DE MOKER.
et Volk.
De Nieuwe Tijd.
J. Koorengevel,
Onmisbaar yoor iederen arbeider is
Ingezonden Stukken.
Steunpenning.
Nieuwstraat - Schiedam.
Geldersche Kade 117, Amsterdam.
St. KLEPKE, Helenastraat 16.
Sociaaldemocratisch Maandschrift.
Onderwijzer in Handteekenen en
Schoonschrijven.
Teekenen voor de Hoofd-acte.
Verbeteren van Schrijfhand.
Aanleeren van Rand-, Gothisch-,
Fractuur en ander Schrift.
Dagblad
voor de
Arbeiderspartij.
BUREAU:
gestruikeld was, is er een verwarring ontstaan, zoo
groot, dat vier leden besloten, Van Kol, Schaper,
Troelstra en Van der Zwaag niet meer aan de
discussies deel te nemen.
De andere leden waren daarna heel gezelligjes
hij elkaar, zoo echt ouderwetsch. Zoo altijd door
die dwarskijkers op je vingers gekeken te worden,
is Ook niet prettig. En die vier lui hadden deze
wetsontwerpen heelemaal bestudeerd! Dat was
juist het belabberde, dat die vier mensehen zoo
goed op de hoogte waren. Maar nu zouden de
overblijvenden eens gauw de rest afhandelen. Er
moest nog altijd gesproken worden over onze dier
bare schutterij. Er zou over haar lot beslist worden.
De minister van oorlog Kool had geen gunstigen
indruk van de schutterij. Och, zei hij, wat beteekent
die schutterij nu eigenlijk? Door mijn nieuwe wet
valt toch weg de tegenwoordig grootendeels onnutte, maar
volstrekt niet gering te achten drukdie op de bevolking
wordt gelegd door onze bestaande schutterijen.
Dat vond ons Kamerlid Smeenge toch een beetje
te bar. Hij ging eens een tafereel ophangen van
kranige officieren, onderofficieren, en manschappen
bij de schutterij, om daarmee aan te toonen, dat
de schutterij toch nog niet zoo slecht was, als de
minister van oorlog wel verteld had.
En de minister van oorlog? Die nam zeker zijn
woorden terug? Wel neen, hij sprak er verder niet
meer over, zoodat we mogen aannemen, dat de
hierboven gecursiveerde woorden goed overdacht
waren, voordat ze werden uitgesproken.
Als onze schutterij-autoriteiten nu deze woorden
maar in hun ooren knoopen. Ook voor de Schie-
damsche schutters zou dit een belangrijk voordeeltje
zijn. Waar deze elke veertien dagen een avond
zich moeten oefenen, dikwijls nadat zij uren lang
in fabriek of werkplaats zijn bezig geweest, zou
het niet anders dan aangenaam voor hen zijn, wan
neer onze schutterij-autoriteiten tot deze conclusie
kwamen: „Onze minister van oorlog, de hoogste
militaire autoriteit, vindt de schutterij onnuttig,
welnu, wij zullen ons houden aan de woorden van
dien minister, en de schutters in het geheel niet
meer oproepen. Wat zal die minister ons dan
kranig vinden!
Maar zullen onze schutterij-autoriteiten dat doen
We gelooven het niet. Het is immers zoo'n aardig
vermaak, van tijd tot tijd die mannetjes te kunnen
dresseeren, en danwaar moesten die mooie
officierenpakjes blijven?
Een ander middel zou waarschijnlijk meer succes
hebben. Laten de schutters gezamenlijk een adres
aan de officieren opzenden, om ontheffing van
diensten bij de schutterij, zich beroepen op de
woorden van den minister van oorlog, en wie weet,
of dan de autoriteiten niet zwichten.
Kom, schutters, toont nu eens, flink en dapper
te zijn! Misschien win je er wat mee, als ge eens
gezind zijt. Bedenkt het: Eendracht maakt machtl
te werk is gegaan. Ejj had eerst een grooter schandaal
uit den weg moeten ruimen, dan had ik hem een
flink arbeider genoemd, n.l. als M. G. er eens opge-
wezen had, dat er verschillende branders door het
St. Antonius-gilde laten werken op zoo'n wijze, dat
kolenwegers en zakkendragers er allen nadeel van
hebben. Die branders dan laten de kolen uit hun
aken scheppen. Was het daarom niet beter geweest,
M. de R., als M. G. dit eerst eens had in orde
gebracht
K.
Bniten verantwoordelijkheid der Redaktie.
Schiedam, 1 Mei 1901.
Mijnheer de Redacteur
Verzoeke onderstaande in Uw blad te willen opnemen.
