Paardentram. De groote heeren en de kleine man. Drankbestrijding. Poiitieke Schetsen. kunnen steken. De waardevermeerdering van den grond by groote steden is een gevolg van de uitbreiding van het zielental, van de werken, die gemeente en rijk laten maken, en ze ligt inhet geheel niet aan de eigenaars die worden slapende rijk. De burgemeester van Frankfort, Adiches en de opperbouwmeester prof. Baumeister, belange na geen „socialen", denken over het grondvraagstuk evenals wij als men den verkoop van grond, die gemeenteëigendom is of wordt, niet verbiedt, dan handelt men lijnrecht tegen het belang der volkshuis vesting in. Of denkt ge, dat particulieren, die hun portemonnaiebelang op het oog hebben, ruime, frissche, geriefelijke woningen zullen laten bovwen voor de tegen een lagen huurprijs? Een gemeentebestuur kan op tweeërlei wijze de belangen der arbeidersklasse bevor deren. Ten eerste door het nemen van maat regelen, welke die klasse direct ten goede komen, ten tweede door het kapitalisme terrein te ontnemen of te onthouden, waarop het de arbeiders uitbuiten kan. Onder het eerste kan men rekenen: zorg voor het onderwijs, met schoolvoeding en -kleeding, herhalings- en ambachtsonderwijs, volksbibliotheken, pensioen voor gemeente werklieden, goed ingerichte en wèlbestuurde ziekenhuizen, gezonde arbeiderswoningen, enz. Onder het tweede valt de uitbreiding van het gemeentelijk bedrijf: water, gas, telefoon, havenwerken, gemeentelijke assurantie, tram wegen Over deze laatste kwestie hebben B. en W. hun praedvies (voorloopige raadgeving) toe gezonden, volgens mededeeling in de „Schie- damsche Courant". Daarin zeggen zij, dat huns inziens hier de particuliere exploitatie eer beter dan slech ter zal zijn. De tarieven zullen in de concessie voorwaarden moeten worden bepaald, evenals waarborgen tegen overdreven arbeidsduur on onbillijk lage loonen voor het personeel. Dat het particulier bedrijf hier, dat is in Schiedam, zooveel beter zal zijn dan gemeen telijk beheer is wel gezegd, maar nog niet bewezen. Wat wordt verstaan door overdreven ar beidsduur? Wat door onbillijk lage loonen? Toekomstige arbeiders aan de paardentram, zitten uw pleitbezorgers in den gemeenteraad En dan eindelooze geschillen met de bevoorrechte concessionarissen in het verschiet, botsing van belangen van straatverkeer en die der tramwegmaatschappij, onvoldoende regeling der diensten. De praktijk in honderden andere gemeenten heeft bewezen, dat gemeentelijk beheer zeer goed werkt en zulke dingen voorkomt. In Amsterdam is in 1898 in beginsel be sloten tot overname der tramwegen. Een paar voorbeelden tot besluitIn Huddersfield werd door de overname der gemeente de dagelijksche arbeidsduur verkort van 14 tot 8 uurte Leeds werd hij 137j uur per week minder, te Sheffield gebracht van 86 tot 60 uur per week, en te Glasgow van 84 of 96 uur tot op 60 uur wekelijks, terwijl aan loonen jaarlijks 160.000 meer werd uitgekeerd. Particuliere maatschappijen lteeren ook meer uit, dividend nl., dat niet in de zakken der arbeiders komt. Eenige dagen geleden kon men lezen, dat de Rotterdamsche Tramweg-Maatschappij had uitgekeerd 11 en dat ondanks de groote exploitatiekosten dit jaar. Toch particulier tot heil van de arbeiders Lobman, gewezen minister van Binnenl. Zaken, zei gepasseerde week in de 2e kamer, dat de heeren in de gemeenteraden natuurlijk in het algemeen belang stratenplannen zullen ontwerpen, maar toevallig zoo, dat hun ter- j reinen er wel bij varen. De kleine luyden hebben het toekijken. Er is het noodige beroep, maar de heeren in, Den Haag, de hoofden der departementen staan op goeden voet met de groote heeren in de gemeente en de kleinen worden de dupe De k'eine man zendt adresjes, maar die worden ter zijde gelegd met een schouder ophalen „er zijn altijd ontevredenen, het dan. Arbeiders, hoort ge het Knoopt het in uw ooren Wordt wakker! Men tracht u tevreden te houden met een borrel, wat vrome praatjes, zang en tooneelspel, zieke- potjes- en andere vereenigingen, om zoo u het onrechtvaardige in de maatschappij te doen vergeten. Wordt wakker! I Mei nummer. No. 9 van „Sluit-Schiedam" zal een propagandanummer zijn, welks inhoud verband zal houden met het idéé voor de verbroedering en den acht-urendag. Oorlog en beschaving. In naam der bescha ving treden de beschaafde regeeringen op in Zuid-Afrika, China, Indië enz, om daar de naasten te verlichten met sterken drank en kogels, terwijl in hun eigen landen nog zooveel te doen valt. Zoo moet in het rijk van den knoet (Rusland) op alle begrootingen, op die van het onderwijs een kleine 2 millioen, uitgezuinigd worden om den oorlog met de Geeltjes. De arme Russen moeten met hard zwoegen dit jaar weer tientallen van millioenen guldens opbrengen, waar zij zelfs in de grootste domheid verkeeren, en de Chineezen verkrijgen van al die groote sommen nog geen half centje ontwikkeling. De bovenstbrave Nederlanders, die in 1602 den alleenhandel op den Oost verkregen onder de voorwaarde, dat zij daar het evan gelie Christi zouden brengen, brengen in die bezittingen ook beschaving aan. Men denke aan de vele oorlogen om de groote winsten der Oost-Indische Compagnie en om de be langrijke baten van het Cultuurstelsel (ge dwongen verbouw) in Atjeh. Verbetering In het berichtje