Journaliste Thea Schryer: is veel vereenzaming onder oudere emigranten Ontario ligtdrogerdan u denkt "SENIOR CLUBS" WEER TERUG VAN WEGGEWEEST u DUTCH CANADIAN WEEKLY HET OUDSTE EN ENIGE WEEKBLAD IN DE NEDERLANDSE TAAL IN CANADA SECOND CLASS MAIL. REGISTRATION NO: 1807 POSTAGE PAID IN SCARBOROUGH. ONTARIO. CANADA 9 de nedei Ontario rlandse courant 15 SEPTEMBER 1977 De „grote trek" zal in de komende weken/maanden wel weer aanbreken. Goedkope charters op Noord-Atlanti sche routes nemen de plaats in van wat we tot voor kort nog beter kenden als zgn. affiniteitsreizen. De laatsten als een soort luchtbrug Nederland-Canada door speciale verenigingen als „Wij Komen", „We reldcontact" en de Nederlandse Vereniging Ouders, Fam- lieleden en Vrienden van Emigranten", OVE, onderhou den. Maar hoe dan ook, via affiniteitsreizen of via een ABC- charter, een reisorganisatie, u kunt Canada op alle moge lijke (en onmogelijke) manieren „doen". Ukunt dit land, het op één na grootste ter weerld, ook van west naar oost verkennen via de 7570 kilometers lange Trans Canada Highway, maar dat lijkt een beetje te veel van het goede. Canada wordt dit jaar met tal van arrangementen aange boden in de toeristenpakketten van ANWB, Holland In ternational, Amca Tours, Interland Reizen e.a. PLENTY MOGELIJKHEDEN En dan moet u zo'n arrangement zien in een „vliegge- deelte" (heen en terug per charter of lijndienst) en een landgedeelte. Om de gedachten even te bepalen, zoals daar, zijn mogelijkheden voor een 14-daagse rondreis voor gemiddeld 2000 gulden (vol pension) of een ontdekkings reis per kampeerauto of camper, huur vanaf 400 gulden per week, óf voor hetzelfde bedrag maakt u al een kano tocht. Gratis tip onzerzijds: ontdek Canada eens via de originele „canoe" voor een sportieve vakantie. Bij deze prijzen, waarop nog vele andere varianten mogelijk zijn, komt dus nog wel de prijs voor de retourvlucht. Zie de wereld, maar ontdek Canada zelf. Dat zouden we nu als welgemeend advies, zeg maar ter enthousiasmering mee willen geven, mocht u plannen in die richting heb ben. Enne, voor de benzine, als u zich eenmaal ter ?laatse tussen vier wielen wil bewegen, hoeft u het niet te laten. DROOG? Voor 55 Nederlandse centen schenken ze er u een liter su per. Wat dat betreft is Canada allerminst drooggelegd. Wat dan weer niet opgaat voor de meer spirituele kant van de zaak. Over z'n natje en uw droogje hoeft de bezoe ker zich weinig zorgen te maken. Over het ontbijt ook niet. Dit kunt u er in alle mogelijke variëteiten krijgen. Een continental breakfeast bijvoorbeeld behoedt u voor het overmatige, dat een angelsaksisch ontbijt vaak aan kleeft. Maar een self-service ontbijt hapt ook lekker weg. En u heeft, hapt en snapt, voor nauwelijks twee doller, echt een gat uit de dag met: 2 stukjes kaas, 1 bordje pap, 1 gebakken ei, kannetje thee, 3 stukjes boter, stukje citroen en (onvervalste) jus d'orange. Sandwiches zo uit de blote vuist kan ook, via een eethuisje aan de straat als u wilt. Een stevige steak kunt u als zoveel andere gebraden heerlijkheden weer in elke rotisserie tus sen mes en vork nemen en wie veel van zoet houdt kan in Canada kilo's aankomen. Al was het alleen maar door die populaire pannekoeken met maples-syrup of appelgebak met-kaas. Kortom je kunt het op het culinaire vlak zo goedkoop of zo duur, zo simpel of zo exquise niet beden ken of u kunt er voor terecht VAN DE FRISSE Maar toch even terug naar dat droogleggen, waar wij Hol landers hele andere gedachten over hebben. Het hoge woord moet er maar eens uit, voor de onwetende, die wij eerlijk gezegd ook waren. Sterke drank is nog altijd niet het sterkste punt van dit verder zo gezegende land, waar bij we dan speciaal de provincie Ontario voor ogen heb ben en houden. Tot voor pakweg vijf jaar moesten tal van horecabedrijven zich er behelpen met limonade en andere frisdranken, die wél verkwikkend mogen heten, maar bij tijd en wijle een wat laffe smaak op de tong en tegen gehe melte achterlieten. Gevolg: vele restaurants en nachtclubs waren op zondag gesloten. Bijkomende omstandigheden: velen namen hun toevlucht tot