■Vil Nationaal sleepvaartmuseum gaat op 18 april open Het nationaal sleepvaartmuseum, gevestigd in het oude stadhuis aan de haven van Maassluis, wordt op woensdag 18 april geopend door de oud-burgemeester van die sleepvaartstad, tevens initiatiefnemer van het museum, M. K. van Dijke. Van Dijke, cBe sinds januari burgemeester is in Ede, heeft indertijd de eerste con tacten gelegd en de raad voorgesteld het oude stadhuis voor dit doel beschikbaar te stellen. Bij de grote rederijen, Smit Internatio nale en Wijsmuller, werd het initiatief goed ontvangen, evenals bij de Inter nationale Sleepboot Hobby Club (ISHC), een groep enthousiastelingen voor het sleepvaartwezen. Vertegenwoordigers van alle betrokken bedrijven en instellinqen vormden een werkgroep om de mogelijkheden te on derzoeken en kort geleden kwam het tot de oprichting van een stichting, de Stichting Nationaal Sleepvaartmu seum. Momenteel is men bezig de collectie bijeen te brengen, zodat op 18 april met de officiële opening tevens de eer ste tentoonstelling over de zeesleep vaart van start kan laten gaan. Want dat is de bedoeling. Een steeds wisselende tentoonstelling, zodat ie mand, die het museum eens heeft be zocht, na vier maanden nog eens terug kan komen en dan weer iets heel an ders op sleepvaartgebied te zien kan krijgen. Begonnen wordt met de zeesleepvaart, gedacht aan een tweede tentoonstelling over de binnensleepvaart. Voorts gaat het museum beschikken over een uit gebreide documentatie op het gebied van de sleepvaart. Basis voor die docu mentatie is de verzameling van Delf tenaar Ton Roest, een enthousiast lief hebber van de sleepvaart, die zijn hele, in jaren opgebouwde verzameling, aan het museum geschonken heeft. Hij is het ook, die als bestuurslid van de stichting het werk van conservator doet. In zijn huiskamer, omringd door sleepbootmodellen en afbeeldingen van sleepboten, vertelt hij: „Kijk, we zijn natuurlijk maar leken op mu- seumgebied, maar niet onbekend in de sleepvaartwereld. We hebben overal ons licht opgestoken en nu begint er een collectie te onstaan". Ton Roest, voor zijn pensionering do cumentalist op de afdeling Scheeps bouw van de Delftse Technische Hoge school en dus niet geheel onbekend in de scheepvaart, geeft eerlijk toe het nu drukker te hebben dan voor zijn pen sionering. Hij: „Je krijgt de meest leuke contac ten. Ja, het begint nu zo'n beetje ge stalte te krijgen. Waarbij aangetekend, datje natuurlijk een basis hebt door de medewerking van de grote rederijen". „Maar ook de kleinere komen nu naar ons toe. De binnenvaartrederijen. Je moet het zo zien, het museum vormt een public relation instelling voor de hele sleepvaart. Bij Smit Internationale en bij Wijsmuller hebben ze daar eigen afdelingen voor, maar de kleinere be drijven hebben zo'n afdeling niet. En juist ook daar ligt een taak voor ons". Waar begin je nou bij het samenstellen van een collectie? Roest: „Zomaar. Ik heb ooit eens het voorwoord geschreven in een boekje, dat uitkwam bij een tentoonstelling in het Martiem Museum. Vastmaken heette die tentoonstelling en het ging over de sleepvaart. Daar begin je dan. Je weet wie modellen heeft en die men sen benader je". „En dan zijn er natuurlijk de rederijen. Ach, je roltvan het één in het ander. Je zit op een gegeven moment de hele dag aan de telefoon. Je informeert door het hele land". „En zo maak je de leukste dingen mee. Momenteel is met een containerschip naar Nederland onderweg de oude scheepsbel van de eerste Zwarte Zee. Uit Australië. Van een