Het feit op zich dat er iets is wat afwijkt van het door snee-kind is bepalend genoeg om problemen te krygen. Prof. Verhulst: „Het hart is een heel beladen orgaan. Het heeft te maken met emoties. Als je boos bent of bang, voel je dat aan je hart. Dus als daar iets mee mis is, roept dat di rect emoties op. Niet alleen bij het kind, maar ook bij de ouders." Hoewel kinderen met een aangeboren hartafwijking li chamelijk niet alles kunnen, blijkt uit testen dat ze veel meer kunnen dan ze zelf den ken, soms zelfs twee keer zo veel. De onderzoekers hebben geen idee hoe dat kan. Een mogelijke verklaring is dat de kinderen beschermd zijn op gegroeid, in een situatie waar bij de ouders veel dingen overnamen van het kind, of dat het kind door ziekenhui sopnamen en de uitzonde ringssituatie waarin hij zich voelt zitten, de eigen conditie slechter beleeft dan deze in werkelijkheid is. Opvallend in het onderzoek is dat er bij relatief veel expa- tiënten hartritme-stoornissen geconstateerd werden, zonder dat ze het zelf wisten. Ook hier is niet bekend wat het betekent voor de gezondheid. Om ongerustheid te voorko men, is het niet eens verteld aan de mensen waarbij de on derzoekers het absoluut niet van belang achtten. De ande ren moet na vijf of tien jaar terugkomen voor verder on derzoek. Misschien is het hele maal niet belangrijk, maar lie ver iets onbelangrijks onder zoeken dan iets belangrijks over het hoofd zien, zo redene ren de artsen. Om geen paniek te veroorzaken, benadrukt prof. Hess, dat mensen die ooit geopereerd zijn aan een aan geboren hartafwijking en nu nergens last van hebben, zich nergens zorgen over hoeven te maken. Vechten Omdat de hartekinderen het op jonge leeftijd moeilijk heb ben, doen ze het later in hun leven beter doordat ze al vroeg hebben leren vechten. In de puberteit zijn ze vaak veel socialer dan kinderen zonder fysieke problemen. Prof. Verhulst denkt dat dit zo is omdat ze op jonge leeftijd veel moeite hebben moeten doen om contacten te onder houden, iets waarvan ze later voordeel hebben: ze zijn al ge wend om zelf veel te onderne men en ze zijn al eens afgewe zen, dus daar kunnen ze mee omgaan. Hoe goed ze echter zijn in soci ale relaties, een vaste partner vinden levert vaak problemen op: de helft van de hartekinde ren heeft geen vaste partner. Prof. Verhulst vermoedt dat dit komt door het gevoel dat de hartekinderen over zichzelf hebben, namelijk een gevoel niet helemaal compleet te zijn, een groot litteken te heb ben. Sietske heeft gemerkt dat de schoonouders een grote rol kunnen spelen in het verbre ken van een relatie: „Als je een jongen gevonden hebt, het klikt en je wilt er mee verder, dan heb je toch ook te maken met schoonouders. Die zeggen dingen als 'ze kan niet alles' en 'ze wordt misschien wel geen honderd' en 'zou je dat nou wel doen'. Er worden allerlei barrières opgeworpen, waardoor de jongen eigenlijk wel voor een hele moeilijke keuze komt te staan: geef ik toe aan mijn vriendin, of geef ik toe aan mijn ouders. Vaak wordt er gekozen voor de ouders en sta ik mooi te kij ken." Sietske begrijpt wel dat een relatie met een gezond ie mand problemen op kan leve ren, omdat een hartekind het tempo van de gezonde partner niet altijd bij kan houden. Sietske: „Na het weekend ben ik kapot, want dan heb ik zó veel gedaan. Dan kan ik met goed fatsoen niet veel meer. Maar dan ligt nog wel de hele week voor me. Dat is wel moeilijk. Het is voor de part ner ook heel moeilijk, want die moet zich steeds aan mijn tempo aanpassen. Dat begrijp ik ook wel, maar ik kan niet anders." Opboksen Renda, moeder van een 4-jari- ge kleuter met een aangebo ren hartafwijking, merkte al snel dat er iets niet in