OUDE EGYPTE 7> V.A.P. „TIMCO" VESTER Van de Redactie Wat niet in uw dagblad staat unandeAeit man Piet Langs onze zalen Nieuws= en Advertentieblad voor Schiedam BRILLEN VOOR ALLE ZIEKENFONDSLEDEN HOOGSTRAAT 91 TEL. 68814 No. 10 Oplaag 16.000 exemplaren 3 Februari 1950 hh:ih»t=TuI N. VAN DEN BOS Voor Uw HERENMODES Broersvest 56 Tel. 69642 MEI] HIE STADSBLAD Redactie- en Administratie-adres C. J. v. d KLINK Louise de Colignystraat 15 Schiedam Tel. 67368 Advertentietarieven LOSSE PLAATSINCEN 12 mm p<-r mm BIJ CONTRACT 2.000 mm OF HOGER 10 cent pet mm INGEZONDEN MEDEDELINGEN DUBBEL TARIEF VISSERTJES 4 REGELS 1 ELKE REGEL MEER 025 Het Nieuwe Stadsblad wenst al leen maar oorspronkelijk te zijn en gezapig te vertellen van „Mensen en Dingen van de Schie- stad". Onze wederpartijders ten spijt be staat Het Nieuwe Stadsblad nog steeds en wordt het in alle Schiedamse ge zinnen met belangstelling gelezen. Het getuigde van aandoenlijke hartelijk heid en sympathie dat men bij voor baat reeds de jonggeborene binnen drie maanden een voortijdige begra fenis had voorspeld. En nu is alles an ders uitgekomen. De reacties van onze Schiedamse Burgerij, in de vorm van brieven, telefoontjes en persoonlijke bezoeken, getuigen er nog steeds van, dat Het Nieuwe Stadsblad in de har ten van onze stadgenoten een blij vende plaats heeft veroverd. Ons redactioneel succes gaat ook vruchten voor onze advertentie-acqui sitie afwerpen en eerlijk gezegd, daar moet het tenslotte van komen. De ad verteerders zijn langzamerhand de ogen open gegaan. Welk ander blad kan bogen op zulk een totalitaire Uit het schetsboek van een Schiedammer. In de winkel van Sinkel Het Broersveld is één van onze meest schilderachtige winkelstraten. Het wekt herinneringen aan het ver leden. Het individualisme van de goede, oude tijd kan men de gevels en winkels nog aanzien. Alles draagt hier het stempel van een eigen karakter. Mensen en dingen zijn er misschien karakteristieker dan in andere stads wijken. Men vindt er de gezellige eet- zaakjes: smulparadijsjes voor jong en oud; vooral voor de jonkies van bei derlei kunne, die hier hun kalverlief-, des botvieren. En voorts rijt zich in bonte verscheidenheid winkeltje aan winkeltje, hier en daar op sjeuïge v/ijze gelardeerd met een fatsoenlijk- uitziend café voor stille genieters aan de toog of trouwe stamgasten aan de bittertafel. Zo kwamen wij al dwa-| lend van zelf te land bij de Winkel van SinkelTer nadere aanduiding En tenslotte ontdekten wij tussen al die jolige neuzen, baarden en maskers een keurcollectie van sierlijke, rood- gedopte flesjes met Wonderwater, dat volgens de geestdriftige explicatie van de eigenaar een bijzondere eigenschap bezat: Men had slechts enkele drup pels ervan op een bank of een stoel te sprenkelen. Degene, die niets vermoe dend erop zou plaats nemen, zou eerst een ijskoud gevoel aan het zitvlak ge waar worden. Doch daarna zou dit lichaamsdeel zo gruwelijk heet wor den, dat rustig zitten blijven absoluut onmogelijk zou blijken. Een paar kwa jongens hebben deze streek eens uit gehaald bij de organist van één of an der theater. Wat heeft de arme ziei zitten rijden achter zijn orgeltje. 