'Zelfs die kleine apen hebben eerbied voor me'
'Thomas Rebound' blijft VFC nog maar een jaartje trouw
ODC-jeugd profiteert van voetbalmanie ex-international Hesterine de Reus
Amateurvoetbal '97-'98
Door Erwin van der Lee
Het is opmerkelijk hoe de toon
verandert als het gesprek over
voetbal gaat. De gedrevenheid die
in het veld zo karakteristiek was
voor Hesterine de Reus klinkt
nog altijd door in haar stem. Even,
een jaar of vier, was het rustig.
Konden eindelijk de andere inte
resses ingevuld worden. Maar het
voetbaldier in haar won het toch.
Het voetbal staat weer op de eer
ste plaats. Het moet op een hoger
plan worden gebracht. Het vrouw
envoetbal in het algemeen, de
jeugd van ODC in het bijzonder.
Want sinds een jaar werkt de voet
balvereniging uit Kethel met een
jeugdplan dat onder andere zegt
dat voor elke groep een betaalde
trainer moet staan. Via jeugdvoor-
zitter Nol Roosen kwam ODC op
het spoor van De Reus en zo is de
cirkel weer rond voor de ex-inter-
national.
Op zeer jonge leeftijd bewoog zij
al hemel en aarde om te mogen
voetballen. Zij schopte het tot het
Nederlands elftal waar zij onder
Bert van Lingen de Oranje-kar
trok. Nu staat zij wederom 'op de
bres'; om de vooroordelen rondom
het vrouwenvoetbal en de vrou
welijke trainers weg te nemen. Al
heel lang bokst Hesterine de Reus
op tegen de geldende voetbalwet
ten. In Portugaal trainde zij op 6-
jarige leeftijd mee met de jongens
van haar leeftijd, maar het duurde
twee jaar eer zij om het 'echie'
mocht spelen. „Illegaal natuurlijk
want het was toen verboden om
als meisje met jongens te voetbal
len."
Op twaalfjarige leeftijd hield ook
dat op. Vanaf die leeftijd werden
immers in de middencirkel de
spelerskaarten gecontroleerd. De
Reus had echter genoeg indruk
gemaakt op verschillende buurt
verenigingen die wél vrouwen
voetbal in de gelederen koester
den. Dispensatie was nodig om
haar te laten spelen. De leeftijds
grens lag nog op veertien jaar en
tussen oudere vrouwen debuteer
de zij bij DCL als spits om een jaar
later de plek van laatste vrouw op
te eisen.
„Ik wilde hogerop en koos voor
KFC." De club uit Delft bestond
enkel uit vrouwenteams en ac
teerde op het hoogste niveau.
„Dat was wel een verschil met de
mannenverenigingen waar het
vrouwenvoetbal er maar bij
hangt. Bij KFC was sprake van
een beleid." In de vijfjaar bij KFC
werd de Reus eenmaal landskam
pioen, maar belangrijker was wel
licht haar debuut in het Neder
lands elftal. Tegen West-Duits-
land kreeg zij het vertrouwen van
bondscoach Bert van Lingen en
haar verdediging capituleerde
slechts tweemaal (2-2).
„Bert is ongelooflijk belangrijk
voor het vrouwenvoetbal ge
weest," vindt de Rotterdamse.
„Het was voorheen bijvoorbeeld
verboden om tegen jongens te
voetballen. Hij heeft dat veran
derd waardoor we nu wel veel
kunnen leren als we tegen jon
gens spelen." Tien jaar lang was
zij een vaste kracht in het oranje
shirt. In de tussentijd stapte zij
over van KFC naar Rijsoord waar
zij ook de nodige successen be
haalde. Op 31-jarige leeftijd
vier jaar geleden hing zij de
voetbalschoenen aan de wilgen.
„Voetballen ging altijd voor. Het
werk kwam op de tweede plaats,
mijn sociale leven stelde niet veel
voor. Dat kon ook niet anders,
want ik leefde in die tijd als een
soort semi-prof. In de hoofdklasse
trainden we soms drie keer in de
week. Het Nederlands elftal
kwam daar samen met de afde-
lingsselekties tussendoor en ik
merkte dat het herstel na een
wedstrijd langer duurde."
Sommige dingen zijn onveran
derlijk. De KNVB erkende als eer
ste de kwaliteiten van Hesterine
de Reus. Zij mocht de selecties
van onder de 14 en 16 jaar coa
chen. „Ik merkte dat ik langs de
lijn meer dan toeschouwer als
coach naar een wedstrijd stond te
kijken. Via de jeugdvoetbalcursus
en Trainer Coach 3 heb ik geleerd
gestructureerder te kijken." Haar
ambities reiken nu verder. Als
coach wil zij zich nog verder ont
wikkelen. Vandaar dat zij binnen
kort begint aan Trainer Coach 2.
„In de vier jaar heb ik het vrij rus
tig gehad. Nu lijkt het oude pa
troon van elke dag met voetbal be
zig zijn weer terug te komen."
Naast de pupillen van ODC en de
nationale selecties klopte afgelo
pen seizoen onverwacht Rijsoord
op de deur. Het vlaggenschip van
de vrouwen had al drie trainers
versleten en stond onderaan. De
Reus kon de degradatie naar de
eerste klasse niet meer voorko
men, maar desondanks legde het
bestuur van Rijsoord de ambitieu
ze trainster voor een seizoen vast.
ODC was tevreden over haar pres
taties en vond haar nevenactivi
teiten geen bezwaar. Zelf geeft ze
toe nauwelijks geïnteresseerd te
zijn in de prestaties van ODC.
