OP TE RUIMEN
Daarom geven wij vanaf Zaterdag 14 Juli 15 pCt. korting op alle bedragen
van f5.en hoger. U koopt dus wat U wenst en wij trekken 15 pCt. van
onze, toch al lage, prijzen af.
NOORDHOEK
l
SPECIAAL
KOOPJES KOOPJES
KOOPJES
HOOGSTRAAT
141
Jh.MT WESTEN
'N KUNSTGEBIT IN,
EÉN DUG GEPLAATST
moeten wij natuurlijk houden, meet
Een unieke gelegenheid om Uw uitzet te kopen, Uw linnenkast aan te vullen, Uw lingerie en kousen of
sokken bij te kopenAlles in de beste kwaliteiten tegen de goedkoopst mogelijke prijzen en in een
grote sortering
HEEFT NATUURLIJK
ZIET DE ETALAGE
Predikbeurten
Onze dranken zijn een bron van exquis genot
bestellingen worden ieder gewenst uur zonder
prijsverhoging bij U aan huis bezorgd.
HOOGSTRAAT 51 - TELEFOON 66821
hebben wij eigenlijk niets!
Schiedam
Kort verhaal
II
DË OUDSTE SLIJTERIJ EM WIJNHANDEL
VAN SCHIEDAM
Hel sal nlel lang meer duren of ook U koopt
In de Opruiming bij
TELEFOON 66731 - ROTTERDAMSCHEDIJK 256A - SCHIEDAM
Chemisch Reinigen
Wassen
•x Verven
Nieuwe Haven 85-87
Rotterdamse Dijk 183 „De Grens
Scheepstimmermanslaan 33
Telefoon 88715
Telefoon 65444
Telefoon 28894
Rotterdam
J:1
WÊ
jèik BANKiTBAKKERIJ
Weekreclame
HET ZWARTE
PAARD
Pijnloze Tandtrekking in Evipanslaap
HET ADVIES
I I
OPRUIMING
mini
11
A/y£on
nausENHUis
ST. LIDUINASTRAAT 49-TEL.B7586
gram JAVAANTJES
gram COCOSMACROONTJES
25 ct
150 gram RUMBONEN
100 gram ZOMERVRUCHTEN
2 TOMPOUCEN
60 ct
45 ct
48 ct
25 ct
Ons IJSBUFFET is tot 11 uur 's avonds geopend en
met de Automotiek staan wij U iedere avond (be
halve 's Zondags) tot 11 uur ten dienste.
U bestelt en wij bezorgen zonder prijsverhoging
aan huis.
Op een avond in Novem
ber zat Hein de Reier stil
letjes naar het vuur onder
de hengselpot te staren
toen een rukwind plotse
ling de buitendeur, welke
niet geheel dicht was,
openwierp. Het leek wel of
alle duivels het huis in
stormden.
„Gooi de deur dicht,
Henkie", schreewde Anna,
de oudste dochter van
Hein, bij wie hij in huis
was. Maar opa Hein was
zelf al opgestaan en slofte
naar de deur. Even later
was de rust hersteld.
„Wie gooide de deur
open, opa wilde kleine
Henk weten. Uit het ach
terhuis kwam volk. Het
was Cornells, de schoon
zoon, met zijn twee knech
ten. Ze hadden zich moe
ten verschonen, want ze
waren druipnat van de
markt teruggekomen. An
na kwam al met de kof
fie. De mannen schikten
zich om de tafel, maar
kleine Henk bleef op de
vloer zitten, bang als hij
was, dat vader hem naar
bed zou sturen. Hij durfde
ook niet meer te vragen
aan opa, wie de deur open
gooide. Jammer, want opa
maakte van zoiets altijd
een verhaal.
Ineens woei voor de
tweede maal de deur open.
De olielamp hing nu zeker
in de tocht, want ze was
meteen uit. Gelukkig dat
het vuur in de haard nog
brandde. Opa wilde al op
staan, maar Cornells zei:
„Wacht maar, vader, ik zal
het wel even doen." Op de
tast ging hij naar voren.
