Nationale
beroepenmanifestatie
„Machine of geen
vakmanschap blijft nodig
VIER MILJOEN RENAULTS
VOEREN OVER DE SEINE
Randstal/edities, wekelijks
in 700.000brievenbussen
Iemand is vakman als hij geheel zelf
standig op zijn gebied materialen kan
gebruiken en apparatuur kan bedie
nen, als hij zelf kan bekijken en weet te
beslissen, hoe hij iets zal doen".
Aan het woord de heer H. J. H. Hamer,
organisator van de 16e Nationale Be
roepenmanifestatie die van 16 t/m 23
februari a.s. in de Jaarbeurs (Juliana-
hal) te Utrecht wordt gehouden. Deze
manifestatie wordt jaarlijks door ruim
30.000 leerlingen van de zesde klassen
van het basisonderwijs, de brugklassen
van het voortgezet onderwijs en leer
lingen uit het beroepsonderwijs in
klassikaal verband verzocht.
De zaterdag, 18 februari, is speciaal
gereserveerd voor het gezinsbezoek.
Op deze zaterdag kunnnen kinderen
met hun ouders tussen 9.30 en 16.00
uur zich in theorie en praktijk laten in
formeren over meer dan 50 beroepen.
Jonge vakmensen van 18 tot 21 jaar
zullen laten zien hoe zij in de praktijk
werken. Er wordt gemetseld en aan de
draaibank en houtbewerkingsmachi
nes gewerkt. Men kan zich oriënteren
over een groot aantal electro-techni-
sche, administratieve en verzorgende
beroepen. Men ziet de banketbakker
en de goudsmid aan het werk. Dit is
maar een greep uit de vele mogelijkhe
den.
En natuurlijk zijn er deskundigen uit
het beroepsonderwijs aanwezig om
vragen van kinderen en ouders op het
gebied van het beroepsonderwijs op
scholen en in het bedrijfsleven (leer
lingenstelsels) te beantwoorden. Ook
de Ministeries van Onderwijs en We
tenschappen en Scociale Zaken zijn op
de manifestatie met een voorlichtings
stand vertegenwoordigd.
WAAROM DEZE GEZINSDAG?
Bij de beroepskeuze is het niet alleen
de school die een begeleidende functie
heeft. Uit onderzoek is gebleken, dat'
vooral ook de ouders hierbij een
belangrijke invloed hebben. De ouders
moeten met hun kinderen kunnen pra
ten over de keuze van school en beroep.
Die ouders moeten dus wel weten waar
ze het over hebben. En dat is dan ook
de reden, dat de organisatoren van de
Nationale Beroepenmanifestatie vorig
jaar hebben besloten de zaterdag te re
serveren voor het ouders/kinderenbe-
zoek. Een „open dag" voor bezoek in
gezindsverband dus.
TEAMWERK
„Het vakmanschap, een combinatie
van handvaardigheid en kennis, vraagt
zeker in de tegenwoordige tijd om een
gedegen opleiding", zegt de heer Ha
mer. „De apparatuur wordt steeds in
gewikkelder, het materialen- en pro-
duktiepakket uitgebreider en men
moet vaak ook meer van eikaars vak
weten om tot een goed eindprodukt te
komen. De bouwberoepen zijn hier een
duidelijk voorbeeld van: de» timmer
man, de stukadoor, de installateur, de
loodgieter, noem maar op, voeren sa
men het bouwproject uit. De scholing
is er dan ook mede opgericht de leer
lingen begrip bij te brengen voor de
nevenvakken, waar zij bij de uitoefe
ning van hun eigen beroep mee te ma
ken zullen krijgen. Vergeleken met
vroeger verplaatst het vakmanschap
zich vaak van het eindprodukt, dat
meer en meer uit de machine komt,
naar de werkvoorbereiding. En je kunt
je voorstellen dat deze alleen in team
verband mogelijk is".
Er is trouwens nog iets, een praktische
zaak die eigenlijk erg belangrijk is. ,,ln
heel veel bedrijfstakken bestaat een
schreeuwend tekort aan goed ge
schoolde vaklieden", zegt de heer Ha
mer. „Dat betekent dat jongens en
meisjes die een ambachtelijk/technisch
beroep onder de knie hebben, in het
Ook meisjes komen aan bod op de
Nationale Beroepenmanifestatie.
'algemeen gesproken, meer kans heb
ben om aan de slag te komen. Er is te
genwoordig niet één beroep of vak
meer, dat je voor 100% werkgele
genheid garandeert, maar de beroepen
die je de beste kans geven, vind je vaak
in deze sfeer. Toch iets om even bij stil
te staan..."
