WOONDROOM WOONNIEUWS WOON BAROMETER _A SiaSDTJ s:JÊk WOONNIEUWS Kadaster: Vraagbaak Houtskeletbouw (HSB) mag zich langzamerhand verheu gen in een groeiende belangstelling. Deze bouwmethode, baarbij alle dragende elementen boven de fundering (dus wanden, vloeren en dak) van hout geconstrueerd zijn, wordt steeds populairder. In Scandinavië, Canada en Noord-Amerika wordt houtskeletbouw op grote schaal toegepast. Toch bekeken de nuchtere Hollanders het bij de introductie in 1968 met argwaan en terughoudendheid. Men verwachtte concurrentie voor de bestaande bouw technieken en materialen. Daarnaast vond men de huizen gehorig, brandgevaarlijk en kostbaar in onderhoud. Een en ander komt voort uit de diepgewortelde „baksteencul tuur" die in Nederland bestaat. Zorgvuldig onderzoek en uitgebreide voorlichting hebben geleidelijk aan tot een wat grotere acceptatie geleid. De vooroordelen blijven echter hardnekkig bestaan, vooral van de kant van de consumenten. Die zijn nog steeds bang om in een „houten huis" te wonen. Brandgevaar buitenland Concurrentie Isolatie Vooroordelen Voordelen NIEUWS Doe-het-zelf dubbelglas zelf zorgt voor een doorbraak op LuchtVerWarming dit terrein. De redaktie heeft in ;Stijlvol herenhuis in Schiedam De winterschilder Woningmarkt en rente Woningmarkt Rente Het kopen van onroerend goed Zelfdenkende schoorsteen klep Leidingisolatie aantrekkelijk Informatie Grens- uitzetting Kadastraal recht Houtskeletbouw: meer dan wonen in een houten huis Vreemd want voor ons hebben ge neraties Hollanders in een houten huis gewoond. Nederland kende lang geleden een uitgebreide hout- bouwtraditie. In de prehistorie was hout al een belangrijk bouw materiaal. Na een lange ontwikke ling bereikte houtbouw zijn hoog tepunt in de late middeleeuwen. Op dat moment was de techniek dusdanig geperfectioneerd dat men in staat was gigantische hou ten huizen te bouwen, van zeven verdiepingen. Deze technisch hoogwaardige bouwmethode werd toch verlaten. Houtschaarste en brandgevaar waren de belangrijkste oorzaken. In de middeleeuwen kwamen enorme inferno'sregelmatig voor. Hele stadsdelen brandden in één keer af. Een voorbeeld van een dergelijke ramp is de brand die in 1666 in Londen woedde. Meer dan de helft van het centrum van de stad viel ten prooi aan de vlam men. Stadsbesturen reageerden met het stellen van steeds stren gere eisen. Houten schouwen, daken en bouwmuren werden ver boden. Het houtskelet als dra gende constructie van de woning bleef nog tot het einde van de ne gentiende eeuw bestaan. Tegelij kertijd daalde de hoeveelheid be schikbaar hout. In de loop der eet^wen waren ten behoeve van de verdedigingswerken en scheeps bouw, bijna al onze eikenbossen gekapt. Er bleef heel weinig hout voor de huizenbouw over. Nood gedwongen ging men op zoek naar ve.vangende materialen. Neder land was rijk aan natuurlijke grondstoffen om bakstenen te ma ken. Daarom ontstond gaandeweg de „baksteencultuur" die we nu nog steeds kennen. be bakermat van de huidige hout skeletbouw moeten we zoeken in HSB-woningen op een kleine vijf tienduizend. Dit jaar verwacht men er circa drieduizend te bou wen. Mensen uit de bouwwereld be schouwden het aanvankelijk als een directe concurrent voor de be staande manier van werken. Men beargumenteerde dat in Neder land voldoende natuurlijke grond stoffen zoals zand, grind en klei voorhanden waren, en dat de be staande baksteenbouw gehand haafd moest worden. Hout moest immers worden geïmporteerd en dat zou negatieve effecten hebben op onze betalingsbalans. Deze, ook vandaag de dag nog te horen, argumenten van de traditi onele bouwers zijn weinig steek houdend. De heer J. Teijmema, voorzitter van de Vereniging van gipskartonplaten dampremmende folie - minerale wol - beschieting - bouwpapier (waterkerend, dampdoorlatend) spouw (zonodig) spijkerregels (zonodig) gevelbekleding Fig. 2. Buitenwand met houten gevelbekleding het buitenland, met name in Scan dinavië, Canada en Noord-Ame rika. De houtvoorraad was in die landen zo groot dat schaarste geen rol speelde. Vanuit de primitieve blokhut ontwikkelde zich een lichter type huis. Door de voor uitgang van de techniek was men steeds beter in staat het hout te beweken. Uiteindelijk ontstond de hoogwaardige houtbouw die wij nu kennen onder de naam „hout skeletbouw". In ons land werd HSB in 1968 door de Stichting Bouwresearch en het Hout Voorlichtingsin stituut geïntroduceerd. Een rege ringsdelegatie ging een kijkje ne men in Canada, vijf jaar later, en kwam enthousiast terug. Men had zich laten overtuigen van de mo- gelijkheiden van energiezuinig en goedkoop bouwen met hout. fc-v Tien jaar later-wordt er echter nog steeds weinig op deze manier ge bouwd. Men schat de totale hoe veelheid inmiddels gebouwde Houtskelet bouwers, vertelt: „Als het aandeel van de HSB in de to tale bouwproductie in Nederland twintig procent zou bedragen (dit is de verwachting van de jaren ne gentig: red.) dan maakt dat slechts zeven procent van de totale naald- houtinvoer in Nederland uit. Daarnaast denk ik dat bij een goed aanplantbeleid in de hout- producerende landen de aanvoer constant kan blijven, en dus de prijs. Onze eigen grondstoffen daarentegen raken op den duur wél uitgeput". Langzaam daagt het besef dat HSB niet zozeer als een concur rent van, maar als een aanvulling op de traditionele bouw gezien moet worden. ten voor HSB-huizen hogere pre mies te vragen mag voor de brand veiligheid wel het beste bewijs vor men. Overigens zijn er ook in Ne derland assuradeurs die de nor male premie voor dit type huizen vragen. Het onderhoud aan een HSB-wo- ning hoeft eveneens niet duurder te zijn. De buitengevel bestaat uit hout, plaatmateriaal, pleisterwerk of steen. In Nederland is dat laat ste gebruikelijk. Aangezien het houtskelet zelf onderhoudsvrij is, vergt een dergelijk huis dus even veel onderhoud als een 'stenen huis'. Ook houten buitengevels kunnen gemaakt zijn van onder houdsvrij hout, of van hout dat slechts zeer weinig onderhoud vergt. De geluidsisolatie van HSB-wo ningen voldoet aan de wettelijke norm. Praktijkmetingen hebben zelfs veel betere isolatie aange toond als vereist. Waar houtske- letbouwers echter het liefst de na druk op leggen is de warmte-isola- tie. Op dat gebied kent HSB grote mogelijkheden. Die mogelijkhe den komen voort uit de specifieke bouwwijze. Bij de Nederlandse HSB-methode wordt op de funde ring een zogenaamde (houten) muurplaat bevestigd. Deze muur plaat, die tegen optrekkend vocht wordt beschermd door bijvoor beeld plasticfolie, vormt de basis voor alle verdere bouwelementen. Haaks op de muurplaat komen de stijlen te staan. Dat zijn rechthoe kige balken met een gestandari- seerde minimummaat van 40 bij 90 mm. Tussen de stijlen wordt vervolgens isolatie, bestaande uit minerale wol, aangebracht, die even dik is als de stijlen diep zijn. Negentig millimeter dus. Overi gens kan men die isolatie dikker maken door de stijlen zwaarder uit te voeren, zonder dat dit veel - duurder wordt. Als we bedenken dat de norm voor isolatie een dikte van 45 mm is, springt HSB er dus gunstig uit. xibiliteit treffen we ook binnen shuis aan. Niet dragende binnen wanden kunnen na de bouw ge makkelijk verplaatst worden zon der hak of breekwerk. Variatie in de woningindeling blijft dus mo gelijk. Tenslotte komt HSB tegemoet aan de groeiende wens bij de consu ment om met meer mens- en mi lieuvriendelijke materialen te bou wen. Velen zullen ook daarom al een „houten huis" kunnen waar