Stichting STAT coördineert hulpverlening in gehed Nederland via landelijk 06- nummer Misverstanden ins^pj^werklhg Hill en andere welzynsmsteliiiigen, ziekenfondsen en particuliere «iektekosïeör. verzekeraars I HET NIEUWE STADSBLAD - WOENSDAG 30 MAART 1988 PAGINA 23 Voor patenten waarvoor dat nodig is, is thans over al in Nederland 'aanvullen de thuiszorg' beschikbaar. Deze verpleegkundige hulp is voornamelijk bedoeld om degenen die dat wensen voor onnodige ziekenhuis opname te behoeden, óf om er de duur van zieken- huisverpleging zoveel mo gelijk mee te bekorten. De situatie van de betrokken patiënt, zowel medisch als soci aal (verzorging) dient wèl aan bepaalde eisen te voldoen. Bo vendien wordt de 'aanvullende thuiszorg' alleen gegeven als het om tijdelijke verpleging gaat. Voor de aanvragers van deze hulp is door de landelijk wer kende Stichting Aanvullende Thuiszorg (STAT) een centraal landelijk telefoonnummer inge steld: 06-8212162. De Stichting STAT, waarin kruisverenigingen en ziektekos tenverzekeraars samenwerken, heeft in krap één jaar tijd een landelijk servicenetwerk ont wikkeld. In deze op dit moment vrijwel geheel afgeronde opzet wordt samengewerkt met diver se regionale kruisverenigingen en andere welzijnsinstellingen. De 'thuiszorg' wordt centraal vanuit de STAT-centrale in Zoetermeer geregeld. De heer I. Broomans, secretaris van de Stichting STAT: „Thuisverple ging is in veel meer gevallen mogelijk dan voorheen, nu wij over dit landelijk systeem be schikken. Méér dan 1000 patiënten - en hun familieverzorgers - hebben de afgelopen maanden reeds van de diensten van de Stich ting STAT, kunnen profiteren. Mevrouw Peters is één van de meer dan 1000 patiënten, die inmiddels al profiteerden van de door de Stichting STA T landelijk geboden aanvullende verpleeghulp thuis. Toen ik naar het ziekenhuis moest, wisten wij ons geen raad. Wij hebben geen auto en voor mijn man was het geen doen mij via twee bussen en een trein, steeds te ko men bezoeken. Bovendien heeft hij van het huishouden geen kaas gegeten. J- Dankzij de hulp van de Stichting Aanvul lende Thuiszorg, kon ik na mijn operatie vrijwel direct weer naar huis. Zonder wat verpleeghulp thuis, had ik nog zeker twee weken in het ziekenhuis moeten blijven. Mijn verzekeringsmaatschappij, Sterpolis/GOV, vergoedt nu de thuis- zorgkosten. De verpleegster is een schat. Voor ons is dit een geweldige uitkomst! Er is nogal wat misverstand gerezen over wat onder deze 'aanvullende thuiszorg' wordt verstaan. Bejaardenzorg en bejaardenhulp in de zin van huishoudelijke hulp of als al ternatief voor een noodzakelijke of definitieve opname in een verpleeghuis, ligt bijvoorbeeld niet op het terrein van de Stichting STAT. Ook zijn de diensten van de 'wildgroei' van kleine locale particuliere bemiddelingsbureau'? - die op commerciële basis 'verpleeghulp thuis' leveren - niet verge lijkbaar met de aktiviteiten van de Stichting STAT, die in geheel Nederland werkzaam is. De heer Broomans: „Vercommercialisering van deze aan vullende zorg, wordt door ons niet toegejuicht. In de niet- commercièle Stichting STAT werken de zorgverleners sa men met de financiers van de gezondheidszorg. Alleen zó kan overal in ons land de continuïteit van een kwalitatief hoogwaardige aanvullende thuiszorg worden gagaran- deerd". Een recent misverstand ontstond door de berichten in de NOS-journaals van vrijdag 29 januari. Daar zou uit moeten worden begrepen dat er in ons land nog geen goed werken de landelijke 'aanvullende thuiszorg-organisatie' zou zijn en dat er over de 'aanvullende thuiszorg' landelijk afspraken zouden bestaan tussen 'dè ziektekostenverzekeraars' en 'dè kruisverenigingen'. Deze zaken zijn helaas verkeerd in het nieuws gekomen en zijn in strijd met de realiteit. De heer Broomans: „De Stichting STAT werkt, als gezegd, met het kruiswerk in ons land samen. En wij hebben nu wel duidelijk gemaakt, dat