H. Hertzberger over zijn
uitgekiende woning"
Eerste Delftse
diagoonhuizen
prototype met
vele kansen
J.
cwr IflAUHAl èt OAC1USV - C£ OA<» - GAJ82QAT2 3WU3JM 11H
De kleine groep woningen die
thans te Delft worden gebouwd is
te beschouwen als prototype van
waaruit een verscheidenheid van
oplossingen kan worden ontwik
keld. Door vloeren weg te laten of
toe te voegen kunnen kleinere of
grotere woningen verkregen wor
den, terwijl door opéénstapeling,
of koppeling in horizontale zin van
meerdere woningen, deze op vele
wijzen ten opzichte van elkaar
gesitueerd kunnen worden, afhan
kelijk van de omgeving en de groep
die wordt nagestreefd. Gebruik
makend van de mogelijke stapeling
en koppeling zou in uiterste
instantie een continue woonstruc-
tuur gemaakt kunnen worden.
Hierbij een paar schetsmatige te
keningen van de ontwerper ir.
Hertzberger.
huizen, type diagoon te Delft
ontwerp: herman hertzberger 1967-1969
in opdracht van: stichting experimentele woningbouw
aannemer bouwkundig bureau van den Berg van der Klis
8 prototypen zullen worden afgeleverd omstreeks dec. 1970
ze zullen daarna enkele maanden voor ieder te bekijken zijn
„Nog steeds maken wij woningen,
waarin de vertrekken gekoppeld zijn
aan gefixeerde bestemmingen. Het is
dan een van tevoren uitgemaakte
zaak waar de ouders zullen slapen,
hoeveel kinderen een eigen kamer
krijgen en waar de eettafel zal staan.
In de uitgekiende woningen van
tegenwoordig zal in principe voor de
zithoek maar één plaats in aanmer
king komen en zal de eettafel maar
op één plaats kunnen staan, en dat
generaties lang!
De uitgekiende woning van vandaag
kan, omdat hij het resultaat is van
analyses van hoe men wil wonen,
nooit anders zijn dan een gemiddel
de. De op de gemiddelde bewoner
afgestemde woning kan nooit meer
zijn dan een grootste gemene deler,
dus een collectieve interpretatie van
het levenspatroon van elk indivi
dueel gezin. Daarbij kon er niet aan
worden ontkomen, dat allen worden
opgehangen aan het beeld waarnaar
wij geacht worden ons te gedragen:
te eten, te slapen, bij elkaar te
zitten, onze gasten te ontvangen,
ons huis binnen te komen; een beeld
waaraan ieder op zichzelf slechts bij
zeer grove benadering voldoet, het
geen wil zeggen, in 't geheel niet
voldoet.
Het zijn juist de verschillen die
voortkomen uit de behoefte van
ieder individu om een bepaalde
functie afhankelijk van plaats en
gelegenheid op eigen wijze te
interpreteren, welke een ieder iden
titeit verschaffen.
Omdat het onmogelijk is (en altijd
onmogelijk was) voor ieder het
maatwerk te leveren dat hem precies
past moeten we de dingen zo maken
dat ieder de gelegenheid heeft om ze
op een hem passende wijze af te
maken.
In de plaats van een collectieve
interpretatie van individuele levens
patronen moet naar woningtypen
gezocht worden, waarin individuele
interpretaties van het collectieve
patroon mogelijk zijn, m.a.w. we
moeten de woningen zo maken, dat
ieder voor zichzelf er zijn eigen
interpretatie van het collectieve
patroon kan verwezenlijken. Wij
zoeken een woonvorm, die ieder
zoveel mogelijk zichzelf laat 'zijn,
bijv. anders dan z'n buurman; een
woonvorm die je de vrijheid geeft
om datgene te doen waardoor je je
onderscheidt van de ander; een
woonvorm waarbij ieders eigen le
venspatroon tot uiting kan komen.
Uitgangspunt
Het diagoonhuis bestaat in principe
uit een tweetal vaste kernen met een
aantal, steeds onderling een halve
verdieping verspringende vloeren,
welke de .leefeenheden" vormen
die nog elke bestemming kunnen
krijgen:
woonruimte, slaapkamer, studeer-,
speel-, zit- of eetruimte. Van elke
leefeenheid, dus vloer, kan een deel
afgescheiden worden tot vertrek, het
overblijvende gedeelte ligt als bin-
nen-balkon aan de over de volle
hoogte van het huis doorgaande
woonhal (vide).
