GEMEEITE-RAAD TE SCHIEDAM. Gratis uitgegeven aan de geabonneerden van De Maasbode Zittinrj van Vrijdag29 April. YAN DEN Voorzitter, de heer Burgemeester. Opening ten 10 ure. Tegenwoordig 13 leden. Afwezig de heeren Prins en van der Schalkde laatste ten gevolge van voortdurende ongesteldheid, terwijl de heer Maasnainens den heer Prins berigt, dat hij verhinderd wordt, heden de zitting bij te wunen. Aangenomen voor kennisgeviug. I. De notulen van het verhandelde in de zitting van 6 April jl.worden gelezen en goedgekeurd. II. Ingekoinen eene resolutie van Gedeputeerde Staten vanZnidholland, houdende goedkeuring, ingevolge koninklijk besluitvan de onderhandsche verpachting der Bank van Leening op nieuw aan den vorigen pachter voor den tijd van een jaar. Aangenomen voor kennisgeving. III. Ingekomen eene resolutie van Ged. Staten, hou dende goedkeuring tot kosteloozen afstand van het gebouw der Vleeschhal aan den pastoor P. J. van Leeuwen voor den tijd van drie jarenten einde hetzelve in te rigten tot eene noodkerk voor de R. K. gezindte. De Voorzitter zegt, dat het uit die mededeeling blijkt, dat de heer pastoor uit het drietal plaatsen, door den Raad aangewezen om daar- uit eene keuze te doentot het oprigten van eene nood kerk, de voorkeur heeft gegeven aan het lokaal van de Vleeschhal. Aangenomen voor kennisgeving. IV. Ingekomen eene resolutie van Ged. Staten, hou dende goedkeuring der begrooting van de gemeente Schie damover den jare 1853. Daarbij wordt eene nota van aanmerkingen tegen sommige posren overgelegd, ten einde die bij de vaststelling eener volgende begrooting in acht te nemen. Ged. Staten zullen alzoo voor ditmaal in de gege- vene ophelderingen, in sommige opzigten, berusten. De ge- meente-begrooting voor 1853 is alzoo goedgekeurd in ont- vangst op 186,292.14 en in uitgaaf op 186,236.59; slui- tende derhalve met een bate van 55.55. Aangenomen voor kennisgeving. V. Aangeboden het proces-verbaaldoor Burg, en Weth. ingevolge de bepalingen der gemeente-wet opgemaaktvan de gesteldheid der gemeente-kas, boeken en registers van den gemeente-ontvangerop den 9 April jl. Daaruit blijkt, dat er in kas was een bedrag van 76,801.86%. De ontvangsten hadden bedragen 262.584.21de uitgaven f 185.782 67'/2; in kas 76,801.56%. Alles was in be- hoorlijke orde bevonden. Aangenomen voor kennisgeving. VI. De Voorzitter stelt, uit naam van Burg, en Weth. voor de benoeming van drie deskundigentot het houden van een vergelijkend examen voor de betrekking van ge- meente-architect en wel de heeren: ln.) Warnsinck, ar chitect te Amsterdam2".) Springerbeatnbte van den waterstaat, te Brielle, en 3'M van Outshoorn, architect bij de Holl. IJzeren Spoorweg-Maatscliappij. De heer Schade van West nan geeft in bedenking, of het geene Aake zou zijn, onder de deskundigen ook iemand van de Delftsche akaderaie te benoementen einde van de ken- nis der sollicitanten in het theoretische verzekerd te zijn. De Voorzitter antwoordtdat Burg, en Weth. danr op zich zelf niet tegen zijn, maar dat zij het toch minder ge- raden hebben geoordeeldomdat er zich onder de sollici tanten onderscheidene bevindendie aan de akademie te Delft onderrigt hebben erlangd of het daar nog bekomen zoodat het niet wenschelijk kan geacht worden, dat er een leeraar of onderwijzer dier inrigting aan het te houden ver gelijkend onderzoek deel neme. De heer Schade antwoordt, dat het toch niet van belang ontbloot is, dat de sollicitanten ook blijken geven van hunne theoretische kennis, zoowel in de wiskunde, als in andere vakken. De Voorzitter her vat, dat hij dit ten voile instemt, maar dat hij zich overtuigd houdt, dat er zich onder de drie deskundigen, die voorgedragen zijn, wel bevinden, die ook, ten aanzien van het theoretische, goed op de hoogte staan. Dit komt hem ten minste zeer waarschijnlijk voor. Hierna wordt het voorstel van Burg, en Weth. aange nomen terwijl dat van den heer Schade geen verder ge- volg heeft. Later zal bepaald worden, wanneer het ver gelijkend onderzoek zal worden gehouden. De Voorzitter geeft nu kennis, dat zich 36 5 37 sollici tanten voor de betrekking van gemeente-architect hebben aangemeld. Burg, en Weth. stellen nu voor, dat zij worden gekwalificeerd, om met de commissie