.-«k'V
*-
■>e
Twee ensembles van zuiver wollen tweed. Links een japon met jasje in rood en wit, rechts een deux-pieces
in groen en wit visgraatdessin. De costumes hebben beide een kort jasje, kleine kraag en afgeronde voor
panden. De bindceintuurs zijn van soepel leer, de rok Is lichtgerend. (GIVENCHY).
De nieuwe lengte voor avondkleding. Zuiver wollen zwarte crêperok met
brede leren ceintuur en een toreadors jasje geheel geborduurd met pail
letten git. Het jasje wordt gedragen over een witte blouse met lange
overhemdsmouwen. (ST. LAURENT)
icjmttii
Zandkleurige tricot wollencrêpe werd gebruikt voor de mantel. Opge
stikte zakken met kleppen, een aangesloten bovenpand, lichtgerende
rok en ceintuur op normale taillehoogte met een aparte gespsluitmg De
pas wordt gedragen op een witte japon. (VENET)
Een costuum in een abricotkleurige dubbclfaced crêpe. Hel korte jasje wordt gedragen met een ceintuur,
de knoopsiuiting van het jasje loopt door in de rok. Da rok is zwierig door een aantal platte plooien. Bijpas
sende shawl in de kleurcombinantie abricot, wit en zwart. (SCHERRER)
Een avondjapon van zuiver wollen dubbelfaced crêpe. De lengte van de
rok valt tot op de kuit; het model valt soepel en heeft enigzins wijduit-
"touwen, een klein opstaand kraagje dat gesloten wordt op de
e™ m^neXuw. (CARDIN0) eUen ZlJn gr°en' paarS' ">b«»«"auw