In het no. van 20 April j.l. doet M. G. een beroep
op den heer Maas, om de kolen op 42kilo in plaats
van op 46 te laten werken. Ik vind, dat M. G. verkeerd
Burger Redacteur!
Naar aanleiding van het geschrevene in no. 5 van
dit blad aangaande de glasblazers door den heer X,
wilden ook wij het een en ander daarover zeggen.
Mijnheer X begint dan, met er op te wijzen, dat de
toestanden der glasblazers zooveel te wenschen over
laten. Nu, ieder weldenkend mensch zal hem dit
gaarne toegeven, en er bij willen voegenjammer
dat die menschen zich onderling niet beter verstaan,
om betere toestanden te scheppen. Maar hoe treurig,
om geen ander woord te gebruiken, wordt het ons
dan te moede, als wjj daar onvolledige en daarom
onware voorstellingen lezen, gegeven door iemand,
buiten het vak staande, die, zonder een vooraf gaand
onpartijdig onderzoek, van wal stak, waai schijnljjk
op aanblazing van iemand, die blijkbaar meer door
persoonlijke haat wordt gedreven dan wel, om de zaak
der arbeiders te bevorderen. Wat geen ander gevolg
kan hebben, dan de arbeiders tegen elkander in het
harnas te jagen. Wanneer mijnheer X op initiatief
der patroons had moeten schrijven, dan bad hij het
bepaald nooit beter kunnen doen. Het „verdeel en
heersch," de sleutel waarmede een klein aantal men
schen een groot aantal menschen kan uitbuiten, is
voor het eerste gedeelte door X toegepast op een
wjjze, die hem, wanneer hij zoo door blijft gaan, nog
eens een lintje van de een of andere orde der divi-
denten-jagers of coupon knippers kan bezorgen, want
werkelijk, men kan de zaak dezer menschen niet beter
dienen, dan dat men verdeeldheid onder de arbeiders
brengt. Wij willen nu echter aannemen, dat hij is
geworden de dupe van iemand, die door persoonlijke
haat daartoe werd aangespoord. Wjj voor ons vinden
dit jammer, dat hij bij zoo iemand is aangeland immers
als de eene blinde de anderen moet leiden, hebben zij
kans te zamen in de sloot te recht te komen.
Een beetje meer uitgebreid onderzoek en wat meer
studie daarvan is mijnheer X dan ook in 't vervolg
aan te bevelen. De heer X schrijft verder: de glas
blazer heeft twee knechts die hij uitbetaald. Zeker,
maar dan met bijvoeging, dat hjj ze wel uitbetaald,
maar, dat hij niet mag nemen wien hij wil, maar hij
ze gestuurd krijgt van den patroon, die ze aanneemt
en ontslaat, naar zijn goeddenken, zoodat het niet is
de glasblazer heeft twee knechts, maar: de blazer
krijgt twee helpers. En als hij nu met een van beiden
helpers niet vooruit kan zooals hij zou willen, dan
kan de patroon even goed hem, als een der helpers
naar huis sturen. Verder schrijft X; nu gebeurt het
niet zelden, dat zulk een blazer van 30 tot 40 gulden
verdient, nadat daarvan een loon van f 11.voor
den steller en f4.50 voor den aanvanger is afgetrokken
Dit nu is een geheel scheve, onvolledige en daarom
ook onware voorstelling. Wanneer dit loon al wel
eens ontvangen wordt, dan is dit een buitenkansje,
daar het zelden voorkomt, maar dan verdient de
steller ook geen fll.— maar f16.en de aanvanger,
meestijds een jongen, geen f4.50, maar f8.30 Of zjj
nu dit geld ineens van den blazer, of wel eeD gedeelte
daarbij yan den patroon ontvangen doet niets terzake
wijl alle loon wordt nitbetaald van de opbrengste
der gemaakte flesschen, waarvan zeker nog genoeg
overblijft voor de heeren ondernemers der genoemde
fabrieken, wat is na te gaan, aan het feit, dat er;
overal, in het buitenland zoo goed als in Nederland,
nieuwe glasfabrieken worden opgericht.
Verder schrijft mijnheer Xnu wordt er wel gezegd,
dat de blazer een vakman is en zijn beide helpers
dit niet zijn, doch dit mag geen reden zijn om zelf
f30.— of flO.te behouden, terwijl de anderen een
jodenfooi ontvangen.
