SNV-ers in Kameroen zoeken experimenterend hun weg m tMJJ m HET NIEUWE STADSBLAD - PAGINA 42 WOENSDAG 16 NOVEMBER 1977 „Als wij hier met z"n allen zouden vertrekken uit het Engelstalige gebied zou dat geen absolute ramp zijn1'. Mare Baren ds zegt het; vele andere vrijwilligers in het westelijk deel van Kameroen zijn het ermee eens. Een van hen zegt het nog duidelijker: „Wij zijn hier hoofdzakelijk nog vanwege de auto's. Zowel de meisjes, die community development-werk doen, ais de jongens die meestal bij coöperaties werkzaam zijn hebben hun werk zo kunnen inrichten dat de Kameroenen slechts in zeer geringe mate van hen afhankelijk zijn". Toch stoppen de aanvragen uit dat gebied niet. Vanuit de samenleving daar gezien, is dat niet zo onbegrijpelijk: vrijwilligen hebben een auto, dat is makkelijk en goedkoop. In de Oostprovincie ligt de situatie heel anders. De omstandigheden waaronder daar moet worden gewerkt zijn aanzienlijk moeilijker, doordat het klimaat er uiterst zwaar is. Veelvuldig doen zich merkwaardige ziektes voor. De uitdrukking „white man's grave" lijkt niet geheel uit de lucht gegrepen. „Alles watje hier ziet aan ontwikkeling is te danken aan de missie en de vrijwilligers. Dan zeg ik met enige schaamte", aldus een Kameroense rechter in de Oostprovincie, „maar het is de waarheid". De bemoeienis van de overheid met het enorm grote gebied ten zuiden en oosten van Yaoundé is, behalve wat de commerciële koffie-, cacao- en tabaksplantages betreft, nihil. Vergeleken bij het prachtige bergachtige westen is het hier armoedig en worden de mensen aan hun lot overgelaten. Directeur Albert van de technische school in Diang: „Er is weinig Kameroens aan wat hier gebeurt. Wat er van de vijfjarenplannen van de regering wordt gerealiseerd is uiterst twijfelachtig. De plannen zjjn er voor de buitenlandse tribune en worden meestal ook met buitenlands geld gefinancierd. Er wordt wel met mooie slogans gewerkt, zoals „groene revolutie", maar wat in werkelijkheid voor de kleine boeren hier wordt gedaan is bedroevend". KLEINE ELITE Een heel kleine elite heeft profijt van de deviezen die dankzij het zware werk op de koffie-, cacao- en tabaksplantages binnenkomen. Er bestaat geen structuur waardoor het beschikbare geld ook enigszins redelijk over de verschillende regio's en bevolkingsgroepen wordt verdeeld. Daardoor raakt een groot aantal mensen gefrustreerd: Niet alleen de buitenlanders die helpen maar ook de Afrikanen. De boeren bijvoorbeeld weten zo langzamerhand dat ze voor hun koffie of cacao maar éénvijfde krijgen van de werkelijke wereldmarktprijs. Ze weten dat de rest verdwijnt in de zakken van de overheid en de tussenhandel, de opkopers. Ze zien geen heil meer in hun eigen kleine landbouw, willen grootschalige industrieën, willen naar de stad en zijn hun eigen ritme een beetje aan het verliezen. De nieuwe ZAPI-directeur in Nguémendouka zei het zo: „Mijn landgenoten dwingen mij te gedragen als qen blanke. Ik ben nu directeur, dus moeten ze whisky en bier bij mij drinken. Is onze eigen palmwijn plotseling niet meer goed? Dat drinken ze niet als ik het ze voorzet. Het geeft een zeer machteloos gevoel, ik kan door mijn positieverbetering heel moeilijk dezelfde persoon blijven. Het wordt hoog tijd dat er minder buitenlandse hulp nodig is in dit gebied, dat de Afrikanen weer respect krijgen voor hun eigen gewoonten en zich niet van de wijs laten brengen door invloeden van buiten". In de Oostprovincie is de ZAPI- organisatie de enige die zich solidair opstelt met de kleine boeren en een behoorlijke prijs betaalt voor de rijst en de bananen, hetgeen het bestaan van de mensen daar waarborgt. Er gaat een stimulerende werking uit van deze organisatie; het heeft voor de boeren weer zin nun veiuen oeier ie veroouwen en te verzorgen, het is niet meer helemaal van het toeval afhankelijk wat ze per oogst zullen ontvangen. Maar ZAPI is wel de enige in de Oost. OP HUN PLEK De SVN'ers die bij deze organisatie werken voelen zich op hun plek. „Hier heerst de juiste mentaliteit, dat voel je aan alles", zeggen ze. „Ze willen hier echt zo min mogelijk buitenlanders, ze zijn er bang voor. Ze willen ook de benzine van de auto's betalen, om maar niet afhankelijk te zijn". Dat zijn andere geluiden dan van degenen die bij andere overheidsinstanties in het oosten van Kameroen werken. Daar overheerst het gevoel dat men geheel in het luchtledige bezig is. Wil Honders geeft uitleg over spaar- en leenbanken. Dat geldt ook voor een deel van het landbouwteam. „Integratie, zoals in het SNV-vaandel staat, is bij de projecten hier het Zwakke punt", geeft teamleider Wim van Roemburg toe, „net als participatie. Maar wat betekent het bij zulke arme boeren als hier? Onder het mom van: ze moeten het zelf doen, kunnen immers alle normen worden bepaald. De counterpart is bij lange na niet jouw gelijke". Dat maakt