meer geld neertelde voor het Terwijl iedereen meeg hetere Ierse rundvlees, sa SS Sfa :.2* "<3Ai a MARK KIVIT EN ELS NEIJTS Op een steenworp van de molens van Kinderdijk heeft de landelijkheid het gewonnen van de efficiëntie. Op de boerderij van de familie Meerkerk staan behalve grote stallen ook her en der van hout en baksteen opgetrokken stalle tjes waar een paar runderen of schapen huizen. Door zich te specialiseren in de fok van 'luxe' vlees wist Meerkerk te ontsnap pen aan de ijzeren wet van efficiëntie die de veehouderij lange tijd heeft gedomineerd. Kleinschaligheid en een diervriendelijke bedrijfsvoering zijn er voor in de plaats ge komen. De 33-jarige Jasper Meerkerk stamt uit een boerengeslacht. Hij leidt het bedrijf samen met zijn vader G. Meerkerk. Hun boerderij Bongers Wens is gelegen aan de Lekdijk en kijkt uit op het weidse polderlandschap van Nieuw- Lekkerland. Over het erf scharrelt hier en daar een wit sierkippetje en in de van hout en bak steen opgetrokken barakken moederen een stuk of wat schapen over hun pasgeboren lammeren. Voor de wilde eenden die op de weilanden neer strijken heeft Meerkerk een stapel eendekooien aangeschaft want hij is ook een fervent jager. Dat is echter maar hobby want de voornaamste bron van inkom- sten vormen de ge middeld honderd mestrunderen. In het vroege voor jaar zoals nu, staan de runderen nog op (hun ruime) stal maar in de zomer grazen ze op de circa dertig hecta ren grasland achter de boerderij. Deze diervriendelijke behandeling heeft zowel een prak tisch als ideologi sche achtergrond. Na de invoering van de melkquota stapte Meerkerk geleidelijk over van melk- op slachtvee. De eer ste stier was voor de slager in het dorp. Daarna ver ruilde Meerkerk in hoog tempo zijn zwartbandige melkkoeien voor de roodbonte MRY-runderen, of wel Maas-, Rijn en IJsselvee. Door een vleugje Italiaans bloed staan deze runderen sierlijk op hun poten en hebben ze fijne horentje. "Dat betekent dat ook het vlees fijn van structuur is" verklaart Meerkerk het luxe kwaliteitsaspect aan 'zijn' vlees. '/S> Mestvee houden is -zeker zoals Meerkerk het aanpakt- niet voor iedere veehouder wegge legd. Dat is een vak dat je in je vingers, mis schien wel in je bloed moet hebben. Op het mo ment dat bepaald moet worden of een rund rijp is voor de slacht is een geoefend oog en een fij ne tastzin vereist. Bultje bij de staart "Een rund moet rijp zijn maar niet vet", vertelt Meerkerk. "Dat kun je zien en voelen aan het bultje bij de staart. Vroeger was het vlees zwaar gemarmerd -doorregen dus- maar daar houden de mensen niet meer van, te vet!" Hij pakt de dichtstbijzijnde hand en legt die op het bedoel de plekje. Vragende ogen van de leek vallen hem ten deel maar de eveneens aanwezig zijn de slager die het beest van zijn voorkeur komt uitzoeken, knikt bevestigend. Hij weet duidelijk wel van wanten. De aap komt al snel uit de mouw: ook de slager komt uit een boeren-nest en kiest ook in zijn tak van dienst voor de dier vriendelijke aanpak. Alle diervriendelijkheid ten spijt, voor het rund draait de vriendschappelijke band met Meerkerk uiteindelijk toch uit op het beoogde eindresultaat: geofferd worden voor de mense lijke behoefte aan het betere biefstukje. Misschien geeft Meerkerk daarom de mestrun deren geen naam. Bij hem geen bordjes met is Bertha 13 of Wilhelmina 24. Meerkerk haalt er zijn schouders over op. "Ik sta daar niet bij stil, dit is gewoon mijn vak." Wat niet wegneemt dat hij tussen de boerenbedrijven door menig koe en zelfs de gigantische stieren even kroelt en knuffelt. Wie is vandaag de sigaar? Elke donderdag loopt Meerkerk de stallen in om te bepalen welk rund slachtrijp is. De vol gende dag brengt hij uitverkoren slachtoffer in zijn eigen aanhanger naar een een kleine slach terij in Sliedrecht. "Van te voren bel ik altijd even op zodat ze alles klaar kunnen zetten", vertelt hij. "Ik houd het beest van voren vast zo dat het niet kan zien wat hem of haar te gebeu ren staat. Vóór het dat door heeft, is alles al ach ter de rug." Stieren worden geslacht als ze twee tot driejaar oud zijn, koeien doen er in het algemeen een jaar langer over voordat ze volgroeid zijn. Tot die tijd lopen ze zomers vrij in de wei en staan ze in de winter op stro- of rubbermatten op de stallen. De roosters zoals die in de bio-industrie gebruikt worden om de mest weg te laten lopen, wil Meerkerk niet in zijn bedrijf hebben omdat het slecht is voor de hoeven. En, slachtvee of niet, een paar kinderen baren mag. Ook daarin is Meerkerk diervriendelijk be gripvol. Kunstmatige inse minatie komt er bij hem in het bedrijf niet aan te pas. Zijn eigen stieren zorgen er wel voor dat lekker vrij in hel weiland menige bevruchting spontaan tot stand komt. "Zo doen wij dat toch zelf ook", grijnst hij. Soja, erwten, tarwe en vitamines Als het tegen de klok van drie loopt, worden de beesten onrustig. Ze staan op als Meerkerk de stal binnenloopt en kijken hem lodderig maar ook vragend aan: etenstijd! Meekerk komt bin nen met een kruiwagen vol smurrie die nog het meest op modder lijkt. In het voer schuilt het geheim van de smid: het is een mengsel van so ja, erwten, tarwe en vitamines. De runderen slobberen het in ieder geval tevreden naar bin nen. "Ze zijn echt heel kieskeurig", meldt Meerkerk senior, leunend op een hooivork en met een shaggie tussen zijn lippen. "Vooral bij warm weer moet je ze een smakelijk hap voorzetten anders eten ze niet." Waarna hij bij wijze van nagerecht een pluk hooi bij de beesten neerlegt, want dat is goed voor de spijsver tering. Een kwartiertje later is de rust in de stallen te ruggekeerd. De meeste dieren zijn gaan liggen en herkauwen op hun gemak de maaltijd die ze zo-even verorberd hebben. Met de paplepel In de keuken serveert moeder Meerkerk kof fie met gekookte melk. De boerderij en de der tig hecatere land aan de Lekdijk is al drie gene raties familiebezit. Grootvader Meerkerk kocht de boerderij van oom Jan Bongers. Deze laatste had geen kinderen die het bedrijf over konden nemen, vandaar dat de boerde rij 'Bongers Wens' werd gedoopt. De liefde voor het boe renbedrijf is Jasper Meerkerk dan ook met de paplepel ingegoten. "Als kleine jongen hielp ik al mee op het bedrijf. Ik moest samen met mijn vader om kwart over vijf in de morgen op om de koeien te gaan melken". Zijn moeder mengt zich nu ook in het gesprek. "Dat is niet eens zo vroeg. In mijn tijd stonden we om half vier op en 's-avonds om acht was je pas klaar met de kaas maken. Dat gebeurde in de schuur aan huis. In de winter was het wat rustiger. De koeien kalveren in het voorjaar en dan had je dus ook de meeste melk. 's-Winters had je maar een paar busjes per dag.". Meerkerk ziet zeker nog wel een toekomst voor het Nederlandse rund. "Door sommige grootwinkelbedrijven is misschien de indruk gewekt dat het vlees uit Ierland het lekkerste is maar het Maas-, Rijn- en Ijsselvee levert een zeker niet minder smakelijk stukje vlees. Ik zie dan ook zeker toekomst voor het Nederlandse rund. Misschien moet de consu ment er iets meer voor betalen maar daar staat kwaliteit tegenover". ehoüder Jasper ÉAÉatfMM slagers betrokken hun vlees al lang van vriendelijke veefokkers als Jasper Meerkerk V>:

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 1996 | | pagina 23