Meubelboulevard beurs Ontwerpen van eiken meubelen blijft ongemakkelijke materie Unieke concentratie 10 tot en met 16september MEUBELEXPORT Eiken meubel is marktleader in Nederland PRODUKTIE De produktie van de Ne derlandse meubelen is in de laatste jaren ruw weg op hetzelfde niveau gebleven al kan gekon- stateerd worden dat de inzinking van 1974/75 is overwonnen. In totaal werd er in Nederland in 1978 voor 1,4 miljard aan houten meubelen geproduceerd tegenover 13 miljard in 1977.-De waardestijging kan ech ter voor het belang rijkste deel aan prijs stijgingen worden toe geschreven. Een harde konstatering is wel dat het aandeel van in eigen land ver vaardigd meubilair op de binnenlandse markt steeds kleiner wordt. Vorig jaar nam het per- centdge opnieuw af en het ligt nu dicht bij de 40 procent. In de sector houten meubelen was dit aan deel in 1975 nog 51 pro cent. In 1977 was het al geslonken naar 44 pro cent. De afzet van hou ten meubelen van Ne derlands fabrikaat op de binnenlandse markt is het vorig jaar wel de 1 miljard grens gepas seerd, hetgeen overigens met de import al in 1966 het geval was. De totale meubelinvoer steeg in 1978 naar 1,5 miljard en was ruim viermaal zo groot als de uitvoer van Nederlandse meubelen, die in totaal 382 miljard bedroeg. De uitvoer is sterk op de EEG geconcentreerd (87 procent) en wel vooral op West-Duitsland en België, die resp. 40 en 25 procent voor hun reke ning nemen. De meubelgroepen waarvan de export enig niveau heeft behaald, zijn zit- en eetkamer meubelen en gestof feerde zitmeubelen. Bij de invoer domineert Wst-Duitsland, dat met circa 900 miljoen een overheersende positie bekleedt in diverse meu belsoorten, waaronder overigens ook onbouw- keukens, die in Neder land niet tot het normale meubelpakket worden gerekend. Hoewel de Nederlandse industrie in zijn totaliteit weer een stuk van het marktaandeel heeft moeten inleveren ten gunste van de import, valt er toch ook te kon stateren dat de totale produktie het afgelopen jaar met een geringer aantal bedrijven (circa 460) werd gerealiseerd zodat de gemiddelde produktie per bedrijf verbeterde. Een opvallende consta tering naar aanleiding van een resultatenana- lyse van 77 produktiebe- drijven, aangesloten bij de Centrale Bond van Meubelfabrikanten is wel dat niet is gebleken dat grotere bedrijven winstgevender zouden zijn dan de kleinere. Wel zijn er bedrijven, die zowel snel groeien als goede resultaten weten te behalen. Inmiddels is sinds een jaar een begeleidings- commissie-branche- onderzoek/meubelindus- trie aan het werk met als doel jaarlijks gedetail leerde gegevens van be drijven te verzamelen waardoor er een betere analyse van sterkte en zwakte binnen deze be drijfstak wordt verkre gen. De eerste indruk, die uit' dit onderzoek naar vo ren kwam, was dat de grootschaligheid in deze industrietak verder af neemt. Overigens is deze commissie het onder zoekwerk aan het verbij zonderen waardoor per sektor meer inzicht wordt verkregen waar door ook een sektorge- wijs beleid mogelijk wordt. KWALITEITSPLAN MEUBELINDUSTRIE Met financiële steun van de Nederlandse overheid is dit jaar een kwaliteitsplan voor de meubelindustrie van start gegaan. Het is een experiment dat binnen twee jaar moet zijn af gerond waarna er door de regering opnieuw be keken zal worden of en op welke schaal de kwa liteitszorg breed moet worden aangepakt. Voorlopig zijn bij dit experiment 56 meubel bedrijven betrokken. Er is een stuurgroep ge vormd terwijl boven dien door het Houtinsti tuut TNO te Delft een projektleider is be noemd. Het kwaliteitsplan is feitelijk een voortzetting van het werk van Ver eniging Nederlands Kwaliteitsmerk meube len, die zich gedurende een aantal jaren reeds heeft beijverd voor ver- Betering van het kwali teitsniveau van het Ne derlandse meubel. Men hield zich voornamelijk bezig met materiaalon derzoek en kwaliteitsbe heersing, waarbij men terzijde werd gestaan door diverse onderzoe kinstituten van TNO Delft. Binnen het kader van ket kwaliteitsplan meu belindustrie zijn er thans diverse mogelijk heden geschapen voor meubelfabrikanten om een beroep te doen op