de Oostprovincie als ontwikkelingsgebied „zeer lastig". Aan de ene kant vliegen de hulporganisaties op het gebied af, zoals in de Sahel, om het geweten van de rijke mensen te sussen. Anderzijds is er een hausse op de streek omdat er economisch iets te halen valt. „Wat wij hier doen", zegt Peter Bolt van het landbouwteam, „is al experimenterend onze weg zoeken. We doen het oprecht voor het land en de kleine boeren". Marjanke Spanjer Overgenomen uit „Vice Versa". ZAPI is Zone d'Action Prioritaire Integrée. Het is een semi- o verheidsinstelling die zich voornamelijk bezighoudt met commerciële gewassen, zoals koffie en cacao, maar ook kleine boeren helpt bij de produktie van landbouwvoedselgewassen, zoals bananen en rijst. Huiskleding voor gezellige uurtj es In nachtlingerie en huiskleding is te genwoordig veel variatie. Klassieke modellen, elegante modellen, jeugdige en sportieve modellen (overgaand in homewear) en modellen voor huiselijke uurtjes. De herfstcollectie van Triumph Inter national is speciaal afgestemd op de lange, gezellige winteravonden met spelletjes, een goed glas wijn en feeste lijke onderonsjes in huiselijke kring! De typische lingerie-achtige nachtkle ding lijkt passé! Een evolutionaire lingeriemode staat ons te wachten, vol jeugdige modellen, zowel sportief als elegant, waarbij vanzelfsprekend de vrouwelijke toets niet ontbreekt. Er is de serie „Classique". Veel be drukte katoenmaterialen, die prettig dragen en gemakkelijk in onderhoud zijn.Geborduurde randen langs pyama's, evenals bij korte en lange ponnen. Op crème en naturel onder grond veel multi-color motieven in fol kloristische dessins. Uni-modellen met opgestikt kant in bustepartij, evenals aan de onderkant bij de mouwen. De modelserie „Alouette" alleen in wit brengt bijzonder romantische accenten door de vele ruches en vo lants, of geraffineerde decolleté's met opengewerkte kantincrustaties in bro derie anglaise uit St. Gallen. Lengte 140 cm.; brede volants; soepel ver hoogde tailles of Empiremodellen met opengewerkte borduursels, soms mouwloos met brede schouderbanden of voorzien van lange slanke mouwen tot op de pols. Afgestemd op deze bovengenoemde modellen in wit, begint de serie „Ele gance" eveneens in maagdelijk wit. Opengewerkte volants en taillebanden; soms schoudervrij met fijne spaghetti- bandjes of diepe V-halzen met korte mouwtjes. Het is allemaal even speels en jong, zeker de grappige shortie met piepklein broekje, opzij gesloten met smalle bandjes, dat net zichtbaar is door de diepe splitten van het hesje (WSH 153). Het materiaal is batist/polyester. Geweldig in deze Serie Elegance is het ensemble, bestaande uit een Empire nachthemd met negligé in puur batist, bedrukt met beeldige bloemboeketten op zwart of zachtcrè- me fond (WNM 156). De serie „Jeunesse" heeft ingetogen, meisjesachtige modellen, zoals bijv. twee witte nachthemdjes, die het uit stekend zouden doen bij een feestelijk Kerstontbijt. Borduursels in folklore- stijl op schouders en verhoogde taille band of zoals bij een chemisier met V lange mouwen, een geheel geborduur de schouderpas voor en achter. Door deze artistieke garnering verkrijgen de modellen zoveel allure! (Jeunesse WN 140-141). Andere modellen weer zijn met strobloemen en borduurdessins getooid en hierdoor alleen al optisch zeer attraktief. Puur batist staat hierbij steeds op de voorgrond! De „Sporty"reeks voor Herfst en Win ter is niet alleen jeugdig en sportief, maar ook zeer aantrekkelijk uitge voerd. Schoudervrije nachthemden met grafisch stylistische dessins zijn In de serie Sporty z(jn deze 100-* -3 cent kantoenen hulsjurk en, even huiselijk als de modellen (WN 590) met heldere roodgouden Azteken motieven uit Zuid-Amerika of die met de pure Delfts-blauwe opdrukken. Al deze modellen zijn typische voorbeel den van de voortgaande overgang van hoger niveau in de tricot-serie! De homewear is dit seizoen rijk verte genwoordigd waarbij een voortreffe lijke pasvorm een zeer belangrijke Miriam, 80 procent katoen en 20 procent polyester; een duster om aanwinst betekent. Hierbij zorgen de overalls weer voor een jeugdig, sportief karakter. De japon Nina met bijpas sende mantel is van een modieuze chic en toch éénvoudig uitgevoerd. Voor party en feestelijke gelegenheden is de serie „Sacha" bestaande uit een japon, mantel, kazak en pantalon bij zonder geschikt! Het materiaal is zwart heerlijk in te relaxen. Kleuren: ma rine, bruin en groen-aubergine. velours met goud-flonkerende boor den, voorzien van oud-Russische im pressies. Een zeer bijzondere serie, al leen verkrijgbaar in diepzwart velours. Mantels in verscheidene kleurstel lingen, eveneens in velours (100% ka toen) zowel in gedekte als in warm ge tinte kleuren, ronden het beeld af van een nieuwe stijl bij Triumph Interna tional.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1977 | | pagina 42