onder Drank bestrijding heeft de zetter verleden Zaterdag een nulletje weggelaten. Het getal handtee- keningen was niet 1100, maar 11000. Spanje V. Ook in Spanje werd Napoleons optreden het begin van een nieuw leven. Het oude Spaansche regeeringsstelsel werd volkomen vernietigd. In de plaats daarvan kwam het stelsel eener regeering van amb tenaren zondereenigen invloed der geestelijk heid. De sterke hand van Napoleon dwong alle Spanjaarden partij te trekken vóór of tegen hem. Uit zijn voorstanders koos hij met zijn scherp onderscheidingsvermogen de bekwaamsten, onder wier leiding zich in korten tijd een flink personeel van staat kundigen en militairen ontwikkelde. Door hun arbeid ontstond de grondwet van 1812, uitgaande van de souvereiniteit van het volk en een einde makende aan de wettelijke voorrechten van adel en geestelijkheid. Alleen de godsdienstvrijheid durfde zij nog niet uit vaardigen, de katholieke godsdienst bleef als eenig erkende gehandhaald. De val van Napoleon werd voor Spanje het herstel van den vroegeren toestand De onder Engelsche bescherming teruggebrachte koning Ferdinand YII vernietigde alle hesluiten uit den Napoleontischen tijd; iederen dag stelde hij met zijn biechtvaders de besluiten vast voor den volgenden dag en de lijsten der veroordeelde liberalen. Maar twee kwesties wist hij niet op te lossen, nl. hoe de groote te korten, door den oorlog ontstaan, konden worden gedekt, (de geestelijkheid weigerde iedere bijdrage in de schatkist), en hoe aan den ops:and der koloniërs in Amerika een eind kon worden gemaakt. Juist deze twee kwesties werden de oorzaken van nieuwe moeilijkheden. Ten gevolge van geldgebrek kon het nieuwe bestuur niet krachtig genoeg optreden tegen de liberalen in de zeeprovin cies en de onderneming tegen Amerka niet voldoende uitrusten (van 1816—1824 werden te Cadix troepen samengebracht, zonder dat er gelegenheid was te vervoeren.) Van de zee pro vinei es en deze troepen ging de le. revolutie (1820) uit. De provinciale liberale clubs (Junta's genoemd) vereenigden zich met de oficieren tot een junta van den op stand en riepen de grondwet uit. Dat was de eerste omwenteling onder leiding van een hoofdofficier, wiens proclamatie (pronuncia- mento) het revolutieprogramma was. Aldus ontstond tegenover het absolute koningschap onder voogdij der geestelijkheid een liberale partij onder beschermheerschappij van het leger. De strijd tusschen deze twee partijen was heftig. Aanvankelijk won het leger en de provinciale junta; koning Ferdinand werd zelfs gedwongen opnieuw de grondwet van 1812 te teekenen. Maar toen wapende de geestelijkheid haar getrouwen priesters en monniken stelden zich aan het hoofd van „het apostolische leger" en rukten, onder steund door Fransche troepen, naar Cadix met den koning als gevangene na een beleg van 3 maanden gaf Cadix zich over. De koning en het vroegere regeeringsstelsel wer den hersteld. Dat de geestelijken voor een geduchte wraakoefening zorgden, spreekt van zelf: Ferdinands biechtvader werd le minister van Spanje. De Inquisitie begon een waar schrik bewind en smoorde opnieuw alle vrijheid in bloed. Ferdinand zelf trachtte aan deze woede een eind te maken, maar de geestelijk heid aarzelde nu niet, zich aan te sluiten bij Ferdinands broeder Karei (Don Carlos) en dezen op te zetten tot een gewapend op treden tegen den rechtraatigen koning Maar deze weigerde, inziende, dat de kinderloosheid van zijn broeder hem toch langs rechtmatigen weg op den troon zou brengen. Ferdinand VII huwde evenwel opnieuw (met Christina, de dochter van Frans I van Napels) en kreeg 2 dochters. In 1832 droeg, hij de regeering over aan zijn vrouw, en toen hij plotseling in 1833 stierf, trad zij op als regentes voor haar minderjarige dochter Isabella overeen komstig de acte, die de Cortes (de volks vertegenwoordiging) hadden geteekend. Don Carlos weigerde evenwel die acte en de rechten van Isabella te erkennen en bereidde zich voor op een verzet, gesteund door de geeste lijkheid en haar apostolische partij. Dat dien tengevolge de liberalen en het leger de paitij van Christina kozen, ligt voor de hand. De partij van Don Carlos werd de Carlisten genoemd, die van Christina de Chiistino s. Na een oorlog van 6 jaren waren de Carlisten verslagen, ten deele door het misselijk gedrag van Don Carlos zelf. De toestand was nu aldus: de generaals waren de politieke leiders van Spanje en steunden op het leger, de liberale partij en het koningschap de geeste lijken waven de beheerschers van van het volk en steunden op het Carlisme. De scheuring tusschen koningschap en geeetelijkheid werd na eenige jaren van hevige ruzies tusschen de generaals, die aan het bewind waren, bijgelegd, doordat de regeering aan de geestelijkheid de in beslag genomen, maar nog niet verkochte kerkelijke goederen, terug gaf. Haar politieke macht bleef de geestelijkheid natuurlijk kwijt, maar na de verzoening met het koningschap verzekerde zij zich opnieuw van de heerschappij over het geheele geestelijke (intellectueele) leven in Spanje door het concordaat (overeenkomst) met den paus in 1851, waarbij het onderwijs, de censuur over alle drukwerken en het toezicht op alle kerkelijke zaken volkomen

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1901 | | pagina 2