een spirituele excursie in een bar of bistro in het aanpalende Quebec. De reglementen zijn ondertussen al aanzienlijk versoe peld, al staan er ook nu nog altijd heel wat etablissemen ten en restaurants daar op de prikklok of op de wachtlijst voor een alcoholvergunning. Voor geheelonthouders is Canada dan nog altijd het land van melk en honing en voor de matige mens en drinker is Canada nog immer het continent waar het alcoholgebeuren op een laag pitje staat en met name de bierdrinkers er her en der slechts op be paalde uren en plaatsen terechtkunnen. Al hebben we de indruk dat ook het wat dat betreft het wat puriteint inge stelde Toronto en Ontario er mét de dag vloeibaarder bij komt te liggen. De Canadese cano is voor de stille meren wat een gondel is voor Ven- etiaanse kanalen en lagunes... Charles de Bourbon, die als hobby het troonpretendentschap van Frank rijk heeft, maar als beroep mode en makelaardij zegt het zo langs zijn neus weg, tijdens de lunch, onderweg naar de Finch-subway voor het onder grondse retourtje Toronto-stad. „Ben je al langs je collega Thea Schryer, van de Nederlandse Courant ge weest, het oudste weekblad in de Nederlandse taal in Canada", zoals de ondertitel luidt. Het zijn goede vrienden van me, de Schryers en als je wilt rij ik je er even langs. Is wel een uurtje om, maar een ontmoeting met Theo van the Dutch Canadian Weekly mag je niet missen. Het klinkt gezond en dat is dus leuk geregeld. Thanks, Charles, of gewoon maar Kareltje de Twaalfde, want het is eigenlijk exact de „missing link" als je na een toeristisch weekje Ontario-doen zou verruimen, even dit zij weggetje in te slaan. Je voelt het op je klompen aan: zo'n stukje bedrukt Nederland in Canada, daar moeteen hele wereld van mensen en feitenkennis achter schuilgaan. En zo'n vrouw als die Thea Schryer moet goud waard zijn om je in een verloren uurtje nog even rap vol te laten lopen met locale en regionale informatie. Om over de „gossips", de laatste roddels uit de Hollandse kolonie, ofwel de Nederlands-Canadese binnenhuisjes maar te zwijgen. „Even horen of ze er ook ,Jn"voor is", oppert Charles na de lunch, die we heel cosy gebruiken in een tot restaurant verbouwde kerk. Immers, in Canada kijk je niet gauw vreemd van iets op. En als de keuktn goed is, wat zou je dan nog afgeven op waar eerst toch op je over komt als ten top gevoerde kitsch in een afgedankte kerk. 's Lands wijs, enz., enz. Kortom, het zit snor met Thea. We zijn meer dan welkom. Up to Thea dus. Pittig vrouwtje, hartelijk Hollands mens, met man, 2 dochters en 6 zonen, al heel wat jaren residerend daar in de winkelgalerij op 2458 Kingston Road in Scarborough. En dan zijn we toch anders dan anders, gewoon weer even met collega's onder elkaar. Oh, ze weet al precies wat je wil: veel doen en zien in weinig tijd. En om in die opzet te slagen heb je een vrouw nodig die van wanten weet, de weg de spraak kent. Well, Thea Schryer heeft dat allemaal en het straalt je als het ware reeds uit haar bruine pretoogjes tegemoet, die de optimistische, maar daarom nog niet /minder/ het zake lijke Hollandse verraadt. KRANTJE MAKEN Eerst even wat inside-irnformation over heer krant, die ze overigens met bijna de hele „family" runt. Ze is er oprecht trots op. Doet de geschiedenis ervan uit de doeken, die nu zowat 25 jaar terug gaat en naar Laura Schip pers leidt, die er mee begon, om daar na door Ton Diening te worden over genomen. Maar die had nog wat an ders aan zijn hoofd en van lieverlee liep het abonnementenbestand terug tot het dieptepunt van 1500. „Daarna ging ik, of liever gingen wij met z'n allen er (link tegenaan. Want mijn man Frans, de drukke en tech nisch fotgraaf moest het, met later de hulp van een paar van zijn zoons en dochters, toch helemaal maken. Maar het zakelijke gedeelte, de hele organi satie, deed ik en binnen een jaar had ik de hele krant weer op poten. Via haar even eenvoudige als succesvol gebleken formule: weet wat ze van je vragen en geeó het ze dan ook". Dus rolde er weer gezellig, tamelijk populair, krantje de bus in. Je ziet het straks wel, als ik je een paar krantjes