Maar mijnheer X, hebt gij nu waarlijk met blazers
ook gesproken. Gij durft zoo maar neerschrijven, dat
wij f30.a f40.verdienen. Geeft ons en de lezers
dan uw cijfers eens om dit aan te toonen. Wjj
kunnen de bewering staven, dat er blazers zijn,
die hier nog nooit f 30 verdiend hebben. Wel zijn er ook
blazers, die na 6 dagen arbeid, wel eens met f7.50
naar huis gingen, omdat voor onze rekening de risico
blijft van het afkeuren van flesschen, of als wij om de
een of andere reden, bjjna geen flesschen kunnen maken.
De steller, en aanvanger moeten hun volle loon hebben,
of het goed ,gaat of slecht. Wij kunnen dan ook consta-
teeren, dat f30.— of f40.— voor den blazer per week
een absolute lengen is. De heer X slaat niet alleen de
plank mis, door dat hij onze verdiensten zooveel te
hoog opgeeft, maar hij werkt in verkeerden richting
door bij ons te komen voor meer loon voor steller
en aanvanger. Zij worden door den patroon aangeno
men met upgave van loon'; verlangt hij nu in dat loon
verbetering te brengeD, dan moet hij niet bij ons, maar
bjj den patroon aankloppen. Dat is de weg. Niet gaan
vragen, bij hen, die zelf met verschroeide kaken,
veroorzaakt door hun werk, langs de straat gaan,
maar bij hen, die van de meerwaarde van onzen arbeid,
dat is de arbeid van het personeel, benoodigd bjj de
flesschenfabrieage, het vette der aarde kunnen ge
nieten, dan zult gij aan een beter adres zijn zouden
wij meenen. De volgde zin van mijnheer X, dat, als
wij patroon waren, hij er niet over zou schrijven,
is naief genoeg en spreekt voor zich zelf. Wat het
premie-stelsel aangaat, kunnen wjj u melden, dat wjj
als blazer in beter conditie stonden wat het loon
aangaat voor dien tijd, dan daar na, kunnen blazer,
steller en aanvanger het niet met elkander eens
wordenwel zeker mijnheer X, maar als er dan iemand
tweedracht komt zaaien om eendracht te maaien, ziet,
dan vertrouwen wjj zoo iemand niet al te best. Wat
het vuur en vlam spuwen tegen het kapitalisme aan
gaat,, schenken wjj u, mijnheer Xen noodigen wjj
u uit voortaan „De Moker" niet meer te gebruiken
om te trachten de boel uit elkander te slaan, doch
de boel vaster aan elkander te smeden, tea voordeele
der geheele arbeidsbeweging.
Met dank aan de redactie voor de opname en met
de opmerkingen dat ieder onderofficier moest weten,
dat als een soldaat bjj hun om meer tractement komt,
deze aan het verkeerde kantoor is, teekenen wjj
achtend,
Schiedam, 1 Mei 1901.
A. 25 c., X. 4 c., Kees 1 c., Jans 2 c., NeUy
5 e., R. 5 c., Dikkie l1/, c., A.2 10 c., V. 10 c.,
E. 1 c., L. 10 c., J. 10 c„ B. Z. 10 c., K. 7 c.,van
een stadswerker 4 c., M. 25 e., W. 25 e.
No. 4 (April-Aflevering) van
den 6den Jaargang:
Redactie: HENR. ROLAND HOLST,
F.vanderGOESenDr. HERM.GORTER
Bevat: Ontwerp program v. d.
Nederl. Koloniale Politiek, door
H. van Kol; Kinderlitteratuur, door
S. TroelstraBokma de Boer; Lis-
sagaray, door M. Mendels; Terrein
kennis (Den Helder) door F. W. N-
Hugenholtz Jr.Het agrarasch pro
gram, door P. J. Troelstra; Troel
stra tegen Kautsky, door H. Gorter
Het Paaschcongres, door F. v. d.
Goes; Boekbeoordeeling.
Prijs f 1.25 per kwartaal, voor
arbeiders f0 871.
Men abonneert zich bij den Boek
handel en bij den Uitgever J. A.
F0RTUIJN, Kerkstraat 34, Amstxr-
dau, die steed* gaarne proefnum
mer* zendt.
Abonneert U op
Abonnementsprijs
13 cent per kwartaal, franco per
post 20 cent.
Bij vooruitbetaling
Losse nummers 1 cent.
ABONNEMENTSPRIJS
15 cent per week. ƒ1.95 per 3 maanden fr. p. post.
Alle abonne's zijn verzekerd tegen ongelukken bij de
Maatschappij „EATUM" 's Gravenhage voor f 1000 bij
geheele Invaliditeit, en f 400 bij overlijden.
Proefnummers worden op aanvraag gratis bezorgd
door den Agent voor Schiedam: