Socialisme en Godsdienst, Politieke Schetsen. „Gemeenschappelijk Grondbezit" wen, met toepassing van het stelsel der evenredige vertegenwoordiging. Afschaffing van de Eerste Kamer. 2. Arbeiderspensioneering voor mannen en vrou wen, op kosten van den Staat. 3. Uitbreiding der ongevallenverzekering tot de landarbeiders, zeelieden, zeevisschers, handelsbe dienden, dienstboden en andere uitgesloten arbeiders of met dezen gelijk te stellen personen. 4. Staatsexploitatie van spoor- en intercommunale tramwegen, mijnen en groeven. Vervanging van de Nederlandsche Bank door een Staatsbank. 5. Inwilliging der eischen, door de vakvereeni- gingen gesteld aan den Staat, als: uitvoering van rijkswerken in eigen beheer, maximum arbeidstijd en minimum loon in bestekken van rijkswerken enz., onder controle der vakvereenigingen. Invoering eener wet op de ai'beids- en rust tijden, die ais overgang naar den achturigen arbeids dag voor geen bedrijf langer arbeidsduur dan tien uur toelaat en den nachtarbeid afschaft, of, waar dit onmogelijk is, invoering van een behoorlijk ploegenstelsel eischt. Verbetering der arbeidswetgeving, ook in ander opzicht, en uitbreiding daarvan tot den veldarbeid en de huisindustrie, tevens tot de dienstboden. Wijziging der wet op de Kamers van Arbeid. 7. Vermeerdering van den volksinvloed op de samenstelling der rechterlijke macht en opheffing der militaire rechtspraak. Schadeloosstelling aan onschuldig veroordeelden en preventief gevangenen. Kosteiooze rechtspleging. Invoering van administratieve rechtspraak. 8. Handhaving der vrijheid van spreken, druk pers, vereeniging en vergadering, ook voor amb tenaren en militairen. 4 9. Bestrijding van het militairisme; bevordering van volksweerbaarheid, onder voorwaarde van be langrijke verlichting van persoonlijke en financieele lasten. Schadeloosstelling aan hen, wier kostwinner den militieplicht vervult, en aan schutterplichtigen. 10. Kosteloosheid van het Lager Onderwijs. Bij gebleken bekwaamheid gratis openstelling van in richtingen voor Hooger en Middelbaar Onderwijs, ook voor minvermogenden. Gratis verstrekking van leermiddelen en, zoo noodig, verpleging. Onderwijs aan'kinderen, wier ouders geen vaste woonplaats hebben; wettelijke invloed van de klasse onderwijzers op de regeling der schoolzaken; am- bachts-onderwijs van staatswege; strafbaarstelling van werkgevers, die leerplichtige kinderen in het werk nemen. Verwerkelijking der volgende eischen, gesteld door het Onderwijs-Congres: Uitbreiding der be staande Wet op den Leerplicht, in dien zin, dat de verplichte cursus minstens 7 jaar omvat; niet eerder beginnende dan op 6-jarigen en uiterlijk eindigend op 15-jarigen leeftijd; verplichtend stellen van het Herhalingsonderwijs, gedurende minstens twee jaar. Erkenning van den plicht der overheid er voor te waken, dat de lichamelijke verzorging van het schoolkind voldoende zij; derhalve invoering van schoolvoeding, -kleeding, -baden, aanstelling van schoolartsen. Invoering van schoolraden. Wijziging van de Arbeidswet zoodanig, dat: 1°. kinderen, die nog leerplichtig zijn, vaUen onder de arbeidswet, ook al zijn ze ouder dan 12 jaar; 2°. verbod van allen loontrekkenden arbeid voor leerplichtige kinderen, en als gevolg daarvan intrekking der vrijstelling voor zes weken uit de leerplichtwet; 3". verplichting voor den werkgever om kinderen, die herhalingsonderwijs willen volgen, hier voor den noodigen tijd te verschaffen. 