In de winkel van i Kruyne Jonker was alles te koop politie Uitverkoop van gevonden (en nooit meer afgehaalde voorwerpenvan de Rotterdamse jinniiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiraramimuiiminramramniHHnHranuunuiraraBranmiM»! HET NIEUWE STADSBLAD - PAGINA 16 - VRIJDAG 19 MAART 1976 „Kruyne Jonker". Na afloop gaat het publiek uiteen; er wordt afgerekend. Gedeeltelijk verdwijnt de partij naar de opkopers en ligt hun handel wellicht zaterdag op de markt uitgespreid. De auto's worden volgestopt. Slechts een enkele particulier neemt iets onder zijn armen mee en verdwijnt stillekens. LEO VAN DER SANDE Omstreeks twee uur werd hier donderdag j.l. een partij gevonden voorwerpen geveild van de Rotterdamse politie. Al ver voor tijd werd begonnen met het veilen van de verschillende voorwerpen. Men neemt het niet zo nauw met de tijd; er vas tenslotte bekend gemaakt: ongeveer twee uur. En dat is een rekbaar begrip, waar men alle kanten mee uit kan. Tijdens de dagen, die aan de veiling vooraf gingen, werd het publiek in de gelegenheid gesteld de gehele partij gevonden voorwerpen te bezichtigen. De veilingmeester zet weer in. Het publiek en de „veilingheren" blijken goed op elkaar ingespeeld. Men schijnt er geen moeite mee te hebben om precies te horen welke bedragen er allemaal worden opgenoemd. Onder het publiek bevinden zich een groot aantal bekenden van de veilingmeester. In vele gevallen weet hij de naam van degene die „mijn" riep. Slechts in een enkel geval moet hij vragen hoe deze precies luidt. Halverwege wordt er thee gebracht naar de ..veilingheren". Een enkeling in de zaal krijgt ook of moet het doen met een Hesje frisdrank. Tussen grote stapels meubelen, tapijten, lampen en kantoorinterieurs worden gauw even de gevonden voorwerpen onder de hamer gebracht. TYPISCHE SFEER Voor het begin van de veiling worden de stoelen in beslag genomen door vrouwen van voornamelijk middelbare leeftijd. De mannen blijven wat op de achtergrond of zoeken een plaats op de eerste rij bij de veilingmeester. Op het moment dat deze plaats neemt achter de tafel is het toegestroomde publiek zo groot, dat het merendeel moet blijven staan. Er hangt een wat typische sfeer in de zaal, dat voornamelijk ontstaat door het aanwezige publiek. Een groot aantal Rotterdammers woont de veiling bij; het zijn hoofdzakelijk kooplui van de rommelmarkt of wat sjacheraars. Hier en daar zijn er toch nog wel enkele Schiedammers te bekennen. RAAMSTOK Het eerste materiaal voor de veiling wordt aangevoerd. Op de lange kale tafel, die voor een groot deel de zaal inloopt, staat een van de mensen van het veilinggebouw met een lange raamstok. De dozen met de gevonden voorwerpen van de Rotterdamse politie worden op de tafel gesmeten. Het nummer van het voorwerp wordt genoemd en de veilingmeester kijkt op zijn lijst waar het om gaat. Heel summier noemt hij op, wat bij het desbetreffende veilingnummer hoort. Dan begint de afslag. LITANIE Veilingmeester Edelenbos zet een fors bedrag in. Dan begint hij te reutelen. Voor een buitenstaander is het volkomen onverstaanbaar. Met een ongelofelijke snelheid zakt de prijs met guldens of met kwartjes. Het lijkt enigszins op een litanie, die hij aan het prevelen is. Vanuit de zaal wordt „mijn geroepen. Het gebrabbel stopt. De prijs staat vast en de eigenaar krijgt een nummertje uitgereikt, waarbij zijn naam wordt genoteerd. Na afloop van de veiling moet de nieuwe eigenaar betalen met een toeslag van een aantal procenten voor Kruyne Jonker. a*. ,,'t Is niks, 