Pinnen in alle eurolanden Mest vervangt de melk WERKEN PLU Positief Dekkingsgraad omhoog Participatiewet zorgt voor veel twijfels O www.nieuwestadsblad.nl Nieuwe Stadsblad woensdag 19 februari 2014 25 "Koeien in de wei is een onlosmakelijk met Nederland verbonden cultuurerfgoed." Met het afschaffen van de Europese melkquota zijn de melkveehouders verlost van de beperking om met meer koeien te gaan werken. Maar, in plaats van de melk, wordt nu de mest een beper kende factor. Voor melkveehouders komt er geen vervangend systeem van dierrechten waarmee een maximum wordt gesteld aan het aantal koeien. Groei blijft mogelijk, maar daar bij geldt als voorwaarde dat het bedrijf voldoende grond heeft om de extra mest die dat oplevert uit te rijden. Het bevorderen van deze zo genoemde grondgebonden- heid in de melkveehouderij stimuleert eveneens de mo gelijkheden voor meer koei en in de wei. Een alternatief is dat extra mestproductie wordt verwerkt. Daarbij moet natuur, milieu en eco nomie op bedrijfsniveau in balans zijn. Het systeem van rechten voor veehouders om een maximaal aantal Het gaat de goede kant op met de dekkingsgraad van de meeste pensioenfondsen. Vorig jaar werd afgesloten met een gemiddelde dek kingsgraad van 109 procent; 105 is de wettelijke onder grens. Maar het gaat hier om een gemiddelde, dus zijn er nog altijd fondsen die te weinig geld in kas hebben. Het betreft ongeveer een varkens en pluimvee te hou den, blijft voorlopig bestaan. Dat schrijft staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken mede namens staats secretaris Mansveld van Infrastructuur en Milieu in een brief aan de Tweede en de Eerste Kamer als reactie op een rapport van het PBL (Planbureau voor de Leef omgeving). Dijksma: "Onze agrarische op de tien van 415 fondsen. Die zullen opnieuw moeten overgaan tot het verlagen van de pensioenuitkeringen. Deze toename van de dek kingsgraad - de verhouding tussen de beschikbare mid delen en de verplichtingen - wordt met name veroor zaakt door de ^stijging van de rentetermijnstructuur en de aandelenkoersen. sector is top in de wereld. Daar hoort ook bij dat we aan het milieu blijven den ken door het overschot aan mest aan te pakken met bij voorbeeld voldoende grond bij groei. Daarbij zijn voor mij koeien in de wei eèn on losmakelijk met Nederland verbonden cultuurerfgoed. Het is goed dat de sector daar zelf ook actief op in speelt." Het vertrouwen van consu menten is van december op januari verder toegenomen. De indicator steeg 5 punten en kwam uit op -12. Na juli 2013 verbeterde de stem ming vrijwel onafgebroken. Wel zijn er nog altijd meer pessimisten dan optimis ten. Over de economie in.de komende 12 maanden zijn consumenten al drie maan den op rij positief. Bijen kunnen steken en veel mensen zijn een beetje bang voor deze buitengewoon nuttige insecten. Bijen zijn van levensbelang en onmis baar voor de bestuiving van gewassen zodat we voedsel hebben. Hoewel niet aai baar, moeten we dus wel 'vertroetelen'. Bijen hebben te maken met veel sterfte en dat is een directe bedreiging voor ons voedselproductie. Het kabinet neemt maatre gelen om die ongewenste bijensterfte aan te pakken. Er komt voor de komende drie jaar een actieprogram ma Bijengezondheid met een 'bijenmakelaar' om ken nis van imkers over bijenge zondheid te vergroten. Daarvoor neemt het kabinet de helft van de kosten voor haar rekening nemen tot een maximum van 300 duizend euro. De bijenmakelaar zal ervoor zorgen dat beschikbare we tenschappelijke kennis bij trainers van cursussen voor imkeropleidingen terecht komt. Ook zal de bijenma kelaar als taak hebben het bevorderen van het uitwis selen van kennis tussen im kerorganisaties, landbouw en overheden. Hij zal in het groene onderwijs het invoe ren van lesmodules over bij engezondheid bevorderen. Ook komt er een meerdere jaren doorlopend onder zoeksprogramma. Doel is door onderzoek op zo'n 150 locaties factoren in kaart te brengen die van invloed zijn op bijengezondheid en win- tersterfte. Daarvoor is 600 duizend euro beschikbaar. Hoe houden we onze bijen gezond? Een belangrijke vraag, ook voor onze voedselvoorziening. 