Een minuut te laat een half uurloon boete
35
En zo begon een periode, waarin de scheepsbouw alle Schiedamse
bedrijven overvleugelde. Na Gusto volgden de Nieuwe Waterweg
en Wilton Fijenoord. Schiedam bleef een scheepsbouwstad, totdat
in de jaren 60 en 70 van de 20ste eeuw de scheepsbouw Nederland
verliet en de Schiedamse werven hun werkzaamheden moesten
staken. De namen van Gusto en Wilton Fijenoord leven nog wel
voort in de geschiedschrijving en in de muziekkorpsen maar als
grote werkgever raakten ze uitgespeeld.
een bloeiende scheepsbouwstad begon, en het was een industriële
revolutie, omdat Schiedam nu overschakelde van kleinschalige op
grootschalige industrie.
Voorlopig was Schiedam overigens helemaal niet op een dergelijke
omschakeling voorbereid. Toen Smulders in Schiedam open ging,
had hij ongeveer 500 man personeel en dat aantal zou in ongeveer
tien jaar stijgen tot zo'n 2.000. Van die eerste 500 hadden 150 nog
geen woning in Schiedam kunnen vinden. Dat lijkt in onze mobiele
tijd niet zo vreselijk, maar dat was het toen wel, want die arbeiders
moesten - in het gunstigste geval - met de stoomtram heen en weer
reizen van en naar Slikkerveer, maar in het ongunstigste geval van
hun huizen in Rotterdam of Delfshaven lopen naar de werf en 's
avonds weer terug. De lopers en de tramreizigers moesten tussen
respectievelijk 4 en 5 uur opstaan om op tijd te kunnen komen.
Voor 9 uur 's avonds waren zij thuis. De werktijden waren van 6
uur 's ochtends tot 7 uur 's avonds en wie een minuut te laat was
kreeg boete: een half uurloon, al gauw een dubbeltje! Een aantal
arbeiders was in Schiedam in de kost gegaan, maar dat kostte f 4,50
per week en dat konden de meesten niet betalen. De Moker signa
leerde deze bijna onmenselijke toestanden, maar moest in 1906
toch toegeven dat het verval was gekeerd. Er werkten toen al 625
mensen bij Gusto en de bouw van goede arbeiderswoningen was
begonnen. M.C.M. de Groot leek gelijk te krijgen.