Nederlandse IJsdansclub zoekt nieuwe leden I I I I I I I I I I I I I li i I I; I li I li L k x e ri b Ve o HET NIEUWE STADSBLAD - PAGINA 12 - VRIJDAG 6 DECEMBER 1974 De Nederlandse IJsdansclub Het oudste Ud, tevens oprichter en thans erelid, de heer F. van der Mast met zijn jongste partner. Piet van Ondegaarde nit VIaardingen en Veronica van der Sluis uit Wassenaar bezig met het dansen van „de blues". Baancommissaris John zwiert over het |{s. De Wederlandse IJsdansclub zoekt meer leden. Waarom toch? Gaat het zo slechts met het Ijsdansen? „Beslist niet", meent actief bestuurslid A. W. van Stolk, „maar er is op de baan gewoon nog ruimte over en Ijsdansen is zo ontzettend leuk, dat we anderen ook graag dat plezier gunnen". De club maakt gebruik van de Haagse Hok|J. Oorspronkelijk kwamen de leden uit Den Haag en Rotterdam, maar zo langzamerhand z|jn er leden uit de omgeving bijgekomen. Iedere dinsdagavond van negen uur tot half twaalf treft een groot aantal leden van de IJsdansclub elkaar op de Hokij in Den Haag om zich te bekwamen in het ijsdansen. Begrijp goed, dat ijsdansen iets anders is dan kunstrijden. Geen axels, geen rietbergers, laat staan dubbele rietbergers. Van Stolk: „Er zijn bij ijsdansen geen sprongen en geen liften". Liften betekent dus het optillen van de partner. Dit even voor de lezers, die niet dagelijks in schaatskringen verkeren en dat zijn er naar de mening van de heer Van Stolk veel te veel. „Het is een heerlijke sport en als je er eenmaal mee in contact bent gekomen blijf je bet je hele leven doen", vindt hij. „In Delft heb je wel een ijsclub, maar die legt zich voornamelijk toe op hardrijden. Als je wat oer wordt stop je daarmee en dat is bij ijsdansen niet het geval. Wij hebben leden van 16 rot in de 50 jaar. We ken maximaal 60 leden hebben. Anders wordt het dringen op de ijsvloer en juist bij ijsdansen heb je veel ruimte nodig". Wout Toledo, oud kampioen kunstrijden en thans verbonden aan de Hokij, geeft les aan de beginners. Aad van Dam, ook bekend in de schaatswereld, traint de gevorderden. Van Stolk: „Wie b|| ons lid wil worden behoeft alleen maar recht op een schaats te kunnen staan. De rest wordt je geleerd. Wie zin heeft kan gerust eens op dinsdagavond op de Hokij komen kijken. Het hoeft niet, maar het liefst schaatsen meebrengen. Als je ons bezig ziet krijg je er zelf ook zin lh". Bij ijsdansen krijgt men te maken met een Engelse wals, een slow fox, een quick step, de tango. Maar dan allemaal op de schaats. De beide partners schaatsen als het ware in eikaars spiegelbeeld. De meesten schaatsen altijd met elkaar. Van Stolk: „Je went aan elkaar". Ook vertelt hij: „Je moet een goed ritmegevoel hebben. Een beetje feeling voor choreografie. Er zijn een aantal verplichte figuren, die je goed onder de knie moet hebben. Bogen schaatsen, een 3-figuur, achteruit bogen maken en dat is lastiger dan je denkt". Het bezit van een paar kunstschaatsen is beslist wel een vereiste. Op hockeyschaatsen maak je bij het ijsdansen niets klaar. Er bestaan zelfs speciale dansschaatsen. Speciale kleding is niet vereist. Wel een bedrag van ƒ.130,want dat kost het lidmaatschap van de Nederlandse IJsdansclub. Voor dat bedrag kan men per seizoen, dat loopt van half oktober tot 20 maart twintig keer naar de Hokij. Men helpt elkaar zoveel men kan. Het is ook met het ijsdansen in het begin een kwestie van vallen en opstaan. Het begin van een dans. Ijsdansen vergt veel ruimte. Gevorderden,helpen beginners hij de eerste stappen op de schaats. 1 F s P S j i g b IN V( ei Inn Z ai Iv, K 's d w I

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1974 | | pagina 12