't Is raar, maar waar. Hoogstraat 51 Tel. 66621 Enige tijd geleden vermeldden de dagbladen, dat arbeiders bij de aan leg van een vliegveld in Egypte op 'n nog niet ontdekt koningsgraf stieten, vermoedelijk uit de 4e eeuw vóór Christus. Een lange gang leidde naar een kleine grafkamer, waarin zich een mummie bevond, volgens experts van het Grieks-Romeinse Museum te Alexandrië vermoedelijk van koning Hor Zehe, die van 361 tot 359 vóór Christus over Egypte regeerde. Bij nader onderzoek bleek het graf nog twintig vertrekken te bevatten, waar in 9 mummies werden gevonden als mede veel waardevol ceramiek en gouden sieraden. Dit bericht doet ons terugdenken aan de tijd, dat historievorsers in de vallei der koningsgraven, die van om streeks 1000 v. Chr. tot 500 v. Chr. de koninklijke begraafplaats van Egypte de gestorvenen een aantal voorwer pen mee, die hem in het aardse leven van nut waren geweest, en ongetwij feld ook in het Hiernamaals van dienst zouden zijn. verering voor de afgestorvenen dre ven armoede en hebzucht de oude Egyptenaren tot grafschennis. Reeds van de vroegste tijd van de Egypti sche beschaving af hebben deze plun deringen paats gevonden en zelfs on der de hedendaagse Egyptenaren leeft dit euvel voort als een ingekankerd kwaad. Uitgedroogd, maar gaaf. Deze grafschenders ontdekten, dat de lijken, die zonder kleding werden begraven, door het droge, hete zand in geabsorbeerde toestand werden ge-j houden en derhalve volkomen gaaf, hoewel uitgedroogd weer te voor- Sieraden tussen windsels. Het leggen van de windsels was 'n kunst apart en geschiedde op plech tige wijze, vooral wanneer de dode een pharao was. Nadat het lichaam ongeveer 70 dagen in een bad met natron had gelegen en de godsdienst plechtigheden voor de zielerust van de overledene waren volbracht, wer den enkele organen uit het lichaam genomen, waaronder hart en lever, waarna het balsemen een aanvang kon nemen. De hiervoor gebruikte linnen stroken werden eerst in een gomoplossing bevochtigd en daarna in kunstige windingen rond het lichaam gewonden. Het was veelal de gewoonte, tussen de windsels amuletten of gouden sie raden te stoppen, meestal ter hoogte van de borst. Dit verklaart dan ook de gehavende toestand, waarin zovele mummies door de Egyptologen wer den gevonden: in de hoop iets van de ongehoorde schatten der pharao's te bemachtigen, drongen de grafschen ders niet alleen de grafkelders bin-^ nen, maar ontheiligden ook de doden, door met ruwe hand de windsels te vernielen of met een scherp mes door te snijden om de begeerde sieraden in BRIL NODIG VAN DEN AREND stadsjcirculatie? Immers, daar gaat het bij de adverteerders maar om. De redactie nu is de motor, welke het commerciële raderwerk van Het Nieuwe Stadsblad op gang heeft ge bracht en draaiend zal houden. Daar om zal onze redactie in de naaste toe komst naar nog meer oorspronkelijk heid streven: Het is niet voor niets dat zij als motto voor haar „Schets boek van een Schiedammer" heeft ge kozen: „Wat niet in Uw Dagblad staat. Ten einde de oorspronkelijkheid van Het Nieuwe Stadsblad ten top te voe ren, heeft onze Redacteur-Verslagge ver zich de ascetische beperking op gelegd geen verstolen blikken te slaan in onze plaatselijke dagbladen en pe riodieken. Deze worden dan ook ri goureus uit ons Redactiebureau ge weerd. Want alleen hij, die alleen staat, kan sterk in originaliteit zijn. RÜ wiel-Hulpmotoren zjjn in Schiedam alleen verkrijgbaar bij B. MATTHIJSSEN St. Liduinastr 78 Tel 6815a - Vraagt demonstratie Het Nieuwe Stadsblad wil vooral geen imitatie zijn. Eén dezer dagen werd ons van lezerszijde gevraagd, of het „Sterk Verhaal", de schuiverij in de gang van ons Belastingkantoor en de dodenrit van de bloeddorstige we zel op de arme flapoor authentiek wa ren of in het Schiedams vertaald: of deze anecdotische histories op waar heid berustten. Welnu, de redactie kan in deze drie misschien wat on waar schijn-, lijk klinkende gevallen plechtsta tig beweren, dat deze voorvalle tjes inderdaad hebben plaats ge had. De „Bittere Pil van Dr. Holtrop" en „Exporteren of Sterven" werden vooral in zakenkringen geapprecieerd. Ook een belastingambtenaar was het met deze pil