Deze balkons, die door de indivi
duele gezinsleden voor eigen keuze
zouden kunnen worden ingericht,
vormen tezamen de leefruimte voor
het gezin als gemeenschap.
Er is geen gedwongen scheiding
meer tussen woonverdieping en
slaapverdieping (met het geforceerde
,,naar boven gaan"). Ieder gezinslid
krijgt z 'n eigen woonkamer, z 'n
eigen deel van het huis: de gemeen
schappelijke grote woonkamer.
Karkas
Wat in eerste instantie gebouwd
wordt en ter beschikking van de
bewoner komt is het huis in z'n
basisvorm.
Aan dit onveranderlijke karkas,
bestaande uit vloeren, hoofdwan-
den, gevels en vaste kernen waarin
trappehuis en de „natte" ruimten
zal ieder als het ware kunnen
voortbouwen, met naar eigen keuze
toe te voegen elementen.
Invulling
Iedere bewoner kan als aanvulling
een keuze maken uit een assorti
ment van élementen die in het
karkas kunnen worden ingevuld
zoals: kasten, extra deuren, extra
wasbak, douche, w.c., inbouwkast-
jes, extra voorzieningen voor de
ramen zoals dichte panelen of
zonwering, open haard, garage-deur,
diverse binnenwanden of een ander
soort keukenuitrusting.
Deze inbouwpakketten zijn in prin
cipe „uit voorraad leverbaar". Ze
zijn afgestemd op de maatvoering
van het karkas en met aansluitings-
en bevestigingsmogelijkheden is re
kening gehouden: het karkas is er
m.a.w. op geconditioneerd,
leder kan uit het assortiment die
combinatie kiezen welke nu juist
zijn verlangens het dichtst benadert.
Inbouwpakketten zijn vervangbaar
en tot op zekere hoogte zelfs
uitwisselbaar. Men kan wachten met
het aanschaffen van een bepaald
onderdeel totdat de behoefte eraan
ontstaat. Aanpassing aan een ver
anderde gezinssamenstelling is moge
lijk.
Stedebouwkundige implicatie
De kleine groep woningen die thans
te Delft gebouwd wordt, is te
beschouwen als prototype van waar
uit een verscheidenheid van oplos
singen kan worden ontwikkeld.
Door vloeren weg te laten of toe te
voegen kunnen kleinere of grotere
woningen verkregen worden, terwijl
door opeenstapeling of koppeling in
horizontale zin van meerdere wonin
gen, deze op vele wijzen t.o.v. elkaar
gesitueerd kunnen worden afhanke
lijk van de omgeving en de groep die
wordt nagestreefd.
Gebruik makend van de mogelijke
stapeling en koppeling zou in
uiterste instantie een continue
woonstructuur gemaakt kunnen
worden. Wanneer de verschillende
bouwblokken, zoals die thans ge
bruikelijk zjjn, in elkaar zouden
kunnen overgaan, zouden zij geza
menlijk een grotere eenheid kunnen
vormen, een betere catalisator voor
de samenleving in z'n „vloeibaar
heid" van uitwisselingen. In dergelij
ke doorgaande structuren is het
mogelijk een groot aantal wezenlijk
te articuleren, doordat elke denkba
re groep zich kan uitkristalliseren,
terwijl niet reeds bij voorbaat in
blokken pseudo-groepen zijn geïso
leerd die nog slechts aanleiding
kunnen zijn tot meirische herhaling
van overigens willekeurige eenheden.
Het woonblok is niet de beelding
van een bepaalde sociale groep, noch
kan het hoge, lage of bijv. vierhoge
De SEW is geboren uit een initiatief
van het Bouwfonds Nederlandse
Gemeenten, dat ca. twee jaar gele
den contact opnam met Brederode,
Bruynzeel en De Ploeg. Besprekin
gen met anderen hebben tenslotte
geleid tot het vormen van een groep
die groot genoeg is om een behoor
lijk garantiefonds bij elkaar te
brengen om de risico's van experi
mentele woningprojecten te dragen.
De bedoeling van de SEW, welke
zich woensdagmiddag in Delft offi
cieel presenteerde, is op verantwoor
de wijze experimenten in de woning
blok significant zijn voor een bepaal
de gezinssamenstelling. Ook geeft
het zelfs geen indicatie betreffende
een bepaalde woonwijze d.w.z. dat
„in een hoog Woongebouw wonen"
niet zonder meer synoniem is met
„hoog wonen", omdat elk gebouw
hoe groot ook onderste
verdiepingen heeft waarin men dus
in feite „laag" woont.
