VOOR SCHIEDAM, VLAARDINGEN, MAASSLUIS, R07AWRG, BRIELLE EN IIELLEVOFTSLIilS.
Woensdag12 April.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
KENNISGrEVING.
H.A. M. ROELANTS,
KENNISGEVING.
REGTERLIJKE ORGANISATIE.
ffs&i■'•'jfir V-lta
fv
V
DE MAASBODE.
Dit Blad vcr-chijnt gerepeld alio Woensda-
gen. De prijs is per drie maanden voor Schiedam
f -.75 voor Vlaardingen, MaassluisRozenburg,
Brielle, Hellevoetsluis f -.90. Voor alle andere
steden franco per post f 1.05. Alle Boekhan-
delaren en Postkantoren nemen bestellingen nan.
UITGAYE VAN
TE SCHIEDAM.
De prijs der Advertentien. is van 1-6 regels
f -.60, behalve 35 Cents zegelregt voor bet Rijk.
Alle regels daarenboven 10 Cents. Kapitale
letters of vignetteu betalen, naar de plaats die
zij innemen. Alle advertentien moeten Dings-
dag voor een unr ter drukkerij te Schiedam zijn
KorrespondentenJ. A. KAWGIESSERte VlaardingenWed. G. van der WEIJDEN, te Maassluis; II. G. van STEEDEN, te Hellevoetsluis.
Abonnementen worden medc aangenomen bij Jl. Schooneveld Vte Amsterdam; Gebr. Hendriksente Rotterdam en verder bij alle Roekhandelaars en Posldirecteuren.
De KAMER van KOOPHANDEL en FABRIJKEN te Schiedam
Gelet op de uitnoodigingvervat in de missive van den heer
Commissaris des Rowings in deze Provincie van 29 Maart 1853
A. N°. 2644/a (lste afdeeling), om te willen medewerken tot het
geven van de meest mogelijke openbaarlieid aan het koninklijk be-
sluit van den lTdon Maart 1853 Staatsblad N°. 14), houdende
nadere bepalingeu op het voeren van seinlichten door zeilschepen,
en de seinlichten op binnenwateren te voeren door de zeestoom-
schepen
Brengt bij deze ter kennis aan de belanghebbenden dat de bepa-
lingen van koninklijk besluit luiden als volgt:
1°. Te rekenen van den 1 sten April 1853 zijn alle zeilschepen
hetzij onder zeil, hetzij gesleept wordende eenig ander schip na-
derendeof door een ander schip wordende opgeloopen, verpligt,
om van Zons-ondergang tot Zons-opgang een helder licht te ver-
toonenin zoodanigen stand, dat gezegd licht, door het naderend
schip kan gezicn worden en dat wel tijdig genoeg om het ge-
vaar van aanvaren voor te komen.
Alle zeilschepen ten anker liggende op reeden of stroomen zijn,
ie rekenen van genoemd tijdstipverpligt om van Zons-ondergang tot
Zons-opgang, aan den grooten top een helder licht te laten branden.
Plaatsen, ahvaar andere haven-reglcmenten voor het voeren van
lichten bestaan zijn hiervan uitgezonderd.
De lantaarns die door de schepenten anker liggendegebruikt
worden, moeten zoodanig zijn vervaardigddat zij van rondom
een helder licht verspreiden.
2°, Met wijziging in zoovervan de verordeningenvastgesteld
bij koniuklijke besluiten van deu 9den December 1845 Staatsblad
2V° 68) en 29 January 1850 Staatsblad N°. 3) te bepalendat de
zee-stoomschepen uit zee komende en omgekeerdzullen mogen
blijven voeren de seinlichten tot nachtelijke verkenning van den
koers op zee en in de zeegaten vastgesteld bij laatstgenoerad be
sluit, tot en van het fort-Bath, de steden Amsterdam, Rotterdam
en Dordrecht en alzoo met vrijstelling van de bij gezegd besluit
gehandhaafde bepalingen van het koninklijk besluit van den 9den
December 1845 (Staatsblad N°. 68), nopens de te voeren seinen
door de stoomschepen bevarende de riviermistroomen en kanalen
van dit Rijk.
3°. De bepalingen van de aangehaalde koninklijke besluiten
van den 9den December 1845 Staatsblad N°. 68) en 29 January
1850 Staatsblad N°. 3), blijven overigens van voile kracht, en in
verband hiermede van toepassing.
Gedaan bij de Kamer van Koophandel en Fabrijken te Schiedam
den 5 April 1853. P. LOOPUIJT.
Namens dezelve
VERNEDE.
'.I,1 i'
DE BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN Schiedam
doen te weten
Dat het kohier van het Patentregt(3e kwartaal) dezer Ge-
52
meente over het dienstjaar I8531 door den heer Commissaris des
Konings in deze Provincie, op den 30 Maavt 1853 executoir ver-
klaarden op helen aan den Ontvanger der Dirccte Belastingen
ter invorderingis overgemaakt.
