HOEKE ER WEER BOVENOP
MET FINGERPRINTS
"Rita Jean" maak
t een sterk debuut
Scafell Pike had succes door Fungus
Silver Convention: het succes van
vrouwelijk schoon
Ben Cramer is inzinking
te boven
Bernard Lagacé
HET NIEUWE STADSBLAD PAGINA 29 VRIJDAG 6 JUNI1975
„Bodine, Rita Jean", is 'de titel
van de eerste langspeelplaat van
een opmerkelijke vrouw: Rita Su
zanne Hertzberg. Ze werd geboren
in Los Angeles, begon op haar vier
de met piano spelen en bleef tot
haar twintigste dagelijks op dit
instrument studeren. Rita won prij
zen op Bach-festivals en zong
mee in achtergrondkoren.
Tot groot verdriet van haar ou
ders bleek het meisje lussen de
platen van Rossini en Scarlatti
plotseling ook Rythm en Blu
es-werkjes te verzamelen. Binnen
de kortste keren puilde haar disco
theek zelfs uit van het lichtere
werk. Rita was gegrepen door Ri B
en begon op haar zestiende een
band: The Babies, waarvan een
aantal platen op het ABC-label ver
scheen.
De volgende stap die Rita maak
te resulteerde in een studie „ethno-
musicologie" wat dat ook beteke
nen mag. in ieder geval leer je er
oude Afrikaanse instrumenten ken
nen en bespelen. Daarna vertrok ze
naar de woestijn vin Mexico om er
te mediteren. s
Rita was op zoek. Ze vond het
niet, wat ze zocht. Niet in de bar
van een Hollywood Hotel waar ze
als serveerster werkte, .evenmin op
een kantoor als secretaresse: ,,Ik
was de slechtste secretaresse die
een baas maar in dienst kon ne
men". maar wèl via Carol Carmi-
chael, een zangeres die ervoor zorg
de dat ze een contract kreeg met
20th-century Records. Rita kreeg
de kans een eigen elpee te maken
en werd solo-zangeres. Ze schrijft
haar eigen teksten, die erg direct
en emotioneel zijn en daarbij com
poneert ze eveneens de muziek in
een i ock-achtige stijl. Rita Hertz
berg, is een romantische vrouw,
die zich vol overgave in haar
werk stort, tegelijkertijd een opval
lende verschijning. Haar debuut-el
pee is zeker niet het laatste wat ze
van zich zal laten horen!
Rob heeft al z'n wilskracht nodig
gehad om de crisis door te komen.
Voor een deel hielp z'n galgenhu
mor bekend van twee Van
Speykshows hem door depres
sies heen. Als hij bijvoorbeeld ver
telt over de toedracht van het on
geluk - 'bij het repareren van z'n
auto heeft hij per ongeluk z'n lin
kerhand tussen de draaiende bla
den van de ventilator gestoken
zegt hij sarcastisch: ,,Dat ik de mo
tor goed had afgesteld, bleek wel:
hij sloeg gewoon niet af".
„Hoe meer wrange mopjes hoe
beter", vindt Rob, „dat schockeert
de mensen en lucht mij op. Maar
ik ben maar wat blij dat niemand
wist waar ik lag, de eerste veertien
Tijdens haar toernee door Ne
derland ondervond de Engelse
gro^> Scafell Pike dat sinds het
succes van de Nederpop formatie
Fungus een verrassend aantal
mensen geïnteresseerd b 1 ijk t te
zijn in de volksmuziek van de
Britse Eilanden. Op hun laatste
LP, die afwisselend in Engeland
en Zweden werd opgenomen speelt
Scafell Pike traditionele Engelse,
Schotse en Ierse volksliedjes die
door hen in een ander jasje wer
den gestoken. De plaat kreeg de
titel „Lord's Rake" mée.
.Voor hen die de groep hier niet
hebben zien optreden stellen we
de leden van deze formatie nog
maar even voor: David Hynes (pia
no, hobo en zang) kreeg een klas
sieke opleiding en vertrok in 1964
naar Zweden, waarTiij in de groep
„The Other Side" samen met de
Amerikaan Jack Downing speelde.
Derek Hudson (akoestische gitaar
en leadzang) werd geboren in
Burnley, een plaatsje in het noor
den van Engeland. Op z'n 21ste
vertrok hij naar Spanje en sloot
zich daar aan bij een groep Zwe
den, waarmee hij in 1965 naar
Stockholm trok, vervolgens werd
hij lid van „The Wayfarers", een
groep die regelmatig op de hitpara
de stond.