mee geef dat we niet pri mair een nieuwsfunctie vervullen, maar des te meer een sociale functie. Vooral voor de oudere emigranten, want 'die maken in hoofdzaak het abonnee-bestand uit. Zes jaar is ze al bezig met deze Hol landse krantebusiness, waarvan drie jaren als eigenaresse. Zoon Eric doet de lay-out, dochter Frieda de hele ad ministratie en runt en passant nog een reisbureautje in de winkel, zoon Frans is courantier óf en doceert nu als hoog leraar antropologie aan deze of gene universiteit. En natuurlijk lopen we met Thea het hele bedrijf, inclusief de onderkelderde drukkerij door; zij maar honderduit vertellend, wellicht blij weer eens een man uit het vak te zien. Zegt ze heel wijs: „Ik heb in al die ja ren van krantjes maken en vol schrij ven, één ding geleerd en wel dit: dat de mensen mij niet kennen is niet bel angrijk, als ze de krant maar kennen, en dat doen ze. We hebben nu zo'n 15.000 readers, ja ik zeg met opzet le zers, want dit krantje rouleert veel on der de (zuinige Nederlanders). Maar toch zijn er nog genoeg die de 8 dollar per jaar of de 14 doller per twee jaar abonnementsgeld er voor over hebben. We hebben er zelfs nog een paar hon derd abonees in Amerika zitten". De telefoon gaat over en energieke Thea meldt zich in accentloos Neder lands met „ja, met de Nederlandse Courant,'wat kan ik voor u doen". VEEL VEREENZAMING Ze geeft toe dat ze van de ouderen Ze geeft toe dat ze het van de ouderen moet hebben, van de eerste generaties Hollandse emigranten. „Die willen het einge weekblad in de Nederlandse taal in Canada voor geen goud missen. Waarschijnlijk omdat het iets vertrouwds heeft en door de taal van vroeger herinnert. Er is veel vereenzaming onder de oudere emigranten". Ze zal dit thema in de loop van die middag nog in diverse toonaarden behandelen. Maar op haar krantje geprojecteerd ziet ze er een sa menhang in met de stijgende belangs telling. UIT ROTTERDAM Ze weet waar ze het over heeft, ze kent haar pappenheimers, haar lezertjes van haver tot gort. Tenslotte emigreer de ze zelf ook al zo'n twinig jaar gele den uit Nederland. „Uit Rotterdam kwam ik gevaren, ja", lacht ze monter. „En wisten wij toen veel. We gingen immers onder in het half miljoen Nederlanders dat na de oorlog emigreerden, gewoon een ander land kozen om er een bestaan op te Waarom? Ja, gewoon omdat ze het in dat kikkerlandje van toen het niet meer zagen zitten. En dan lag voor de meesten hunner Canada nog het meest voor de hand, het dichts bij huis mis schien ook. Zo verging het ons eigenlijk ook, in Canada. Waarop je je met de anderen eerst lelijk verkeek. Onwetend dat Canada een land zo groot als een compleet continent was, maar met een handje vol inwoners". Thea duikt dan diep onder in de herin neringen van die eerste jaren, die voor de meesten de moeilijkste waren. „En ik weet ze je nog zó aan te wijzen, de halfslachtige groep onder de emi granten, die met één been in Holland bleven en met het andere in Canada stonden. Zeg nau zelf, dan sta je toch wankel en stel je je kwetsbaar op". Enfin, ze kent ze bij naam en toenaam, de emigranten die het „maakten" en die andere grote groep die het net met de hakken over de sloot haalden. Een vice-consul in Toronto heeft het eens zo gezegd: „je kunt een boom die in Nederlnad geworteld is wel verplaat sen, maar hij neemt toch z'n moede raarde mee". Thea: „Geloof me, die emotionele bin ding met het moederland, raak je nooit kwijt, wordt sterker met het stijgen der jaren. Ik zie het toch om me heen. Waarbij komt, dat oudere mensen hier dus heel snel vereenzamen". Ze vertelt, of beter, verklaart op haar wijze met zoveel woorden, waarin zij (lit verschijnsel zoekt. VOOR DE KINDEREN „Ze gingen destijds voor de kinderen. Maar dat was niet het juiste uitgang spunt. Je deed er het beste aan gewoon aan je eigen toekomst te denken en die uit te stippelen. De kinderen krijgen het dan ook vanzelf beter. Ik hoor het nog wel eens om me heen: „als hij in Holland was gebleven had hij nu al zijn pensioen, nu moet hij nog steeds werken".

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1977 | | pagina 38