11. Betere regeling van het pachtcontract, berus tende op het beginsel, dat alleen pacht behoeft te worden betaald van de netto opbrengst van het be drijf, met recht van den vertrekkenden pachter op vergoeding, wegens de door zijn arbeid of kapitaal aan het gehuurde aangebrachte verbeteringen. Toezicht op de naleving van het pachtcontract door pachtcommissies, waarin aUe belanghebbenden zijn vertegenwoordigd. Uitbreiding van het onteigeningsrecht der ge meenten, om te kunnen voldoen aan den eisch, gesteld in het gemeenteprogram, luidende: „Het tegen matigen prijs in gebruik geven van grond en van bedrijfsmateriaal, omlandbewerkers daarop een zelfstandig bestaan te verschaffen; in verband hiermede bevordering van coöperatie der kleine en middelmatige landgebruikers; het aanleggen van wegen en bosschen, het droogleggen van plassen en de ontginning van woeste gronden. Afschaffing van aUe bevoorrechting in zake het jachtrecht. 12. Meerdere zelfstandigheid der gemeenten, ook op belastinggebied. 13. Belasting van uitwonende eigenaren. Invoe ring van staatserfrecht in de zijlinie Sterk opklim mende belasting op erfenissen, vermogens en in komsten. Afschaffing der belasting op levensmid delen. BiUijke verdeeling der grondlasten. 14. Opheffing der wetsbepalingen, die de vrouw ten achter stellen bij den man. Herziening van de wettelijke bepalingen omtrent echtscheiding. Ophef fing van het verbod van onderzoek naar het vader schap en verplichting van den natuurlijken vader om zijn kind te onderhouden. Wettelijke regeling van de weezenverpleging in gestichten. 15. Bestrijding van het alcoholisme, o.a. door aan de meerderjarige mannen en vrouwen van iedere gemeente het recht le geven, bij meerderheid van stemmen den drankverkoop in de gemeente te beperken of te verbieden (local option). 16. Ontwikkeling van het koloniaal beheer in de richting van het zelfbestuur der koloniën. Uit gaande van dit beginsel worden de volgende eischen gesteld. Wat Oost-Indië betreft: a. Beëindiging van den Atjeh-oorlog. Scheiding der finantiën, decentralisatie van het Bestuur. b. Afschaffing der heerendiensten en van de ge dwongen koffiecultuur. Overname der pand huizen in eigen beheer. c. Krachtige voortzetting van bevloeiingswerken. Landbouwcrediet. d. Verschaffing van verloskundige hulp. e. Verbetering van den maatschappelijken toestand der Indo-Europeanen. Wat. West-Indië betreft: a. Opheffing van subsidie aan Suriname. Hulp verschaffen aan Curasao en de andere eilanden. b. Bevordering van den kleinen landbouw. Einde maken aan de bevoorrechting der plantage- eigeparen en de inijnbouw-maatschappijen. c. Arbeidswetgeving. Onder dit opschrift lezen we in De Wekker, het verkiezingsorgaan van onze Delftsche partijgenoo- ten, het volgende, dat wij ten volle onderschrijven Wij zijn geen Godloochenaars! Men zegt dat van ons om de geloovige arbeiders van ons gescheiden te houden! liet is kwaadsprekerij Wij zijn geen Godloochenaars! Wij komen er alleen tegen op dat men den arbeiders voorspreekt dat zij aan God verplicht zijn, te berusten in hun maatschappelijke eUende. Wij meenen dat zij, die dat verkondigen, de ar beiders misleiden. Wij gelooven dat ieder arbeider, hoe hij ook denkt over God en Godsdienst, verplicht is met zijn klassegenooten te strijden voor verbetering. Wij gelooven dat er van christelijke liefde qeen srake zijn kan in een maatschappij waar de eene klasse teert op den arbeid van de andere, waar de eene klasse de andere onderdrukt, waar de bezittende klasse het den arbeiders ontbreken laat welvaart en ontivikkeling Wij meenen dat ieder waarachtig christen met ons moet streven naar een samenleving waar die eUende zal zijn weggenomen, en waar recht en welvaart kunnen heerschen. Ja, wij meenen dat een waarachtig christen geeu vrede mag hebben met deze schandelijke maatschappij. Nog eens de kerk-crisis. Ik heb 4 brieven gekregen naar aanleiding van de Moker'sohe artikelen over de nieuwe kerk-crisis, alle uit Schiedam. Een van een pater X. S. J., een van een katholieken heer, een van een katholieken werkman en een van een sociaal democraat. Mooier sorteeriug is moeieljjk denkbaar: pater Jezuiet brandkast katholieken bourgeiis tegen over R.