Wordende voortsbij dezeherinnerd dat een ieder verpligt is
zijnen aanslagop den bij de wet bepaalden voette voldoen a'smede
dat, van heden afde termijn van drie maanden ingaat, binnen wel-
ken de reclames togen dezen aanslag behooren te worden ingediend.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het beboortden
6e April 1853.
Burgemeeiter en Wethoudere van Schiedam
C. A. van BOL'ES.
De Secfetaris
VERNilDE.
Regering.
baarder worden gemaakt.
Dezer dagen is eindelijk aan de Staten-Generaal aange-
boden een wets-ontwerpstrekkendeom uitvoering te
geven aan het 5e. additionele artikel van de Grondwet.
Het betreft de zamenstelling der Regterlijke magt en de
regeling van het beleid der justitie. Volgens lxetzelve, zal
de regtsmagt in burgerlijke en strafzaken worden uitge-
oefend door kantongeregtenarrondissements-regtbanken
raden van justitie, geregtslioven en den Iloogen Raad. In
de hoofdplaats van iedere provincie bestaat een raad van
justitie. De geregtshoven zonden te Amsterdam en te Arn-
hem gevestigd worden. Onder liet hof van Amsterdam
behooren de provincien ZuidliollandNoordbollandZee-
land, Utrecht en Friesland. Onder het hof te Arnhem de
provincien Noordbrabant, Gelderland, Overijssel, Gronin-
gen, Drenthe en het Hertogdom Limburg. Volgens de
voordragt, hlijft de Hooge Raad wat hij op dezen oogen-
blik is, wordt hij met name gehandhaaf'd in zijne werk-
zaamheden als hof van cassatie 00k in burgerlijke zaken.
De Regering is van gevoelendatzoo al niet de letter
immers de geest der Grondwet tot belioud der instelling
van den Iloogen Raad, als hof van cassatie, leidt. De
afschaffing der boete van cassatie ligt in de bedoeling der
Daardoor zal het middel der cassatie onkost-
De Regering heeft het derhalve
noodzakelijk gekeurd den Iloogen Raad als hof van cas
satie in zijn geheel bij deze voordragt te handhavenen
de kennisneming der burgerlijke zaken in hooger beroep,
voor zooverre die in eersten aanleg bij de tegenwoordige
arrondissements-regtbanken behoorenop te dragen aan twee
geregtshoven. Het voorstel tot daarstelling van meer dan
den hof staat bovendien in verband met de voordragt, om
namelijk den Hoogen Raad de kennisneming en beslissing
ten principale, bij cassatie, in den zin van art. 105 der
thans geldende wet op de Regt. Org., te ontnemen. In
dat geval zal, bij afschaffing van de regtspraak des Hoo
gen Raads ten principale, de zaak, even als in de gevallen
van art. 106 der tegenwoordige wet, moeten verwezen
worden naar een ander collegia, dan dat welks uitspraak
gecasseerd werd, en wel naar een collegie van niet min-
deren rang en bevoegdbeid dan bet eerste. Tot het regts-
gebied van het geregtsliof in Noordbolland zullen behooren
de raden van justitie en arrondissements-regtbanken (voor
zoo verre deze in burgerlijke zaken regt doen in eersten
aanleg)gezeteld in de provincien Noord- en Zuidholland
Zeeland, Utrecht en Friesland, waar, met eene bevolking
van 1,591,855 zielenbij de tegenwoordige hoven dier
gewesten werden aangebragt, gedurende de jaren 1850 en
1851, 202 appellen in burgerlijke zaken, of 97 in 1850
en 105 in 1851. Onder het regtsgebied van het geregts-
hof in Gelderland zijn gebragt, de raden van justitie en
arrondissements-regtbanken in de overige provincien. De
bevolking dier gewesten, berekend, even als die der vroe-
ger genoemde provinciennaar de volkstelling van No
vember 1849 bedraagt 1,457,601 zielen. Het getal bur
gerlijke zaken in hooger beroep, bij de provinciale hoven
aldaar aangebragt, bedroeg in 1850 94, in 1851 110, te
zamen 204. In plaats der elf tegenwoordige provinciale ge
regtshoven komen derhalve, met eeneii aaderen werkkrj
deren inhoud der voordraart. zal wfulerlt^e Y<4rt^lika (Rfifgt
bestaan uit elf raden
banken en 150 kantonw
jtstioven, Komen aernaive, met eenenaguereu wern
twee hoven te Amsterdam en A^uenjiJ/'-Naar de:
ren inhoud der voordragtzal yfjderlt'fle r^eiffijkii rrffigt,
van Jnstitic.! p<1BsataV 111t-
tongeregten.-' 'Wv -gdb*}^vifflwde
fM