Wat speelt het paasdierenorkest? n rui De hele lange winter hadden de dieren in hun holletjes zitten praten over de komende lente. Die donker dagen met ijs en sneeuw en hagel vonden zij toch zo verschrikkelijk, dat ze al hunkerend uitzagen naar de warme zonnestralen en de lauwe wind, de vrolijke tijd waarin er weer blaadjes aan de bomen komen en de bloempjes bloeien. Tenslotte hadden zij besloten om de lentekoningin een feestelijk welkom te bereiden. Avonden lang hadden ze zitten oefenen op muziekinstrumentjes, zij hadden zich vrolijk gekostumeerd en ze wachtten in spanning op het sein van de paashaas die als dirigent zou optreden. En toen kwam de grote dag. De paaseieren waren juist beschilderd. Vol vreugde hadden zij er de letters van een spreekwoord op gekrast en toen de lentekoningin in het bos arriveerde, zette het dierenorkest het welkomstlied in. „Wat is dat mooi!" riep de lentekoningin, „maar wat staat er op die eieren?" Eerlijk gezegd, de dieren waren het in de opwinding vergeten. Willen jullie nu even helpen om het spreekwoord terug te vinden? Zet de letters in de juiste volgorde en je weet het. En als je zelf uitgepuzzeld bent en je wilt meteen het goede antwoord weten: draai dan dit blad even om (op z'n kop lezen dus en je weet de juiste oplossing!) Oplossing Idnderpuzzel dierenorkest: -pnnqs u|jz jraor jjbbm «j» ».a.a.a.a. as aaa.aa; li tè HET WITTE GRAF it, JW PASEN, feest van het licht. De sombere wintermaanden zijn voorbij en de zon wekt op tot nieuw leven. Wij schudden de winterse loomheid van ons af en zien reikhalzend uit naar de eerste groene sprieten in de tuin, de uitbottende knoppen aan de bomen en de bedrijvigheid onderkomen en waarmee het vogelvolle aan het van het toekomstig kroost werkt. Het voorjaar geeft ons een gevoel van vernieuwing en verjonging. Wij voelen ons ais herboren. Leven na de dood, het licht na de duisternis. Ais de natuurelementen ons welgezind zijn bezorgen zjj ons een milde paasweek. Dagen waarop wij er op ons „paasbest" op uit trekken, naar het park, de bossen of het veld; de kinderen de tuin insturen om de bont geschilderde eieren op te speuren. Wie er de meeste heeft gevonden is de gelukkige winnaar! financiële voorspoed aan ons brengen. Ten leste nog twee merkwaardige paasvieringen die zeer zeker het vermelden waard zijn: de Paasstaak te Denekamp en het vlöggelen te Ootmarsum. De Paasstaak is een boom, die door een grote schare mannen en jongens naar Denekamp wordt gesleept en naast de houtstapel wordt ingegraven. Dit Hele ritueel wordt verricht onder het gezang van oude paasliederen. Een uitverkoren jonge knaap, die eerst de taak op zich heeft genomen eieren en geld op te halen om hout voor de Paasstaak te Nog steeds zien we paasvuren De paasviering is eeuwenoud. De naam is ontleend aan het Joodse Pascha, oftewel Pésach, het oud- Israëlitische Paasfeest dat oorspronkelijk een lentefeest was en bij de eerste volle maan in het voorjaar werd gevierd. Kultisch gezien omvatte het Pésach-feest dank aan de vruchtbaarheidsgod van de nieuw geborenen. De naam Pésach is waarschijnlijk van Keulen uit verspreid over Neder- Duitsland en Skandinavië, terwijl het Duitse woord „Ostern", dat evenals het Engelse „Easter" etymologisch afkomstig is van „Ostara" de naam van de Oud-Germaanse godin van de lente door de Angelsaksische missie naar Zuid-Duitsland werd gebracht. UU Het Paasfeest was in oorsprong een heidens en nogal losbandig voorjaarsfeest, terug te voeren tot lang voor onze jaartelling. Nu is het wellicht interessant te weten, dat óns Paasfeest in haar gekerstende vorm nog veel van de heidense kuiten en rituelen behouden heeft. Zo kent men in het zuiden van ons land, alsmede in Overijssel, Gelderland en Drente, in sommige dorpen nog steeds het gebruik om met de Pasen bij de boerderij een vuur te ontsteken van de versleten gereedschappen van de winter. Grote vuurstapels worden aangelegd op hoger gelegen terreinen, die dan ook als Paasberg of Paasweide worden aangeduid. Paaskollekte Vroeger werden deze vuren geacht aan de akkers en aan