eens. Maar ze hadden 'm een beetje moeten vergulden, zei-d-ie sarcastisch. Over hetgeen we schreven inzake dé Spaarkrant, mochten wij natuur lijk veel bijval ontvangen van de kleine spaarders. Trouwens alle cor respondentie tezamen zou reeds gere geld een lijvig boekdeel op zich zelf vormen. Overigens ligt het niet in de lijn van Het Nieuwe Stadsblad, noch in de bedoeling van de Redactie om ons nog eens te buiten te gaan aan zwaarwich-, tige, moraliserende of opinievormen- de artikelen. stond op de ruit geschilderd: „Feest artikelen". In de etalage lagen kris kras door elkander verspreid de meest zonderlinge attributen van een soort rariteiten-kabinet. Een of andere ar- tistiek-aangelegde etaleur moest on getwijfeld na een lollige fuif avond die blikvangertjes hebben uitgestald. Enfin deze uitstalkast noodde tenmin ste tot binnenkomen. Waaraan wij dan ook gevolg gaven. Eerst liepen wij tegen een levensgróte pop aan met een cowboyhoed scheef op de bol. Aan de gedragingen der reeds aanwezige cliëntel|e begrepen we, dat het ver koopsysteem gedeeltelijk op zelf-be-, diening moest berusten. De aspirant kopers grasduinden tenminste genoe- gelijk in de vele volgepropte vakken, terwijl de eigenaar welwillend glim lachend toekeek. We aanschouwden een complete uit zet, geschikt voor carnavalsviering. Bonte papieren mutsen en ijselijke baarden in grote getale en van allerlei kleur en afmeting schenen zo'n beetje tot één van de spécialité's van deze 1001-artikelen bazar te behoren. Noch tans was oppassen hier de boodschap: immers dozen bonbohs bleken fop- pastilles gevuld met T>eper en zout te zijn. Onschuldig-uitziende sigaren konden knallen als vuurwerk op Ko ninginnedag. Een bepaald soort tover poeder, op een brandende sigaar ge strooid, zou een dwarreling van vluch tige sneeuwvlokjes te voorschijn bren gen. Een vlammetje bij een onschul dige witte pil gehouden en een venij nige slang kronkelde zich aanstonds VERHUIZINGEN v.h. Gebr. van den Bos EXPEDITIE. Nieuwe Haven 45 Tel. 68558 Let op het juiste adres! over de toonbank. Op een suggestief prentje stond snorrelip Hitler in de historisch-geworden Münchener Brau- keller met breed, onzinnig gebaar te brallen voor zijn toegewijde, bruine trawanten, waarvan er één op de ach terste rij met een hatelijke ster was gedécoreerd. Eén enkel gloeiend luci ferskopje tegen het sterretje gedrukt en de lelijke schreeuwerd lag door een helse bom néérgeveld ter aarde. De inhoud van sommige pillendoosjes zou elk ogenblik een hevige niesbui kunnen veroorzaken, terwijl een ar geloos slachtoffer door het witte poe der van ettelijke geheimzinnige zak jes de ondragelijkste jeuk zou kunnen krijgen. Wij bezochten de zeer geslaagd^ revue in Musis Sacrum „Hallo hier Argus". Hopman Hazebroek der 7e Schied. Padvindersgroep opende de avond om ongeveer 8 uur en verwelkomde de talrijke aanwezigen: o.a. Het Schotse Vendel, de Burg., v. Haarengroep e.v.a. ouders en belangstellenden. Hij zeide dat het helaas niet mogelijk was de ayond in de grote zaal van Musis Sacrum te geven, aangezien slechts 10 dagen voor de uitvoering bericht binnenkwam dat de grote zaal dubbel was verhuurd en wij deze dus niet kregen, en genoegen moesten nemen met de veel kleinere bovenzaal. Dit, zo zeide de hopman brengt natuurlijk een financiële strop met zich mede, daar velen een toegang tot deze avond bij gebrek aan ruimte moest worde geweigerd. Wij doen echter ons be: al datgene wat wij ten tonele wille brengen, dit ook zo goed mogelijk te doen alhoewel wij gehandicapt zijn doordat het toneel te klein is. Hierna openden drie welpen het „Jantje's wens", een zeer geslaagd schetsje door de welpen der Argus