van fabrikagie uit dat getal 10 of 12 aspiranten te kiezen, die tot het vergelijkend onderzoek zullen worden toegelaten, en voorts de verdere regeling dezer zaak aan die vereenigde commissie over te latenzullende er dan later aan den Raad mededeeling van die regeling en den tijd van het te houden examen wor den gedaan. De heer Knappert SCz. vraagt, of het getal van 12 wel voldoende te achten is. Hij meent, dat het beter ware, het getal niet te bepalen, maar ook dit aan de beslissing van de vereenigde commissie over te laten. Men loopt an- ders ligt gevaar, dat sommige, wezenlijk bekwame perso- nen wierden voorbij gezien. De Voorzitter heeft ook daar niets tegen. De heer Vaillant geeft in bedenking, om alle sollicitanten, die zich daartoe mogten aanmelden, aan een vergelijkend onderzoek te onderwerpen. Het komt hem wenschelijk voor, dat aliendie naar de opengevallene betrekking mogten wil- len dingentot het te houden onderzoek worden toegelaten. De Voorzitter zegtdat slechts twee heeren aan het ver gelijkend onderzoek niet wenschten onderworpen te worden. Er zouden alzoo 34 sollicitanten in aanmerking komen. Hij gelooft, dat dit nog al kostbaar voor de stad zou zijn, daar aan de sollicitanten toch eenig defroijement voor reis- eu verblijfkosten zal dienen gegeven te worden. De heer Vaillant stemt toe, dat dit nog al kostbaar zijn zou, doch hij meent tevens, dat het de beste weg is, om te onderzoekenwie de meest geschiktewie de meest be kwame persoon is. De Raad heeft met opzet drie deskun digen benoemd, ten einde tot het doen van eene goede keuze te kunnen geraken. Het is billijk, dat zij, die de openge vallene betrekking verlangen en zich daartoe aangemeld heb- -r.en, ook tot het vergelijkend ardaraoek worden toegela ten. Was dit de bedoeling, van den aanvang af, niet ge- weestdan had men even goed op informatien kunnen af- gaan en kunnen oordeelen naar de gunstigste berigtenwelke men mogt verkrijgen. De beer Poortman erkent, dat de weg, door den heer Vaillant aangewezen, de ware, de beste is. Het zal uiterst moeijelijk voor de Commissie zijn, om te beslissen, welke 10 of 12 aspiranten zij aanwijzen zal, om aan het vergelijkend onderzoek te worden onderworpen. Tegen de toelating van zoovele sollicitanten aan een vergelijkend on derzoek, vindt men bezwaar uithoofde van de uitgaven, die dit voor de stads-kas zou te weeg brengen, zoo men aan de sollicitanten voor reis- en verblijf-kosten eenige vergoeding zou toekennen. Spr. is echter juist bij het zoo groot aantal sollicitanten, dat zich heeft aangemeld, van oordeel, dat er geene schadeloosstelling behoort te worden verleend. Hij acht het wenschelijk, dat de sollicitanten vooraf weten, dat zij op zoodanige vergoeding niet kunnen rekenen. Welligt zal het getal daardoor reeds eenigermate verminderen. Het is schier ondoenlijk vooraf naar behoo- ren te bepalen, wie al dan niet tot het vergelijkend onder zoek moet worden toegelaten. Onderwerpt men ze alien aan dat onderzoek, dan zal het zeer spoedig blijken, wie den toets daarvan niet kan doorstaan. Volgt men dien weg niet, dan zal men velen buiten de gelegenheid stellen be- wijzen van bekwaamheid af te leggen en ook niet gewapend zijn tegen klagten over verongelijking. Het is ook moge- lijk, dat eenigen der sollicitanten zich zullen terugtrekken wanneer zij zullen inzien, dat het hier niet te doen is om een opzigter zoo als sommigen schijnen te meenen, maar wel om een architect te verkrijgen. De Voorzitter is er niet bepaald tegen, dat alle sollici tanten worden toegelaten, maar blijft nog wel tegen de mogelijke kosten opzien. Tot hiertoe is over de toe te kennen vergoeding nog niet gesproken, maar hij meent, dat er welligt eenige belofte daarvan aan dezen of genen zal zijn gedaan. De heer Nolet kan zich volkomen vereenigen met het voorstel gedaan door den heer Vaillant en ondersteund door den heer Poortman, hij wenscht alleen in conside- ratie te geven of het niet doelirmtig zijn zoude om bij de oproeping der sollicitanten tevens te kennen te geven, dat zij op geene vergoeding van reis- en verblijfkosten mogeti rekenen. Dit zou volgons zijne zienswijze welligt knnnen

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Maasbode | 1853 | | pagina 5