orde was met haar zoon. Hij lag alleen maar stil in zijn bed, had moei te met drinken en nauwelijks kracht om zich te bewegen. De kinderarts constateerde dat er een ruis bij het hart zat. „Het is heel moeilijk voor te stellen hoe je je dan voelt. De grond verdwijnt wel gedeelte lijk onder je voeten." Toen het kind een half jaar oud was, moest hij geopereerd worden. Na de operatie liep het jonge tje zijn ontwikkelingsachter stand snel in. Nu is hij alleen nog kleiner dan andere kinde ren van zijn leeftijd, maar minstens net zo bijdehand. Dat moet ook wel, want er zijn twee oudere broers tegen wie hij op moet boksen. Die hoe ven hem niet te ontzien, vindt Renda, want buiten in de we reld moet hij ook alleen over leven. Renda praat niet veel over de hartafwijking van haar zoon met de buitenwe reld, omdat ze niet wil dat haar zoon in een uitzonde ringspositie geplaatst wordt. De mensen die het moeten weten, weten het en dat is ge noeg. Vooroordelen Waar Renda haar kind abso luut niet anders wil behande len, heeft Sietske ervaren dat haar ouders soms misschien te bezorgd geweest zijn. „Zou je dat nou wel doen, kind?" Of „Kom maar, ik doe dat wel even voor je", zeker in de hele spannende perioden waarin Sietske weer geope reerd moest worden. Pas toen ze zelf met vrienden dingen ging ondernemen, bleek ze veel meer te kunnen dan dat ze tot dan toe gedacht had. Maar er blijven altijd dingen die ze niet kan, daar moet ze zich bij neerleggen, zij het zuchtend. Sietske is wel blij dat ze heeft leren vechten, want ze moet constant bewijzen dat ze ge woon functioneel kan zijn in de samenleving. Maar er zijn veel vooroordelen, dat is de reden dat ze nog nooit een baan heeft kunnen vinden. Zodra de toekomstige werkge ver lucht krijgt van haar han dicap, haakt hij af. Echt toe komstplannen maken doet Sietske dan ook niet, ze denkt hooguit een jaar vooruit. „Ik zie wel hoe oud ik word. Ik hoop natuurlijk wel over een aantal jaren bepaalde dingen bereikt te hebben, maar dat weet ik niet. Ik weet niet hoe mijn toestand dan is." Rijnmonds Diep is een pro gramma van Liesbeth van der Kruit. Elke zondag van 10.00-11.00 uur te beluisteren op 93.4 FM. Look Altijd ben ik op tijd voor een interview, behalve als ik in Spijkenisse moet zijn. In de vier jaar dat ik bij Rijnmond werk, ben ik nog nooit op tijd in Spikecity geweest. Er heerst een vloek op die plek. En het erge is dat ze het in het gemeente huis al weten dat Radio Rijnmond (tenminste, als de redactie mij er heen stuurt) altijd te laat is. Een paar minuten te laat staat nog wel stoer: alsof je het gewoon heel druk hebt. Maar tien minuten te laat wordt al vervelend, een half uur pijnlijk en bij drie kwartier durf ik eigenlijk niet meer aan te bellen. Het belangrijkste obstakel om op tijd in Spijkenisse te komen is de Spijkenisser- brug. Hoeveel tankers ik daar al niet doorheen heb zien gaan. Kruipend, ter wijl de klok doortikt net als mijn vingers op het stuur. Als ik er aankom is de Spij- kenisserbrug open. Vaste regel, of het nou 's avonds, 's morgens of 's middags is. (By the way: op de terug weg kan ik altijd wèl door rijden, alsof dat onding weet dat het me dan juist niet uitmaakt). Eén keer heb ik toen gepro beerd om met de metro te gaan. Drie kwartier voor het afgesproken tijdstip stapte ik in op station Stad huis. Geloof het of niet, maar uitgerekend die dag, dat moment, die lijn, was er een stremming. Was het een stroomstoring? Is er een brommer tegen de me tro gereden? Of was er een lek in de metrotunnel onder de Maas? Ik weet het niet, maar het treinstel stopte net voorbij de tunnel; sta tion Rijnhaven. En dat was het dan. Bussen zouden ons verder vervoeren. Daar kon ik