V ertegen woordigster in herenmode Neeske van Toledo: een unicum.... RANDSTAD EDITieS DAGELIJKS TUSSEN DE WIELEN Heren Sportief Baan op Sprakeloos ananmnaamnanmDmnaaMüMnmam 0 Dag in dag uit ten zuiden van de Maasstad tussen de wielen In Vlaardingen is het eigenlijk begonnen, zegt Neeske van Toledo, 28, ongetrouwd, geen verloofde, geen vriend. Als verkoopstertje in een Wol- en kousenhandel aan de Hoog straat kreeg ik een zwak voor textiel. En al kwam ik later dan vóór, in plaats van achter de toonbank, textiel blééf me boeien. Vertegenwoordigster is ze nu, blondharige Neeske uit Oostvoorne. Beroepshalve zit ze vijf dagen per week tussen de wielen, zelf aan het stuur van haar met negen koffers vol geladen station-car. En daarin. herenkleding Zwaar werk, vertegenwoordigster in herenkleding? Och, zegt Neeske, alleen die koffers Bijna twee jaar werkte Neeske voor de firma in Breda. Toen kreeg ze de kans voor een groot handel in Goes vertegenwoordig ster te worden. Maar: vertegen woordigster in herenkleding. Ik vond dat echt wel een interes sante branche zegt Neeske, die nu al vier jaar over de eilanden trekt met koffers vol mannenkledij. Dat is haar leven: 40.000 kilometer per jaar, vijf dagen van dorp naar stad en 's nachts in hotelbedden. Thuis kom ik maar heel zelden, zegt ze, alleen de weekends breng ik in Oostvoorne door. Gezellig, dit soort werk, vindt ze zelf. Heel dikwijls breng ik avon den in gezinnen van klanten door, die er steeds op aandringen dat ik blijf eten. Zo'n meisje alleen langs de weg, krijgt heel zelfstandige Neeske van Toledo dan te horen. Er is een oud vrouwtje, van de eilanden, dat iedere keer als ik haar winkeltje binnenkom om or ders te noteren, vraagt of dat nu wel gaat, zo'n vrouw alleen onder weg. En als ik wegga zegt ze stee vast: zul je voorzichtig wezen, kind, er gebeuren tegenwoordig zulke vreemde dingen... Wat ik het liefste verkoop? Sportpantalons, zegt Neeske zon der aarzelen. Het liefst zie ik spor tief geklede heren en in mijn kof fers heb ik dan ook veel van dat soort kleding. Maar wie wat an ders wil kan het ook krijgen: Week-enders bijvoorbeeld heb ik bij dozijnen. Zwaar werk, dat wel, vindt Nees ke en dat slaat dan niet zo op haar vertegen woordigstersbestaan als wel op het hotel in hotel uit, win kel in winkel uit zeulen van haar koffers. Nee/ lacht ze, alle negen draag ik ze niet mijn hotelkamer binnen. Maar als een klant om een be paald artikel vraagt moet ik het voorradig hebben. Wat ze het meest verkoopt? Triest, zegt Neeske, maar door gaans vooral regenkleding. Het ha gelt werkelijk bestellingen. En hoe graag ze ook zaken doet: „die or ders doen mij minder goed, als ik aan al de mensen denk, die in die kledij hun vakantie tegemoet gaan", zegt de enige vertegenwoor digster in dit land, die het aan de man brengen van kledingstuk ken tot haar beroep maakte, Nees ke van Toledo uit Oostvoorne. jjj# Regenjassen doen het in Holland^ altijd, weet Neeske van Toledo als deH beste. Wat doe je er aan?, zegt ze be-" IIrustend. Speciaal voor onze fotograafjp poseerde ze even met een waterdichte^ regenuitrusting in de hand op de kap" |i van haar auto provincie ingestuurd. Als zelfstan dig vertegenwoordigster in klein- goed-texliel. En ging toen alles van een leien dakje? Wel nee, zegt Neeske eerlijk, mijn eerste „echte" klant zei nee en bleef dat zeggen. En mijn tweede had ook niets nodig. Maar in dit vak moet je