-K. Volksbouder en socialist, beiden zonder brandkast. Juist deze toevallige samenvoeging is de reden, dat ik in „De Moker" op deze brieven ant woord en niet particulier voor zoover mogelijk. I. Pater X van de orde der Jczuieten is razend en tiert als een inquisiteur. Zooiets heiligs als „De Kerk" in een socialistisch blad te behandelen als een zaak van gewone politiek, verdient de zwaarste straf Gods (in wiens naam pater X zeker zooals in de ge zegende t(jdeu der ketterjachten gaarne aan het bran den wou trekken!) Na veel verweuschiugen en wat dies meer zjj eindigt de brief aldus: „Dat ik mjj nog verwaardig aan een ongeloovige en een socialist te schrijven is het uitvloeisel van het hooge bewustzijn een dienaar Christi te zjju." Och kom, Eerwaarde, maar dan toch zeker van een anderen Christus dan Jezus van Nazareth, onder wiens menschlievende uit spraken 0. a. voorkomen„hebt uwe vijanden lief, „oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt", enz en wiens ijvigste jongere schreef: „wie zegt, ik heb God lief, maar hij haat zijuen broeder, is een leugenaar". Ik weet niet, of pater X. 8. I. deze en dergelijke uit spraken wel eens is tegengekomen in den Bijbel, maar zijn brief doet het tegendeel vermoeden. Eén ding is mij alleen niet duidelijk: waarom zijn eerwaarde mij schreef. Misschien is de brief van den katholieken werkman een middel tot verklaring daarvan. II. In dien brief n.l. schrijft de bewuste werkman, dat het allemaal heel mooi klinkt, den katholieken 1 proletariër los te maken van de overheersching van geestelijkheid en patroon, maar dat het eenvoudig i niet mogelijk is. De Volksbond komt met den dag meer onder de discipline van heeroom en baas.; heeroom dreigt met de vreeselijkste straffen en de baas met ontslag, indien de werkman ook maar neigingen mocht vertoonen zich met de socialisten in te laten. En broodeloosheid vreest iedereen. Daarom houdt iedereen zich stil, vooral omdat, schrijft mijn correspondent, je nooit weet of je eigen makkers je niet zouden ver raden. En dan volgt de verklaring, dat er zoo'n massa werklui zijn, die den dag zullen zegenen, dat zij zonder gevaar voor broodsgebrek zich zullen kuunen bevrijden van een gezag, dat hen tot erger dan slaven maakt en hen dwingt huichelaars te zijn. En dan dit slot „of de socialisten zooveel goeds zullen tot stand brengen als zij zeggeu, kan ik niet uitmaken, maar als zede proletariërs bevrijden van een gezag als waaronder wjj zuchten, dan zullen velen van ons hen zegenen." Zon pater X. S. J. soms de lucht hebben vau een dergelijke stemming onder zjju schaapjes? Ik mag het hopen. Dan kuunen de katholieke democraten, christelijk- socialen of hoe hoe zij zich ook noemen, hier gauw aan den arbeid trekken en dan zal de S. D. A. P. ze zeker graag een handje helpen. III. De sociaal-democraat, die mij een brief zond, meent dat de kerk zichzelf wel zal doodleveneti dat Kt socialisme zich er dus niet mee te bemoeien heeft. Mijus inziens vergeet hij. dat de katholieke proleta riër, dank zij het verbond vau geestelijkheid en pa troons, veel miuder gemakkelijk in staat is zich vrij te maken dan de niet-katholieken. Indien de socialisten hem nu in de gelegenheid stellen, die vrijmaking spoedig te bewerkstelligen, dan redden zij hem en versterken zjj hun eigen gelederen in den strijd tegen de bourgeoisie tegelijkertijd. En dit is toch ook wat waard. Bovendien vertegenwoordigt de katholieke kerk een gezagsbeginsel, dat zij telkens op nieuw zal m- hongwerkeu, indieu z(i' niet