specialistische hulp van buitenaf, waarvoor dan gunstige financiële rege lingen worden getroffen. Er zal overigens blijvend aandacht worden be steed aan materiaalspe cificatie waarbij ook de ontwikkeling van be- proevingsapparatuur voor specifiek e doeleinden mogelijk zal zijn. Eveneens bin nen dit kwaliteitsplan zal de mogelijkheid be staan tot het opzetten van cursussen. Het behoort verder tot de mogelijkheden aktivi- teiten van ontwerpers en ontwerpteams waar no dig, doeltreffend in te zetten. Een ander aspekt van het kwaliteitsplan is de opzet en uitbouw van certificatie-systemen voor produkten of be drijven. In eerste instan tie staat echter kwali teitsbeheersing in de be drijven voorop. De Ne derlandse meubelindus trie zal hiermee zijn imago in binnen- en bui tenland moeten verbete ren. Een zaak, die van de kant van de Neder landse meubelindustrie veel aandacht vraagt, is de meubelexport. Zoals in het begin van dit arti kel al werd aangegeven, is hetgeen Nederland aan meubelen expor teert, slechts een vierde van de import. Met metalen meubelen meegerekend beloopt de meubelexport circa 500 miljoen. Sedert 1971 be staat de exportgroepe ring Dufex (Dutch Fur niture Export Organisa tion), waarin circa 80 meubelfabrikanten par ticiperen. Deze groep neemt circa 70 procent van de totale meubelex port voor zijn rekening, een percentage dat bij de houten meubelen zelfs nog hoger ligt. Het overgrote deel van de houten meubelexport bestaat uit eiken meube len en klassieke meube len. De export beperkt zich hoofdzakelijk tot de ons omringende landen. De deelnemers in Dufex werken overigens samen op basis van vrijwillig heid, hetgeen betekent dat men niet verplicht is onder de vlag van het collectief op buiten landse beurzen te expo seren. De belangrijkste aktiviteiten van Dufex spitsen zich toe op d e grote beurzen in Euro pese landen. Parijs, Kopenhagen, Brussel, Birmingham en Keulen zijn de plaatsen, waar de Dufex acte de presence geeft. Dit jaar voor het eerst zal een Dufex collectief aan de Europa Meubelbeurs te Zurich deelnemen' Op de Internationale Meu belbeurs te Utrecht wordt uiteraard op een bijzondere wijze naar buiten getreden. Er zal een centrale opstelling van het Dufex collectief zijn terwijl bovendien elk lid, die niet binnen de groep exposeert, duidelijk herkenbaar is voor de buitenlandse in kopers van meubelen. Het doel is de bezoeker uit het buitenland een goede oriëntatie te bie den van het exportmeu bel. COLLECTIEVE REKLAME Sedert september 1978 is er in Nederland een col lectieve reclamecam pagne gestart van het wonen. Al vele jaren werd er binnen de meu belbranche gesproken over de noodzaak tot collectieve reclame voor meubelen en woningin richting maar alle initia tieven liepen mis. Door de Vereniging Vakbeurs Meubelen werd echter een bedrag van 1,5 mil joen gevoteerd waarmee de campagne „Leef mee met je tijd, woon mee met je tijd" kon worden gestart. De campagne strategie is erop gericht het aan koop gedragspatroon van de konsument enigs zins te beïnvloeden ten gunste van het wonen. Het is, hoewel in zeer be perkte mate, een tegen wicht tegen de auto en de vakantiereis, die on dersteund door enorme reclame-campagnes grote delen van het be steedbare inkomen van de konsument wegne men. Het is overige n niet zoals in sommige andere landen wel ge beurt, een campagne voor het eigen fabrikaat. Een belangrijk verschil is nog dat de detailhan del met speciaal voor hen ontwikkeld publici teitsmateriaal als affi ches, stickers enz. de campagne mee onder steunt. De konkurrentle op de Ne-' derlandse meubelmarkt speelt zich niet alleen meer af op het niveau van de in- dviduele meubel winkelier, maar ook en In toenemen de mate op het niveau van meubelwinkel concentra ties. Een van de meest markan te voorbeelden b de Paral lelweg, ook wel (meubel boulevard" genoemd, te Beverwijk, die de laatste jaren b volgebouwd met riante winkelpanden, waardoor de plaats de naam Meubelstad nr. 1 van Nederland heeft ge kregen. KONSUMENTENGE DRAG Een onderzoek, ruim een jaar geleden, naar het kon- sumentengedrag bij aan schaf van artikelen, leverde als belangrijkste