Rondje Toronto smaakt naar meer. m THE HEART OF T0R0P0 Aan de andere kant stelt ze vast dat de oudere emigranten het juist bijzonder goed hebben. „Ze leven er dan ook vaak bijzonder goed van. 's Winters zie je ze naar Flo rida gaan, om er te overwinteren, dank zij hun AOW, waaraan degenen die zich nog Hollander mogen noemen, nu ten volle van profiteren". Hoe dat dan te rijmen met die andere groep van vereenzaamde oudere emi granten? SENIORCLUBS Ook daar heeft.ze een passende verkla ring voor bij de hand. „Ja. ik zie het om me heen. De clubs leven weer op, in no time, vooral de seniorclubs, met hun nostalgische hang en verlangen naar Hollands, of gewoon maar om on der elkaar te zijn en weer/% Hollands te kunnen spreken, zoals zeker veertig procent doet. Reden ook waarom ze hier bij voorkeur hun eigen Hollandse bejaardenhuizen stichten"-. Maar de eigenlijke reden van die gesig naleerde vereenzaming bij het ouder \aj>rden? „Vergeet niet dat er na al die jaren van het harde schrapen men naast het da gelijkse werk eigenlijk niets of weinig heeft opgebouwd. Van een tweede le ven, zoals het bij jullie tegenwoordig heet, was geen sprake. Men heeft bij de dag geleefd, maar er niet genoeg mee geleefd met wat er om hen heen ge beurde. Er zat iets asociaals in. Daaro- m zie je na de pensionering van de oudere emigrant ook vaak een stuk vereenzaming optreden. Er is dan eigenlijk te weinig om de leegte te vul len. Kinderen zijn dan ook vaak haast onbereikbaar, ver uitgezwermd". ONZE KINDEREN Maar altijd, als je met de emigranten uit de jaren vijftig, de jaren van de „grote trek" uit Holland spreekt, komt er op de klassieke vraag: emigratie ge slaagd? steevast het antwoord „Ja, onze kinderen hebben het hier best, waarom zouden wij het dan ook niet goed hebben hier". Als je met derden, met degenen die wat dichter bij het emigratieprobleem van weleer spreekt, hoor je eigenlijk in de zelfde geest, zij het met wat andere woorden, verklaren wat Thea van „De Nederlandse Courant" op haar manier probeert te zeggen. „Kijk maar eens goed om je heen. Een betrekkelijk kleinen groep „maakte" het en de rest deed het redelijk, de agrariërs voorop, maar daarnaast ook de nog behoorlijke grote groep mid denstanders en de kleine zelfstandigen. De meerderheid was echter gewoon te vreden met een redelijk bestaan". TE LAAT En als er dan van officiële zijde wordt gesteld dat de Nederlanders in twintig jaar tijd vijftig procent meer bereikten dan de Canadezen", dan is zo'n welge meend compliment uiteraard meege nomen. Ook al is het een feit dat velen „technisch" gezien te laat zijn geëmi greerd. Ze kwamen net te laat „aan de bak" en konden het niet meer maken. Als je zo'n veertig jaar of ouder bent dan is het voor zo'n ingrijpende om schakeling eigenlijk al te laat In die leeftijdsgroep zijn er dan ook velen ge flopt, om het zo maar eens hard en hardop te zeggen. Je komt er bij enig doorvragen ook wel zo'n beetje achter, het waarom. Meest al omdat het voornaamste ideaal, een eigen bedrijf, dat later aan de kinderen zou kunnen worden overgedragen, on haalbaar bleek. En zij die dit ideaal toch binnen wisten te halen, betaalden er een te hoge prijs voor. Want die zucht naar zelfstandigheid, naar be zitsvorming, moest maar al te vaak door té zware arbeid en door té weinig verzet, worden verworven, inderdaad met bloed, zweet en tranen. Maar daarom nog niet getreurd, want er blijft nog genoeg positiefs over. met de Hollanders" gebleven en geen „Canadees met de Canadezen" gewor den. ondanks hun naturalisatie. VUFTIG PAPERS Ze onderschrijft haar stelling met het aanreiken van het eigen krantje van de Dutch Christian Reformed Church. Eigenlijk „een concurrent". Al is het in tegenspraak met haar eigen oer-dege lijke Hollands krantje en deze kerke lijke uitgave, dat de laatste dan toch wel in het Engels is qesteld. Over krantjes gesproken: Hollandse en an deren, Thea kent ruim vijftig etnische „papers", krantjes dus die in hun eigen taal de eigen gemeenschap aanspre ken. Zo bezien nog geen verkeerd ver schijnsel, want in elke samenleving waar de rechten van minderheidsgroe pen verdwijnen, zet je daarmee ook een stukje democratie overboord. En dat wil „men" en Canada zelf tegen elke prijs voorkomen. „Ik leer nog elke dag", zegt Thea,. En dat heeft dan niet alleen betrekking op het uitgeven van haar krantje, maar op alle actuele problemen. „Weet je nog oudje",Nou dat slaat al lerminst op Thea, maar wel op de „binnenlopers", die we er ook an pas sant ontmoeten. „Öprjuchte Friezen" zijn er bijv. bij en zo hoor je nog eens wat. Bijvoorbeeld dat Canada in die beruchte vijftiger jaren, de „boom"-pe- riode tijdens de emigratie, eigenlijk niet was ingesteld om die massalemi- gratie en datje jaren nodig had om de zaak in goede banen te leiden. Die eer ste emigranten hadden dan ook lang niet die voordelen die ze nu hebben. „Ze dachten toen ook nog in puur Hol landse maten en afmetingen. Wisten zij veel dat ze na aankomst soms nog zo'n vijf tot zes dagen met de trein moesten, alvorens op de plaats van be stemming aan te komen". Maar ieder een weet het nu en ze geven het ronduit toe: „de officiële voorlichting faalde niet alleen, maar ook die via de eigen kanalen, via de „brieven uit Canada" riep een vals beeld op, vaak ter wille van de gemoedsrust thuis". Men zegt het er u vandaag grif na: hooggespannen verwachtingen botsten met de keiharde werkelijkheid van het Canada uit de vijftiger jaren. NOSTALGIE Nog even terug naar de nostalgie. Thea Schryer wil zich daarbij niet alleen be roepen op de stijgende aftrek van haar eigen blad. Neen, ook de gretigheid waarmee juist de oudere emigranten dagelijks het anderhalf uur durende Nederlandse radio-programma, door John Bosch nog altijd vanuit Toronto de lucht ingeslingerd wordt, beluisterd is symptomatisch. Als president van de Dutch Canadian Alliance, een vereni gingdie door de jaren heen hoofdzake lijk bestond bij de gratie van charter vluchten naar Nederland, maakte hij ook naam. Maar daarnaast bracht hij ook „Hollandse shows", want we had den hier immers Toon Hermans als eerste". En dan doet Thea het bekende verhaal van de programma's „uit de oude doos", die altijd weer opnieuw open moet. Toen in Nederland het be grip nostalgie nog niet zo frekwent in gebruik was, werd er onder de Hol landse Canadezen al jaren op terugge speeld. GREEN PAPER HERKENBAAR Thea Schryers wil het wel toegeven. Je haalt ze er zo uit, ze zijn herkenbaar gebleven. De vitrages voor de ramen van vele emigranten bijvoorbeeld ver raden ze al. En dan het rondstrooien en uitzetten van tulpen en andere Ne derlandse voorjaarsbloemen. En de klomp aan de gevel is al een even on uitroeibaar handelsmerk van de emi grant uit de lage landen gebleven. Daarnaast is de Nederlander Neder lander ook collectief als emigrantenko lonie herkenbaar gebleven, ondanks hun toch ook weer goede aanpassings eigenschappen. Thea: „Vooral in het kerkelijke leven en het kerkelijke verenigingsleven van de protestanten zie je dat sterk. Die van de Christian Reformed Church bouwden hun eigen kerken, vaak ei genhandig, ja. De „public schools" was ze vaak niet goed genoeg en dan werd er dus een eigen „school met de bijbel" gesticht, en ga zo maar door". Deze groep is duidelijk „Hollander Thea wijst overigens naar wat je toch wel als zoiets als een „emigrantenstop" kunt zien. „Alleen familieleden van reeds gevestigde emigranten mogen hier nu nog komen en mensen met geld, om o mee pot te verteren. En dan nog degenen, die verleden jaar oktober al een vergunning kregen. „The green paper" zoals wij die verblijfsvergun ning noemen, maakt het echter moei lijk om nog een plaasje te verove/hier/ ren. In een land met 800.000 werklozen is de room er natuurlijk ook af. „En ver gis je niet, de vrouwen werken hier in de meeste gevallen ook nog altijd hard mee. Maar wat wil