Interview met
mevr. Indira Gandhi
Bihar, land Tan
honger en dorst
„ETEN VOOR INDIA"
Zegt ons
volk dank
Eten
voor
India
Giro;
100 200
MOEDERDAG EN
INDIA
«3 Sr -
MS
*4*
Op rantsoen
water
mager
DELFTSE POST - PAG. 7 - WOENSDAG 17 MEI 1967
ETEN VOOR INDIA
ACTMWUU: YAH KAHK»HWJ»0 HIAAT OtH HAAO Ta. 1911*3 HQ 1QQ 100
De eerste minister van India, mevrouw Indira Gandhi, heeft
haar dank uitgesproken voor het werk dat in Nederland (o.m.
via de stichting „Eten voor India") voor de voedselschaarste in
India is gedaan. Mevrouw Gandhi ontving de Nederlandse jour
nalist Friso Endt voor een kort onderhoud in haar woning te
New Delhi. Ze zei dat de inzamelingsakties, zoals in Nederland,
vrede en goede verstandhouding tussen volkeren dienen. Zij
vestigde de aandacht op de drinkwaterschaarste in het zuide
lijke district van Bihar, n.l. Palamau, en aangrenzend district
Myzrapur in Uttar Pradesh. Zij meende dat op dit ogenblik het
drinkwaterprobleem zeker zo acuut is als de voedselschaarste.
Mevrouw Gandi opent elke mor
gen de hekken van haar tuin en
ontvangt gedurende een uur indi-
ers uit alle rangen en standen, die
haar orohletnen komen voorleg
gen. Zij luistert en geeft raad.
In de vroege morgen bracht een
bediende mij naar een zijgebouw
tje van de villa, gelegen aan Saf-
darjag Road I. In de wachtkamer
was ook de noorse president van
hulpcomité en een idiaas vrouw
tje met een mandje eieren voor
Indira Gandi. Buiten op het gras
veld bevond zich een kleine me
nigte. ,,Geen vragen" had de pers
chef van Foreign Affairs gezegd.
Opeens stond zij voor mij, een
tengere vrouw. „1Vie bent U", zei
zij, „Wat komt U doen".
Toen ik de aktie „Eten voor In
dia" noemde, bleek zij geheel op
de hoogte. „Het Nederlandse volk
verdient dank voor de wijze, waar
op men zich voor India wil in
spannen, maar U moet zich wel
realiseren dat hulp niet alleen uit
het buitenland komt. Wat in Bihar
aan steun wordt verleend, komt
vooralsnog in hoofdzaak uit India
zelf. Dat kan ook niet anders. Ik
heb bezwaar tegen de voorstelling
van zaken, alsof India niets zou
doen en het buitenland alleen men
sen van de hongersnood kan red
den. Wat in Nederland voor India
gedaan wordt, dient vrede en goe
de verstandhouding onder de vol
keren. Daarom wil ik graag dat U
mijn dank aan „Eten voor India"
overbrengt". Daarna ging mevrouw
Gandhi in op de situatie in Zuid-
Bihar en zuidoostelijk Uttar Pra
desh. „Drinkwatervoorziening is
zeker zo accuut als voedsel. Wij
hebben nog veel meer boorinstal
laties nodig om drinkwater aan te
boren.
Ik weet dat Uw land wat dat be
treft aktief is in Indore, waar een
boorinstallatie aan het werk is.
Wij hebben know how en kennis
van uw Nederlandse deskundigen
zeer nodig". En met een glimlach:
„wie zouden meer van waterwe
ten dan de Nederlanders. Het is
juist die gerichte hulp, die wij zo
op prijs stellen."
New Delhi, 2 mei 1967.
Zondag was het moederdag. We heb
ben aan haar gedacht. Maar zaterdag
was het „Eten voor India". We zou
den denken aan de honger en dorst
die daar op grote schaal werd gele
den. Nederland zou er weer iets aan
gaan doen. Alle publiciteitsmedia span
den zich in om ook deze tweede gro
te India-aktie tot een succes te ma
ken. Die 27 miljoen van de vorige
maal zat er echt niet in, maar dat het
ganse land niet rrfeer dan 4 miljoen
zou halen is toch wel bedroevend. Ge
zien tegen het licht van de grote nood
die daarginds moet worden gelenigd.