Bij de deur sloeg de regen
hem in het gelaat. Vader
heeft de deur niet goed
dicht gedaan, dacht hij,
want hij had net wel ge
hoord, dat de deur open-
gewaaid was.
„Is de deur weer open
gewaaid vroeg Anna, die
met een olielampje voor
zich de keuken binnen
kwam. „Ja", zei Cornells.
„Begrijp er niks van",
merkte opa nog op. „Ik
wel", dacht Cornells.
Kleine Henk vond het
griezelig en was blij dat
moeder de lamp weer aan
stak. Maar ook Cornells
scheen de deur niet goed
gesloten te hebben, want
nog geen vijf minuten la
ter sloeg een nieuwe ruk
wind de deur weer open.
De wind kwam huilend
naar binnen en doofde de
lamp opnieuw. Cornells
ging naar de deur, maar
Anna was hem voor. „Jul
lie kerels 1" zei ze schert
send en ze deed voor alle
zekerheid de grendel op
de deur.
„Vreemd", zei opa,
„driemaal waaide de deur
open I" Hij keek de ande
ren aan en proefde be
dachtzaam zijn koffie. „Het
herinnert me aan een ge
val, dat jaren geleden ge
beurd is." Kleine Henk
waagde het, op zijn vaders
knie te kruipen, wel we
tend, dat vader te nieuws
gierig was naar wat opa
vertellen ging en hem nu
naar bed te sturen.
„Jullie kennen toch die
steenhoop in het bos wel
Daar heeft jaren geleden
een grote boerderij ge
staan. Op een nacht werd
ze echter door de bliksem
getroffen en brandde tot
de grond toe af. Eigenaar
was Nicolaas Uitewater. 'n
Eigenaardige kerel, die in
een paar jaar schatrijk ge
worden was. Niemand wist
hoe. Ze zeiden, dat hij ge-
erfd had, anderen, dat hij
gegokt had; en ook waren
er wel, die hem een mis
daad verweten. Niemand
heeft ooit het rechte gewe
ten, maar een feit i^, dat
een knecht het nooit lang
bij Uitenwater uithield.
Jan van de Wallevink, de
man is al jaren dood, is er
nog een poosje geweest.
Een kerel als een boom, die
met God en alleman spot
te. Bij Uitenwater hield hij
het echter niet uit. De
boerderij was behekst, zei
den de mensen. Van Jan
van de Wallevink gaat ten
minste een vreemd ver
haal.
Tegen de nacht werd
boer Uitenwater altijd
bang, vertelde later Jan.
„Wat is er toch met je,
boer had hij wel eens
gevraagd, maar antwoord
had hij nooit gekregen.
Eigenaardig was, dat de
boer altijd 's avonds tot
laat in de nacht in de keu
ken bleef. Zijn vrouw was
dan al lang naar bed en
het volk ook. „Wat doet de
boer daar toch hadden
ze elkaar als 'ns gevraagd.
„Ik zal het wel uitzoeken",
had Van Wallevink beloofd
en op een keer, hij was er
toen juist tien dagen, was
hij in het achterhuis blij
ven zitten, vlak bij de keu
ken, toen de anderen naar
bed gingen. Hij had zich
uitgekleed en als de boer
hem overliep, zou hij zeg
gen, dat hij niet goed was.
Maar de boer overliep
hem niet. Het bleef zo stil
in de keuken, dat Jan soms
meende, dat de boer ai
naar bed was. Hoe lang
Jan daar al gezeten had,
wie zal het zeggen, maai
plotseling streek een kou
de tocht langs hem heen.
Hij hoorde de boer opstaan
en waagde het in de keu
ken te kijken. Het bleek,
dat de deur opengewaaid
was. De boer deed de deur
dicht en ging weer zitten.
Een tien minuten later
weer die koude tocht en
weer zag Jan,-hoe de boer
de deur dicht deed. „Dat
de kerel de deur niet goed
sluit", dacht Jan nog, maar
tien minuten later wist hij
Aleer, want toen voelde hij
weer die koude tocht. De
boer kreunde nu en scheen
niet naar de opengewaaide
deur te durven. Maar het
was alsof er iemand hem
er naar toetrok. Jan werd
zelf bang en kreeg er kou
de rillingen van en ineens
voelde hij, hoe ook hij naai
de deur getrokken werd.
