Over de groene zóne en het verdwenen Sterrebos w/i 'M SCHIEDAM Momenteel wordt het Schiedamse ge meentebestuur druk gedeli bereerd over een reeds ja ren geleden in het vooruit zicht gestelde aaneenslui ting van het Julianapark en het Volkspark. Of dit wel of niet zal gebeuren speelt voor de bezoekers aan beide parken feitelijk geen enkele rol. Voor volmaakte rust moet men tegenwoordig de plekken met een kaarsje zoeken. Voor wat Schiedam betreft komen qua geluids hinder de twee parken er nog genadig af. Vooral in de vroege ochten duren en bij het vallen van de avond ;en verder op zon en feestdagen is het hier goed toeven. «tl; - O - X ,v "Xv- WANDELKAART OOTT ICMNM V r - "Cr\ o« A'*' T >t >f 'T Y T>p-. =fy/ JA TJ- HET NIEUWE STADSBLAD - PAGINA 29 - VRIJDAG 11 JANUARI 1980 X Als „groenstad" loopt Schiedam toch nog voorop Sinds 1970 worden de parken en plantsoenen van de stad stelselma tig aaneengesloten door de aanleg van tussenliggende plantsoenstro ken en parken. Voorbeelden hier van zijn de parken Stricklede, Harga-noord, Poldervaart, Kethel- oost, park Blijdorp, overgangsge bied Blijdorp, Prinses Beatrixpark, Poldervaart, Spieringshoek en park Kethel. Hierdoor ontstaat een groene zóne welke dwars door de stad slingert vanaf de Maasboulevard tot aan Midden Delfland, met enige uitlo pers tot diep in de woonwijken. Aan het totale stedelijke groenbe- stand zijn hieraan nog toe te voegen bomen en heesters in de stadswij ken en de beplantingen op de sport complexen en volkstuincomplexen. Volgens gegevens, verstrekt door de hoofdafdeling Plantsoenen van de Dienst Gemeentewerken, loopt de groenvoorziening in de ge meente parallel met de stadsuit breiding. Tot voor het uitbreken van de tweede wereldoorlog be droeg het stedelijk groen plm. 4 m2 openbaar groen per inwoner. Na dien is een sterke stijging opgetre den. In 1945 was dit 10 m2 en in 1958 zelfs 12 m2. Later ging het sprongs gewijs omhoog. In 1965 bedroeg het groen nog 25 m2 en in 1977 was het al 38,5 m2. Aan deze toename is ui teraard de milieuverbeterende funktie van het stadsgroen niet vreemd. Groen kreeg ook meer en meer een recreatievedecoratieve en edua- catieve funktie. Meer vrije tijd en de gepropageerde bezigheidsthera pie voor mensen die buiten het ar beidsproces vallen. Het bewijs is met deze becijfering geleverd dat men bij de Dienst Plantsoenen ook hierop inspeelt. STERREBOS In zijn glorietijd heeft het inmid dels geheel verdwenen Schiedamse Sterrebos met het Havenhoofd een belangrijke funktie vervuld als mo gelijkheid voor recreatie. Over het ontstaan, omstreeks 1909, van het bos, aangelegd met stervormige wandelpaden; de luister en de toen reeds gedeeltelijke aftakeling, is ui teraard het nodige „geboekstaafd". Onder de titel; „25 jaar lustwa rande" schreef tuinarchitect J. K. Dominicus, in die tijd hoofd van de Dienst Plantsoenen, stichter van het Julianapark en van het Volks park, een fraai geïllustrrerd boek werkje. Het werd uitgegeven door het door de burgerij gevormde Sterrebos-co- mité in het jaar 1934. De schrijver belicht hierin onder andere het voorspel van de aanleg. Een ware prelude die inzet bij laag gelegen griendlanden, rijk aan riet en bieslanden. Een heerlijk stukje natuur onderhevig aan getijen met kronkelende kreekjes en een rijk vogelbestand. Een ideaal oord voor het maken van roeitochtjes. Weini gen kenden dit ontoegankelijke ge bied dat een vluchtoord was voor verliefde paartjes