Groep. Voor de pauze gaf een voor trekker nog een paar lachstuipen weg, drie verkenners brachten „Pope-spin ning" een staaltje van vingervlugheid met lasso's. Hierna trad de Argus Band op welke groot succes oogstte, temeer met de beide Lady Crooners (Chil en Hathi), die bewerkstelligden, dat de hele zaal uit volle borst alle refreintjes medezongen. Na de pauze brachten de verkenners nog enige stukjes op de planken, waarvan vooral Aheater Bu^ reau „Argus" zeer in de smaak viel. Al met al een zeer goed geslaagde avond, daar welpen, verkenners en voortrekkers hun beste beentje voor zetten. Een en ander werd nog opge vrolijkt door Hakkert's Muziek-en- semble, welke ook het gezellig samen zijn na deze avond tot in de nacht verzorgde en dit omtoverde tot een prettig ei} intiem bal. R. is geweest, hun sensationele ontdek kingen deden. En evenals de vondst van de steen van Rosette ons in staat stelde, een tip van de sluier op te lichten, die de grijze Egyptische oud heid dekte, zo verschaffen ons de opengelegde graven met de eeuwen oude mummies en hun kostbare in houd een diepere blik op leven en ze den van de oude Egyptenaren. Het mummificeren der doden was geen handeling zonder betekenis, in tegendeel, zij hing ten nauwste samen met de innige geloofsovertuiging van de oude Egyptenaren, dat de mens onsterfelijk is. Uit deze overtuiging ontsproot de wens, de lichamen hun ner gestorvenen tegen bederf te vrij waren, omdat volgens hen bederf niet in overeenstemming kon worden ge bracht met het begrip „onsterfelijk". In gemummificeerde toestand, zeiden de Egyptenaren zouden de doden met OSIRIS, de God der Onsterfelijkheid en Heer van het Hiernamaals, kunnen worden vereenzelvigd: het hoogste doel van het leven! De zorg voor het heil van zijn ziel vulde het grootste deel van het leven van de Egyptenaar en zelfs na zijn dood beijveren de familieleden zich om hem een zo aangenaam mogelijk leven in het Hiernamaals te verzeke ren. De Egyptenaren hechtten reeds ge loof aan een voortbestaan na de dood, lang voordat zij tot mummificatie kwamen. Dit gebruik, dat sinds ca. 3500 jaar voor Chr. het geestelijk le ven van de Egyptenaar zou beheersen moet volgens de geleerden door een toevalligheid zijn ontstaan. Wij moe ten daarvoor meer dan 60 eeuwen teruggaan. Het leven in Egypte 40 eeuwen vóór Christus, dus ver vóór de tijd, dat de Pentateuch op schrift werd gezet, werd reeds door een zekere bescha ving gekenmerkt. Het gebruik van aardewerk was reeds lang bekend en de schoonheid van het ceramiek heeft nimmer zijn weerga gevonden. Ook werd reeds landbouw beoefend met behulp van eenvoudige irrigatiesyste men en linnen tot fraaie kleding ge weven,terwijl voorwerpen van vuur steen en later van brons op het be-, staan van, zij het ook geringe, tech nische ontwikkeling duiden. Dat maatschappelijke ordening hun niet onbekend was, toont ons de orde lijke wijze van begraven op vaste be graafplaatsen. Volgens de toen reeds bestaande geloofsovertuiging, dat het leven na de dood voortbestaat, kregen In weerwil echter van hun heilige schijn kwamen. Dit verschijnsel deed bij hen de vraag opkomen, of het le ven na de dood in verband zou kun nen staan met de instandblijving van het stoffelijk lichaam. De omstandig heden gaven hun als het ware een be vestigend antwoord en langzamerhand werd de opvatting algemeen, dat door het instandhouden van het lichaam de onsterfelijkheid werd bevorderd. Dit bracht verandering in het be graven der doden: behalve de reeds genoemde voorwerpen kregen zij nu ook voedsel mee, leeftocht voor de reis naar het rijk van Osiris. Hoe meer de gedachte veld won, dat de wel vaart van het dode lichaam een voor