In de deur, het was een
maanlichte nacht, had hij
dpidelijk een zwart paard
zien staan. Een geweldig
dier. Nicolaas Uitenwater,
had gezwaaid met zijn
vuisten en gevloekt, maar
het hielp hem niet, want
hóe hij ook tegenstreefde,
moest op het paard, dat
daarna terstond met hem
wegreed. Waarheen
Jan van de Wallenburg
heeft het niet gewaagd
naar het antwoord te zue-
ken. Toen hij de volgende
morgen de boer weer ge
woon aan het werk zag,
had hij genoeg van zijn
nieuwe baas en vertrok,
zonder ook maar om zijn
loon te vragen. Na de
brand heeft niemand Nico
laas Uitenwater meer ge
zien. Volgens de mensen
was hij op een zwart paard
in galop weggereden."
Er werd op de deur ge
bonsd. Allen keken, ondei
de indruk van het verhaal,
angstig naar de deur. „Wie
is daar waagde eindelijk
Cornelis te vragen. Het
bleek buurman Vlasakker
te zijn. Ze haalden ver
licht adem.
„Heb jij ook wel eens
van het zwarte paard ge
hoord vroeg Cornelis,
nadat Vlasakker de reden
van zijn komst verteld had
en opa kleine Henk naar
zijn bed bracht.
„Ja zeker", antwoordde
Vlasakker, „oude mensen
zeggen, dat het een boze
geest was, maar ik heb
toevallig een familielid, die
de geschiedenis heel goed
kent. Dat paard was wel
degelijk een echt paard.
Elke nacht werd er zo'n
paard gebracht door lui
van buiten, die het ergens
uit een weiland gestolen
hadden. Die Uiterwatei
werd niet voor niks zo
gauw rijk I"
:as de Vrieselaan 21 Rotterdam Tel. 375
gestuurd. In afwachting
van zijn komst was er links
en rechts om hulp ge
vraagd en daar wij rechts
van mevrouw Steenker
woonden, was ik er getui
ge van, dat onze buurda
me met het gekwetste been
op een rustbank werd
neergevleid. Er waren
meer "buurdames, die in af
wachting van de komst van
onze dokter het geval be
spraken en toen dit onder
werp vrijwel was uitgeput
zich overgaven aan bespie
gelingen omtrent onze dok
ter.
„Een schandaal gewoon,
eens mens zó lang zonder
hulp te laten."
Ik dacht er reeds over
op te stappen, omdat ik
vond, dat mevrouw Steen
ker genoeg hulp om zich
heen had en ook omdat ik
voor mijzelf vond, dat het
ongeluk heel best was af
gelopen, toen de dokter
kwam binnen stuiven. „CJ
bent de patient 7" beet hij
bijna mevrouw Steenker
toe. „Gevallen Been be
zeerd Laat maar eens
kijken."
Mevrouw Steenker ver
telde omstandig en op lij
dende toon, hoe zij van de
stoel was gevallen en al
pratende deed zij haar kous
omlaag om het gewonde
been te laten zien. Tot mijn
verwondering zag ik er
niets aan. „Dit been is het,
dokter daar ben ik up
terecht gekomen."
De dokter greep het been
en deed de knie buigen.
„Zo, hum, niks gebro
ken", hoorde ik hem mom
pelen. Daarna Eet hij liet
been los, waardoor het op
de rustbank terugviel.
„Ligt het been zo goed
dokter Of moet er nog
een kussentje onder
vroeg de patiente.
„Het zou iets hoger moe
ten liggen.met een kus
sen nog in de knieholte",
zei de dokter, „tenmin
ste.
Hij wachtte even, want
gedienstige handen reikten
reeds een tweede kussen
aan, dat zorgvuldig onder
de knie werd gelegd.
