Schiedamsch Sociaaldemocratisch Weekblad.
No. 9.
Zaterdag 27 April 1901.
Ie Jaargang.
De concessie-voorwaarden voor den aan
leg en de exploitatie der Paardentram.
FEUILLETON.
EEN JARIGE.
ABONNEMENTSPRIJS:
lS cent. per kwartaal
ton .1 oii vooruitbetalinq.
franco ;ier post 20 cent I J
Losse nummers 1 cent.
Wij wenschen nog even 't licht te doen
vallen op enkele punten uit deze voorwaarden,
zooals die door B. en W. worden voorgesteld.
Art 6. 2e alinea lezen wij
Ingeval van taxatie, (schatting) wordt het
vaste materiaal, dat zich op of in den open
baren weg bevindt, berekend tegen de waarde,
welke daaraan na verwijdering, zou moeten
worden toegekend, waarbij echter de kosten van
opbreken en verwijderen niet in mindering worden
gebracht.
Dit artikel had, vooral wat betreft 't laatste,
door ons gecursifeerde gedeelte, wel eenige
nadere toelichting kunnen velen. Toch vinden
we daarvan niets. De toelichting, die B. en W.
hij dit ontwerp geven is niet veel meer dan
een herhaling hier en daar, in andere woorden,
van 't zelfde als reeds in de artikelen gezegd
is. Over 't algemeen wordt met deze toelich
tingen door 't dagelijksch bestuur nogal de
hand gelicht. Zeer sterk was dit merkbaar
bij de toelichting tot de voor eenigen tijd
ingedienden ontwerp verordening voor contróle
op de jenever, 't Zou geen kwaad kunnen
als daarop eens gewezen werd.
Om op art. 6 terug te komen. Uit 't eerste
deel van al. 2 blijkt dat bij die taxatie bedoeld
wordt de waarde alleen van het materiaal. Welnu,
die zuivere waarde kan men eerst verkrijgen
na aftrek van alle kosten, die er op kunnen
vallen voor 't materiaal geheel vrij en ver
voerbaar is De kosten van opbreken en ver
wijdering moeten dus komen voor rekening
van den ouden eigenaar.
't Komt ons bovendien voor dat de geheele
2) door* L.
Onder de bezoekers was ook de jonge,
rijke boer en zelfs diens vrouw. Ze hadden
den grijsaard ook geluk gewenscht, en met
hem gepraat van toen hij de familie diende,
zoo trouw en zoo eerlijk. En de oude man was
op zijn praatstoel gekomen. Hij had weer
verteld van den tijd, dat de baas nog een
kind was en als ondeugend ventje te ver
van huis geloopen was, en bijna verdronken
in een greppel, en dat hij toen door hem was
gevonden, na veel zoeken, en dat hij door
hem veilig en wel thuisgebracht was.
En meerdere herinneringen kwamen hij hem
boven. Hij sprak over het trouwen van den
„ouwen baas" zooals hij den vader van
„zijn baas" noemdetoen de paarden voor
den bruidswagen schichtig waren geworden
Bureau vau ^Administratie
en Redaktie
Noordvest 13.
kwestie van de naasting niet heel duidelijk
is omschreven en hier een gevaar schuilt
voor allerlei verwikkelingen.
Art. 6 spreekt van overname van een of
meer der lijnen bij het einde der concessie. Art.
7 zegt dat, na afloop van het 16e jaar de
gemeenteraad de consessie kan intrekken
tegen betaling van een schadevergoeding be
dragende per Kilometer enkel spoor:
in het 16e tot en met het 24ste jaar der concessie f18000
24e 32ste -16000
32ste 40ste -14000
Blijkbaar is de bedoeling van dit artikel
dat met deze schadevergoeding alle kosten
van overname van het vaste materiaal voldaan
zijn. Maar dan is art. 6 onduidelijk dat spreekt
van een taxatie bij het einde van de concessie
en o. i eindigt de concessie toch ook wanneer
ze wordt ingetrokken. Daarom bestaat nu
aanleiding tot de opvatting dat bij intrekking
van de concessie behalve de vastgestelde
schadevergoeding nog de getaxeerde waarde
betaald moet worden, wat toch niet de bedoe
ling kan zijn.
Maar waarom die heele romslomp van de
schadevergoeding? Waarom niet ineens gesteld
dat bij einde der concessie 't heele materiaal
overgenomen wordt tegen de getaxeerde
waarde. Dat is het zuiverst, 't Is altijd ge
vaarlijk nu al een overname som vast te
stellen. Wie weet in hoe 'n verwaarloosden
staat na 16 jaar het materieel zal zijn dat
we dan voor f18000.mogen overnemen.