'Via deze brief willen we u informeren óver SEPA (Sin gle Euro Payments Area). Als gevolg van SEPA wor den alle eurobetalingen in Europa gestandaardiseerd.' De meeste Nederlandse houders van een bankreke ning hebben van hun bank wel een brief of een mail ontvangen met deze zwaar klinkende woorden. Waar schijn hebben veel particu lieren gedachte: het zal wel. Ondernemers hebben zich er doorgaans wel druk om gemaakt. SEPA, dat komt ze ker uit Europa? EUROPA ÉÉN GROTE BETAALMARKT: VERSCHILLEN PER LAND VERDWIJNEN Europa is onderweg naar één grote betaalmarkt: de Single Euro Payments Area. Natio nale verwerkers en aanbie ders van betalingsverkeer zijn niet langer afgeschermd van buitenlandse concur rentie. Dat verhoogt volgens Brussel de efficiency. In het eurogebied betalen we elkaar met euro's, zowel contant als giraal via de be taalrekening. Contant kun nen we overal met dezelfde op Europese leest geschoei de munten en bankbiljetten terecht. Giraal hebben we echter nog vooral op nati- Betalen met de pinpas kan straks in alle eurolanden. onale leest geschoeide be taalmiddelen die alleen in eigen land te gebruiken zijn; dat verandert. Inmiddels gebruiken we het lastig te onthouden lange rekening nummer IBAN zowel voor binnenlandse als grensover schrijdende eurobetalingen. En er zijn nu ook girale be taalmiddelen die in het hele eurogebied te gebruiken zijn, omdat ze met dezelfde Europese standaarden wer ken: overschrijvingen en in casso's. Ook de bankpassen krijgen een groot Europees bereik. Voor de inwoners en bedrijven van de euro landen zijn er straks geen verschillen meer tussen be talen in eigen land en in an dere eurolanden. De invoering in alle euro landen was gepland op 1 februari van dit jaar, maar die datum werd door veel bedrijven niet gehaald, zodat besloten is tot een overgangsperiode van zes maanden. Met name bij het Midden en Kleinbedrijf (MKB) is veel weerstand te gen de invoering van SEPA. Duidelijk is dat overgaan op SEPA geld kost en veel be drijven niets oplevert, stel len ze bij de SEPA-Helpdesk voor ondernemers. Om ver volgens de vraag op te wer ken of het verstandig is om als bedrijf vast te houden aan verouderde standaarden terwijl alle banken en lan den in Europa overgaan op de nieuwe.SEPA standaard? Alle weerstand ten spijt, de invoering is een feit en dat brengt, naast de problemen voor ondernemers - ook ge mak voor de toerist. Het is de bedoeling om op 1 januari volgend jaar de nieuwe Participatiewet te laten ingaan. Met de Partici patiewet wil het kabinet be reiken dat zoveel mogelijk mensen deelnemen (parti ciperen) aan werk. Dat geldt ook mensen die wel kun nen werken, maar daarbij ondersteuning nodig heb ben. In de Participatiewet worden de Wet werk en bij stand (WWB), de Wet.soci ale werkvoorziening (WSW) en een deel van de Wajong samengevoegd. De Wajong er dan alleen nog voor jong gehandicapten die nooit zullen kunnen werken. Wie mogelijkheden heeft om te werken, moet vanaf dat mo ment bij de gemeente vragen om ondersteuning bij re-in- tegratie en/of een uitkering. Maar niet iedereen is er gerust op dat een en ander goed gaat uitpakken. De di recteuren van sociale dien sten, verenigd in Divosa, zijn bezorgd over de uitwer king van de Participatiewet. De wet is bedoeld om zo veel mogelijk mensen met een arbeidsbeperking aan een gewone baan te helpen. Veel is echter nog onduidelijk, zoals de vraag of gemeenten beter in staat zijn om men sen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt aan werk te helpen. Volgens Divosa moet in de verdere uitwer king duidelijk worden of de Participatiewet echt betere kansen biedt voor iedereen. De kracht van de wet zit in de regionale uitwerking, maar dat heeft te lijden on der te weinig geld en te veel landelijke instructies. Wat was er veel verzet tegen de verhoging van de pensioenleeftijd. Maar de gemiddelde leeftijd waarop werknemers met pensioen gaan, is in 2013 weer verder opgelopen tot bijna 64 jaar. Inmiddels is bijna de helft van de pensioengangers 65 jaar of ouder. In totaal gingen vorig jaar 73 duizend werknemers met pensioen. Van 2000 tot en met 2006 was de gemiddelde leeftijd waarop werknemers met pensioen gingen steeds 61 jaar. Vanaf 2007 nam de pensioenleeftijd jaarlijks toe. Dit kwam door de invoering van wetswijzigingen en regelgeving gericht op het stimuleren om langer door te werken in 2006.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Nieuwe Stadsblad | 2014 | | pagina 25