1 is allemaal troep" Het is donderdagmiddag 18 maart. In een zaaltje dat enigszins sober aandoet, staan ongeveer honderd mensen rondom een lange houten tafel. Tussen het publiek bevinden zich enkele figuren met een wat ondoorgrondelijke uitdrukking op het gezicht. Het zaaltje waar al deze mensen bijeen zijn is het veilinggebouw van Kruyne Jonker aan Plein Eendracht 11 in Schiedam. „Tja, ik heb al een ring..." Achter de groene tafel de veilingmeester die in hoog tempo de prijzen murmelt. SNOEPTROMMEL Naarmate de veiling vordert wordt het wat drukker in de zaal. Op de eerste rijen verdringen de mensen zich om te zien wat men zoal „verhandelt". De eigen sfeer, die altijd op dit soort veilingen aanwezig is. is nu duidelijk te proeven. Bij de dames aan de grote tafel verschijnt een snoeptrommeltje, het gaat van hand tot hand. Het heeft er alle schijn van dat er een grote- familie een gezellig onderonsje heeft. VARIËTEITEN Het assortiment van de te veilen voorwerpen bestaat uit allerlei variaties. Op tafel wordt een doos met twaalf verschillende bromfietshelmen gegooid. Met de „pikhaak" wordt hij langs de ogen van het publiek getrokken. De veilingmeester zet in. In een sneltreinvaart begint de veilingmeester met de afslag. Nog even vraagt er iemand vanuit de zaal of de helmen wel goedgekeurd zijn. Hij krijgt geen antwoord. portemonnees verzameld. De politie heeft al onderzocht of er geen geld meer in zit; wat dat betreft behoeft het publiek geen illusies te hebben. Ruim dertig gulden brengen ze op. Een rol vloerbedekking verschijnt. Bij wijze van uitzondering vraagt de veilingmeester of deze voor een deel uitgerold kan worden. Dit kan. Vele metertjes vloerbedekking gaan weg voor een prijsje van eveneens in de dertig gulden. PIKHAAK Vervolgens schuift met behulp van de „pikhaak" een doos met allerlei rommel over de houten tafel langs de gretige ogen van de kooplustige mensen. Er zit van alles in zoals o.a. raamwissertjes, lepels en vorken. Slechts ruim vijf gulden brengt de zaak op. Twee dozen vol met monturen gaan grif van de hand. De prijzen variëren sterk. Er ontstaat een discussie over een bontmantel, of die nu echt, of namaak is. Sommige prijzen gaan bijna voor de nieuwwaarde weg; anderen voor nagenoeg niets. INGESPEELD ,Ja, da's mijn..."! een jurkje. Het publiek lacht nauwelijks. Inmiddels bevinden zich twee fotografen in de zaal. Iemand van het publiek zegt tot een ander: „Het schijnt heel belangrijk te zijn". Weer een ander vraagt voor welke krant het is, omdat men anders niet op de foto wil. De fotograaf maakt er zich met een grapje vanaf. Bijna drie uur duurt deze „gratis voorstelling" van het veilinggebouw ILLUSIE NIEUWSGIERIG GRAPJE De horloges komen afzonderlijk aan de heurt; dc lopende en de defecte zijn gescheiden van elkaar. In een grote doos liueen ook zo'n honderd .Jammer dan, 1 is niet mijn maal De afslag van de helmen stopt bij vijfentwintig gulden. Een doos met allerlei kleding is nu aan de beurt. De vrouwen vliegen omhoog aan de tafel. Nieuwsgierig worden er uit de doos wat kleren getrokken; uiteindelijk belandt hij weer compleet aan de tafel waarachter de „veilingheren" zitten en mevrouw J. Koks van het notariskantoor. Wat op de achtergrond zit de heer A. Barendrecht van de Rotterdamse politie van de afdeling gevonden voorwerpen. Hij kijkt toe wat „zijn spullen opbrengen. Het textiel is nu aan de beurt. Een van de mensen van het veilinggebouw showt op zijn manier

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1976 | | pagina 16