waarde was voor de welvaart in het Paradijs, hoe groter de voorraden werden, totdat het noodzakelijk werd hiervoor grafkelders te bouwen. In deze grafkelders echter, die meerma^ len uit meer dan een vertrek beston den, was het lichaam blootgesteld aan vocht, lucht en koude, zodat bederf en ontbinding spoedig intraden. Daar- JKIUUCKIC RCtW om gingen de Egyptenaren zoeken naar een middel om het lichaam .tegen bederf te vrijwaren. Dit middel zou worden: het mum mificeren. Modder-vulling. Vondsten tonen aan, dat reeds ca. 3400 j. v. Chr. pogingen in die rich ting werden aangewend. Het eerste goede resultaat werd echter waar schijnlijk eerst 2500 j. v. Chr. behaald. Sindsdien heeft de techniek van het mummificeren zich steeds gewijzigd en verbeterd, steeds gelijke tred hou dend met de ontwikkeling van de kunst. In de geschiedenis van de mummie is dan ook steeds de tendenz naar verfraaiing duidelijk waar te ne men. Zo werden de mummies in later tijd in fraaie sarcophagen gelegd, een doodkist, rijk versierd met bladgoud of gekleurd aardewerk. Het deksel vertoonde meestal de gebeeldhouwde beeltenis van de dode, noodzakelijk, omdat de gelaatstrekken dikwijls on-j herkenbaar veranderden. Dit leidde er toe in een nog latere periode (ca. 900 v. Chr.) de gelaats trekken van de ontslapene wat „bij te werken" door een opvulsel, meestal modder, onder de huid aan te brengen en de ogen te vervangen door kunst ogen. bezit te krijgen. Het mummificeren bereikte gedu rende de glansperiode van Egypte's macht een zeer hoog peil. Veel mooie en uit historisch zowel als kunstzinnig oogpunt waardeyolle exemplaren werden ons achtergelaten. Daaronder zijn er, waarvan de windsels geheel ruitsgewijze zijn gelegd en wel dus danig, dat de lagen trapsgewijs oplo pen: in iedere ruit werd een stukje bladgoud gelegd. Paradijs-fantasieën. Het mummificeren bracht de nood zaak van een aantal beroepen met zich, die tot op de huidige dag worden uitgeoefend. De behoefte aan doodkis ten (sarcophagen) zou het beroep van timmerman noodzakelijk hebben ge maakt; de wens, om van de overle dene een beeltenis te hebben, dan van de beeldhouwer; het delven van de graven in de rotsen, dat van de steen houwer Als wij denken aan het heden daagse algemene gebruik om onze doden in metalen of houten kisten te begraven, kunnen wij tot geen andere conclusie komen, dan dat dit slechts een voortzetting is van het oude ge bruik der Egyptenaren. Echter staat dit gebruik nu los van elke geloofs overtuiging: hoogstens kunnen wij er aesthetisch waarde aan hechten. In tegenstelling met onze moderne opvattingen hadden de oude Egypte naren zich een scherp omlijnde voor stelling van het Hiernamaals: een volmaakt Egypteland: met vetter vee, weelderiger koren, geriefelijker hui zen, een betere bevaarbare Nijl zon der overstromingen Rang en stand. Bovendien meenden zij, dat al het werk, eens op aarde verricht, ook in het Hiernamaals zou moeten worden verricht, maar dan onder veel gunsti ger omstandigheden. Dat was echter een stelling, die de grote heren van Egypte niet met hun waardigheid in overeenstemming achtten: op deze wijze zouden zij na hun dood werk moeten verrichten, dat zij in het stof-, felijk leven aan dientsbaren en slaven hadden overgelaten. Er behoorde nu eenmaal maatschappelijk onderscheid te zijn, ook in het Paradijs! Zij meenden dit onderscheid te kun nen handhaven, "door behalve voor voedsel en gebruiksvoorwerpen ook voor voldoende dienstknechten in het Hiernamaals te zorgen. Tot dit doel lieten zij kleine beeldjes vervaardi gen, nagebootste dienstknechten, die Vervolg op pag. 4

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1950 | | pagina 1