uitkoms ten op dat ca. 70% van «te dagelijkse gebruiksartike len in de eigen woonomge ving wordt gekocht. Dat voor de aanschaf van duurzame konsumptiegoe- deren de afstand totaal geen bezwaar is. De kon sument is gewoon bereid voor oriëntatie grote af standen af te leggen. Het assortimentsaanbod speelt juist in het laatste geval de belangrijkste rol. Een vestigingsplaats als de meubelboulevard te Bever wijk biedt het assortiment saanbod op meu beige bied, dat in de verre omtrek ontbreekt en dat ook de binnenstad van Amster dam niet meer heeft, hoe wel er nog steeds goede winkels te vinden zijn. De concentratie is voor de konsument echter van doorslaggevende aard bij het besluit Beverwijk op te zoeken. Wat langzamerhand wel duidelijk geworden is, dat konsumenten zich niet wensen te gedragen vol gens de door planologen op eenvoudige norm getallen gebaseerde konseptie. Er is teveel gedacht vanuit de aanbodzijde, terwijl be gonnen had moeten wor den bij het gedragspatroon van de konsument en bij de verwachtingen omtrent de ontwikkeling van het ge dragspatroon. De 'konsument reageert natuurlijk niet alleen op een grote concentratie van winkels. Ook op goed on dernemerschap, goed as sortiment, aantrekkelijke bediening, etc, wordt wel degelijk gelet. Indien dat niet in voldoen de mate aanwezig is, dan kunnen ook de vele vier kante meters vloeropper vlakte tenslotte niet voor komen, dat het rendement terugloopt. Op de meubel boulevard is daar geen sprake van. De Internationale Meubel beurs Utrecht is voor de vak handel geopend van maandag tot en met vrij dag. Zaterdag en zondag zijn publieks dagen. De openingstijden zjjn van maandag 10 tot en met vrjjdag 14 september van 09.00 - 17.00 uur. Zaterdag 15 en zondag 16 september van 10.00-17.00 uur. Het eiken meubel neemt sedert de aanvang van de zeventiger jaren een over heersende positie in Ne derland in zowel wat de produktie betreft als ook de marktvraag. Volgens velen in de bran che is er wd sprake van een stabiliteit in de afzet. De groei is eruit, maar desal niettemin kan men spre ken van een hoge penetra tiegraad. hi 1978 werd faty de afzet van kastmeubeien ca. 60% in eigen gerealiseerd. Bjj altijd problemen gekend met het maken van een modern meubel. De ge middelde meubelfabrikant ziet kans binnen de nostal- gietrend zich beter te ma nifesteren dan in jaren mo gelijk was. Dat komt voor al omdat hij een kwalitatief beter meubel kan maken, dat een goede prijs kent. Omdat het veelal om een min of meer ambachtelijk meubel gaat, kunnen zich ook kleinere industrieën handhaven. Het heeft ove- meubelen, qua volume- omzet weinig invloed heb ben op de markt. Er zijn bijna geen mensen, die bewust naar een be paald meubelprodukt vra gen zelfs niet als het om ei ken gaat, dat zo wijd en zijd verbreid is. De aan koop is meestal een beslis sing, die door allerlei fak- toren is beïnvloed. Het modekenmerk is slechts één facet (hoewel beslist heel belangrijk) waarop een koop plaats vindt. Overigens speelt rigens ook nadelige conse de andere meubelgroepen quenties, omdat deze vorm mode wel een rol bij de be- Ilgt dit percentage wat la- van produktie gebaseerd is kleding van, zitmeubelen op een niet industrieel tijd- waar Ideur en stof variëren, perk. Het betekent namelijk, dat de technologische ontwik keling van de meubelpro- duktie wordt afgeremd. ger, maar het beweegt zich toch ook op een hoog ni veau. Dat deze ontwikkeling zich in de zeventiger jaren zo sterk heeft voorgedaan heeft te maken met een groot aantal faktoren. De ontwikkeling van de konsumentenvoorkeur voor de warme bakker, het oude ambacht, de nostal gie waren voor ontwerpers en fabrikanten de peilers, waarop zij enkele jaren ge leden de ontwikkeling van het boeren eiken meubel baseerden. Want eiken meubelen wa ren dan al veel langer be kend op de Nederlandse markt, een echte eiken stijl welke in brede lagen van de markt werd geaccep teerd, dateert vanaf mid den zeventiger jaren. Het eerlijke massief boe- reneiken meubel kreeg zijn kans, nadat de eerste gene ratie moderne meubelen van na de tweede werel doorlog door veel konsu menten werden afgedankt. Grote