Jeiifyd en Vacantie 0^^ ir-r Tu/eede blad van Het Nieuu/e Stadsblad ïPJteAk Witaayde pJuj/fren tijdend, OPRUIMING Weekkalender 'jé Kersvers uit de Pers \5 7^V^VtMOPÉz /zx* fff van 14 Juli 1950 Theedoeken 1.18 - 0.89 Heren-Sokken 1.79 - 1.44 Bonte Handdoeken 0.59 Heren-Interlock Fantasieschorten 2.69 - 2.98 Shinglets 1.80 Dameskousen (links) 2.Leuke Kinder- Haarlint overgooiers v.af 2.95 (20-12 breedte) 0.49 - 0.19 Graslinnen Slopen 2.39 ZIE ETALAGES VERKOOP BEGINT a.s. MAANDAG Lorentzplein 4 Tel. 69869 SCHIEDAM Wilt U verzekerd zijn van een plaatsje in ons volgend nummer Zendt dan Uw copie voor a.s. Dinsdag in of bel ons even Tel. 67368 Louise Colignystraat 15 /y 99 Er is een tijd geweest, dat men naar het strand ging om te „pootje baaien". Dat manifesteerde zich aldus: De mannen en de vrouwen trokken hun schoenen en kousen uit en liepen dan een eindje de zee in. Bloot waren dan voeten en kuiten en misschien de knieën, maar daarmee was het ook af gelopen. Ging men verder, dan werd men als schaamteloos gedoodverfd. Er is ook een tijd geweest, dat men plotseling van mening was, dat een vrouw even goed mocht zwemmen en baden in zee als de man. Maar dan natuurlijk in een dusdanig badcos- tuum, dat het geen aanstoot gaf. En zo verscheen de vrouw in een badpak, waaruit alleen de hals en het hoofd, de armen en de benen inclusief voe ten te voorschijn kwamen. De rest was bedekt. Er is een tijd geweest, dat de vrou wen rokken droegen tot de enkels. Daaruit kwam dan, om met onze oude schrijvers te spreken: „Een sierlijk geschoeid voetje te voorschijn en een heel klein stukje van een fijne, zwart zijden kous." Als men in de trein zat, kon het gebeuren, dat een moeder tot haar dochter van omstreeks achttien jaren zei: „Kind, laat je enkels niet zo zien." Want dat was niet netjes. Er is een tijd geweest, dat de rok ken korter werden. Zo iets over de knieën. En het kind van die onbedek te enkels zei dan als moeder tot haar dochter: „Kind, laat je knieën niet zo zien." Want dat was niet netjes. Er is een tijd geweest.Of leven we nog in die tijd? Nee, verder dan de knieën durven wij in dit artikel toch werkelijk niet te gaan. Want dat is niet netjes. Maar.als wij in deze zomer- en vacantietijd het strand eens bezoeken, wie durft dan nog een defi nitie te geven van wat men tegen woordig het „badpak" noemt? Nu gaan we niet zedepreken. En we gaan ook niet de banvloek uitspreken over het tweedelige badpak der da mes. Er is immers een spreekwoord, dat luidt: Andere tijden, andere ze den. En, inderdaad: met de tijd zijn de zeden veranderd. Of dit ten goede is geschied, is een andere vraag. Ons kinderrijke land telt veel gezin nen met opgroeiende jongens en meisjes. De vacantie staat voor de deur. Gingen wij vroeger, toen wij nog kinderen waren, in de vacantie eens een dagje met vader en moeder naar zee of naar de heide, de jeugd van tegenwoordig staat wat losser van het ouderlijk gezag en trekt er zelf standig op uit, per fiets of met een wagen. Met de kampeertent en blijft een week of langer weg. Het enige contact met thuis bestaat dan uit een kaartje met een natuurtafreeltje uit een of ander landelijk paradijs of een telefoontje: „We hebben het dolletjes, maar stuur me nog een tientje, want ik heb vast niet genoeg Nu zijn er serieuze ouders, die eerst eens terdege onderzoeken, met wie hun kind omgaat en in welk gezel schap de vacantietrip gemaakt wordt. En als dan blijkt, dat de schapen bij de schapen bivakkefen en de rammen idem, en ze weten, dat hun dochter of zoon een standvastig karakter heeft, och, dan is het vanzelfsprekend, dat de vereiste ouderlijke toestemming wordt gegeven, want de jeugd moet genieten van het leven. Wie weet, wat hen in hun later leven nog te wachten staat. Een gezond standpunt, dat we ten volle kunnen delen. Er zijn echter ook ouders, die het wel geloven. Die „modern" denken. En die het niet kunnen schelen, of hun zeventienjarige dochter in een tent kampeert met een achttienjarige vriend. Of die hun dochter van gelijke leeftijd met een gezelschapje zonder leiding een dagje of langer naar zee laten gaan. We hebben ze in de afge lopen dagen al zien gaan: Meisjes van zestien jaar en ouder in shirt en short op de fiets, in gezelschap van jongens van gelijke leeftijd. En dan te beden ken, dat er kampeerterreinen zijn, waar geen controle wordt uitgeoe fend. Waar de eigenaar alleen maar oog heeft voor de dubbeltjes, die zijn terrein opbrengt. Morele verantwoor ding? Kom daarmee in deze tijd niet aandragen! Nogmaals: we gaan niet zedepre ken. Maar we willen wel feiten noe men. Dit zijn ze uit officiële statistie