Bassist is Roy Colgate. Hij komt
van het eiland Wight, waar hij eni-
ve lijd werkte met de groep „Five
Alive", maar „intussen studeerde
Roy aan de universiteit. Ook hij
vertrok naar Zweden. in 1971,
waar hij Derek en David tegen het
lijf liep. De besprekingen over het
oprichten van een groep vonden
plaats in een Engelse pub in Stock
holm waar ze producer Adrian
Moar ontmoetten.
Deze kwam met Jerry Gustafs-
son aanzetten, die sologitarist werd
en de enige echte Zweed binnen
dit gezelschap. Hij studeerde trom
pet, fluit en gitaar en deed muzika
le ervaring op als studiomuzikant.
Rob Hoeke (36) heeft 't hem gele
verd. Z'n eerste (achtvingerige) el
pee ligt in de winkels. Hij maakte
deze met de macabere titel „Fin
gerprints" getooide plaat samen
met Hein van der Gaag. Nadat z'n
vermaarde „betonnen" linkerhand
vorig jaar half september de top
jes kwijtraakte van pink en ring
vinger leek het voorgoed uitgeslo
ten dat hij ooit nog een snelle
boogie woogie zou spelen.
Drie maanden na het ongeluk
zat hij in de Van Speykshow en
speelde, zij het wat aarzelend, een
boogie woogie. Bij die gelegenheid
beloofde hij dat hij weer helemaal
„de oude" zou worden en over
drie maanden een elpee af zou heb
ben. En hij heeft deze belofte kun
nen nakomen.
„Honky Tonk Trainblues" zal hij
nooit meer kunnen spelen, daar is
hij zich terdege van bewust. Maar
uit z'n nieuwe elpee blijkt, dat hij
(weer) tot heel wat in staat is.
„Fallin' off the Wagon", een dége
lijke Hoeke-stamper, is daar een
goed voorbeeld van. Het titel- en
openingsnummer „Fingerprints"
laat duidelijk uitkomen dat Rob
nog steeds tot 's werelds beste
boogie woogie pianisten behoort.
Een nummer dat misschien kenmer
kend gaat worden voor de nieuwe
Rob Hoeke is het fraaie „Lucin-
da", dat hij voor z'n vrouw
schreef.
dagen. Alleen m'n vrouw en een
paar intieme vrienden, tegen wie
ik zielig kon doen". Hein van der
Gaag was de eerste die Rob een
brief schreef. Deze kon zich goed
voorstellen hoe Rob zich voelde.
Rob zegt daarover: „Dat heeft me
erg ontroerd. Ik heb er veel steun
aan gehad. We hadden na de vori
ge elpee die we samen opnamen
narigheid gehad, maar dan vergeet
je wat er gebeurd is. Hij is een
goeie vogel om mee te werken"
De hele „revalidatie" was meer
een psychische dan een fysieke
zaak, vindt Rob: „Ik heb die twee
vingers nu afgeschreven. Er is
niets meer mee te beginnen. Het
leren van speciale vingerzettingen
zelf kostte misschien nog wel de
minste moeite".
In het begin kon hij moeizaam
weer een bluesje spelen. Die
blues werd iedere keer beter en
feller. Na een maand of drie speel
de hij alweer een echte boogie
woogie. Toen hij Hein van der
Gaag, die in Brussel woont, opbel
de met de vraag of hij met hem
een elpee wilde opnemen was het
simpel „Okay".
„Eigenlijk kwam het allemaal op
het goede moment. Mijn vorige el
pee vond ik dermate slecht dat ik
hem niet wilde laten uitbrengen.
M'n handicap heeft z'n na- en z'n
voordelen". Dat wil zeggen: hij
kreeg nieuwe stimulansen, wilde
zichzelf waarmaken; moest er
-weer keihard tegenaan en: „Als ik
doorzet kom ik er weer he'emaal
bovenop".
Herman Deinum (bas), Hans La-
faille (drums) en Eef Albers (gi
taar) stonden Van der Gaag en
Hoeke bij op deze nieuwe plaat.
En waren erg solidair als het Rob
niet helemaal lukte. Het is met
„Fingerprints" duidelijk dat Rob
Hoeke uitstekend weet samen te
spelen met Van der Gaag.
Silver Convention is één van die
groepen, die het vermoeden doet
rijzen dat de nieuwste succesforma
ties worden samengesteld, louter
en alleen voor het oog van de tv.
Bij het bekijken van bijvoorbeeld
Toppop blijft de indruk sterk han
gen dat voornamelijk voor fotomo
dellen ofwel voor sterke „acts"
een kans is weggelegd in de
hitparade te komen.