maar ook voor visstropers en klandistiene jagers. PROTESTEN Uit de nu volgende samenvatting van dit met veel liefde voor de na tuur geschreven boekwerkje moge blijken, dat de plannen voor een bosaanleg op protesten stuitte van de zijde der natuurvrienden. De voorstanders van een verdwij nen van de grienden voerden aan dat de bevolking, behalve van het Hoofd, geen gezicht had op de ri vier de Maas. Dat zou anders wor den als 70 hectare grond zou wor den opgespoten waardoor een vaste oever zoè ontstaan, bij ouderen on der de Schiedammers nog bekend als de „Maaskant", einddoel van een boswandeling. In 1908 begonnen de werkzaamhe den. De baggerspecie kwam uit Rotterdam waar de Waalhaven werd gegraven. Ter voorkoming van eea wildernis was het plan ge rijpt het opgespoten terrein in cul tuur te brengen. Het gedeeltelijk te bebossen en het, met de aanleg van goed begaanbare buitenwegen, be hoorlijk toegankelijk te maken. Im mers de toekomstige bestemming van het te verwerven gebied was x '*<r v e f... <5 t A i"'.r Xx' Xx Een doorkijkje in het Volkspark dat in de loop der jaren is doorgetrok ken tot aan de Vlaardingerdijk. Het verlengde van de Stadhouderslaan waar, als de plannen doorgaan het Julianapark moet overgaan in het Volkspark. handelsterrein voor een stad waar de jeneverindustrie reeds op z'n re- ^pur was. Om een snelle ontwikkeling te be vorderen plantte men bomen en "planten die vlak wortelen. Ze moes ten snel groeien en niet overgevoe lig zijn voor wind. CREDIT Derhalve viel de keuze op populie ren, wilgen en elzen. Voor de plan- tingsproeven stelde de raad een krediet van 1000 gulden beschik baar. Op het enige hoog gelegen ge deelte werd een kwekerij aangelegd van 9000 populieren. In juni van dat jaar werd bij de raad een officieel voorstel tot de aanleg ingediend met tekeningen en begroting. Dienovereenkomstig viel het besluit de buitengronden in cultuur te brengen. Op de landtong was ruimte gereserveerd voor de aanleg van volkstuintjes (het zou den de eerste in Nederland gaan worden). Het poldertje Zuidgors (nu Wilhel- minahaven) bleef verkleind be staan. Reeds in de jaren 1908 en 1909 werd de ondergelopen polder benut als ijsbaan door de Schie damse IJsclub. De rest van het te winnen land, 56 hectare groot, zou worden doorsneden met een aantal landwegen (laantjes) in de vorm van een ster. Tussengelegen vakken werden be stemd voor bouwland. In oktober werd met de aanleg begonnen. Deze moest voor april 1909 klaar zijn. Voor de uitvoering dienden werklo zen en vast personeel van de Ge meentelijke Plantsoenendienst. Al les verliep na de nodige trubbels volgens plan. Er waren toen 3500 boompjes geplant en 200.000 stek ken voor het kreupelhout. Het bos in wording telde toen 6.588 meter wandelweg. Totale kosten 8000 gulden. De bevolking moest het gebruik van het bos nog leren kennen. Ter bescherming van de jonge aanplant was het alleen te betreden met een wandelkaart, die eerst op de ge meentelijke secretarie en later op het hoofdbureau van politie op de Grote Markt verkrijgbaar was. De houder van zo'n wandelkaart was verantwoordelijk voor de per sonen die in zijn gezelschap het bos bezochten. In het eerste jaar wer den 870 wandelkaarten afgegeven. In 1911 was het aantal gestegen tot 2319. De bordjes „verboden toe gang" werden tot in 1916 gehand haafd. Eind mei 1909 werd de eer ste boswachter aangesteld. Hij kreeg zijn ambtswoning achter de Diefhoek, grenzend