ken: Het zedelijk peil in ons land is sedert 1940 bedenkelijk dalende. Een na-oorlogs verschijnsel? Accoord. Maar hoe lang blijven deze verschijn selen „Na-oorlogs"? Andere feiten: Het aantal onwettige geboorten is stijgende. Het aantal echtscheidingen dat in ons land wordt uitgesproken, is stijgende. Het aantal gevallen van abortus is stijgende. Het aantal geval len van aanrandingen, waarvan vrouwen en meisjes slachtoffer wer den of dreigden te worden, is stijgen de. Het aantal zedenzaken, waarbij minderjarigen betrokken zijn, is legio, over 1949 ongeveer 430% hoger dan over 1939. Dit alles moge de ouders van kin deren tussen de veertien en een en twintig jaar te denken geven. Zij kun nen er hun conclusies uit trekken. En er misschien hun nut mee doen vóór de vacantie van hun kinderen begint. Want het gevaar schuilt dikwijls daar, waar men het juist niet verwacht. Misplaatste Ahoy-reclame. Er wordt de laatste weken op aller lei wijze reclame gemaakt voor de tentoonstelling „Ahov" in Rotterdam. De matroos met de scheepsroeper ziet men overal op alle mogelijke en on mogelijke plaatsen. Maar wat zoudt U er evenwel van denken een bericht van overlijden te ontvangen van iemand, die U dierbaar is en dan op de rouwenvelop het volgende post stempel te zien staan: „Nog niet op de Ahoy geweest? Jammer." Deze onprettige ervaring hadden de laatste dagen verschillende personen en met hen kunnen wij deze reclame allerminst op zijn plaats achten. Daarom: P.T.T. en Ahoy, wat meer piëteit ware gewenst. (Nieuwe Brielsche Courant). Voor ons rariteitenkabinet kregen wij weer een aanvulling. De „Gelders- Overijsselse Crt." van 7 dezer bevatte de volgende advertenties: „Te koop merrieveulen van stamb. ouders. Gld. type, 2 w.a. voeten." We zouden zeggen: dat is 10 jaar te laat geboren, want er is geen W.A. meer. En blijkens een opschrift in de, ,Op- regte Steenwijker Courant" van 4 dezer, bestaat er in Steen wijk een „Spiegelruiten-vereniging" Gewone ruiten kunnen sympa thiserend lid worden. Opregt! „Te koop een ingeschreven hengst veulen, donkere vos, 3 witte benen." Of het beest ook nog een vierde been heeft, stond er niet bij. Overi gens, hoewel we weten, dat men t.a.v. paarden spreekt van voeten en benen, willen wij er eens op wijzen, dat dit taalkundig absoluut fout is. Een mens heeft benen en voeten, een dier en onverschillig welk dier heeft poten. Het is dus onzin om t.a.v. een paard te spreken van „voeten" en „benen". De „Meppeler Courant" van dezelf de datum levert ook een paar bijdra gen. Daar lazen we allereerst: „Te koop uitneembare houten barak, 9 x 6 m., dubbelwandig, met deuren en openslaande ramen, vloer en zolder." Wel prettig, als het heet weer is, zo'n openslaande zolder. „Te koop 2 fauteuils, 4 stoelen met moquette, tafel met kleed, buffet, theekast, alles eikenhout." We gaan dat eikenhouten tafel kleed eens bezien. Maar de prijs van de week gaat be slist naar de „Edesche Crt." van 8 dezer. Daarin lazen we: „Heer zoekt net degelijk kosthuis op Herv. of Ger. grondslag." En puzzelen, of dat slag grond een nieuwe grondsoort is Zaterdag 15 Juli: Zon op 4.37, onder 20.54. Maan op 4.09, onder 21.43. Nieuwe Maan 6.05 uur. Maak U geheel meester van het geen gij geleerd hebt en leer steeds opnieuw, dan zult gij onderwijzer der mensen kunnen heten. (Confucius). Zondag 16 Juli: Zon op 4.38, onder 20.53. Maan op 5.28, onder 22.04. Als je je inwendige godsdienstige gevoelens bespreekt, verwateren ze; wat echt in je leeft, moet gezwegen worden of alleen aan God bekend zijn. (Anna Snipton). Maandag 17 Juli: Zon op 4.39, onder 20.52. Maan op 6.50, onder 22.20. Een godsdienst, die de mensen van menselijkheid berooft, is geen godsdienst voor de mensen. En wat is menselijker dan mens te zijn? (E. A. Borger). Dinsdag 18 Juli: Zon op 4.40, onder 20.51. Maan op 8.12, onder 22.33. Iemand, die durft beweren nooit van mening te zullen veranderen, is als een, die zich voorgenomen heeft altijd rechtuit te lopen. Een dwaas, die aan zijn eigen onfeilbaarheid gelooft. (Balzac). Woensdag 19 Juli: Zon op 4.42, onder 20.50. Maan op 9.34, onder 22.44. Een dag van nietsdoen is even af mattend als een slapeloze nacht. (Petit Senn). Donderdag 20 Juli: Zon op 4.43, onder 20.49. Maan op 10.56, onder 22.55. Onze plicht bestaat niet altijd in streven en strijden, soms ook in wachten en verduren. (W. M. Salter). Vrijdag 21 Juli. Zon op 4.44, onder 20.47. Maan op 12.20, onder 23.07. Woorden, van vriendelijkheid en vergeving zijn beter dan een aal moes, door kwelling gevolgd. Cv?/".

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1950 | | pagina 5