DE VERWOESTING VAN
JERUZALEM
VREDE...
begint gewoon thuis
Profetie .van Christus werd werkelijkheid
zomaar wat gedachten
voor u en iedereen
GA ZITTEN
PROBEER HET
OUDERWETS
VULLERTJE
HET NIEUWE STADSBLAD PAG. 42 WOENSDAG 19 DECEMBER 1973
NIET VER van Bethlehem, waar Jezus werd geboren, ligt Jeruza
lem, de ouJe hoofdstad van Palestina. Vele jaren was de stad ver
deeld in een oud gedeelte, dat tot Jordanië behoorde en een nieuw
gedeelte, dat in 1948 bij de totstandkoming van de staat Israël
aan Israël werd toegewezen. Sedert de laatste oorlog in het na
bije oosten heeft Israël echter ook het oude Jeruzalem weer in
handen, zulkt tot ergernis van de gehele Arabische wereld.
Jeruzalem is dus nog steeds een. bet wiste stad. zoals ze dat door
de eeuwen heen altijd is geweest. Voor ons christenen zit er iets
wrangs in de gedachte aan deze stad. Jeruzalem heeft eertijds
Christus even uitdrukkelijk verworpen als Bethehem hem aannam.
Titus kwam kruisen te kort.
WANNEER WE vandaag aan de
dag het oude Palestina bezoeken,
vinden we nog iets terug van de
sfeer van Jezus' dagen in Bethle
hem, zeker in het landschap. Ko
men we in Jeruzalem, dan zijn de
stoffelijke herinneringen aan het
verblijf van Christus in die stad
vrijwel volledig weggevaagd. Wat
men in de Heilige Grafkerk en an
dere plaatsen nog probeert vast te
houden aan stenen herinneringen
van Christus, berust op zijn best
op nogal vage vermoedens, die op
het eerste gezicht weinig histori
sche grond hebben.
Maar het geestelijk klimaat uit de
dagen van Jezus is in alle opzichten
nog aanwezig. Het was en is een
stad met een vulkanische natuur.
Arabieren en Israëliërs staan hier
fel tegenover elkaar, de hartstoch
ten kunnen ieder ogenblik weer fel
oplaaien. Temidden van deze gis
tende wereld, die geteisterd wordt
door felle tegenstellingen, leefde
ook Christus. Zijn prediking, die
het regelrecht op ieder mens had
begrepen, werd hier niet begrepen.
Het onstuimig levende voïk van
Jeruzalem was te zeer in konflik-
ten gewikkeld om zijn hart open te
zetten voor Christus' woorden. Men
had hem graag geaksepteerd als
volksmenner, als leider van een op
stand. Zoals men Jezus ogenblikke
lijk eerde, toen hij op Palmpasen
als een vorst door de stad scheen
binnen te rijden. Maar de wereld
te winnen door liefde, zoals Chris
tus wilde, dat kon het volk van Je
ruzalem niet opbrengen.
Romeinen.
HERHAALDELIJK HEEFT Jezus
getracht Jeruzalem ervan te over
tuigen dat er geen vrede kon be
staan zonder liefde. Maar men
heeft niet naar hem willen luiste
ren. De bijbel, die helemaal niet
van sentimentele verhalen houdt,
vertelt ons dat Jezus tenslotte we
nend naar Jeruzalem keek en dat
hij de ondergang van deze stad
voorspelde.
Die ondergang is gekomen. De pro
fetie werd al heel gauw bittere
werkelijkheid. Een tragisch lot is
de stad ten deel gevallen in het
jaar 70 na Christus.
Er waren toen bijna veertig jaren
verlopen sinds men Christus bui
ten de stad had laten brengen om
hem te kruisigen. Velen van dege
nen, die hem toen aan het kruis
hout zagen hangen, hebben bij de
verwoesting van Jeruzalem door
de Romeinen eenzelfde lot onder
gaan.
Vijf maanden lang werd de stad
door Titus en zijn legioenen bele
gerd. Elke dag liet de Romeinse
veldheer minstens vijfhonderd ge
vangenen en overlopers aan het
kruis slaan, zodat rond Jeruzalem
alle bomen moesten worden gekapt
om nieuwe kruisen te kunnen laten
maken.
