Hij is de enige dieals zijn beroep bekend wordt, er meteen mee op moet houden. Grote en kleine vissen Kolonel-electricien Eindeloze reeks Zijn leven lijkt in de verste verte niet op het glamour-bestaan van James-007-Bond Slecht betaald Er staat een anto In een stil stok bos. Ogenschyniyk leeg. Op de achterbank zit de spion. Hij tuurt met zyn ktyker naar militaire objecten en maakt verboden foto's. Dat soort „spannende" aktiviteiten kan hem als hij gevat wordt heel wat jaren kosten. Van de glamour van James Bond hier met de verleidelijke Gina Lollobrigida blijft ln de praktjjk weinig heel. Geen enkele goede geheime agent ls een mister 007, hy werkt als een mol onder de grond en schuwt het daglicht boven alles. Maar het lijdt geen twijfel, er wordt in de wereld nog steeds bijzonder intensief gespionneerd. Er is naast de militair-politieke spionnage de In een donker laantje loopt een duistere figuur. De Spion! Hy beeft er geen enkele behoefte aan op te vallen en als hy een afspraak maakt doet hy dat by voorkeur op plaatsen waar niemand hem zal zien. Een eenzame man aan het water. Een sportieve visser? Zo moet het ïyken. De werkeiykheid ls anders, hier wacht een „grote vis" zelf op zyn prooi. onder handen heeft kan men niet om vyf uur de deur achter zich dichttrekken. Overwerk is regel en wie veel van reizen houdt en meent dat spionnen die opmerkeiyk vaak tussen de rails of achter het stuur zitten dus een luxe leventje moeten lelden, vergist zich deeriyk. Een man die wel en letterlijk een boekje opendeed over zijn spionnenbestaan is de Rotterdammer Wil Gunnewegh. Nu doet hij in Charlois sociaal werk maar er zijn jaren geweest dat hij als schepeling op de grote vaart met zijn camera allerlei geheimen vastlegde voor de Nederlandse geheime dienst. Rijk is Gunnewegh, zoals uit zijn boek blijkt, er zeker niet van geworden, integendeel, hij heeft zelfs nog heel lang moeten vechten om de guldens waarop hij meende recht te hebben, in de wacht te slepen. Er is voor spionnen meestal weinig eer weggelegd. Zij vegeteren onder een schuilmantel, hun bazen maken wel uit of het nuttig is dat zij trouwen en in negen van de tien gevallen moeten ze een camouflage baantje aannemen. Natuurlijk is dat nooit een weelde beroep, dat zou weer te veel opvallen en de grondwet van iedere spion luidt: zorg dat onder geen enkele omstandigheid de aandacht op je gevestigd werd. In het boek van Gunnewegh, overal in de'boekhandel verkrijgbaar, kan men lezen hoe een geheim agent zich soms in de wonderlijkste bochten moet wringen om een naamloze burger te blijven over wie niemand gaat praten. Een van de meest succesvolle Russische spionnen van na de oorlog was de kolonel Abels die ln Amerika opereerde. Natuuriyk liep hy er niet ln1 officiersuniform van het Rode Leger rond, officieel had hy met zyn eigen ambassade niets te doen. Zyn dekmantel was een electro:wlnkeltje, de kolonel gaf zich uit voor electrlclën en jarenlang bleek dat een lucratieve camouflage. Toch liep de man tenslotte tegen de lamp. Dat ls natuuriyk het tragische van het spionnenbestaan, ln veel gevallen eindigt de loopbaan ln een cel. Toch ls het moeiiyk te zeggen of de meeste spionnen gepakt worden, niemand weet uiteraard hoeveel geheime speurders, die achter gegevens willen komen die het land zelf voor geen prys aan de grote klok wil hangen, in zo*n land werkzaam zyn. Men kan alleen maar de aangehouden of gevluchte spionnen tellen. De succesryke spionnen die nog op vrye voeten zyn, zijn Immers als zodanig niet bekend! economische spionnage waarbij bedrijven over en weer eikaars geheimen proberen te achterhalen. Wat er op het gebied van de politieke- militaire spionnage door het Oostblok na de oorlog allemaal gebeurd is en welke spionnen in Westerse landen al niet in het net geraakten vermeldt eem ander interessant boekwerkje. Het heet „De Spionnen zijn onder ons", is een uitgave van Holland Press en men ontvangt het na overschrijving van ƒ.2,75 op giro 596147 te Schoonrewoerd. Daarin wordt opgesomd wie er o.a. geknipt werden en daar zijn heel bekende namen bij zoals Günther Guillaume, de rechterhand van de afgetreden Westduitse bondskanselier Willy Brandt, die zich zelf verraadde doordat hij altijd met een klein bandrecordertje op zak liep. Dat trok de aandacht van één van de kinderen van Brandt en op die manier ging de verrader voor de bijl. In de wereld van de spionnen spreekt men nooit van spionnen en geheime agenten. Hier kent men „grote" en „kleine vissen" en als er een grote vis in het net zit van de tegenparty is heel de eigen geheime dienst in rep en roer. De vraag is nooit: hoe zal het met onze man aflopen maar altyd wat zal hy tydens de verhoren loslaten? Maar hoe ook, of betrokkene wordt uitgewisseld dan wel dat men hem in zyn land glashard laat vallen, het is wel duideiyk dat er geen sprake is van een 007-heldenrol. Glamour is er niet by en de meeste spionnen biyken als ze eenmaal achter slot en grendel zitten ook weinig spectaculaire figuren die uit zucht tot avontuur of uit hoop op veel geld waarin ze doorgaans - bedrogen worden handelden. Spionnen worden tegenwoordig zelden of nooit gedood, behalve dan ln het midden-Oosten. In het gunstigste geval worden ze uitgewisseld, ln het ongunstigste biyven ze jaren in de nor en kunnen als ze eenmaal vry zyn terugkeren naar hun land waar ze voorgoed het stempel opgedrukt krygen van een man die faalde. Niettemin: spionnen zyn er altyd geweest en ze schynen er ook altyd te blijven. Misschien zien ze in zich zelf wel als ze er mee beginnen... MISTER 007! SPIONNEN, MANNEN ZONDER GEZICHT Geen enkele man ter wereld heeft zó'n job, als bekend wordt wat zyn dagtaak ls vliegt hy er meteen uit. Want een spion heeft nooit een gezicht en als iemand hem toch ontmaskert is het afgelopen. Een geheim agent die niet langer geheim ls houdt op nuttig te zyn. Maar wat Is er eigeniyk van waar dat spionnen een soort James Bond zyn, die van de ene party naar het andere fuiije stuiven ln peperdure auto's, altyd vergezeld van verleldeiyke vrouwen? De weinige medewerkers van geheime diensten die nadat ze er hun baan aangaven een boekje open deden, maken wel duidelijk dat daar eigenlijk niets van klopt. In feite is het leven van een spion bijzonder onopvallend. De man die in casino's kapitalen kan verspelen zonder dat hij een aanwijsbare dagtaak heeft zal het als spion niet lang maken, veel te snel wordt de aandacht op hem gevestigd. De eerste vraag zal zijn: waar doet die dat eigenlijk van? en dit is een vraag die geen enkele spion op prijs zal stellen. Is het überhaupt wel wèAr dat spionnen een vorsteiyk Inkomen hebben? Er zyn spionnen die, na dat ze hun werk hadden afgezworen, ook daarover Inlichtingen verschaften. De doorsnee-spion biykt eigeniyk maar karig beloond te worden voor het vele werk dat hy doet. Eén vrye zaterdag is er meestal niet by, als men een zaak

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1975 | | pagina 44