Silver Convention draait voorna
melijk om drie meisjes, die
ogenschijnlijk- a'llen gerécruteerd
zijn bij de jongste Miss
(Duitsland) verkiezingen. Navraag
bij hun manager levert het voor
zichtige antwoord op ,dat hun uit
erlijk inderdaad een rol heeft ge
speeld bij de selectie voor drie zan
geressen in de groep.
De rest van de groep, die het
frisse, funky geluid van „Save me"
maakt en de zang van de drie
meisjes ook vocaal nog ondersteunt
blijft bij televisie-optredens buiten
beeld.
De groep bestaat nog niet zo
lang en is afkomstig uit Duitse
platenstudiokringen. De plannen
zijn nu al grouts. Ondanks bo
venstaande kritiek zijn hu>n
kansen dat eveneens. In Amerika
loopt de single „Save me" nu al
uitstekend. Enige tijd geleden voer
den ze de verkooplijsten in New
York zelfs aan. in Duitsland zelf is
men ook niet geheel ongevoelig
voor dit op vrouwelijk schoon drij
vende groepje.
Mocht het er even op geleken
hebben dat Ben Cramer op de ach
tergrond van de Nederlandse mu
ziekwereld raakte, inmiddels is
wel gebleken dat hij als vanouds
in het middelpunt van veler be
langstelling staat.
Begin dit jaar bracht hij enkele
weken door op één van de Cana-
rische Eilanden, waar hij zich uit
sluitend bezig hield met zonneba
den en rusten. Dit op advies van
zijn dokter. Door zijn overvolle
agenda van het voorafgaande jaar
was hij tamelijk overspannen ge
raakt. Er zijn dan ook maaiL,wei
nig plaatsen in Nederland waar hij
niet al enkele malen op de Bühne
gestaan heeft.
De vakantie heeft hem echt goed
gedaan. Volledig uitgerust en als
herboren keerde hij van vakantie
terug. En. .9tortte zich zo moge
lijk nog fanatieker op z'n werk
dan hij al deed. Voor weinigen zal
zijn terugkomst onopgemerkt zijn
gebleven direct was hij weer veel
vuldig op de beeldbuis te aanschou
wen. Dat waren niet alleen pro
gramma's als „Op losse groeven"
en „NL-tippers", maar onlangs
zelfs een tv-special.
Daarin bracht hij ook zijn vers
opgenomen single „Barbara" ten
gehore, een niet opvallend ander
nummer. Ben Cramer is voor de
derde achtereenvolgende maal uit
verkozen tot zanger van het jaar.
En aangezien hij het voorlopig on
mogelijk kan laten om keihard te
blijven werken en zeven dagen per
week optreedt, wordt „Barbara"
ongetwijfeld een hit.
Van de Canadees Bernard La
gacé kwam in Nederland kopgele
den een langspeelplaat uit. waarop
voornamelijk werken van de 17e
eeuwer Johann Pachelbel worden
uitgevoerd. Een niet alledaagse
verschijning op de platenmarkt, de
ze stemmige orgelkl jnken, die ech
ter wel gevoelens kunnen uitdruk
ken en niet slechts devotie, zoals
het merendeel van de overige or-
.gel-stukken
Berna d Lagacé is in de Verenig
de Staten, maar vooral in zijn ge
boorteland Canada, een beroemd
organist. Hij verwierf een studie
beurs van de Canadese regering en'
studeerde te Parijs bij André Mar-
chal en in Wenen bij Anton Heil-
ler.
Op tiet werkelijk schitterend klin
kende orgel van de St. Bonaventu-
re de Rosemont kerk in Montreal
vertolkt hij een aantal indrukwek
kende koralen, partita's. Óen cha
conne en een toccata van Johann
Pachelbel, groot voorganger van
Johann Sebastian Bach, op wiens
werk zijn composities naar alle
waarschijnlijkheid grote invloed
hebben gehad. Evenals van veel
andere componisten van vóór Bach
zijn in het verleden de werken van
Pachelbel volkomen ten onrechte
schandelijk verwaarloosd. De
misvatting, dat muziek uit die tijd
emotieloos en zonder gevoe., dus
/iiiver „technisch" Weergegeven
moest worden, is daar grotendeels
schuld aan.
Bernard Lagacé huldigt gelukkig
de mening, die de laatste tien jaar
in de musicologie opgeld doet, na
melijk dat de 17e eeuwers waaron
der Pachelbel de vertolker alle
vrijheid verschaften en ruimte ga
ven eigen lyrische en poëtische ge
voelens in de uil voeringen te laten
doorklinken.