deren. Houtskeletbouw biedt veel moge lijkheden voor de toekomst. De flexibiliteit, de mogelijkheden tot isolatie en de trendmatige hang naar mens- en milieuvriendelijke materialen lijken daar borg voor te staan. Het opvoeren van de productiviteit kan tot prijsverla gingen leiden. Een belangrijke voorwaarde is de beschikbaarheid van voldoende geschoold perso neel. Daar ontbreekt het op dit moment nog aan. De betrokkenen (Centrum Hout en de Vereniging van Houtskeletbouwers) zijn hard bezig die situatie te veranderen. De houtexporterende landen zijn maar al te graag bereid om hun kennis (en producten) over te dra gen. In een land als Zweden werd in 1984 maar liefst 94% van de in totaal 34.990 nieuw gebouwde huizen in HSB gerealiseerd. Dat lijkt een aardige garantie voor de kwaliteit. Een hout-skelet woning is blijkbaar toch iets anders dan een houten keet! Ondanks de positieve geluiden blijven er hardnekkige vooroorde len tegen HSB bestaan. Wie aan houten huizen denkt zal zonder veel moeite visioenen van laaiende vuurzeeën kunnen oproepen. Toch zijn die beelden onjuist als we spreken Aver moderne houts kelet-huizen. Om te beginnen: het is in Neder land volstrekt onmogelijk om brandgevaarlijke huizen te bou wen. De brandverordeningn zijn in ons land zeer streng. Ook HSB- huizen moeten aan de geldende ei sen met betrekking tot bezwijk- duur, 'branddoorslag en derge lijke, voldoen. Het feit dat in Amerika en Scandinavië de verze keraars het niet noodzakelijk ach- Een door het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Or dening en Milieubeheer gehouden onderzoek, heeft uitgewezen dat er geringe kostenverschillen be staan tussen HSB en traditionele bouw. Voor HSB is dat gunstig te noemen. De methode is immers nieuw in Nederland, de producti viteit nog tamelijk laag. Doordat de ervaring groeit en het aantal te bouwen eenheden groter wordt zal de produktiviteit stijgen. De kos ten zullen daarmee dalen. Een voordeel is het tamelijk goed koop kunnen aanbrengen van ver sieringen zoals balkons, uitkragin- gen en schakeringen. In de traditi onele bouw laat men die zaken steeds meer achterwege vanwege de hoge kosten. Een dergelijke fle Dubbel glas is aantrekkelijk. Het kan tot aanzienlijke besparingen Dergelijke kleppen worden op grote schaal toegepast in het buitenland. In Nederland is de plaatsing ervan verboden. Ther mische kleppen zijn volgens de zo genaamde Gavo-voorschriften niet toegestaan. Motorische klep pen worden, zij het op specifieke condities, wel toegestaan. S in het energieverbruik leiden. Veel mensen worden echter door de hoge kosten ervan weerhouden. In negen van de tien gevallen wordt daarom de voorkeur gegeven aan voorzetramen. Het blad Doe-het- t i Ons oog is dit keer gevallen op een stijvol herenhuis dat is gelegen aan dé. Francois Haverschmidtlaan 35 in Schiedam. Het pand is uitstekend onderhouden en is goed geïsoleerd. He ramen zijn bijvoorbeeld van dubbel glas. Maar het pand heeft meer plus punten. De belangrijkste is wel de eporme hoeveelheid ruimte waar over de nieuwe bewoners de be schikking zullen krijgen. Het huis telt maar liefst vijf slaapkamers en ook de living is royaal. De circa 49 vierkante meter is voorzien van zogenaamd Wen- géparket. De centrale verwarming is weggewerkt in een convector- put. Het terras is vanuit de kamer bereikbaar via een schuifpui. En natuurlijk ontbreekt in dit smaak volle vertrek een open haard niet. Kenmerkend voor het tijdperk waarin dit'soort woningen werd gebouwd is de aanwezigheid van een proviciekelder. Een luxe waar aan men in de hedendaagse nieuw bouw, uit kostenoverwegingen niet meer toekomt. Het huis telt in totaal drie verdie pingen. De bovènste is een soort vliering die bereikbaar is via een vouwtrap. De