er al bijna sinds een jaar een goed functionerende organisatie voor de aanvullende thuiszorg bestaat, die nu al haar 1000ste patiënt heeft verztprgd en sinds enige tijd een adequate landelijke hulpverlening kan garanderen. Er is wel overleg, maar er zijn geen 'afspraken' met de over koepelende organisaties van de ziektekostenverzekeraars. Dit kan ook nauwelijks. Wij hebben rechtstreeks contact met de maatschappijen en fondsen. Zij bepalen, ieder voor zich, zélf in hoeverre zij de aanvullende thuiszorg willen vergoeden. Nog niet alle verzekeraars hebben deze vergoe ding als mogelijkheid opgenomen in hun 'verzekeringsvoor- waarden'. Maar in de praktijk ervaren wij, dat er geen enke le verzekeraar is, die desgevraagd de aanvullende thuiszorg voor z'n verzekerden niet wil vergoeden. Wij achten het overigens geen slechte zaak, dat de Nationa le Kruisvereniging de aanvullende thuiszorg wil bevorde ren". In haast alle gevallen die zich tot nu toe voordeden, bleken de ziekenfondsen of particuliere ziektekostenverzekeraars de kosten van de aanvullende thuisverpleging als alternatief voor ziekenhuisopname gaarne voor hun verzekerden te willen voldoen". Behoefte toegenomen De behoefte om thuis verpleegd te worden, is de laatste jaren toegenomen. Patiënten en hun familieleden ervaren dit als de meest wenselijke en natuurlijke vorm van verpleging. Maar het thuis herstellen na een zo kort mogelijk ziekenhuisver blijf, of het thuis sterven in de eigen vertrouwde omgeving, is in veel gevallen niet mogelijk zonder extra hulp van deskun dige verpleegkundigen. STAT lost veel problemen op Voor de meeste van dit soort probleemsituaties kan de door de Stichting Aanvullende Thuiszorg (STAT) geboden hulpverlening de oplossing zijn. Velen die dat liever willen, kun nen nu - mits hun gezondheids toestand dit toestaat - thuis verpleegd worden: in plaats van in een ziekenhuis. De ziektekos tenverzekeraars werken hier graag aan mee. Want ook voor hen staat het belang van de ver zekerde voorop. Bovendien is het voor hen financieel aantrek kelijker om de relatief veel lage re kosten van de 'aanvullende thuiszorg' te betalen, dan die van de veel 'duurdere' zieken- huisverpleging. Wanneer komt men in aanmerking? De weg naar de hulpverlening door de Stichting STAT loopt meestal via de wijkverpleegkun dige, de huisarts of het zieken huis. Deze deskundigen weten in de regel precies welke moge lijkheden er zijn. Natuurlijk moet het medisch verantwoord zijn dat de patiënt thuis wordt verpleegd. De me dische begeleiding thuis is een verantwoordelijkheid van de huisarts. Ook moet thuis vol doende basisverzorging aanwe zig zijn. De Stichting STAT ver strekt immers alleen verpleeg kundige hulp. Wil men deze hulp zélf betalen, dan zijn er verder weinig voorwaarden of beperkingen. Wanneer de ziek tekostenverzekeraar (fonds of particulier) van de betrokken patiënt de kosten van de 'aan vullende thuishulp' zal moeten vergoeden, geldt uiteraard een aantal spelregels. Indicatiestelling Belangrijk is, vooral dan, de zo genaamde 'indicatiestelling' door de Stichting Aanvullende Thuiszorg (STAT). Een team van specialisten van de STAT beoordeelt voor deze indicaties telling zorgvuldig de situatie van de verzekerde patiënt voor wie de thuiszorg is gevraagd. Het stelt op medische en sociale gronden vast of - en voor hoe lang - van de thuiszorg gebruik kan worden gemaakt. Hierbij wordt wijkverpleegkun dig advies ingewonnen en vindt overleg met de huisarts en eventueel het ziekenhuis plaats. Ook is er overleg met de ziekte kostenverzekeraar, indien deze de STAT niet heeft gemachtigd om op basis van afgesproken re gels voor haar te beslissen. Echte aanvullende zorg De heer Broomans: „Bij de in dicatiestelling is voor ons bij voorbeeld een belangrijke over weging: de mate waarin de fa milie, of andere beschikbare verzorgers, zélf in de verzorging van de patiënt kunnen voor