leren doorzetten. Want Neeske van Toledo be reist het gebied ten zuiden van de Maasstad, de eilanden en grote delen van Zeeland als vertegenwoordigster in sport pantalons, jackets, bedrijfskle ding, overhemden en andere confectie voor de moderne man en daarin is ze de enige in Nederland. Toen Neeske de huishoudschool in Den Briel bezocht, wilde ze maar één ding: verkoopster worden. Dat leek haar leuk vrouwelijk werk. Zo kwam ze dan ook, na school, in Vlaardingen, waar ze de eerste kneepjes van de textielhandel leer de. Later werkte ze vier jaar zelf standig in een textielzaak in ge boorteplaats Oostvoorne. Maar omdat ze huishoudschool zelf ook wat magertjes vond ging ze studeren, een paar avonden in de week naar Spijkenisse, waar ze de Handelsavondschool afmaak te. In 1960 kreeg ze haar diploma. En toen had ze opeens genoeg van de winkel. Ik wilde de baan op, zegt Neeske in het vakjargon van de vertegen woordiger. Dat kwam zo. In de winkel in Oostvoorne, waar ze zelfstandig inkocht, kwam lan ge tijd achter elkaar dezelfde rei ziger. Maar toen nam de man ont slag en meldde zich zijn opvolger. Die bleef niet lang en zei na een week of wat: ik kom niet meer, dit werk ligt me niet zo. Toen bedacht het meisje achter de toonbank opeens: Die baan zou ik willen hebben. Ikzelf zou met een koffer vol textielgoederen langs winkels en bedrijven willen gaan, kooporders afsluiten en met men sen uit het vak over mode en nouveautés willen praten. Bij het bedrijf in Breda keek men er wel wat vreemd van op, toen Neeske van Toledo lakoniek in de telefoon zei: U heeft een vakature voor vertegenwoordiger. Ik weet iemand, die dat werk graag zou doen. Ikzelf. Ach, ik dacht dat ik het klappen van de zweep wel kende, zegt Neeske, achteraf. Zelf had ze im mers in de zaak in Oostvoorne in het textiel-kleinvak alles besteld en verkocht. Dat zei ik ook door de telefoon. En aan de andere kant van de lijn aarzelde de directie niet erg lang. U bent aangenomen, reageerde de directeur al even spontaan en zo werd het meerder jarige Neeske „ongezien" van ex- klant tot aanstaand werkneemster. Wat een man kan, moet ik ook kunnen, had Neeske van Toledo zichzelf tot regel gesteld. Met haar rijbewijs en met een dosis (over)- moed meldde ze zich op de afge sproken datum bij de Bredase groothandel. Na enige tijd te zijn ingewerkt, kreeg ze haar eerste op dracht. Dat zal ik nooit vergeten, vertelt Neeske, jaren later nog verble kend onder de herinnering aan haar première als vertegenwoor digster. Het was een zaak in Breda en ik kwam er opgewekt binnen. U heeft om ceintures gevraagd, zei ik te gen de winkelierster, die daarover opgebeld had. Geen sprake van, zei de vrouw achter de toonbank, ik heb hele maal niets nodig. Maar, zei Nees ke en toen kon ze plotseling geen woord meer uitbrengen. Haar stem stokte, haar spraakvermogen leek door nervositeit verlamd en zwijgend stonden ze tegenover el kaar, de winkelierster en de jonge reizigster. Kom binnen, kind, zei de vrouw tenslotte, Brabants-gastvrij en even later zat Neeske in de salon. Met een hoogrode blos schreef ze bestellingen op, die de winkelier ster dicteerde en terug bij haar baas zei die goedkeurend: jij mag nog eens om een order gaan, weet je dat dit een record-bestelling is van de week...? Meteen werd ze de volgende dag, met een eigen wagentje, alleen de

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1967 | | pagina 13