Maassluis
thuishaven
naaats naar nieuwe toekomst
De Fury moest naar Maassluis. Na
dat de AVRO de serie Hollands
Glorie had opgenomen verkocht ze
de boot aan een sloper in Zaandam.
Zeer tot verdriet van veel sleepvaar-
tenthousiasten, want de Holmvik,
zoals de boot oorspronkelijk heet,
was de oudste nog in de vaart zijnde
en in Nederland gebouwde stoom-
zeesleépboot.
Het was dan ook een particulieie
stichting, die de boot van de sloper
kocht. Op de werf van De Haas in
Maassluis wordt ie nu opgeknapt.
Geen toeval, want het is Henk de
Haas, onderdirekteur van de werf,
die een van de initiatiefnemers was
de boot te bewaren.
Parald aan deze gebeurtenissen lo
pen de plannen voor het internatio
naal sleepvaartmuzeum, dat een
oogje heeft laten vallen op het
straks leegkomende stadhuis van
Maassluis. Waar Maassluis van
ouds een belangrijke stad in de
sleepvaart en het stadhuisje aan de
haven staat natuurlijk een ideale
plaats voor zo'n museum.
Trait d'Union tussen de plannen
makers van het museum en de
plannenmakers van de televisieboot
is Delftenaar Ton Roest, een man
met een enorme w tneling docu
mentatie op oj»»aartgebied. Er
door de plannenmakers bijgehaald
en het zal dan ook geen wonder mo
gen heten als de boot straks voor
het museum komt te liggen. Maar
dat is allemaal nog toekomstmu
ziek.
heb hier aan boord een zuiver techni
sche functie", legt hij de anderen uit.
„Zuiver technisch". Ik vind hem ook
de verdere reis duidelijk iets wegheb-
ben van brilbeer uit de bereboot, tech
nisch gesproken.
Cijs Smoor is sleepbootgek. Natuurlijk
lid van de Internationale Sleepvaart
Hobby Club, een legertje liefhebbers
van de sleepvaart, zo'n zeshonderd in
getal. Gijs heeft gevaren. Tot hij het te
genover z'n gezin niet meer ver
antwoord vond. Kwam toen aan de
wal, ook in een technische functie (af
delingschef op de kabelfabriek). Geeft
toe, dat het chefzijn hoe langer hoe
minder met techniek te maken gaat
hebben. Geeft ook toe, diep in z'n hart,
morgen weer naar zee te willen. Daaro-
m ook is hij vandaag in z'n element.
Constant bezig. Overal aan denkend.
Zo heeft hij de nationale driekleur
meegebracht om te hijsen voor we de
Waterweg binnenlopen. Vraagt het
keurig eerst aan de kapitein of het
mag. Ziet vervolgens, dat het niet gaat,
technisch gesproken. Maakt de vlag
vervolgens vast aan een lang stuk hout,
dat hij langs de mast vastbindt. „Dat
mag toch wel, dacht ik. Hollands Glo
rie heten, dan mag de driekleur daar
toch wel bij. Een beetje nationale
trots".
DE TELEVISIE
Om twee uur waren ze al van huis ge
gaan. Omroeper Hans van der Togt
van de AVRO, een regisseur, een ca
meraman en geluidsman van Cinecen-
trum. In IJmuiden kwamen ze aan
boord. Bibberend van de kou. Beladen
met spullen. Voor vijf minuutjes televi
sie, de afkondiging van de aflevering
van Hollands Glorie.
Benedendeks, bij de kachel, die hoe
langer hoe meer de indruk vestigde de
ongelijke strijd tegen de vrieskou op te
willen geven, maakten ze plannen.
Eerst de afkondiging, dan wat inter
viewtjes met de mensen aan boord.
Het is zo geregeld, dat ze voor Hoek
van Holland worden opgepikt door de
reddingsboot Koningin Juliana. Er
staat dan een auto te wachten, die hen
(vermoedelijk eerst naar een horecabe
drijf om warm te worden) bracht naar
Maassluis, waar de aankomst gefilmd
moest worden. Overstappen op volle
zee. Hans van der Togt moet er voor
alsnog niet aan denken. Eerst bepaalt
hij zich op z'n tekst. Dat alles is gelukt
heeft iedereen inmiddels op het scherm
kunnen zien.
HET ENTHOUSIASME
„Weet je, de sleepvaart is voor mij zo
iets geweldigs, imponerend, dat blijft je
altijd bezig houden". Aan het woord
Ton Roest uit Delft. Tijdens onze rit
over de Noordzee naar Maassluis de
nestor aan boord. Vermoedelijk ook
wel de man, die het meeste van de
sleepvaart afweet. In het dagelijks le
ven doet hij documentatie op de afde
ling scheepsbouw van de TH Delft.
Geen vreemde dus in het Jeruzalem
van de zeevaart. Een man ook, met
thuis een enorme documentatie op
sleepvaartgebied. Vraagbaak voor ve
len, niet in de laatste plaats de rederi
jen.
Natuurlijk komt de serie ter sprake. Je
praat dan met een echte sleepvaartent-
housiasten over die serie. En dan
blijkt, dat ze weliswaar wel allemaal
kijken, maar dat ze er niet zo over "te
spreken zijn.
Ton Roest: „Het is oorspronkelijk het
verhaal van kapitein Moerman uit Den
Helder, die Jan den Hartog vertelde
over de sleepvaart. Maar het is hele
maal geromantiseerd. En in de serie
nog eens aangedikt. Kaartlezen met de
jeneverfles op tafel, moetje je
voorstellen". En Gijs Smoor, die zelf
jaren als machinist gevaren heeft in de
zeesleepvaart en die het hoort, weet:
„Dan zie je hem als z'n brieven voorle
zen. Nou, dat heb ik nog nooit
gedaan".
Meester Gijs, geïnterviewd door de AVRO.
We zijn inmiddels wel gewend aan de
vrieskou. Ik sta op de brug. De brug,
waar we Jan Wandelaar of kapitein
(gopgop) Sjemonof zo vaak hebben
zien staan. Maar nu staat kapitein Van
Noort naast me. Door zijn verrekijker
ziet hij ft Hooft, de rede van Maassluis.
„Het ziet er zwart van de mensen",
zegt hij en ik denk, dat ie me in de ma
ling neemt.
Maar dat was niet zo. Het stond er in
derdaad zwart van de mensen. Met fo
totoestellen, met filmcamara's. Ik voel
de me net Sinterklaas.
De politieboot kwam ons tegemoet, het
bootje van Dirkzwager, een kleiner
sleepbootje om bij te sturen aan de
achterkant van de Fuiy. Het leek een
heel feest. Dat was het ook. Maassluis,
ooit een belangrijke stad in de sleep
vaart, wordt als alle plannen van het
museum en de Fury doorgaan, op
nieuw een middelpunt van de sleep
vaart.
De Fury op weg naar Maassluis.
Gijs Smoor in de machinekamer.
MAASSLUIS