WEGENWACHT-TER-ZEE IN GELDNOOD Nader onderzoek naar schadelijke werking ,hard' en ,soft' drugs Kral Kroger doet uitvindingen op bestelling Schrijf'es iemand Bel'es iemand Bezoek'es iemand Praat'es met iemand ...u weet zelf wel wie eenzaam is in uw omgeving' 9 \m w HET NIEUWE STADSBLAD - PAG 12 - WOENSDAG 13 JANUARI 1971 In vele huisgezinnen wordt in deze dagen, ter afwisseling van al het zoete, ook genoten van Hollands zeebanket. Voordat het uit zee op uw tafel kwam is daar veel arbeid voor verzet. Bij zomers weer, maar ook onder barre Omstandigheden: het chro nisch gebrek aan slaap verruwt: op het gladde scheepsdek gebeurt snel ler een ongeluk dan op de vaste wal; ook kunnen onmisbare instrumen ten of werktuigen defekt raken; bij stormweer slaat een drinkwatertank lek. Ergens in volle zee. En daar biedt ,,De Hoop" nu uitkomst. De naam hospitaalkerkschip is ver ouderd. Visserijhulp schip of, wat aan de wal beter wordt begrepen, „Wegenwacht Ter Zee", dat is het schip. Algemeen: Ln 1970 werd gedurende 235 effec tieve hulpverleningsdagen 17.500 zeemijl (35.000 km) afgelegd in de West-Europese zeeën, op weg naar of gaande houdend bij Nederlandse visserijconcentraties. In het voorjaar waren dat de kottervissers ten noorden van de Wadden-eilanden, en vanaf Vlagge tjesdag de haringvissers rond de Doggersbank. In de herfst volgde „De Hoop" hen naar de Zuid-Ierse Zee en beëindigde de assistentie dit jaar in het Kanaal. Hospitaal Gedurende deze reizen werden 140 patiënten door de rubberboot op gehaald, waarvan ruim 100 na poliklinische behandeling weer naar hun schip konden terugkeren. Twee van hen waren Poolse vissers. Veelal betrof het lichte chirurgische in grepen, keelaandoeningen, tand- extracties, zware griep, steenpuisten etc. Tot de ernstige gevallen waarbij „De Hoop" als zeevarend noodhospitaal assistentie verleende behoorden schedelfracturen, maagzweren, oog letsel en fracturen der ledematen, waaronder een gebroken bovenbeen. In de wetenschap dat hij in Holland het beste geholpen kon worden werd laatstgenoemde patiënt van ver achter Doggersbank naar IJmuiden gebracht. In de Seine Baai tenslotte werd bij een ongevalspatiënt af komstig van een bergingsvaartuig een nierbloeding geconstateerd en behandeld. Vermeldingswaard in verband met de preventie is het frequent voorkomen van gebroken ribben en hersenschuddingen na gegrepen te zijn door een draaiende winch. Kerk In 1970 werden in de scheepskapel 54 kerkdiensten en 58 dagsluitingen gehouden, waarvan er 41 resp. 43 op de visserijband (2316 kc) werden uitgezonden. Deze diensten, meest in volle zee, werden bezocht door 2500 zeelie den en belangstellend beluisterd door 1 500 schepen. Over het genre films in de recreatie zaal wordt verschillend gedacht. Ze trekken veel jongelui, waardoor de geestelijk verzorgers velen van hen persoonlijk bereiken in de kerk, en in de recreatiezaal bij een kopje koffie, waarvan er weer duizenden werden uitgeschonken. „Het wordt op prijs gesteld als de predikant een vissersschip bezoekt en belangstelling toont voor het werk, zonder direct een volledige preek af te steken. Steeds ervaart men dat onze zeelui zich op hun eigen terrein vrij uiten tegenover de dominee. Evangelie en Industrie! Aldus een citaat uit een reisverslag. Jonge zeevissers gaven als hun levensfilosofie: „Een mens moet zichzelf maar zien te redden: ten slotte gaat toch iedereen dood". Toch vonden zelfs een zware domi nee en deze jongeren elkaar; „Als dat waar is, wat is het geloof dan een fijn iets. Daar kun je je voor inzetten". Op zondagavond 7 juni, tijdens de voetbalwedstrij d Brazilië -Engeland woonden 110 kerkgangers een kerk dienst bij aan boord, terwijl deze dienst tevens via de radio door 12 schepen werd beluisterd. De komische noot ontbreekt ook niet: één dominee raakte door het razen van de zee wel niet zijn preek, maar toch wel zijn gebit kwijt. Een bekend cabarettier zou zeggen: Een denkertje Technische dienst De technici voerden 41 reparaties uit aan dienstweigerende generato ren, pompen en motoren van allerlei aard, vislieren, koelmachines, etc., en verschaften vele malen materiaal en onderdelen uit de consignatie- voorraad. Veertien maal werd een noodvoorraad gasolie overgepompt, 120 ton, en idem 22 maal drink water, 148.000 liter. Radiodienst De radio-officier bracht naast zijn eigenlijke werk: de verbinding met de schepen en de wal zes maal uitkomst als kikvorsman en bevrijd de schroeven van vislijnen, etc. Éénmaal stelde hij vast, dat een roerkoning uit zijn fundatie gescho ten was. Daar hielp zelfs geen lieve „De Hoop", of toch wel. Stuurlie den en matrozen maakten een sleeptros vast en brachten de onfor tuinlijke visser naar een haven met een dok. De radio-electronica-monteur repa reerde 110 marifoons, zenders, ont vangers, radarplotters, visloupes, echoloden etc. Niet altijd is zo'n reparatie defini tief. 'n Noodvoorziening is echter zeer waardevol, daar het pechschip de visserij niet hoeft af te breken. Reders ter zeevisvaart worden zo vele dagen „visverlet" bespaard. Er komt bijvoorbeeld een klacht binnen dat de radar geen beeld geeft. Het reparatierapport ver meldt: Eerst doorgeslagen zekering vervangen, en de oorzaak opge spoord, een defecte condensator. Net dit type niet voorradig. Twee andere in serie geschakeld. Apparaat werkt weer. Verbruikt: 1 zekering, 2 condensatoren. Arbeidsuren, inclu sief overvaren per rubberboot: 3,5 uur. Noot: bij binnenkomst te vervangen door juiste condensator. Dekdienst „De Hoop" is ook beperkt weer- waarnemingsschip en de stuurlieden maakten dit jaar bijna 1500 weer- rapporten op, die steeds enkele minuten later door de radiodienst doorgebeld werden naar De Bilt. In het voorjaar bluste een ploeg de brand in het bemanningverblijf van de KW 221. Het verdrinken van matroos Spaans van de VL 153 maakte een diepe indruk aan boord. Hij werd in de kerkdiensten herdacht en er werd gastvrijheid en hulp verleend aan de familieleden die het stoffelijk over schot kwamen zoeken. Zelfs de kok heeft een aandeel in de assistentie door dit prachtige schip en gaf weer vele malen noodpro- viand over. Iedereen werkt mee. Het is een fijne ploeg aan boord. Er was dan ook practisch geen personeels wisseling. In dit verslag gedenken wij wel het heengaan op hoge leeftijd van twee gewaardeerde medewerkers uit de periode tussen de beide wereldoor logen. Op 26 oktober overleed Kapitein J. Smit die van 1917 tot 1942 het bevel voerde over „De Hoop II". Voorts op 27 november mr. W. R. Chambers, zoon van de initiatief nemer tot de Vereniging in 1898. Hij verzorgde gedurende vrijwel dezelfde periode in zijn vrije tijd de administratie. Hun gedachtenis wordt in ere gehouden. Zoals een Groningse predikant het aan het eind van zijn verslag schreef: „De Hoop" heeft opnieuw zijn diensten mogen bewijzen aan de visserij, technisch, medisch, en in de verkondiging van het Evangelie. Moge dit werk goede voortgang blijven hebben". Zoals in de aanhef vermeld baren de geldmiddelen grote zorgen. Het sekretariaat en symphatiserende pre dikanten verzorgden ca. 50 propa ganda bijeenkomsten met dia's en film. Er werden dit jaar o.m. weer 800 grammofoonplaten „De Kerk op Zee" verkocht. De overheid is zo ver gegaan als haar budget het toelaat. In betere tijden heeft zij een grote jaarlijkse subsidie vastgesteld, die echter in de loop der jaren door de stijging der uitgaven overtroefd werd. Er zijn meevallers, zoals de schen king uit de liquidatie-pot van de Zeeongevallenwet, of die van de oude adelijke dame uit de kringen der oprichters, maar het is aan