Schiedamsch Sociaaldemocratisch Weekblad.
Stukken voor het eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a.s. 's middags 12 uur in het bezit der Redactie zijn.
No. 27.
Zaterdag 31 Augustus 1901.
Ie Jaargang.
Coöperatie.
Het „Christelijk" Ministerie.
Recht, Plicht en Orde.
ABONNEMENTSPRIJS:
13 cent per kwartaal
1 .nn bii vooruitbetalmq.
franco per post 20 cent 1 J :1
Losse nummers 1 cent.
Bureau, van Administratie
en Bedaktie
Noordvest 12.
ADVERTENTIËN;
5 cent per regel.
Bij abonnement belangrijke korting
De N. Sch. Ct. is een degelijk blad. Zij
wil haar lezers graag ook iets leeren. Dooi
de week heeft ze 't daarvoor te druk. Maar
's Zaterdagsavonds krijgen de lezers toch
nog aleens een mooi stukje om 's Zondags
op hun gemak te lezen. De laatste maal had
ze 't over coöperatie. Haar doel was (dat blijkt
uit de laatste 40 regels van 't ruim 2 kolommen
beslaande stuk) onze Schiedamsche burgers
te waarschuwen tegen coöperatie, omdat die
een schade is voor den middenstand. Wie aan
coöperatie doet vermoordt den middenstand.
Men mag niet alleen aan zichzelf denken,
want: „de maatschappij bestaat uit leden,
die eikaars hulp niet kunnen ontberen."
Aldus de N. Sch. Ct Alleen reeds die laatste
zin zou heel gemakkelijk en zuiver uitgewerkt
kunnen worden tot een betoog, dat nu juist
niet zou passen in het kader van de N. Sch Ct
maar deze kleine bokkesprong zullen we voor
't oogenblik verder geen aandacht schenken.
De N. Sch. Crt. vindt 't heel interessant om
uit te maken door wie de coöperatie in Neder
land is ingevoerd. Mr. Kerdijk zegt: door de
werklieden. De N. Sch. Crt. beweert door de
ambtenaren, en haalt er dan even die ambte
naren door om hun verachting voor die „niets-
beteekenende middenstand". Hoe lief, hé, van
de N. Sch. Crt., dat ze zoo party trekt voor
den middenstand. Die slechte ambtenaren gun
den de winkeliers niet eens hun verdiensten.
Je zoudt zeggen, zulke schrokkers.
Het komt ons evenwel voor, dat het optreden
van de N. Sch. Crt. niet alleen toe te schrijven
is aan haar liefde voor den bedreigden mid
denstand. Was dit zoo, met hoeveel meer
woede zou het blad dan niet losrennen op
het grootkapitaal, dat toch inderdaad de vijand
is van dien middenstand. Zelfs komt 't ons
niet onwaarschijnlijk voor, dat dit vast reeds
een aanloopje is om het socialisme straks
weer eens aan te vallen. Wij socialisten toch
zijn besliste voorstanders van coöperatie De
coöperatie is volgens de N. Sch Crt. verder
felijk voor den middenstand. Dus (de gevolg
trekking is heel gemakkelijk) het socialisme
staat vijandig tegenover den middenstand.
Tegen deze gevolgtrekking als voortsprui
tende uit treurige eenzijdigheid en onvolledige
kennis willen we evenwel bij voorbaat opkomen.
De coöperatie, zooals die thans in onze
burgerlijke,kapitalistische maatschappij wordt
toegepast, is een middel om beter weerbaar
te zijn in den feilen strijd om 't bestaan en
om tevens zedelijke eigenschappen aan te kwee
ken. Vooral dit laatste mag niet uit 't oog
verloren worden, n.l. dat langs den weg der
coöperatie de concurrentiegeest vervangen
wordt door een geest van solidariteit. Maar
ook het eerste is van zeer groot belang en
daarop vestigen wij nu vooral de aandacht.
Juist om weerstand te kunnen bieden aan de
woeste stroom van 't kapitalisme werpen
velen zich op de coöperatie en wij socialisten
zien daarin dan ook een krachtig middel om
de arbeidersbeweging te steunen, de arbeiders
beweging, die niet gericht is tegen den midden
stand, maar tegen het kapitalisme, welks uit-
breidendo macht het juist is, die den midden
stand bedreigt. Of verdwijnen niet de kleine
bakkers door de concurrentie der broodfabrie
ken, wordt niet 't bestaan der schoenmakers
bedreigd door de schoenfabrieken, dat dei-
kleermakers door de confectie magazijnen, enz.