„Ik besef dat ik de eerste betaalde
trainer ben voor die jonge groep
en voel me vereerd dat ODC het
aandurfde een vrouw aan te stel
len. Ik denk dat dat meer gaat ge
beuren. Maar als vrouw moet je
toch nog altijd eerst bewijzen. Ik
heb het voordeel dat ik ex-inter-
national ben. Respect dat anderen
op moeten bouwen, heb ik al in
mijn bagage. Zelfs die kleine
apen hebben eerbied voor een
sporter die het hoogste in haar
sport heeft bereikt. Bij ODC wordt
verwacht dat ik de doelstellingen
van het jeugdplan realiseer. Ver
hoging van de kwaliteit van het
jeugdvoetbal en het op een aange
name en plezierige manier kennis
nemen van het voetbal," citeert
ze. „Ik moet ze op woensdagmid
dag bezighouden volgens de rode
draad van het jeugdplan en ze
niet verzieken voor de toekomst."
urfdeëen^rouwals^^neraante^eM^f^*'"^^ "DetalentjeSVan0DCIUiSterenaandaChtig DeVOOrmali®internatiOnalVOeltzichvereerdt'atdeclubhetaant'*
Door Bas van den Berg
THOMAS RAEYMAEKERS was
een van de weinige spelers die de
vraag van VFC om eventueel op
te gaan in een fusieclub in de
Broekpolder positief beant
woordde. De 22-jarige midden
velder met een neus voor doel
punten zou zich graag onderwer
pen aan een test bij een hoger
spelende club. Hoewel zijn wor
tels aan de Sportlaan liggen, ziet
hij het verschil tussen VFC en de
meeste andere clubs in Vlaardin-
gen alsmaar groter worden.
„VFC is een stil clubje geworden
met allemaal de zelfde mensen.
Ook in dat opzicht zou ik graag
een fusie met Deltasport en HVO
toejuichen. Ik houd wel van uitda
gingen en ben van mening dat ik
bij een sterkere club nog beter tot
mijn recht zou komen. VFC be
taalt niet, er wordt weinig voor de
spelers gedaan en de club staat
nauwelijks in de belangstelling.
We zijn al blij als we een trainings
pak krijgen of op trainingskamp
gaan. Ik heb wel eens tegen het
bestuur gezegd dat de club een
aparte plaats in Vlaardingen in
neemt en zich zelf uit de markt
prijst, maar er is niemand die rea
geert. Ik ben wel eens benaderd
door Deltasport, HVO én toen ik
in de jeugd speelde door SW,
maar het is nooit wat geworden.
Ik zou met VFC veel hoger willen
spelen, maar elk jaar komt er van
de plannen weinig terecht. On
danks de goede voorbereiding
hadden we vorig jaar in de compe
titie na zes wedstrijden nog nul
punten. Niemand wist waar het
aan lag. De trainer zei alleen dat
we nog harder moesten werken.
Goed, er raakten spelers gebles
seerd en we hadden te maken met
schorsingen, maar volgens mij is
de instelling altijd goed geweest."
Maar na de winterstop onderging
VFC een metamorfose en draaide
het elftal plots als een tierelier.
Thomas: „We verloren geen wed
strijd meer. In alle duels scoorde
ik en prompt werd ik 'Thomas Re
bound' genoemd. Het is dat we in
de laatste wedstrijd met 1-1 gelijk
speelden tegen Schipluiden, an
ders hadden we zelfs nog een pe-
riodetitel gepakt. Die geweldige
serie maakte het hele seizoen
goed en iedereen had het naar z'n
zin. Ik hoop dat die lijn zich door
zet nu de concurrentie onderling
ook groter is geworden. We heb
ben in Maurice Dumont, Pascal
Bos en Marco Oomen sterke nieu
we spelers en ik denk dat we met
het drietal zeker een woordje mee
gaan spreken. De indeüng in de
vierde klasse D kan de spanning
in de competitie alleen maar ver
hogen. Ik hoop dan ook op een be
tere start dan vorig jaar want ik
heb het echt niet naar mijn zin als
we de eerste zes wedstrijden weer
zouden verliezen."
Thomas Raeymaekers plakt er
dus maar weer een jaartje aan
vast bij VFC, de club waar hij zijn
hele leven al voetbalt. „Vanaf
mijn zesde jaar speel ik bij VFC.
Ik begon in F2 en daarna was ik
topscorer van zowat alle teams
waarin ik speelde. Toen ik eerste
jaars A-speler was brak al ik al
door tot het eerste, maar wel als
middenvelder of verdediger. Op
die plaatsen verwacht ik dit sei
zoen grote concurrentie. Dat kan
de kracht van het elftal alleen
maar ten goede komen. Want VFC
moet het hebben van hard wer
ken. Lukt het niet, zoals in het be
gin van de vorige competitie, dan
gaan de koppies snel hangen. We
kunnen ons goed optrekken aan
sterkere clubs. In het toernooi om
de RD-Trofee verloren we met 1-0
van SMC en speelden we een uit
stekende wedstrijd. Ik ben mis
schien een van de betere spelers,
maar ik stel me volledig in dienst
van het collectief. Vroeger stond
ik bekend als een 'pingelaar' en
scoorde ik bij de jeugd aan de lo
pende band. Ik was ook een echte
dribbelaar, maar in de senioren
ben ik rustiger geworden. Nog al
tijd moet ik het van mijn techniek
hebben, maar heb wel meer over
zicht gekregen. Vroeger was ik
een licht ventje. De afgelopen ja
ren heb ik aan kickboksen ge
daan, dus dat is nu wel even an
ders."
Foto Peter Molkenboer