We hebben dus nog wat goed te
maken, dachten we zo. Het gironum
mer 100 200 staat nog altijd open voor
giften. Op deze pagina treft u nog
wat indrukken aan van onze speciale
verslaggever Friso Endt, met o.m. een
kort gesprek met de eerste minister
van India, mevrouw Indira Gandhi en
een impressie uit het dorstende «n
hongerende land van Bihar. l\e ho
pen dat een en ander u alsnog zal
aanspreken om, voor het geval u za
terdag verstek moest laten gaan even
het gironummer 100 200 te benutten.
Met Moederdag zat het wel goed, met
India-dag veel minder. Dus nog even
een gezamenlijke krachtsinspanning...
De aktie „Eten voor India" heeft
helaas niet aan de verwachtingen
beantwoord, door allerlei omstan
digheden. Ook in Schiedam bleef
de totaalopbrengst aanzienlijk
achter bij die van een jaar ge
leden. Schiedam kwam ditmaal op
rond 28.000 gulden uit; een ton
minder als vorig jaar. We vermoe
den zo, dat velen graag nog even
het gironummer van „Eten voor
India" wilen noteren. Het is giro
100 200.
De honger is officieel in Bihar. Sedert
kort heeft de regering van de deel
staat de hongertoestand officieel afge
kondigd en heeft de Centrale Regering
in New Delhi die toestand bevestigd.
Door de Minister van Voedselvoorzie
ning Jagjivan Ram persoonlijk.
„De wereld wist dat al maanden,
maar nu weten wij het dan ook".
Constateerde de Searchlight, dag
blad van de hoofdstad Patna, bit
ter. „Aan onze feitelijke situatie
verandert daarmee niet veel" vond
Dr. Kumar Suresh. Singh, districts
commissaris van de proxincie Pa
lamau. Uit de archiefstukken van
zijn voorgangers was hem geble
ken dat in de laatste 150 jaar een
dergelijke hongersnood niet was
voorgekomen.
Er wonen in de deelstaat Bihar
52 miljoen mensen. Daarvan lijden
er 30 miljoen honger. Al sedert
oktober van het vorig jaar, toen
bleek dat voor het tweede achter
eenvolgende jaar de droogte de
tarwe en rijstoogst had vernietigd.
Bihar is de op een na dichtst be
volkte staat van India, op som
mige plaatsen wonen 1200 men
sen op eén vierkante mijl. Dat is
méér dan in Nederland. Bihar is
bovendien altijd een arme staat ge
weest.
Slechts 23 procent van de bevol
king behoort tot de kasten, de
rest is paria sociaal en ekonomisch
4j«SSK
jak'.
Daar loopt hij dan, over de
kurkdroge aarde van Bihar,
waar maar niets wil groeien.
Zijn naam kennen we niet
eens, zo maar een hongerend
en dorstend India's jongetje.
Van moederdag heeft hij geen
weet. Misschien is moeder wel
van honger gestorven, mis
schien is ook dit kereltje ten
offer gevallen aan de grote
nood. Maar hij is niet alleen.
In zijn schaduw lopen duizen
den hongerenden en dorsti-
gen. Nederland liet hem en de
anderen zaterdag wat in de
kou (lees: hitte) staan. De op
brengst van de nationale aktie
viel tegen. Er kan echter nog
gegeven worden, ook voor dit
kleine scharminkeltje.
We herhalen: gironummer
100 200 „Eten voor India".
achterlijk. De ekonomie rust
voor 92 procent op de landbouw.
De zomeroogst van 1966 leed een
schade van 25 procent, de winter-
oogst '66/67 is er nog veel slech
ter aan toe. De rijstoogst is niet
meer dan 1,2 miljoen ton, tegen
normaal 4,4 miljoen ton. Het to
tale verlies over het jaar 1966/
1967 wordt op ruim 5 miljoen ton
geschat.
Toch gelooft de Centale Regering
in New Delhi de zomer door te
kunnen komen. In juli begint de
Moesson, in september/oktober
hoopt men dan op een nieuwe
oogst. Tot die tijd hoopt men de
30 miljoen mensen in leven te hou
den op een rantsoen van acht oun
ces (één ounce is 28 gram, dus
acht maal 28 gram oftewel vier
boterhammen per dag).
Die acht ounces per dag zijn
gebaseerd op een maandelijkse
aanvoer van de Centrale Regering
van 185.000 ton. Voor die acht
ounces moeten de vrouwen en
mannen die dat enigszins kunnen
overigens in de bloedhete zon in
werkverschaffingsprojekten, zoals
het opwerpen van aarden wallen,
het aanleggen van wegen, hun ar
beid leveren.