eerste en de tweede verdiepin gen tellen respectievelijk drie en twee slaapkamers. Op de eerste etage is een fraaie, compleet inge richte, badkamer gesitueerd. Het pand ligt op, in totaal 263 vierkante meter, eigen grond. De achtertuin ligt op het zuidwesten. Daar ligt tevens de garage. Voor meer informatie kan kon takt worden opgenomen met Was senaar Makelaardij bv in Schie dam, telefoon 010-737933. De vraagprijs bedraagt 295.000 kosten koper. De premieregeling voor de winter schilder is zo langzamerhand bij veel mensen bekend. Het gaat om een dagpremie van vijftig gulden die door het Bedrijfschap Schil- derbedrijf beschikbaar wordt ge steld. De periode loopt van 25 november aanstaande tot en met 21 maart 1986. Genoemde vijftig gulden is het bedrag voor particuliere op drachtgevers. Bedrijven krijgen een premie van 35 gulden. Natuurlijk moet de aanvraag wel aan bepaalde voorwaarden vol doen. Voor informatie hier omtrent kunt u terecht bij uw schilder of bij genoemd bedrijf schap in Rijswijk. Het gaat goed met de woningmarkt. De situatie waarin het „Te koop"- bord binnen een paar weken is verdwenen komt weer meer en meer voor. Vorige week kwamen de eerste berichten over een renteverhoging naar buiten. Reden voor het opmaken van een tussentijdse balans. Dat het goed gaat met de woning markt blijkt eveneens uit de cijfers van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in onroerende goe deren, NVM. „In vergelijking met het vorig jaar hebben de eerste ne gen maanden van dit jaar en stij ging van het aantal transacties met negentien procent laten zien", al dus drs. E. J. Peelen, die als eco noom werkzaam is bij genoemde vereniging. „Het aanbod blijft ruim. In totaal hebben onze leden zo'n veertigduizend huizen in ver koop. Tegenover elke koper staan ruim tien woningen. De ké'uze blijft dus ruim en daarom ver wachten wij ook geen noemens waardige prijsstijgingen van dc tor tale markt. Natuurlijk kan op sommige plaatsen een zekere schaarste optreden die ter plekke tot een prijsstijging leidt. Het loopt met name goed in de lagere prijsklassen. Zeg maar tot anderhalve ton. 69 procent van de transactie speelt zich af in dat deel van de markt" aldus Peelen. Het voorspellen van-rente-ontwik- kelingen is iets waar niemand zich meer aan waagt. Het beeld is gril lig en voor een leek absoluut on doorgrondelijk. Toch kwamen de ontwikkelingen van vorige week ook voor insiders onverwacht. Wat gebeurde er allemaal. De spits werd afgebeten door het Bouwfonds Nederlandse Ge meenten. Deze instelling ver hoogde de hypotheekrente voor de leningen met een 'rentevastpe riode van twintig en dertig jaar. Respectievelijk met 0,2 en 0,3-prb- cent. Eind vorige week volgden ook in stellingen die lid zijn van de Ne derlandse Vereniging van Leven verzekeraars. De NVL verhoogde alle tarieven, dus zowel kort als lang, met 0,3 procent. Deskundigen vermoeden dat deze aanpassingen samenhangen met 'de enorme vraag naar hypotheken met de rente voor een langere tijd vast. Door deze renteverhoging zou de belangstelling iets kunnen worden ingedamd. Tegelijkertijd constateert men ook een, zij het lichte, stijging van de rente op de kapitaalmarkt. Het is dus niet uitgesloten dat de ban ken zullen volgen. De eerste signa len daarvan zijn er al. NVM-eco noom Peelen over deze ontwikke ling: „Eventuele rente-aanpassin gen zullen nauwelijks invloed heb ben. Kopers laten zich met name leiden door de totale woonlast die na aankoop ontstaat. Het gaat daarbij om de uitkomst van koop som, hypotheekbedrag en rente. Een rentewijziging met tienden van procenten heeft op die optel som geen noemenswaardig effekt. Alleen die mensen die toch al aar zelden zullen door een stijging misschien van een aankoop wor •den