groepen Nederlanders hebben zich MODE - ELEMENT Hoewel velen, dat niet of nauwelijks voor mogelijk hidden, hebben Neder landse meubelontwerpers de laatste jaren toch kans gezien mode te brengen binnen het dgen meubel- gebeuren. Het massief eiken bóeren- meubel werd in eerste in stantie vaak voorzien van gewelfde vormen. De laat ste jaren hebben diverse ontwerpers voor een verso bering gezorgd, waardoor het boereneiken zelfs in komblnatie met moderne meubelen een harmonieus interieur kan vormen. Vooral fafj de losse eiken kasten is deze versobering merkbaar aanwezig. Er h Eiken is een houtsoort, die er in de meubel sektcr waarschijnlijk wel nooit uit zal gaan. Zolang het eigen tegen een redelijke prijs verkrijgbaar zal blijven zal het voor meubelen worden verwerkt. Het is een mooie houtsoort die goed te verwerkken is en daardoor prettig voor de meubel producent. Dat is vermoe delijk ook de verklaring dat de laatste tijd zelfs de fabrikanten van moderne wandsystemen in Neder land, die voorheen nog veelal andere fineren toe pasten, nu ook kiezen voor overigens geen overhaaste eiken. Men gaat zelfs zover modeontwikkeling meer, delen van systeemwanden zoals dat in vroegere perlo- in eiken massief te maken, den vaak voorkwam. De naturelkleur durft men De trend vereist wel een langzaamaan toe te passen bewust afgekeerd van de kille zakelijkheid, zoals die permanente bewaking van en het mag geen verwonde- samen kunnen gi door de Goed Wonen Stijl- stijl en kwaliteit De mees- ring wekken, indien juist in brede ontwikkelt groep in de vijftiger en zes- - - - tiger jaren werd gepropa geerd. In deze periode is Ne derland wat doorgeslagen in koelheid wat het inte rieur betrof. De vervreem ding die uit die situatie voortkwam vindt thans een overcompensering in de nostalgie, die in ae meube len dan weer tot uiting komt door het eiken meu bel. In het huidige moder ne meubel is zeker enige romantiek terug te vinden. Er zit overigens veel logica in deze eiken meubelen, zoals die met name in Ne derland gemaakt worden' De meeste Nederlandse meubelfabrikanten hebben te fabrikenten weten een de tachtiger jaren een so- sterke produktbeheersing bere eikenmeubelstijl vrij te realiseren. De meubelin- al; alge zal I meen het bepalen. mar kt beeld onderkennen, een funktie- industrie. Dat betekent ONGEMAKKELIJK wel, dat de fabrikanten, ook al maken ze nog zulke Hoe we het overigens wen- mooie en kwalitatief goede den of keren, het ontwer pen van eiken meubelen zal voor vele ontwerpers een zeer ongemakkelijke materie zijn en Ujjven. Een van de punten namely k, waarom groepen konsu menten voor het eiken (meestal boeren) meubel kiezen, is de weinig kwets bare vormgeving, waarmee men bedoelt, dat het effekt van de vorm niet door een deuk of kras verloren kan gaan. Zo is het met antieke meu belen, hetgeen voor velen het belangrijkste krlterium is. Het geconditioneerd zijn van de meeste meubelon twerpers, mede ten gevolge van hun oplading, maakt dat er op vele punten op nieuw aan de basis begon nen moet worden. De meu belontwerper, die zich met de materie bezighoudt, heeft enkele jaren geleden eens opgemerkt, dat als het eiken meubel en zelfs het zogenaamde klassieke, een ontworpen meubel wordt, dat dan de moeilijkste stap gezet is. Er wordt dan een proces op gang gebracht, dat vervol gens in fasen alsnog door de fabrikanten én ontwer pers zo vurig begeerde ra tionalisatie kan leiden. Als de kriteria, die bij het ontwerpen van eiken meu belen als regel geldig blij ven, dan zal deze gang van zaken vruchteloos maar vol nieuwe mogelijkheden blijken. Dan zullen spoedig, maar zeker binnen de tijd, die voor zulke ontwikkelingen staat, de wat speelser, min der strenge vormen van het zogenaamde klassiek met de wat speelser en wat minder strenge vormen van het zogenaamde modern ;aan in een ing van het wonen' We verwachten dat dit voor de fabrikanten en ontwerpers vooral van ei ken meubelen in de tachti ger jaren zal zijn wegge legd. Een toekomstper spectief met zeker blijven de kansen voor de Neder landse meubelindustrie' ■'V

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1979 | | pagina 78