Maar nu maakte de dok
ter zijn zin af. „Tennunc.e,
als ik rust zou voorschrij
ven. We zullen de luiheid
echter maar niet bevorde
ren. U kunt met dat been
gerust een beetje in huis
rondscharrelen u doet
tóch niet veel hé
„Wat 'n vreselijk mens",
zuchtte een der dames,
toen de dokter haastig was
vertrokken. „Je kat zou
je hem niet eens toever
trouwen."
Na deze uitspraak be
woog mevrouw Steenker
zich op de divan. Ze zei
heel zacht en klagelijk „au"
maar het klonk als „mi
auw"
Marianne.
De publieke opinie over
onze oude huisdokter zou
men verdeeld kunnen
noemen. Er waren men
sen in ons dorp, die met
de oude brombeer weglie
pen, om het zo maar eens
te zeggen er waren an
deren, die niet bepaald
hoog-op gaven van de kun
digheden van onze arts. Ik
voor mij geloof, dat dit
met de meeste doktoren
het geval is: de een stelt
het grootste vertrouwen in
zijn dokter de ander is
wat meer argwanend en
vooral de vrouwen, die
voor »elk wissewasje naar
onze dokter liepen, vonden
Zijn manier van optreden
verre van vriendelijk en
lang niet plezierig.
„Ze moeten niet denken,
dat mijn wachtkamer een
sociëteit is", had onze be
daagde arts als eens ge
zegd.
Zelf had ik aan de oude
baas de prettigste herin
neringen en als er een ver
keersongeluk was gebeurd,
kon het slachtoffer zich
gelukkig prijzen, als onze
oude dorpsdokter thuis was
en er bij werd gehaald.
Dan greep hij kordaat in
en menigeen heeft aan zijn
eerste hulp-verlening te
danken, dat hij er het le
ven niet bij inschoot.
Toch heb ik de oude dok
ter eens een keer na een
ongelukje een beslissing
horen nemen, die mij ho
gelijk verbaasde.
Dit ongelukje was de
oude mevrouw Steenker,
die naast ons woonde,
overkomen. De stakkerd
was, toen zij ter ere van
de schoonmaak op een
stoel was geklauterd, van
die stoel afgevallen, met
het gevolg, dat zij haar
been ietwat had bezeerd.
Nu behoorde mevrouw
Steenker tot degenen, die
vanwege de gezelligheid
gaame een visite aan de
dokter brachten het kan
ook zijn, dat zij eerder iets
voelde dan gewone mensen
en het spreekt dus van
zelf, dat dadelijk na het
ongeval om de dokter werd
NED. HERVORMDEGEMEENTE.
Predikbeurten voor Zondag 24 Juni 1951
Grote Kerk.
10 uur: ds. J. C. Jansen, Bed. Heilig Avondmaal.
5 uur: ds. J, C. Jansen, Bed. Heifig Avondmaal en
Dankzegging.
Nieuwe Kerk.
10 uur: ds. J. v. Noort, Vlaardingen, Voorbereiding
Heilig Avondmaal.
5 uur: .ds. A. Hoffman.
Westerkerk.
9 uur: ds. H. W. Hemmes, Voorber. H. Avondmaal.
10.30 uur: ds. H. W. Hemmes, Voorber. H. Avondm.
Bediening H. Doop.
Vredeskerk.
9 uur: dr. L. J. Cazemier, Bed. H. Avondmaal.
10.45 uur: dr. L. .J Cazemier, Bed. H. Avondmaal.
Jeugdkerk, Nieuwe Haven 155.
10 uur: Hr. B. Mastenbroek.
Gemeente Ziekenhuis.
3 uur: ds. H. W. Hemmes.
Evang. Luth. Gemeente, Schiedam.
Zondag 15 Juli: ds. H. J. Johannes, Vlissingen.
Ned. Protestanten Bond, Afd. Schiedam, Westvest.
ds. H. W. Meihuizen, den Haag,
Oud Katholieke Kerk, Dam 28, Schiedam.
Zondag 15 Juli '51, 10 uur v.m.: Hoogmis van de
negende Zondag na Pinkster.
Huwelijksbevestiging.
van Adr. Kersten en M. D. J. Hatenboer in de Grote
kerk om 2.30 uur nam. op Dinsdag 17 Juli 1951.
Fa. A. J. v. d. Ven