ieder die dit leest, om de wens van dominee Lengkeek, hierboven ver meld waar te maken, door mee te helpen onze tekorten te dekken. Steun dit werk met uw gift of jaarlijkse contributie op postgiro 50375 t.n.v. Vereniging Hospitaal kerkschip „De Hoop". De Staatssecretaris van Sociale Za ken en Volksgezondheid, dr. R. J. H. Kruisinga, heeft ten behoeve van het Rudolf Magnus Instituut voor Farmacologie van de Rijksuniversi teit te Utrecht gelden beschikbaar gesteld om in het kader van het onderzoekprogramma met betrek king tot het druggebruik een versla vingsonderzoek te verrichten. In dit onderzoek van het Rudolf Magnus Instituut onder leiding van professor dr. D. de Wied gaat het om de invloed van verslavende midde len, die geen of slechts geringe lichamelijke afhankelijkheid veroor zaken. Het onderzoek betreffende versla vende middelen is tot nu toe hoofdzakelijk gedaan met die mid delen waarvan men meende dat het de lichamelijke afhankelijkheid is die aanleiding geeft tot het verslaafd zijn aan die middelen. Onderwerp van studie zullen zijn die verslavende middelen waarbij de psychische drang om het middel tot zich te nemen op de voorgrond staat. Met name gaat het hier om stoffen als cocaine, de amfetamines en marihuana (hennep). In het Rudolf Magnus Instituut heeft men een techniek ontwikkeld waarbij proefdieren zichzelf versla vende middelen („soft" of „hard" drugs) toedienen. Door het verlangen naar het onder havige middel te registreren, meent men de psychische afhankelijkheid in een famacologisch experiment zichtbaar te kunnen maken. In het onderzoek gaat het onder meer om de volgende.facetten: le. het aanleren, het handhaven en het doen verdwijnen van handelin gen die beloond worden met een kleine hoeveelheid van een versla vend middel (analyse van het ver slavingsgedrag); 2e. de schadelijke invloed met name op geestelijke functies van het langdurig tot zich laten nemen van een dergelijk middel; 3e. de invloed op het nageslacht van het zich toedienen van een versla vend middel tijdens en voor zwan gerschap; 4e. de vraag of bepaalde stoffen invloed kunnen hebben op het zichzelf toedienen van een versla vend middel; 5e. de werking van een verslavend middel op de stofwisseling van stoffen die in het zenuwstelsel een functie vervullen bij de voortgelei ding van berichten in zenuwbanen. In soortgelijke experimenten met apen in het Farmacologisch Labora torium van de Universiteit van Michigan in de Verenigde Staten is duidelijk gebleken dat de schadelijk heid van deze verslavende middelen zeer groot is. Dr. Kruisinga acht het uitvoeren van een dergelijk onderzoek in Neder land van grote betekenis. Het is ook voor het aangeven van de meest gewenste behandelings methode van psychische c.q. fysi sche verslaving: cocaine, amfetamine en marihuana (hennepprodukten) van groot belang inzicht te krijgen in de processen die aan deze verslaving ten grondslag liggen. Het bedrag dat door de Staatssecre taris in éérste instantie voor dit onderzoek naar de schadelijke ne venwerkingen van bovengenoemde drugs ter beschikking is gesteld bedraagt ongeveer driehonderddui zend gulden. PUBLIKATIE AANGEBODEN DOOR DIT BLAD IN SAMENWERKING MET DE STICHTING IDEËLE RECLAME S8G33 TEMPERATUUR METEN OP AF STAND Temperaturen meten op een afstand van enkele meters, daar schieten de gebruikelijke thermometers te kort. Deze moeten immers steeds in contact zijn met het voorwerp waarvan zij de temperatuur moeten vaststellen. Dit directe contact is echter in vele gevallen niet mogelijk. Toch kunnen ook dan nauwkeurige metingen worden verricht en wel met behulp van een nieuwe „af standsthermometer", die warmte- uitstraling niet alleen aantoont, maar ook kwantitatief meet en aanwijst. Specialisten van het Sie mens Research-centrum in Erlangen