je: vroeger kwam je met 25 doallar in de week huidhoud- geld goed uit, maar numoet je daar ge middeld een 100 dollar voor uittrek ken. En daarnaast de stijgende prijzen van huur- en koophuizen. Voor nieuwe huizen betaal je nu zo'n 500-600 dollar in de maand aan huur en voor huur- flats zeker 300 dollars of op z'n best 200 dollars voor zgn. low-rent-huizen". Of er, ook daar, „de laatste jaren wat veranderd is!". En toch, brengt deze Hollandse met overtuiging in het mid den, daarmee h.i. ook de algemene ge voelens van het Hollands-Canadese volkje vertolkend, dat zich zelfs onder de toch betrekkelijk weinige spijt-emi granten maar een zeer klein contingent is, dat zich definitief in Holland zou willen vestigen.. ZO CRIMINAL Zegt Thea: „Neem Toronto maar. Toch zeker lang niet zo „criminal" als Amsterdam. En dat merken we alle maal, als we op familiebezoek daar eens zijn. Ook de kinderen komen daar vol afschuw vandaan en trekken dan meteen hun eigen conclusies. Die jeugd van ons is niet zo verwend en „back home", ofwei eenmaal weer in „hun Canada" zouden ze voor geen geld wil len ruilen. Het is er bij jullie in Holland ook allemaal zo klein en zo vol „mam", zeggen ze je dan. En dat is deze nieuwe generatie, de hier geborenen en geto- genen, die Nederland wel voor gezien houdt. Zoals eerlijk gezegd, de meeste ouderen ook, al liggen daar uiteraard meer nuances en vaak nog belangen ook". We reden een rondje Toronto met Frieda Schryer achter het stuur die ons van de redaktie van „De Neder landse courant" weer terug bracht downtown Toronto. Een uitgelezen gelegenheid om dit meisje, geboren uit Nederlandse oudeis maar nog slechts een mond je vol mini-Hollands brabbelend en babbelend, eens wat nader uit te vragen over deze metropool, waar- ze die middag ter muziekschool ging. We horen Frieda dan niet zonder trots vermelden dat deze miljoenen stad, de tweede stad van Canada, met zïi kleine drie miljoen inwo ners, vol mooie maar ook lelijke dingen zit. Hetgeen we al hadden ontdekt. Want wat is er mooi aan namaak, aan gekanteeide torens, barokke gebouwen wolkenkrabbers en flatgebouwen die zo lijken weg gelopen uit resp. Engeland, Ierland, New York of zelfs uit Stratford- u pon-Avon. MIXTURE Frieda kan er ook niet onderuit, het heeft er veel van een mixture weg, kwa bouwstijl, en zeiden is er een chaotischer architectuur geordern- der neergezet of ingeplant ais hier. Het is als met de bewoners zelf; veel moest noodgedwongen worden geïmporteerd en zo „emigreerde" er ook heel wat architecten of werd een scala aan bouwstijlen op goed geluk geïmporteerd. Casa Lorna, de deftigheid straalt er van af. Maar laat u niet afschrik ken. Het is er juist voor u, toeristen neergezet en het is er goed dwalen door de 98 fraai ingerichte kamers. Je waant je in dit statige overeind gebleven overblijfsel op een histo risch plekje. Meer is het real. Wel nee, het werd pas tussen 1911 en 1914 gebouwd, voor drie miljoen gulden. Heel wat echter wordt het al in Fort York, een militair museum. „Als jij nog wat van het Canada van honderd years geleden wilt zien moet je naar Black Creek Pioneer Village. Really old". SWINGING TORONTO You know swinging Toronto, vraagt Frieda met ongeveinsde belangs telling. Ja, we kennen ook deze snelle kant van de stad. Met z'n boulevards die je met (bijna) even veel plezier en zwier uitloopt als een Champs Elysées of een Oxford Street. Winkels kijken, van chique tot heel simpel, je kan er alle kanten op. Warenhuizen in en uitlopen? Neem Eatons en Simsons, ze doen niet onder voor die in andere we reldsteden. Boetiekjes bezoeken? Duik daar voor eens Yorkdale Plaza in, k we relds grootste winkelgalerij en de Colonade, een gigantisch complex van kantoren, flats en winkels, met op de hoogste verdieping hoe verzinnen ze het vijftig verrukke lijke winkeltjes waar het goed shop pen is, en twee Franse café's en een drol van een rond theatertje voor wat cultureel