weerhouden", aldus Peelen. samenwerking met een Neder landse fabrikant van isolatieglas een systeem ontwikkeld waardoor plaatsing van dubbelglas voor een handige doe-het-zelver een fluitje van een cent geworden is. Het gevolg is een besparing op de kosten van vijftig procent. Glasfabrikanten en glashandel zetten overigens grote vraagtekens bij deze ontwikkeling. De koper van onroerend goed loopt risico. De grootte daarvan wordt sterk bepaald door de ken nis die de betrokkene heeft van de onroerend goedmarkt. Een lacune die kan wórden opgevuld door in schakeling van een deskundige. Schakelt de koper geen eigen ma kelaar in of een andere deskun dige dans is de kans op 'kostbare' brokken groot. Laat men door de Vereniging Eigen Huis een bouw kundig rapport maken dan is men op de hoogte van de bouwkundige kwaliteit. Met een taxatierapport in de hand weet men hoever met biedingen kan worden gegaan. Toch blijft het kopen van een woning een ha chelijke zaak. i Over de bescherming van kopers gaat een pre-advies dat onlangs is uitgebracht door mr. W. M. Kleyn, hoogleraar burgerlijk en notarieelrecht, samen met dé Am sterdamse notaris mr. A. A. van Velten. Zij constateren dat de tot standkoming van een koopove reenkomst niet aan bepaalde vormvereisten hoef te voldoen. Een mondelinge overeenkomst is voldoende en aanwezigheid van een deskundige of een schriftelijk stuk is niet vereist. Vaak leidt dat tot allerlei verve lende komplicaties. De pre-advi- seurs bepleiten daarom de invoe ring van vormvereisten. Zo'n vormvereiste zou de aanwezigheid van een deskundige, notaris en/of makelaar, kunnen zijn. Door: Marijke Sterk Afvoerkanalen van de verwar mingsketel, de gashaard, boiler of gasgeiser staan in ons land perma nent open. Deskundigen hebben berekend dat het hierdoor veroor zaakte warmteverlies kan oplopen tot vijftien procent van het aange sloten apparaat. Nu is er onlangs een apparaat op de markt geïntro duceerd dat dit zogeneemde schoorsteenverlies beperkt. Deze zogenaamde thermische zelf denkende schoorsteenklep wordt in het kanaal geplaatst. De klep opent automatisch op het moment dat rookgassen opstijgen. Daalt de temperatuur dan sluit de klep zich automatisch. Luchtverwarming in eengezinswo ningen heeft in ons land nooit een grote vlucht genomen. De oorza ken daarvoor moeten vooral wor den gezocht in de onbekendheid met dit verwarmingssysteem. De toepassing in onvoldoende geïso leerde woningen met een slechte kierdichting, heeft geleid tot de gedachte dat luchtverwarming een synoniem is van een hoog energie verbruik. Andere bezwaren zoals tocht, la waai en een slechte regelbaarheid vinden hun oorzaak in tekort schietende installatie-technische uitvoeringen. In 1984 zijn het Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en de Nederlandse Ener gie Ontwikkelings Maatschappij BV gestart met een onderzoekpro gramma genaamd 'Luchtverwar ming in eengezinshuizen'. Uit dit onderzoek blijkt dat het energieverbruik van luchtverwar ming met gebalanceerde ventilatie en warmteterugwinning weinig afwijkt van dat van een warmwa- ter-cv zonder warmteterugwin ning. Het moet daarbij wel gaan om goed geïsoleerde en lucht dichte woningen. Het voordeel dat de LV bie^t bo ven de cv varieert met het rende ment van de warmteterugwinning. Bij vijftig procent bedraagt het zo'n driehonder kubieke meter. Nadelen van de luchtverwarming zijn de vermoedelijk hogere aan schafkosten en het onderhoudsin- tensievekarakter. Toch lijkt luchtverwarming duidelijk bezig te zijn aan een come-back. Sinds een aantal weken loopt in Zuid-Holland de actie 'Zuinig Stoken'. Ook onze bladen doen hieraan mee en regelmatig vindt u daarom overzichten met ver bruikscijfers in deze krant. Een dergelijke actie is al