De kinderen krijgen maar de helft
van het rantsoen, 2 sneetjes of een
handje tarwe per dag. Dat is al
les, en men kan het kopen in de
Zgn. fair price shops, winkels met
vastgestelde matige prijzen.
Een nieuw probleem is echter, dat
men zelfs geen geld heeft om dit
magere rantsoen in één van de
18.500 fair price shops te kopen.
De etenskast van de boer in Bi-
har is niet alleen leeg, hij heeft ook
geen cent meer voorzover hij niet
in de werkverschaffing wordt ge
steld.
In de werkverschaffingsprojecten
zijn voorlopig 600.00 mensen (een
fraktie) aan het werk gezet op
een loontje van 70 tot 90 cent per
dag. Ongeveer 350.000 mensen ont
vangen bovendien een gratis acht
ouncesrantsoentje, omdat ze ziek
of invalide zijn. Daarboven zijn er
vier miljoen kinderen, zwangere
vrouwen, zogende moeders en ou
den van dagen, die van de Ame
rikaanse hulporganisatie Care, te
zamen met de Unicef, de Engelse
organisatie Oxfam en de kerkelij
ke organisatie Corags en Catholic
Relief Services en het hulpkomi-
tee van Bihar dagelijks een war
me maaltijd krijgen (tarwe, groen
ten, melkpoeder en vitaminenta-
bletten). Binnen enkele dagen zul
len dat er 6 miljoen zijn, het is
het grootste hulpprogramma dat
ooit waar ook ter wereld werd op
gezet.
De verdeling loopt vooral via de
dorpsschoolmeester, de bindende
idealist van de dorpssamenleving
in een ontwikkelingsland. De mees
ter houdt de lijsten bij.
Er is ook een gigantisch drink
waterprobleem. Daarvoor heeft
men uit heel India 95 boorinstal
laties naar Bihar gestuurd en men
hoopt dit aantal op 120 te bren
gen. Daarnaast hebben ook Unicef
en Afpro, het orgaan van samen
werking van partikuliere, voorna
melijk kerkelijke organisaties een
boorprogramma ter hand geno-
Na deze cijfers en feiten blijft de
vraag: Werkt dit alles?
Antwoord: Jawel, niet ideaal, niet
efficiënt, maar het werkt. Een mi
rakel in een land, waar zoveel pro
blemen en zoveel ellende elke or
ganisatie tot mislukken dreigen te
doemen. De indruk is dat de mees
te hongerige hun acht ounces wel
krijgen, dat de meeste kinderen
hun maaltijd per dag inderdaad
ontvangen.
Tussen twee haakjes: hierbij is
rijst en tarwe, dat de stichting
2Eten voor India" naar het hulp-
komitee van Bihar heeft gezonden.
Is er nu geen honger meer in Bi-
har?.
Er wordt op een afgrijselijke wijze
honger geleden. Het magere rant
soentje is alleen genoeg om de
mensen van de hongerdood af te
houden, ze door de zomer te la
ten strompelen.
„Maar" zei eer lokale ambtenaar,
„het probleem is misschien niet
eens zozeer of er voedsel ter be
schikking komt, maar of het tran
sport kan blijven doorgaan. Een
havenstaking in New York, Bom
bay of Calcutta, een schip dat ver
traging heeft of de invallende
Moesson, die de wegen onbegaan
baar maakt en de mensen in Bi-
har zullen sterven.
J. A. Dave, directeur generaal voor
de voedselvoorziening vodr India
zegt: „Ons ideaal is 12 ounces per
dag, maar dat hebben we nog nie
mand kunnen geven. Ze krijgen
acht ounces en in sommige stre
ken, die niet zo'n honger hebben,
6 en 4 ounces dagelijks. We heb
ben de toestand onder kontrole
„Min of meer."
Vraag: „kan een mens leven op
acht ounces per dag."
Antwoord van Dave: „Zo moet u
het niet stellen. De acht ounces
kunnen de hongerdood voorko
men."
In India heet dan (officele term)
„on the edge of starvation" op
het randje van de hongerdood. Ré
serves? Geen. Als er geen stag
natie komt blijven ze op het scherp
van het mes balanceren, gebeurt
er iets dan slaat de zeis toe.
„Ze kunnen alj vliegen sterven",
zegt een ambtenaar in New Del
hi. „of niet", voegde hij er aan toe.
„Dat ligt aan onze krachtsinspan
ning, en de uwe".