Ook het hoge woongebouw als op
zichzelf staand blok is een eenheid,
die op geen enkele sociale basis
berust, en slechts de kristallisatie
van ee achterhaalde analyse is.
Dit alles betekent de opheffing van
begrippen als hoogbouw en laag
bouw; opheffing ook van de onge
naakbaarheid van het op zichzelf
staande woongebouw (met een
hoofdingang als overbodige tweede
voordeur en agressieve scheiding
tussen een binnen dat meer buiten
zou moeten zijn en een buiten dat te
weinig binnen is!
Het opheffen van de grens tussen
gebouw en stad betekent dat deze in
elkaar overgaan; en in laatste instan
tie elkaar worden; de continuiteit
van een trapsgewijze opvolging van
gebieden die elk meer binnen zijn
dan het voorgaande, tezamen: het
interieur stad.
Voorgrond
Voorlopig zullen deze huizen voor
hen die er op de eerste plaats iets in
zullen zien nl. de jongere, meer
dynamische gezinnen wel te duur
bouw mogelijk te maken. Het gaat
de leden van de stichting niet om
een enkel experiment zeggen zij
maar veeleer om een zekere conti
nuïteit in de projecten.
Nu het eerste project tot uitvoering
is gebracht (aan de Delftse Grebben-
laan) zal het stichtingsbestuur zich
wederom gaan beraden over een
volgend plan. Bij de overweging tot
realisering van het -eerste project
werd de stichting geconfronteerd
met stichtingskosten van de wonin
gen die als gevolg van experimenten
boven de normaal te achten bouw
prijs liggen. De stichting acht dit
begrijpelijk en ook aanvaardbaar.
Het besluit tot realisering van het
project komt voort uit de veelheid
van ideeën en mogelijkheden die
erin zitten en zich bovendien goed
lenen tot nadere studie over ruimte
lijke indelings- en andere gebruiks
mogelijkheden e.d.
De stichting streeft er naar, zegt ze,
zoveel mogelijk mensen te laten
profiteren van de experimenten.
zijn. Het valt nog te bezien of ze in
deze vorm ooit voor productie in
zeer grote series in aanmerking
komen.
Wanneer we ze dan ook zien tegen
de achtergrond van het grote gebrek
aan goedkopere woningen dat nog
steeds bestaat dan kunnen we ons
afvragen wat voor zin een dergelijke
opzet heeft.
Wat hier beoogd wordt, is te
proberen prototypen van woningen
te maken welke wezenlijk meer
speelruimte bieden voor individuele
versci. 'len in woon- en leeftrant, en
die bewoners de gelegenheid bieden
om zelf te denken en te ontdekken
wat hen gewoonlijk zonder meer
wordt opgedrongen.
Aan de hand van deze proto
typen zou nagegaan kunnen
worden wat mensen van hun
woning verwachten en wat ieder
voor zich, op z'n eigen wijze met
z'n woning zal gaan doen wan
neer hem daartoe ook in ruimere
zin de gelegenheid wordt gebo
den.
Uit de evaluatie van dit experi
ment zullen conclusies kunnen
worden getrokken over wat in
het licht van deze grotere vrijheid
voor de bewoners als wezenlijk
moet worden beschouwd.
Van hieruit kunnen dan meer
eenvoudige en goedkopere typen
worden verder ontwikkeld; het is
dan duidelijk dat dit project zijn
betekenis alleen maar zal kunnen
ontlenen aan resultaten, niet slechts
voor enkele bevoorrechten maar
voor alle mensen."
De plannen zijn gereed, de vereiste
goedkeuringen ontvangen, zodat
niets de realisatie meer in de weg
staat. Dezer dagen zal in Delft met
het heiwerk worden begonnen van
de 8 tot 12 prototypen van het zgn.
diagoonhuis naar een ontwerp van
ir. H. Hertzberger.
Deze 38-jarige architect bouwde in
Delft reeds een lagere Montessori
school en heeft o.m. een bejaarden
huis en een kleuterschool in Delft in
voorbereiding. In de hiernaast afge
drukte beschouwing gaat ir. Hertz
berger nader in over het Delftse
prototype van „een uitgekiende
woning".