van de eerste schepen van Smit, uit 1898. Die sleep boot is een paar jaar hier in de vaart geweest, heeft nog dienst gedaan als mijnenveger in de Japans Russische oorlog bij Wladiwostok in de buurt. Wat er naderhand met die boot is ge beurd weet niemand meer". „Nou was er verleden jaar een zaak, ik meende een café, in Hong Kong en die moest ontruimd worden. Daar hing een bel en toen was er een man, die vroeg of ie die bel mocht hebben. Nou prima, neem maar mee. Die man ging naar Australië en toen kwam die bel terecht, ik meen in een zeemanshuis. Toen kwam daar weer iemand, die zag die bel en die ontdekte, dat erop stond Zwarte Zee". „Dat is toen doorgegeven aan de agent van Smit Internationale in Australië, 't Is toen doorgetelexd naar Rotterdam en nu is die bel na al die jaren onder weg naar hier. In de hut van de kapi tein en straks komt die bel te hangen op het kantoor van Smit, maar bij de opening van het museum mogen we hem lenen". Zomaar een voorbeeld van hoe de sleepvaartspullen bijeen komen. Ton Roest maakt wel vaker van die dingen mee. Zo liggen er bij hem in de la de originele brieven van kapitein Moer man. En dat was dan de man, die schrijver Jan den Hartogh de verhalen vertelde, waarop de bestseller Hollands Glorie is gebaseerd. De echte Jan Wandelaar dus zogezegd. Roest: „Als de mensen weten waar je meebezig bent weten ze je te vinden. Hetzij via Wijsmuller of Smit, die de mensen dan doorsturen. Of gewoon toevallig". „Een voorbeeld hoe vreemd het soms kan lopen. Mijn dochter heeft als ge woonte dat als ze iets leest over sleep vaart, even uitknippen, voor vader. Ze hangt op een gegeven moment iets op een prikbord om met te nemen. Komt er een vriendin van haar op bezoek, ziet dat. Vraagt joh, waar is dat nou voor. Blijkt, dat de grootvader van haar man een bekende kapitein was geweest. Wordt doorverteld. En zo kom ik voor het museum dan weer aan alle dagboeken van die kapitein. Over toeval gesproken". HOLLANDS GLORIE Een nauwe samenwerking bestaat er met de stichting Hollands Glorie. Ton A. Roest hier op de sleepboot Furie uit Maassluis, geïnterviewd door Avro's Hans van der Togt. Roest benadrukt nog eens te meer, dat deze stichting iets heel anders is, dan de stichting van het museum. Hollands Glorie beijvert zich de oudste nog in tact zijnde en in Nederland ge bouwde stoomzeesleepboot, de Furie (bekend uit de teeveeserie) in de vaart te houden. Op de scheepswerf van De Haas in Maassluis wordt het schip momenteel door vrijwilligers opgeknapt en als dat achter de rug is ligt het in de bedoeling het schip aan de kade voor het mu seum een ligplaats te geven. Een sa menwerking dus tussen beide stichtin gen, die een unieke combinatie ople vert van documentatie en werkelijk heid. DAGTRIP Overleg is momenteel gaande met de Nederlandse Spoorwegen om te komen tot een dagtrip. Waarbij men via het spoorkaartje een dagje zeevaart kan gaan doen. Gedacht wordt aan het ma ritiem museum in Rotterdam, het Vis serijmuseum in Vlaardingen, het nieuw te openen sleepvaartmuseum in Maassluis en in de toekomst nog aan een museum in Hoek van Holland rond het reddingwezen. Gecombineerd met een havenrondvaart zou dat een bij zonder dagje uit opleveren. Overigens zijn deze plannen nog maar zeer pril. AATZANDSTRA Een havensleepboot. Het onderwerp binnenvaart komt in een volgende tentoonstelling naar voren in het museum. Het oude raadhuis van Maassluis, binnenkort het Nationaal Sleepvaartmuseum.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1979 | | pagina 46