relaxen onder lunch tijd. VICTORIAANSE Je moet het allemaal ook gezien hebben: Markham Village en Yorkville, vol Victoriaanse huisjes en vol boetiekjes in panden die nog net op tijd onder de handen van de man met de moker vandaan konden worden gehaald. Curiosashops en winkeltjes met de fijnste kleertjes en de raarste rariteiten, oosterse snui sterijen even zo vrolijk als compleet opgezette leeuwen, elanden en wat al niet meer. Niets is in dit deel van het alternatieve Toronto te gek. OP DE STRIP Frieda wil, nieuwsgierig Aagje die ze ondanks haar vercanadeesde op voeding toch is gebleven, nog even of we de fl an eerrestaurants zond Markham Street al kennen en uiteraard of we al op de „strip" zijn geweest, officieel Yorkville en Yon- qe Street geheten. Nou en of, tenslotte zijn we bij ge brek aan bier op dit uur met Hol landse melk nog wat meer mans ge worden en voelden ons op die typi sche uitgaansboulevard als Yonge Street, een Canades kruising tussen Broadway en Place Pigalle, waar je voor hetzelfde geld (nou ja... een paar losse dollars op zak houwen, dat wel) redelijk happy. Een hele schla- onafzienbare Yonge Street met bonte mengeling aan cultuur, en jazz, voor als u toch /z'n/ persé op chique wilt gaan, maar nog meer eigenljjk voor de youngsters, de jeugd en allen die zich nog jong voelen via die veelheid aan go-go, striptease tot en met folksinging. En zo kunnen we nog wel even doorgaan. PARKER Vreselijk leuk, om er eens een tijdje door te laveren. Vergeven soms ook met oerlelijke plekken en bouwsels naast hemelse plaatsen en plekjes. En juist Toronto als stad van de vele contrasten maakt het helemaal. Ook met z'n vele parken. Frieda weet het op haar duimpje: 1000 acres natuur hebben ze hier. Mag ze er even prat op gaan. Op het High Park bijvoorbeeld. ISLANDS PARK Met zijn bos, beken en complete rotstuinen en niet te vergeten het tentoonstellingspark aan de oever van het Meer, waar ook het ver schijnsel van de Canadian National Exhibition zetelt. Maar rond de Grote Meren is een dagje Islands Park ook een unicum, zo CN Tower in Toronto, 600 nieter hoog en met het roterende restaurant op pakweg 400 meter hoogte. En het uitzicht is eten en drinken tegelijk... Frieda haar geliefde Toronto aan. Laat haar maar, het kind is een jaartje geleden helemaal afgeknapt op het Nieuwe Amsterdam en dus slaat ze nu een beetje naar de ande re kant door, via haar Hollandse bloed en Canadese opvoeding. Naar helemaal ongelijk heeft ze niet. To ronto is schoon „keep it dean", prijkt op de nummerborden en kan even adembenemend leijjk, als boeiend zijn. I Is maar van welke kant je het bekijkt TORENHOOG... En het onmogelijk om over Toronto uit de hoogte te doen als je je niet een lift hebt laten geven In die hoogste toren ter wereld, die naar formaat in uiterlijk de Rotterdamse Euromast gebaard lijkt te hebben: zet ze naast elkaar en je hebt kwa afmeting en architectuur, een moe der en kindbeeld. Zeshonderd me ter is-ie hoog, de TV- en radlozend- Yonge Street Piccadilly Circus, gelijk maar dan in het lang... Boetiekjes rijen Yorkville... toren aan het waterfront van To ronto. Met een waarlijk fantastisch uitzicht vla het roterende restaur ant. Zonder Je hoofd ook maar in allerlei bochten te behoeven wringen kltig ie aldus al lunchend af dkiseandT heel Toronto In een ommegang van 360 graden onder ogen en aan je voeten. Een nieuw hoogtepunt In de sector van toeri stische trekpleisters van wereldfor maat. Kunnen wty het helpen dat we er kapot van waren? Hadden ze ons Toronto en Canada maar moeten besparen. Wat niet weet, wat niet deert, maar nu is met name dit stuk Canada ons even lief als de maple leaf... Frieda weet wat ze zegt, bij het afscheid na de korte maar ko stelijke sightseeing: „Meet you again"! Tja, wegwezen én terugko men, zijn in Canada eigenljjk moei lijk te ontlopen zaken...

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1977 | | pagina 39