zien. Aanvullend op hetgeen al gedaan kan wórden, wordt dan door ons een aantal taken over genomen. Door wat wij aanvul len, moet het dan bijvoorbeeld mogelijk worden, dat een pa tiënt thuis kan blijven en niet naar een ziekenhuis hoeft. Of: dat een patiënt eerder uit het ziekenhuis wordt ontslagen. De indicatiestelling wordt dus bepaald door de vraag of zie kenhuisopname kan worden voorkomen of bekort". Voor hoe lang? de 'aanvullende thuiszorg' kan zowel overdag als 's nachts ver strekt, of beide. De ervaring leert, dat met gemiddeld 7 uur per dag 'aanvullende zorg' de meeste patiënten al kunnen worden behoed voor zieken huisopname. Aanvullende thuiszorg is geen oplossing voor stiuaties, waarin permanent of gedurende zeer lange tijd extra verpleegkundige hulp nodig is. De regel is, dat de duur van de thuiszorg maximaal zes^veken kan zijn. Er is dan nog wèl een 'herkansingsmogelijkheid' voor nog eens maximaal zes weken. Mogelijkheden waren te beperkt De heer Broomans, behalve STAT-secretaris ook algemeen directeur van de Provinciale Kruisvereniging Zuid-Holland: „De mogelijkheden om thuis verpleegd te kunnen worden, waren in ons land te beperkt. Voor zover beschikbaar, kan een patiënt thuis natuurlijk vaak hulp krijgen van familie of andere verzorgers. Maar het komt steeds vaker voor, dat er weinig of geen hulp van deze aard beschikbaar is: zeker niet voor langer dar* enkele dagen. En dan gaat het hier veelal nog alleen om de verzorging en niet zozeer om de verpleging van de patiënten. Op grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ), kan men een beroep doen op de zogenaamde 'ambu lante verpleeghulp'. Deze wordt aL sinds jaren verzorgd door de kruisverenigingen. Maar ook deze hulp blijkt in de praktijk in heel wat gevallen te beperkt. De WABZ stelt de kruisvereni gingen dan niet financiëel in staat om verder te helpen. De wijkverpleegkundigen van het kruiswerk krijgen bijvoor beeld regelmatig te maken met patiënten, die permanente of semi-permanente zorg r;n ver pleegkundige begeleiding nodig hebben. Zij kunnen hen dan zo nodig wel één tot meerdere ma len per dag bezoeken. Lang blij ven kan niet. Laat staan een dag of een paar dagen". Onplezierige situaties „Tot voor kort was er in derge lijke gevallen meestal geen an dere oplossing, dan opname in een ziekenhuis of verpleeghuis. Bijvoorbeeld voor patiënten die aan het eind van hun leven wa ren en het liefst thuis wilden sterven, kon dit hele onplezieri ge problemen veroorzaken. Ook zo'n voorbeeld van een ouder echtpaar, waarvan de vrouw die haar hulpbehoevende man thuis verzorgt, door een ongelukje af ziekte deze taak tijdelijk niet meer aan kan. Zo'n voorbeeld spreekt voor zich. Dit soort pro bleemsituaties was tot voor kort eigenlijk niet anders op te los sen, dan door in elk geval de man tijdelijk in een verpleeg huis te laten opnemen, wanneer men zelf niet in voldoende hulp kon voorzien", aldus de heer Broomans. Onnodige hoge kosten Daarnaast moeten veel mensen, die wegens ziekte, ongeval of voor een operatie in het zieken huis terechtkomen, daar dik wijls langer blijven, dan eigen lijk in verband met hun gezond heidstoestand vereist is. De re den hiervan is dan vrijwel^l- tijd, dat er thuis onvoldoende opvang- en verzorgingsmoge lijkheid is. De heer Broomans: „Al deze si tuaties zijn onplezierig voor de patiënt en veroorzaken boven dien een onnodig hoge extra toename van de kosten van de gezondheidszorg in ons land. Dat kan leiden tot hogere ziek tekostenpremies en daar is nie mand bij gebaat. Maar: deze problemen en kos ten zijn natuurlijk alleen'onno dig', wanneer het ook anders kan. De hulp van onze Stichting STAT biedt in veel van deze si tuaties nu gelukkig een goede oplossing". Al méér dan 1000 patiënten thuis verph via nieuw netwerk voor 'aanvullende zorg' *W x-:' Leven is de moeite waard i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1988 | | pagina 23