natuurlijk niet op wachten. De taxichauffeur deed vreselijk zijn best maar - hoe ik hem ook op jutte - hij kon niet voorko men dat ik ruim een half uur te laat óp de persconfe rentie kwam. Vijf minuten voor het einde. In aanwe zigheid van de burgemees ter zelf... Laatst mOest ik er weer zijn. In het gemeentehuis zou om acht uur een infor matie-avond beginnen over de nieuwe rijksinrichting voor jongens die in het Har- telpark gebouwd wordt. Ik ga tien minuten eerder weg dan normaal in verband met de brug, die inderdaad open is. Dit keer laat ik me niet door zo'n lullige brug in de luren leggen denk ik nog. Tien voor acht rijd ik Spijkenisse binnen. Ik ben op weg om de vloek te door breken. Ik volg het bordje rechtsaf centrum en sta in eens stil: FILE. Hoe kan dat nou! Het is donderdag avond tien voor acht. En wat lopen er veel mensen... Shit, het is koopavond. Het gemeentehuis van Spijke nisse ligt midden in het cen trum aan de drukste win kelstraat van het hele stad je. Vier rondjes rijd ik er omheen voor ik eindelijk een parkeerplaats vind. Het regent, ik graai naar wat guldens voor de meter terwijl de grote wijzer het hele uur inmiddels al ruim schoots is gepasseerd. Het is me weer niet gelukt. Zachtjes doe ik de deur van de raadszaal open. Het is doodstil. Vijftig paar ogen kijken me verstoord aan. Dan gaat de eerste spreker door met zijn verhaal. Ik stommel met jas en tas naar een meneer met een baard. Baard is techniek. ..Waar zit de mengtafel?" vraag ik. Hij brengt me naar de andere kant. Js er een uitgang waar ik mijn recorder in kan pluggen?" vraag ik en haal mijn spul len uit de tas. De meneer met de baard bekijkt vra gend de mengtafel en trekt dan met een onzekere hand een stekker eruit. De zaal begint na een seconde stilte te lachen. Het geluid is uit gevallen. De spreker kijkt mij beschuldigend aan. De hele avond lukt het de men sen niet meer om het geluid aan de praat te krijgen. Ik moet op mijn knieën voor de directeur van de rijksin richting zitten om met de microfoon zijn betoog te re gistreren. Ellende. Spikecity, laten we dit af spreken, de volgende keer als ik naar jullie moet blijf ik de avond vantevoren overnachten. Wie heeft er een slaapplaats? Met wek ker! Radio Rijnmond is een stichting. Eens per vijf jaar wordt de representativiteit van de stich ting beoordeeld. Het komt er op neer dat Radio Rijnmond alle stromingen in de samenleving binnen ons zendgebied enigszins moet weer spiegelen. Zo hebben wij in onze stichtingsraad vertegenwoordigers namens de werkgevers, de werknemers; de kerken en de humanisten; de bewonersorganisaties; de kunstsectoren enz. In principe zijn nieuwe organisaties en stromingen welkom in onze organisatie. Meldt u aan. Radio Rijnmond Postbus 1515 3000 BM Rotterdam. Of vraag via 010-4334433 (na 19 mei: 4364436) naar Ilse van Enkhuijzen. Ook voor informatie over dit onderwerp kunt u ons uiter aard bellen. Het programmeren van TV-programma's gaat gewoon via teletekst. U roept via de afstandsbediening van de Akai videorecorder de teletekstpagina op met programma-informatie over een bepaalde zender op een bepaal de datum. Met de cursor van de afstandsbediening wijst u het programma aan dat u wilt opnemen. Met PDC (Program Delivery Control) mist u nooit meer het einde van een spannende film. Zelfs niet wanneer de film enkele dagen verschoven wordt. De opname-instructie blijft immers in het geheugen van de videorecorder zit ten. Met een nieuwe Akai videorecorder kunt u direkt alle teletekstfuncties gebruiken en PDC uiteraard vanaf het moment dat de zenders in Nederland deze codes gaan uitzenden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Havenloods | 1993 | | pagina 11