46 A.F. Gips aan het werk aan de gedenknaald voor koningin Emma. Collectie Haags Gemeentearchief. De vermaarde Porceleyne Fles in Delft gaf hem in 1884 de opdracht voor een tegeltableau van de stad Alkmaar. In klassieke stijl verbeeldde Gips een allego rie op de koophandel, namelijk de ALkmaarsche Stedemaagd, Alcmaria Victrix, die Mercurius, de god van de koophandel en de landbouwgodin Ceres be schermt tegen de achtergrond van de stad. Ook op dit tableau rust geen zegen, al vrijwel direct valt het 'door de wind' in gruzelementen, maar gelukkig kan het binnen 6 weken opnieuw gemaakt worden. Gesterkt in zijn kunnen trok Gips in 1884 naar Bergen op Zoom, waar hij zelf standig architect-decorateur werd. Dat was echter niet genoeg voor de leergie rige Gips. Naast zijn werk volgde hij lessen aan de academies van Antwerpen en Brussel. In 1886 was het resultaat daarvan duidelijk. In dat jaar werd één van zijn plafondschilderingen bekroond door Arti et Industriae, kreeg hij een eerste prijs voor het ontwerp voor een bakkersdiploma, maakte hij een plafondschil dering in renaissancestijl in het huis van zijn voormalige docent handtekenen in Delft, de kunstschilder en verzamelaar Paul Tétar van Elven (het tegenwoordige museum Tétar van Elven aan de Koornmarkt) en maakte hij ontwerpen voor een villa in Asperen én in Den Haag voor de architect W.B. Liefland. Odé was intussen in 1890 naar Den Haag vertrokken om daar leraar te worden aan de Koninklijke Academie. Hij trad toe tot de Haagsche Kunstkring en kwam zelfs in het bestuur. Nu kreeg zijn carrière als beeldhouwer vaart. Vier van zijn beelden waren te zien op de Internationale Kunsttentoonstelling in München. Hij kreeg zijn eerste belangrijke opdrachten, zoals de marmeren buste van Richard Hol dat ter gelegenheid van diens zeventigste verjaardag in het Rijks- museum in Amsterdam werd geplaatst, een gedenkteken voor op het graf van schout-bij-nacht Stakman Bosse en het drie meter hoge borstbeeld van Con- stantijn Huygens aan de Scheveningseweg dat in 1897 werd onthuld. Hij maak te tevens de beelden Justitia, Wijsheid, De Clementie en vier leeuwen in het zandstenen tympaan in het gerechtsgebouw aan de Noordsingel in Rotterdam. Ook was zijn werk te zien op de Internationale Sporttentoonstelling in Scheve- Van deze opdrachten kon hij echter niet leven. In navolging van zijn vader werd hij daarom tekenleraar aan de HBS in Bergen op Zoom. Hij trouwde er met Cornelia Johanna Helena James en er leken rustigere jaren in het verschiet. Niets was echter minder waar. Van de vier kinderen die zij kregen verloren ze hun eerste zoon al binnen een jaar. In 1892 overleed Brams vader en twee jaar later, juni 1894, zijn 36-jarige zus Sophie.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Historisch Jaarboek Schiedam | 2020 | | pagina 48