MET PLEZIER
..De taak van onze organisatie is een
stuk informatie te geven over de uitge
breide mogelijkheden van het beroep
sonderwijs aan jonge mensen die zich
willen inzetten. Maar daarmee komt
nog een ander aspect naar voren. Want
met kennis en handvaardigheid, zoals
hiervoor al gezegd, alleen, zijn we er
niet. Vakmanschap vraagt ook om een
bepaalde levensinstelling. De vakman
of -vrouw die plezier heeft in zijn of
haar werk zal automatisch ook
voortdurend bij willen blijven en open
staan voor nieuwe ontwikkelingen.
MEISJESBEROEPEN
Hoe is het momenteel gesteld met de
belangstelling vanuit het meisjesbe-
roepsonderwijs? Een voor de hand lig
gende vraag, als je het hele pakket be
roepen in aanmerking neemt dat op de
manifestatie is vertegenwoordigd en op
het eerste gezicht hoofdzakelijk voor
de jongens lijkt te zijn weggelegd.
„Op de Beroepenmanifestatie vind je
een aantal typisch vrouwelijke beroe
pen, zoals bijvoorbeeld op hel gebied
van de naaldvakken en in de verzor
gende sector: bejaarden- of gezinsver
zorgster enz. Maar dat wil niet zeggen
dat er voor meisjes niet veel meer mo
gelijkheden zijn", aldus de heer Ha
mer.
„Ik zie niet in waarom een meisje geen
instrumentenmaakster of kraanmachi-
niste zou kunnen worden, of een vak in
de elektriciteits- of electronicawereld
zou kunnen kiezen. Wat dat betreft lo
pen we trouwens hier in Nederland nog
wel achter. In het buitenland zag ik,
om maar iets te noemen, meisjes, die
het beroep van lassen of technisch te
kenen hadden gekozen.
Ik begrijp niet goed waarom meisjes
hier nog zo terugschrikken voor deze
ten onrechte zogenaamde mannenbe
roepen. Nu is het natuurlijk wel zo, dat
bedrijven vaak niet durven investeren
in een meisje. Als een bedrijf bijvoor
beeld iemand opleidt tot topdraaier- of
frezer kost dat zo'n 20.000,zo niet
meer. Tja, en bij een meisje loop je nu
eenmaal het risico dat ze na een tijdje
toch weggaat, als ze trouwt en kinde
ren krijgt. Toch komt ook daar lang
zaam maar zeker verandering in".
De conclusie is duidelijk: de heer Ha
mer vindt dat jongens en meisjes met
hun ouders naar de „open dag" moe
ten gaan.Jazeker", bevestigt hij, „het
is een prima gelegenheid om een welo
verwogen beroepskeuze te doen. Je kan
tenminste zien waarover je praat".
Toegangsprijs 2,
iwftwwv
Sinds 1965 vervoert Renault auto's over de Seine met speciale vrachtsche
pen met drie dekken.
Het betreft vervoer van de Renaults die worden gemaakt in de fabrieken
langs de rivier; Billancourt, Flins, Le Havre, Gennevilliers en Rouaan.
De gespecialiseerde autotransport wordt uitgevoerd door Renaults eigen
transport- en scheepvaartonderneming de C.A.T. (Compagnie d'Affrète-
ment et de Transport), die enkele dagen geleden de 4 miljoenste Renault
per schip vervoerde.
Renault beschikt voor het laden en lossen van de auto's over speciale kade
installaties. De auto's die de verschillende fabrieken langs de Seine verla
ten, worden op de speciale schepen naar het afleveringscentrum bij Flins
gevaren; vandaaruit gaan deze auto's per autotransporter en per trein naar
de verschillende bestemmingen in en buiten Frankrijk.
De speciale Renault schepen zijn aangepast aan de afmetingen van de sluis
bij Tancarville; de autoschepen passen daar met enkele centimeters speel
ruimte in.
Via deze sluis en het Kanaal van Tancarville staat de Seine in verbinding
met het industrieterrein van Le Havre, waar de Renault fabriek staat die
de Renaults 16, 20 en 30 produceert.
Ook worden via dit kanaal de dokken van Le Havre bereikt voor het ver
schepen van de verschillende Renaults naar exportlanden overzee.
De vier miljoen Renaults die tot nu toe werden vervoerd zouden, achter el
kaar geplaatst, een lengte dan meer dan 16.000 km in beslag nemen, dat is
3 maal de afstand Parijs-New York.
Het vervoer via de Seine ontlast in niet geringe mate de toch al drukke
snelweg tussen Parijs en Le Havré; de autoroute de l'Ouest.
Het meest oostelijke punt voor dit gespecialiseerde scheepvaartverkeer is
het He de Séguin in de Seine te Boulogne-Billancourt, nu een drukke indu
striewijk van Parijs en het hart van het Renault concern dat daar 80 jaar
geleden door Louis Renault in een schuur op het landgoed van zijn vader
zijn oorsprong vond.