hebben een dergelijk apparaat ont wikkeld. De toepassingsmogelijkheden zijn talrijk, zij strekken zich uit van onderzoekcentra tot fabrieken. Gro te elektromotoren en generatoren bijv. worden wanneer zij in bedrijf zijn, onvermijdelijk heet. De daarbij optredende temperaturen (soms meer dan 200 graden C.) moeten voortdurend worden gecontroleerd, opdat er bij volle belasting geen oververhitting ontstaat. Bij de roterende en onder hoog spanning staande onderdelen kun nen gewone thermometers echter niet worden toegepast. Ditzelfde geldt bijv. voor een warmwalserij, waar het gloeiend hete staal zorg vuldig moet worden gecontroleerd. Of een ander voorbeeld: in glasbla zerijen moeten de dikwijls slechts millimeter dikke glazen buizen, die uit de smeltoven komen, vóór het snijden voldoende afgekoeld zijn, op straffe van breuk, uitschot en produktieverlies. Alleen op afstand, dus met een afstandsthermometer, kan hier de temperatuur worden gemeten. Zogenaamde photobolometer-(PB)- detectoren fungeren daarbij als stra lingsontvangers. Zij vangen de voor het menselijk oog niet waarneem bare infrarode straling op, die elk warm voorwerp altijd uitzendt. De oppervlakte-temperatuur van het voorwerp wordt afgeleid uit de intensiteit van de straling. Hun grote stralingsgevoeligheid dan ken de PB-detectoren aan de in de Siemens laboratoria ontwikkelde halfgeleiders (Indiumantimonide - nikkel - antimonide). Zij zijn varia bel en kunnen daarom voor een reeks speciale doeleinden worden gebruikt. Door toepassing van foto-ets tech nieken kan de gevoelige laag, a.h.w! het „oog" van de detector aan verschillende vormen (cirkel, lijn) van de te onderzoeken objecten worden aangepast. Dunne buizen of draden worden bijv. door een lijndetector gemeten. De lenzen van silicium laten zoveel infrarood straling door dat tempera tuurverschillen van minder dan 0,1 graad C. nog kunnen worden vast gesteld. Het meetbereik strekt zich uit van -20 graden C. tot meer dan plus 500 graden C. Een complete stralingsthermometer bestaat uit een meetkop met PB- detector en lens, en een aanwijs- apparaat. Hierop kan de tempera tuur van het onderzochte voorwerp worden afgelezen en door een daarop aangesloten schrijver worden geregistreerd. Door middel van een grenswaarde-meidinrichting kunnen bij een instelbare temperatuur, be paalde schakelingen worden ver richt, zodra deze temperatuur wordt bereikt. In de praktijk wil dit zeggen, dat wanneer bijv. een motor dreigt te worden overbelast, deze geheel automatisch wordt uitgescha keld. Talloze mensen menen de wereld te moeten verbeteren door het doen van uitvindingen. Zij staan op een zeker moment tegenover hun nieu we vondst met het gevoel dat zij iets volbracht hebben, dat nog niemand voor hen heeft verricht. Helaas is dit zelden het geval. Het is Karl Kroyer, woonachtig in Kopenhagen en Deen van geboorte. Hij kan zich als een der weinigen uitvinder van beroep noemen. Toen hij jong was, zag hij bij zijn moeder in de keuken, dat sommige etens waren in de braadpan bleven koe ken. De braadpan was plat, maar als hij van kleine holtes zou zijn voorzien, moest dit euvel toch zijn verholpen, zo dacht Kroyer. Hij dacht in de juiste richting, en op 16-jarige leeftijd begonnen de licen- tiegelden van zeven Europese fabrie ken van keukengerei binnen te stromen. Kroyer heeft nadien steeds goede ideeën gehad. Zo heeft hij in 1964 een Deens schip dat in de Golf van Koeweit gezonken was met behulp van plastic balletjes gelicht. Het schip vaart weer. Deze inval leverde hem 670.000 gulden op. In zijn 3 1/2 miljoen kostende labora torium in Kopenhagen, heeft hij de stof sinopal ontdekt, die in asfalt kan worden verwerkt en een reflec terende werking heeft.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1971 | | pagina 12