eerder in an dere regio's gehouden. De resulta ten waren bijzonder goed. De al dus verkregen besparingen va rieerden van vijf tot een kleine tien procent. Dat betekent dus al gauw een bedrag van honderd gul den. Een besparing die als het ware in een handomdraai gereali seerd kan worden. Eenvoudig aan te brengen, betrek kelijk goedkoop en zeer effectief is leidingisolatie. Ongeïsoleerde leidingen in kruipruimtes, toch tige garages en onverwarmde zol ders veroorzaken een warmtever lies van zo'n tien tot twaalf pro cent. Isolering zorgt voor een be sparing per meter leiding van circa vijftien gulden. Uitgaande van een investering van gemiddeld 7,50 per metef. is de hele investering binnen een jaar terugverdiend. Een exact beeld van wat er in de loop der jaren met een perceel grond is ge beurd krijgt men door een bezoek te brengen aan het Kadaster. Het is een over heidsinstelling die elf pro vinciale kantoren omvat. Initiatiefnemer tot de op richting was Napoleon. In 1832 ging het Kadaster van start met als belang rijkste doelstelling, de be vordering van de rechtsze kerheid ten aanzien van onroerend goed. Het raadplegen van de in formatie van het Kadaster kan voor (toekomstige) ei genaar-bewoners zeer de moeite waard zijn. m Om welke informatie gaat het in dit geval? Bij het Ka daster kunt u exact te weten komen hoe groot een be paald perceel is. Waarvoor het gebruikt wordt. Wie de eigenaar is. Waar de grens met aangrenzende percelen loopt. Of er een hypotheek op rust. Of er zakelijke rech ten zoals erfdienstbaarhe den op gevestigd zijn. Enzo voort enzovoort. Overweegt men dus een huis te kopen dan kan een bezoekje aan het Kadaster zeer verhelderend werken. Want genoemde informatie is allemaal openbaar. Zij het dat aan die informatiever strekking wel bepaalde kos ten verbonden zijn. Zo kan een aspirant-koper natrek ken of de verkoper daadwer kelijk de eigenaar is en wat hij er indertijd voor betaald heeft. Gegevens die tijdens de onderhandelingen van groot belang kunnen blijken te zijn. Discussies over „van-wie wat-is" komen vooral tus sen buren veelvuldig voor. De g :amenlijke erfafschei- ding' is het onderwerp waarop zich de vragen door gaans toespitsen. Bij het Kadaster beschikt men over kaarten waarop de grenzen van alle percelen grond in ons land exact zijn weerge geven. Die kaarten worden nauwkeurig bijgehouden. In dat kader is het van belang te weten dat dergelijke kaar ten ook bij de gemeente I kunnen worden ingezien. Die afschriften zijn echter niet up-to-date. Soms blijkt men er aan de hand van de kaart niet uit te komen. In zo'n geval kan men het Kadaster verzoe ken om een grensuitzetting te doen. De grens wordt dan ter plekke gereconstrueerd en tegelijkertijd zichtbaar gemaakt. Op dat moment is voor alle betrokkenen duide lijk hoe en waar de erfaf- scheiding exact loopt. Der gelijke opmetingen worden ook verricht wanneer een perceel gesplitst wordt. Aan zo'n grensuitzetting zijn na tuurlijk bepaalde kosten ver bonden. Vooraf kan men daarvan een indicatie krij gen. Notariële akten zoals de transportakte en de hypo theekakte moeten dus wor den ingeschreven in het Ka daster. De notaris die bij dé verkoop betrokken is ziet er op tóe dat dat ook daadwer kelijk'gebeurt. Aan die in- schrijving zitten bepaalde kosten vast. Voo( de in- schrijving van ee'n trans- portakte geldt een vast ta rief. Het gaat dan. .jom een paar honderd gujtferi. Aan- rherkelijk hogere bedragen; zijn gemoeid met de in-In schrijving van de hypo-' theekakte. Die kosten varië ren met de hoogte van het I hypotheekbedrag. Voor een; hypotheek van twee ton be taalt men aan kadastraal: recht een bedrag van ruim :eshonderd gulden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1985 | | pagina 17