De beide artikelen zooals ze nu luiden zijn
gevaarlijk, omdat ze duister zijn.
Nog staat in art. 7 een bepaling, die
een wel wat al te zeer in 't oogloopende be
voordeeling van de heeren kapitalisten is.
door de pistoolschoten, gelost ter eere van
het jonge paar en dat hij toen de hollende
dieren tot staan had gebracht. En dan van
dien brand, toen de broeder van de baas
O, hij had nog zoo veel te vertellen!
Maar de vrouw van den baas vond, dat
het tijd werd om te vertrekken en dus vond
de baas het ook.
Ze stonden opmaar voordat ze afscheid
namen, nam de rijke boer uit zijn laken-
sche vest een rijksdaalder en legde dien
voor den ouden man op de vervelooze tafel
neder. Dat was „voor de diensten aan de
familie bewezen".
En de oude man Nam hij het blinkende
muntstuk, zijn bloed en kracht, nam hij
het op en slingerde hij het den gierigen
rijkaard in 't gezicht. Schreeuwde hij hem
toe, dat al die rijkdom van den parvenu uit
zijn pezen en knokels was geboord Gilde
hij het uit, met de kracht van een halve
eeuw lang ingehouden woede dat alles, wat
de boer bezat, gestolen was, ontstolen, aan
aan hem en zijn klassegenooten Helaas
ADVERTENT IËN;
5 cent per regel.
Bi] abonnement belangrijke korting
Er staat
Bovendien zal in de gevallen in dit artikel
bedoeld, de Gemeente aan den concessionnaris
hebben uit te betalen een som gelijkstaande
aan het bedrag wat aandeelhouders gedurende
de explotatie minder aan jaarlijksch dividend
hebben ontvangen dan gemiddeld 5 ten honderd.
Voor elk kapitalistisch hart zal dit niet
meer dan billijk zijn. Het kapitaal moet zijn
rente hebben. En wij hopen dan ook niet
eens dat daartegen in onzen raad een stem
zal opgaan, tenzij, omdat men 5 te hoog vindt
en b.v. 4 wil stellen. Maar tegen het principe
om die arme kapitalisten op zoo'n grove
manier tegen winst-derving te behoeden, waar
nog zoo goed als niets wordt gedaan om de
arbeiders voor ellende te behoeden, daartegen
is van onze vroede mannen geen krachtig
protest te verwachten. Onze eenige hoop is
dat alle arbeiders dit zullen gaan beseffen
en inzien, dat ze niet langer de meneeren
naar den raad moeten zenden, maar zorgen
moeten dat hun eigen mannen aan den groenen
tafel komen.
Art. 23 zegt dat de concessionaris onmid-
delijk uit zijn dienst moet ontslaan alle
koetsiers en verdere beambten hem door
B. en W. aan te wijzen, wegens gemis aan
geschiktheid, voorzichtigheid en beleefdheid
tegenover het publiek.
Zou het niet goed zijn in dit geval een
hooger beroep te stellen of zijn B. en W.
onfeilbaar? En wat die beleefdheid betreft
mocht dan ook wel een zware straf gesteld
worden op onbeschoftheden van de zijde van
't publiek. Die komen ook weieens voor en koet
siers en verdere beambten zijn ook menschen.
In art. 26 lezen we: „De tramwagens zullen
telkens moeten ophouden als passagiers in-
neen. De afgebeulde man stond op en dankte
den boer voor zoo groot een gave. Hij schreide
de arme, van aandoening en dankbaarheid,
terwijl hij bevende uitbracht, dat het te
veel was.
En de boer Kwam er eindelijk bij hem
boven een te laat ontwaakt gevoel van schuld
tegenover zijn ouden dienaar Of streelde
hem alleen de onderdanig-kruipende dank
baarheid in dien grijsaard De boer nam
nog een rijksdaalder uit den vollen zwarten
vestzak en stopte dien den ouden man in
de bevende hand.
Toen ging men.
En de deur was nauwelijks gesloten achter
het echtpaar, toen het wijf den man toebeet
„Zie-e noe wel stommerik dat een gulden
genogt gewist was; in om noe nog een reis-
daelder die te gevenJe vreet van de eêle
weeke geên vleis meêr, oor je!"
En de man boog het hoofd.
EINDE.
DE HOKER