terug wordt gedrongen op haar eigen gebod, den godsdienst. IV. Dit laatste wordt dubbel en dwars bewezen door deu vierden der brieven, een heel wat waardiger schrijven evenwel dan het geraas van mijn pater Jezuiet. Want, ontdaan van al zijn bijwerk, komt deze hier op neer: „het volk is miuder omwikkeld dan w(j. heeft dus meer gezag noodig, en welk gezig zou nu beter knnuen zjjn, dan dat van zijn werkgever en dat vau zijn zielsverzorger vereenigd?" Juist, daar zit hem de kneep: gezag in plaats outwikkeling, auders vermag het verbond van patroou en pastoor niets; dom houden en onderdrukken, anders moesten zjj eens even ontwikkeld worden nis „wij" en dan zouden „wij" (patroons) baas-af raken. Daar zit juist de oorzaak van den klassenstrijd, daar in dat onheb belijk en dom gezag willen uitoefenen over onontwik- kelden Maar de proletariërs in alle landen zijn aan het wakker worden, gaan zich rekenschap geven van bun rechten en hun macht. Reeds nu schudden zjj de bonrgeoisie-maatschappij zoo hettig, dat die arme bour geois óf woedend óf onpasselijk worden. En hoe meer z(j ziende worden, hoe krachtiger hun storm zal wez n. Welbewustheid en inzicht zjjn de beste gidsen. J. v. L. Wü ontvingen de outwerp-statuteu der vereenigiug. „Gemeenschappelijk Grondbezit" In de begeleidende circulaire wordt o.a. opgemerkt, dat na 15 jaren van theoretische propaganda men de oprichters niet van overijling beschuldigen kau, wanneer zij wenschen, naast hun theoretimheu eu propagandises, hen arbeid ook den practischen ter hand te nemen, en te trachten, zooveel grond als mogelijk aau „woeker" eu winzucht te onttrekken en te doen dienen, om hen te voeden, die er op wonen en werken. Art. I luidt als volgt: De vereenigiug stelt zich ten doel mede te werken door wo rd eu daad tot het brengen van den grond in gemeenschappelijk bezit, ter bevrediging van het rechtsgevoel, tot ge- zoude ontwikkeling van alle doelen der samenleving, tot leniging van armoede eu bestrijding van pauperisme. Art. IIZij tracht dit doel te bereikenlo. door proganda voor het beginsel2o. door prrpagauda ten gunste van eene wetgeving die het boven omschreven doel tracht te bevorderen3o. door aankoop van grond en exploitatie daarvan door leden, op de wijze bij huishoudelijk reglement te bepalen; 4o. door samenwerking met andere lichamen, die gelijk doel beoogen, en dat doel met gelijke middelen trachten te bereiken; 5o. door elk wettig middel niet strijdig met het openbaar belang, dat geacht wordt nuttig en noodig te zijn. De voorloopige oprichters zijn: ,„TTT, J. F. BEIJEN, Zeist. D. DE CLERCQ, Laren, (N.H.) F. VAN EEDEN, Walden, Bussem'LO DIS VAN GEL DER, Harlingeu. I. H. F. GRÖNLOH Jr., Amster dam, Mauritskade. W. HACKE, Utrecht, Oudewjjk. H. J. HAGELEN,Arnhem, Fan Pallandtstraat 9. D. H. HOITSMA, Minnertsga. JOH. KUIKEN, St. Ann a-Parochie. A. LANGE JAN, Emchedé. P. LOOTTE, Rotterdam. C. J. POLAK, Steenwjjk. A. PRAKKEN, Amsterdam, Fred. Head. Plants .7. H. W. ROM.BOUT, Amsterdam, Tilanusstraat 54. JAN STOFFEL, Deven ter. K. TAEKEMA, Haarlem. J. WESTENDORP, Haarlem, Schotersiugel 121. I. H DE WILDE, Am sterdam, Reindwarsstr. 38. J. v. WOENSEL KOOIJ, Utrecht, Maliebaan 15 K. ZWAAN Azn., Enkhuizen. De oprichtvergadering zal vermoedelijk in de eerste dagen van Juli gehouden worden. Zij die wenschen deel te nemeu geven hun naam en zoo mogelijk hun jaarlijksche bijdrage vóór 1 Juli a.s op aan D. de Clercq, Laren N.H. Minimum-bijdrage is 50 cent. De leden moeten minstens 21 jaar oud zijn. Personen van 18—21 kunnen buitengewoon-lid zjjn. Afdrukken der Ontwerp-statuten zijn gratis verkrijgbaar ter Drukkerij „Vrede" Den Haag, Vaillantlaan 295.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1901 | | pagina 3