Geen steen op de andere.
DE GESCHIEDSCHRIJVER Fla-
vius Josephus, die zelf tot de ge
vangenen van de Romeinen heeft
behoord stelde een uitvoerige kro
niek samen van de belegering en
de val van Palestina's hoofdstad.
Na een uithongering van vijfmaan
den was er niets menselijks meer
overgebleven in de gedragingen
der burgers. Men slachtte zelfs
kinderen om zich met hun vlees te
voeden. Nadat de legioenen van
Titus eindelijk de „dodenstad"
hadden ingenomen er werden
meer lijken dan levenden aange
troffen restte de soldaten nog
maar één taak: de algehele ver
woesting van de stad.
Nu was Jeruzalem onder de rege
ring van Herodus en zijn opvolgers
zeer verfraaid en daardoor een van
de mooiste steden van de wereld
geworden. Bij voorbeeld de tempel
dezelfde die Jezus nog had betre
den, was een bouwwerk van de
eerste orde. Titus had deze tempel
graag willen behouden, maar hij
kon zijn soldaten niet langer in
toom houden. Dus werd de tempel
in brand gestoken. Heel Jeruzalem
werd met de grond gelijk gemaakt.
De profetie van Christus, dat geen
steen op de andere zou worden ge
laten, kwam ten volle uit.
En de vloek, die Christus liet horen
op de stad, die zich in alle eeuwen
van hem heeft afgekeerd, geldt
nog. Geen enkele stad waar het
„vrede op aarde" zo weinig in prak
tijk is gebracht.
Ook nadat Jeruzalem was her
bouwd, vloeide talloze malen bloed
door de straten. We denken aan de
opstand onder Bar Kochba in de
tweede eeuw, aan de verovering in
1099 door Godfried van Bouillon,
aan de konflikten onder het wisse
lend bestuur in de volgendf eeu
wen, aan de hevige incidenten tus
sen Joden en Arabieren in 1933 en
last but not least aan de latere on
lusten sedert de opsplitsing van
Palestina, in een Jordaans en een
Israëlisch deel. Zelfs de stad werd
in tweeën gehakt. Inmiddels is nu
ook het oude Jeruzalem in handen
van de Israëliërs, maar de Arabie
ren nemen hier natuurlijk geen ge-
noemen mee en vroeg of laat kan
het bezit van deze stad weer de in
zet vormen voor een nieuwe oor
log. Zo blijft Jeruzalem een stad
vol dreiging.
Het vredige Bethlehem 10 kilo
meter verder en het woelige Je
ruzalem. Twee plaatsen, die het be-
bin en het eind van Jezus' leven
markeren en die Ieren, dat alleen
geluk en vrede is bij degenen, die
van goede wil zijn.
«WlUWMl.**.» 1Su
"Deze foto toont een doorkijkje"
in Oud Jeruzalem, het vroege
re Arabische gedeelte. Op de
achtergrond de „Kerk van het
Heilig Graf".
Er zullen ook dit jaar wel weer
mensen zijn en dan met name
jongeren die vurig pleiten voor
een sobere Kerst. Waarom ons hier
in het Westen dik en volgegeten,
terwijl er elders mensen doodgaan
van de honger. We kunnen er in
komen,'het is een logische reaktie in
deze welvaarts-konsumptiemaat-
schappij. Misschien kunnen wij, die
wél voldoende op tafel zetten, een
klein beetje met die trend mee
denken. Dat kan helemaal geen
kwaad. Al voorzien we niet, dat half
Nederland met Kerst versobert van
wege het gebrek aan tarwe en rijst
elders. Maar iets geven van je
overvloed, door geld te storten op
een gironummer waarvan je weet,
dat er dan ook werkelijk iets met je
geld gebeurt, kan al een ding zijn.
Een geweten-zoethoudertje? Hoeft
helemaal niet. Tenslotte kunnen we
niet en masse de wereld verbeteren,
maar we kunnen wel een klein begin
maken. Door zoiets te doen bijvoor
beeld.
Ofeen heel ander facet, iemand aan
onze tafel te nodigen, wat we daar
met z'n allen als gezin ook aan gaan
konsumeren. U kent die aktie wel, u
leest immers uw krant en ziet dan
dezer dagen vaak de oproep staan:
nodig een gast aan uw tafel. Doen
als 't maar even kan, iemand die je
niet ként proberen te vTagen, ook al
is dat soms een beetje moeilijk.
Want je hebt gemakkelijke gasten en
moeilijke gasten. Nou, wie gewoon
zichzelf durft te zijn bij zo'n daad,
de zaak niet overdrijft, die eenzame
man of vrouw niet met warmte
tracht te overstelpen, noch probeert
vol te stoppen, maar gewoon een
stoel aanschuift en zegt: doe maar
of je thuis bent en ons nëemje maar
zoals we zijn, komt al een eind.
Want we weten het allemaal: juist de
decembermaand vertoont pieken als
het gaat om zelfmoord of pogingen
daartoe. Ook daar kun je niet altijd
wat aan doen, want je weet soms
niet dat er in je eigen flatgebouw
een paar etages hoger of lager
iemand ellendig van eenzaamheid zit
te zijn. Maar weet je dat toevallig
wel, of vermoed je zoiets, dan kun je
het toch voorzichtig proberen die
iemand te laten voelen dat hij niet
alleen op de wereld hoeft te zijn.
Overigens: je hoeft vaak niet eens
ver te zoeken om iemand te vinden.
Hoevelen in de eigen familie zijn er
niet, die niet omringd worden door
vrienden en kennissen. Een oom, die
z'n vrouw heeft verloren, niet bij z'n
eigen kinderen terecht kan om
welke reden dan ook kan een
voorbeeld zijn. Of een alleenstaande.
Wil die juist in die dagen alleen
blijven, niet aandringen, want het is
ieders goed recht hoe hij zijn of haar
Kerstdagen wil doorbrengen. Maar
met een beetje goeie wil kun je
althans een poging in deze richting
wagen.
Een ander punt: terug naar de
ouderwetse gezelligheid! Zitten we
nog wel eens als gezin met z'n allen
om de tafel om een spel te doen?
Niet al te hevig menig keer, omdat
pa het zo druk heeft ofzo en moeder
vaak zo moe is of... enfin, dat weet
u zelf wel als u tot die kategorie
weinig om de tafel-zitters behoort.
Met jongere kinderen kan het
gewoon fijn zijn om eens met opa,
oma en pappa te ganzeborden of te
mens-erger-je-nieten, terwijl moeder
in de keuken is. Terwijl je met je
oudere kinderen ook wel iets kunt
ondernemen, 't Zit hem niet alleen
in die bout met preiselbeeren of
weet ik veel, wat u eet, maar in die
sfeer de beide kerstdagen lang. En
laat pa dan maar eens niet uitslapen,
doch het er op wagen al vóór de
koffie met z'n opgroeiende kroost
een wandeling te maken. In een bos
ergens in de buurt, een park, langs
het water, door de polder of waar u
maar woont. Om bij de koffie
allemaal fris thuis te komen en dan
die „samen-zijn-sfeer" proberen vast
te houden.
't Zijn zo maar wat losse opmer
kingen, weinig diepgaande gedach
ten misschien. Maar soms wil je die
toch wel eens een keer zo maar
opschrijven en er een stukje van een
pagina, die voor de kerst verschijnt
mee vullen. Inderdaad: een vullertje,
een hoekje medemenselijkheid,
waarvan nog veel meer voorbeelden
te geven zijn.
U zult er via radio en tévé ook wel
weer mee worden overstroomd,
want dit zijn mede de dagen van het
grote sentiment. Waarop mensen,
die praktisch nooit naar de kerk
gaan, er toch ineens heen willen.
Moet u natuurlijk doen als u die
„aandrang" krijgt. Daar niet van.
Maar laten we proberen sentiment
en werkelijk gemeende gevoelens in
alle objektiviteit te bezien.
Waar het vooral om gaat is gewoon
vrede. Waarvoor jongeren op de
hoeken van de straten gaan staan of
voor met spandoeken lopen. Maar
vrede begint gewoon thuis. En dan
hoeft het niet sentimenteel te zijn
om te proberen die op welke manier
dan ook inhoud te geven.