mens en dier kracht en vruchtbaarheid te schenken. Vuur is namelijk het symbool van vernieuwing, de Phoenix die uit de as verrijst. De as die overblijft symboliseert de overgang van de ene fase naar de andere. Het vuur geeft ons licht en verjaagt de koude. Tevens is vuur een symbool van liefde, leven en vurige hartstocht. Onze voorouders waren er stellig van overtuigd, dat het bevorderlijk was voorde vruchtbaarheid van het gewas, als de rook van het paasvuur over de pas bezaaide akkers trok. De verkoolde as werd zorgvuldig over het bouwland verspreid om het zaad beter te doen gedijen. Aan deze as werd bovendien nog een beschermende kracht toegeschreven; men nam er namelijk ook wat van mee naar huis om dit tegen de donder en bliksem te beschermen. Een variant op deze vuurstapels is de teerton, waarbij in het midden een paal staat met een zonnerad. In sommige delen van Drente is het nog steeds een traditioneel gebruik dat het mannelijk deel van de jeugd in de stille week vóór Pasen de boerderijen l afgaat om afvalhout en afgedankte rieten manden e.d. te koliekteren voor het Paasvuur, waarbij dan uit volle borst gezongen wordt: ,,Hej nog olde maanen Die wi'w mit Pasen braanen Of een bossien stro of ries Aanders braandt oes Poasvuur niet" Wee echter de rampzalige, die hen met lege handen laat staan! Eendrachtig wordt er dan gejoeld: „Wil ie dan niet geev'n Dan zul ie niet langer leev'n Gierlap, geef wat, gierlap, geef wat!!" Emmausgang In sommige streken van ons land en bij onze Belgische zuiderburen is het ook nog steeds de traditie om een Paaskermis te houden. In de fleurige kraampjes verkoopt men allerhande lekkernijen zcals sinaasappels, noten, koeken en, natuurlijk ook eieren. Van heinde en verre komen de families „in hun paaspronk uitgedost" op dit feestelijk gebeuren af. Heel vroeger heette deze uittocht naar de kermis de Emmausgang; waarschijnlijk stoelt dit op de vroegere ommegangen te voet en te paard om de ontkieming van het jonge zaad te bevorderen. (De voeten zijn het symbool van mannelijke sexualiteit, het paard is een moedersymbool). Zo was in andere contreien het gebruik in zwang op Paasmaandag met honderden paarden door het jonge koren te rijden, hetgeen naar men dacht een overvloedige oogst op zou leveren. Het Paasfeest roept onmiddellijk associaties met eieren bij ons op. Immers, een Pasen zónder eieren is geen écht Paasfeest! Het mag dus nauwelijks vreemd heten, dat vroeger zowel als thans het ei een grote rol speelt in tal van volkstradities. Zo heerste er in het zuiden des lands de gewoonte, dat de gezinnen voor een bepaald aantal eieren werden „aangeslagen". Tegen de Pasen kwam dan de koster hiertoe het geld ophalen, waarvan 30% naar de pastoor ging en hij 70% zelf mocht houden Spinazieverf Het beschilderen van eieren is ook een eeuwenoude traditie. Waar men dit vroeger echter met de natuurlijke verfstoffen zoals spinazie-, rode kool- en uienat deed, grijpen wij nu naar de verftubes en potjes. Het gebruik om vervolgens de eieren in huis en tuin te verstoppen tot groot vertier van de kinderen, is afkomstig uit de tijd dat men de eieren in de akker begroef om het graan voorspoedig te laten gedijen. Is het ei namelijk niet de kiem van alle leven, de drager van levenskracht en het symbool van fertiliteit en wedergeboorte? Men eet eieren om sterker en gezonder te worden. Sommige lieden zijn zelfs de mening toegedaan, dat het ei een probaat aphrodisiac is. Tijdens de Paasdagen worden er ook wel wedstrijden georganiseerd in het eieren eten. Gigantische hoeveelheden van dit kostelijk voedsel worden bij deze gelegenheid naar binnen gewerkt. Het is echter een hocgst dubieuze vraag of de deelnemers aan dergelijke festijnen hierdoor een blakende gezondheid of bijzondere hartstocht verwerven! In het Christendom werd het geloof aan de kracht van het ei nog versterkt doordat men hierin het witte graf zag waaruit het leven (Christus) weer oprijst. In vroeger tijden werden paaseieren als eerste spijs na de vasten in de R.K. Kerk gewijd, waardoor zij dan tevens een genezende