Juist door de uitbreiding van 't groot kapitaal,
die slokop, worden de kleine winkeliers en
kleine bazen doodgedrukt en teruggeworpen
in de massa van 't proletariaat.
Een staaltje hoe wetenschappelijk At N. Sch. Ct.
te werk gaat geeft 't volgende. Zeker om te
laten zien hoe knap ze is haalt ze iets aan
uit de eerste dagen der verbruiks coöperatie
en vertelt dan van de „vereeniging van
eerlijke pionniers van llothwel
De N. Sch. Crt. heeft de klok hooren luiden
waar weet niet waar de klepel hangt. Ze be
doelt zeker de pionniers van Rochdale. Nogal
gek wanneer je over iets gaat schrijven en
tot 4keer toe den naam verkeerd aanhaalt.
Van die vereeniging dan vertelt de V. Sch. Ct.
dat ze 6000 leden telt en jaarlijks 1 ton gouds
winst maakt. De V. Sch. Crt. vergist zich
blijkbaar, en in 't nadeel van die coöperatie.
In 1880 bedroeg 't aantal leden reeds 10,600
met een jaarlijksche winst van f 600,000
en in 1891 11.647 leden en een winst van
f652,500.
Dat maakt wel een klein verschil. In een
der eerstvolgende nummers komen wij op dit
onderwerp terug en zullen dan gelegenheid
hebben te bewijzen, dat als regel de netto
winst in de coöperatie gemaakt niet juist „zoo
goed als niets" is maar gemiddeld een vrij
hoog percentage van den omzet bedraagt.
De N. Sch. Crt. vindt 't schande, dat een
arbeider dit zou onthouden aan de winkeliers.
Maar hoe bedroefd weinig begrip moet men
dan wel hebben van de ellende en de mate-
riëele tekortkomingen der arbeiders om van
hen te eischen, dat ze noodeloos een staf van
tusschenpersonen de kost zullen geven.
Waarom verzet de V. Sch. Crt. zich niet
tegen samenwerking van 't grootkapitaal,
dat toch waarachtig niet op een dubbeltje
of een paar guldens behoeft te zien. Waarom
moeten 't weer de armen zijn, die de winkel
stand moeten onderhouden?
Wij laten 't hierbij voor 't oogenblik. Een
volgend maal meer.
In ons nummer van 17 Aug. vermeldden
we hoe zijn allerchristelijkste Excellentie
Dr. A. Kuyper niet geschroomd had de ambte
naren aan zijn departement op Zondag te
laten werken, omdatZijne Excllentie
's Maandags op reis moest.
Eerst al klaagde de Standaard zeer voornaam
over die mededeelingen, en eenigen tijd later
komt de Tijd't orgaan van Dr. Kuypers
„bondgenooten" met een soortgelijke klacht.
Het blad meent, dat men in dat geval te
doen heeft met een bedekten strijd in het
ministeriëele bureau, door eenige ambtenaren
tegen den nieuwen minister gericht.
„Nu de drukte over de fameuzen Zondags-
arbeid tot niets geleid heeft, komt, zooals
men ziet, het bureau van binnenlandschezaken
de liberale pers ter hulp met nieuw materiaal.
De geheime verstandhouding is te merkwaar
dig om er niet op te wijzen, want de gevolgen
zullen wellicht voor de daarbij betrokken ambte
naren niet uitblijven
In de laatste woorden klinkt wel wat al te
sterk de stem der wrake. En dat voor een
christelijk blad.
Intusschen heeft 't den schijn, alsof de
ambtenaren op hun hoede moeten zijn voor
hun nieuwe chefs, want in naam der christe
lijke liefde konden die hun wel eens een leelijke
kool stoven.
Dit zijn geen groote woorden, maar zoo
luidt de naam der R. K. Kiesvereeniging.
Zij vergaderde "Vrijdag j.l vanwege de drie
maal overgehaalde uitslag van de verkiezing
der Prov. Staten. En zoo is er, ter oorzake
van de eminente telkunst van sommigen onzer
verkiezings-bureaulisten weer menig woordje
gevallen. De Nieuwe Schiedamsche die octrooi
heeft van 't bijwonen dier vergadering, spreekt
in haar verslag ten minste van „breede dis
cussie." De lijvige inhoud van die discussie
werd ten slotte samengeperst in drie voorstellen.
Het laatste willen we even aanhalen, het is
van mr. Jansen:
„Wanneer een tegen-candidaat tegenover
den heer Versteeg geen socialist ge
steld wordt, of de heer Versteeg niet gesteld
wordt, dan het bestuur te machtigen, den
1) Men zie hierover: The Rochdale Pioneers, by G. J. Holyoake