61
De Statendam werd
op 16 maart 1929 uit
het af gezonken dok
getrokken en de werf-
haven uitgesleept
voor een tweedaagse
proefvaart. Langs de
gehele Nieuwe Maas
stonden mensen te
kijken naar dit schit
terende staaltje van
moderne Nederlandse
scheepsbouw.
Collectie Maritiem
Museum Rotterdam.
Volgende pagina:
De Statendam wordt
gereed gemaakt voor
afvaart. De laatste
hand wordt gelegd
aan verbeteringen
na de - overigens
succesvolle proef
vaart - en lading
wordt aan boord
gebracht. Collectie
Maritiem Museum
Rotterdam.
De tewaterlating van de Statendam III vond daarom zonder enig
ceremonieel vertoon plaats op 11 september 1924.
Ook al liet de HAL haar schip om economische redenen in Belfast
bouwen, toch onderhield de rederij nauwe betrekkingen met de
N.V. Wiltons Machinefabriek en Scheepswerf in Rotterdam/Schie-
dam, vooral voor dok- en reparatiewerkzaamheden. Dit leidde
in vroeger stadium tot gezamenlijke ontwikkeling van plannen
om Wilton met steun van de HAL te laten investeren in een grote
bouwhelling van tweehonderd meter en een zeer groot drijvend
dok met een draagvermogen van 37.500 ton. Hiervoor had Wilton
een nieuwe vestiging aan diep water op het oog waarvoor een ge
bied in Schiedam de ideale voorwaarden leek te bieden. Voorbeeld
was de Machinefabriek en scheepswerf Gusto vh A.F. Smulders die
naast de te kleine werf in Slikkerveer in Schiedam een scheepswerf
had gevestigd die al snel uitgroeide tot één van de belangrijkste
scheepswerven in Nederland. In deze onderhandelingen stelde de
HAL ook nieuwbouw in het verschiet. In 1920 wist Wilton reeds de
hand te leggen op een 46.000 tons dok van de Oostenrijks-Hon-
gaarse marine; het 'Pola'-dok dat jarenlang een der grootste dokken
voor koopvaardijschepen ter wereld is geweest. In de loop der
jaren werden op het werfterrein in Schiedam overige voorzieningen
getroffen om bouw en reparatie van schepen van 20 a 30.000 bruto
registerton aan te kunnen.
In het boekjaar 1926 boekte de HAL eindelijk weer positieve(re)
bedrijfsresultaten. Er kon weer over de afbouw van de Statendam
worden gedacht. De HAL had daartoe evenwel de hulp van parti
culiere investeerders nodig, want de Ierse regering bood die niet,
zomin als de Nederlandse. Voor de financiering moest de kapitaal
markt worden aangesproken waartoe op 29 maart 1927 de afzon
derlijke N.V. Maildienst der Holland-Amerika Lijn werd opgericht.
De HAL realiseerde zich, dat Nederlandse investeringen eerder te
verwachten waren als de afbouw in Nederland zou geschieden.
In oktober 1926 werd Wilton dan ook uitgenodigd te offreren op
basis van alle bij de HAL zelf beschikbare ontwerpen en bestekken.
Wilton kwam met een kostenraming (inclusief versleepkosten