en onheilsafwerende kracht zouden krijgen. Volgens een oud kindergeloof gingen de klokken, die op Schortelwoensdag (de woensdag vóór Pasen) werden „opgeschort", in Rome eieren halen. I f bekostigen, beklimt in de gedaante De jeugd tikte de gevonden eieren S ™.n Iud*s de b°°™ en verkoopt deze IAA n11 ntvKaH i -a/i n«*an/In 1 J tegen eikaar en riep: „Wie heeft er spits, wie stom, wie zied?" Het gebarsten ei was voor de winnaar. Ook trokken de jongens omstreeks Pasen het platteland rond om eieren en lekkers te bedelen, hetgeen gepaard ging met het zingen van allerlei versjes, waaronder het bekende: „Eén ei is geen ei, twee ei is een half ei, etc. Paasstaak Over de rol die de Paashaas speelt kunnen wij kort zijn. Ook hier herhaalt zich weer het thema van vernieuwing, het voorjaar en de vruchtbaarheid, dat onweerlegbaar geassocieerd kan worden met deze brave langoor. Het bijgeloof zegt trouwens niets dan plezierigs over de haas; hij zou zowel sexuele potentie als bij opbod. Gedurende al deze aktiéiteiten zingen de deelnemers i* vrome liederen. Dit Judasritueel is vermoedelijk terug te voeren naar de gekerstende voorstelling van de winter of de dood, die vroeger in het Paasvuur werd verbrand. Het vlöggelen (is plechtig voortschrijden) te Ootmarsum berust naar alle waarschijnlijkheid op de vroegere reidans tot inhaling van de lente. De voorzanger wordt dan ook nog steeds de voordanser genoemd. Een lange keten, die elk de linkerhand op de rug leggen, welke wordt vastgehouden door degene die volgt, trekt onder het zingen van „Christus is opgestanden" en „Alleluja den blijden toon" door tal van huizen heen. Bjj boerenhuizen, die de achterdeur aan de straatzijde hebben, trekt men om de middenpaal, oftewel de stippel heen. Tenslotte, op het marktplein aangeland, laat men elkanders handen los en zingt nog eenmaal de reeds genoemde liederen. MAROESJA ADAMSE 7 nuts El-El-El Eierschalen kunnen dienst doen voor paasvaasjes. Men plakt ze op een plat ondervlak. Vullen met bloempjes of takjes. Eiwit kloppen mag u nooit in een aluminium pannetje doen. Eigeel scheiden van het wit kan men het beste doen door het ei een korte, harde tik te geven op de rand van een schaal en vervolgens de inhoud over en weer te gieten van de ene halve eierschaal in de andere. Gekneusde eieren kan men, als ze nog niet teveel gekneusd zijn koken door bij het kookwater wat zeer scherp zout te doen. Tassen van zacht boxcalfleer kan men heel goed reinigen met ongesuikerd, stijfgeklopt eiwit. INawnjven mei een zachte, liefst flanellen doek. Eierdooiers kunt u bewaren in een kommetje met water. Geef uw poes af en toe een geklopt ei vermengd met een sneetje brood en hij of zij zal een mooi glanzende vacht krijgen. t Eieren die u moet koken moet u minstens een uur van tevoren uit de koelkast halen, anders barsten ze in kokend water. Indien u het vergeten bent, de eieren met koud water opzetten. Eiwit en dooier zijn ook gemakkelijk te scheiden, wanneer u het ei boven een trechter openbreekt. De dooier zal, als hij niet breekt, achterblijven. Eieren die vers zijn hebben een ruw oppervlakte, te. zinken in zout water en zijn doorzichtig, wanneer u ze tegen het licht houdt. Eieren zullen njet zo vlug uitlopen, als u wat zout in het water doet tijdens het koken. Bewaar het water waarin de eieren gekookt zijn en leg er de aangeslagen zilveren lepels en vorken in. De aanslag zal spoedig verdwijnen, de lepels en vorken worden opgewreven met een zachte doek. Eivlekken kunt u het beste met lauw water verwijderen. Lukt dit niet, gebruik dan water en zeep en om het laatste weg te krijgen nog wat tetra. Geslagen eiwit blijft veel langer stijf als u er een beetje bakpoeder doorheen slaat. Eieren kloppen. Spoel de kom met koud water om voor u de eieren gaat kloppen, het geklopte ei zal nu niet voor de helft aan de zijkanten blijven kleven. Zeer fijn gestampte eierdoppen zijn" goed te gebruiken als mest op uw potplanten en als kalkgift dooj het voedsel van een grote hond.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1975 | | pagina 40