aan de bos- hoeklaan die met zijn 1100 meter lengte de hoofdlaan van het Sterre bos was. In 1911 was een heersende droogte gunstig voor de bosontwik keling. De natte bodem droogde zo dat een terrein ontstond met veel klei en veen. Door het dieper in dringen van de wortels kregen de bomen meer groeikracht. Vooral de populieren vormden een zwaar bla derdak. Zo zwaar, dat tijdens een hevige na jaarsstorm zowat alle populieren van het bos geheel of gedeeltelijk ontwortelden. Wat er gedurende de oorlogsjaren 1940/1945 nog van het bos over was werd opnieuw door een zware storm geteisterd. Veel oude bomen sneuvelden. Het was een buiten kansje voor de omwonenden en zelfs uit de stad. Het waren voor namelijk huisvrouwen die er met de kinderwagen of ander klein ge rei en de zaag opuit trokken voor het verkrijgen van takkenhout voor verwarming en kokerij. De mannen bleven liever uit de buurt van het bos om niet te wor den opgepakt door de bezetters. Voor de vrouwen was de jacht op brandhout ook niet zonder gevaar. Regelmatig waren de geallieerde vliegtuigen boven de werf Wilton Fijenoord om deze te bombarderen. VOLKSPARK De uiteindelijke bestemming van het bos begon reeds in 1914 te nade ren. De Scheepsbouw Maatschappij „Nieuwe Waterweg" kreeg 14 hecta ren grond in erfpacht. De werf zou later met nog eens 8 hectaren wor den vergroot. Andere vestigingen knabbelden later nog het nodige af van het lustoord waarvan ten slotte 32 hectaren overbleef. Toen kwam het Volkspark want met een vooruitziende blik was te zien dat er uiteindelijk van het Ster rebos maar weinig zou overblijven. Het park werd gesitueerd op een stuk opgespoten weiland gelegen tussen de Westfrankelijksedijk en de Stadhouderslaan. De kosten van aanleg waren laag. Men had goed kope werkkrachten en bovendien bracht een bestaande rij iepenbo men 8600 gulden op. In 1933 werd de eerste aanzet tot de aanleg van Het Volkspark gegeven; uit te voeren in het raam van de werkverschaffing. Uit die tijd da teert ook het toenmalige voetbalter rein van SW dat later zou worden verplaatst naar Sportpark Harga, overigens onder zwaar protest van alle gorzenaren. Met de opbrengst van de laatste delen van het Sterre bos, verkocht aan Wilton Fijenoord, liet de gemeente het Prinses Bea trixpark verder aanleggen. De ba sis hiervan was reeds als een pro ject van de werkverschaffing eer der aangelegd. Als een compensatie voor het ver lies van het laatste restje bos mocht de Schiedamse bevolking wandelen op het fraaie sportcomplex dat Wil ton Fijenoord hier voor het perso neel had gecreëerd. Het was omge ven met rustiek laantjes waar tij dens de lente broedende vogels kwinkeleerden. Het was juist in de lente dat het houtgewas moest wor den gekapt om plaats te krijgen voor de bouw van een groot bouw- dok. In die dagen leipen de jongens met jonge vogels te sjouwen, af komstig uit verstoorde nesten. Het is allemaal verleden tijd. Wat geweest is komt nooit meer terug. De Schiedammers kunnen prat gaan op hun groenvoorziening van dit moment die niet onder hoeft te doen van die in nabuursteden. Een Prinses Beatrixpark, waarin de bosaspecten zich meer en meer gaan aftekenen, is een kostbaar be zit. Wandel- en fietsroutes, welis waar nog niet overal qua aanplan ting van groen geheel volgroeid, vergoeden veel voor het verlies van het eens zo bij de kenners ge liefde Sterrenbos.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1980 | | pagina 29