Alg. Berichten.
Drankmisbruik.
Ingezonden.
Correspondentie.
■*t zij, tot nu toe is hem nog niet zoo'n bui
tenkansje ten deel gevallen.
't Spreekt vanzelf, dat de stadswerklieden
er nu op rekenen over een kam te worden
geschoren.
Tot ons genoegen kunnen wjj mededeelen,
dat het pieterige besluit, den gemeentewerk
lieden wegens „vergevorderd seizoen" slechts
twee vacantie-dagen te geven van de drie
te geven, opgegeven is.
Wie weet 't? Ons bereikte een ge
rucht, dat aan „Apollo" in 't vervolg niemand
meer zal gepensioneerd worden, 'tls na
tuurlijk mogelijk, maar we gelooven het niet
Wel wijzen 24 pCt. op 'n bekrompen winst
makerij, maar de directie van „Apollo" heeft
door alle tijden heen bewezen veel hart te
hebben voor degenen, die haar dat winstje
bezorgen. Is er soms iemand onder onze
lezers, die er meer van weet?
Naar 'k geloof, tot vreugde van nog vele
lezers der „Moker," zag ik in het laatste
nummer een stukje over „Een en ander over
het drankmisbruik in Groot-Brittanië."
't Is alles één groote, ellendige en ver
schrikkelijke waarheid, welke ieder, die nog
maar een greintje naastenliefde bezit, moet
aanvuren tot een hardnekkigen krijg, tegen
dien grooten vijand den alcohol.
Aan het eind van het stukje staat„Deze
factoren (nl. het gevoelsleven en de vrouw
aan het huisgezin teruggeven, enz.) zullen
meer doen, dan de oprichting van geheel-
onthoudersvereenigingen, want daden gaan
boven woorden."
Nu, dat kan ik gerust onderschrijven, doch
tevens wensch ik er voor te waarschuwen,
het nut van geheel-onthouders-vereenigingen
niet te gering te schatten.
In het naschrift lees ik„De arbeiders
kunnen nadenken over de oorzaken en ge
volgen, hier genoemd. Dan de middelen, om
er uit te komen."
Welnu, mag ik hen dan den raad geven,
als één der middelen, één der wapenen, de
gelieel-onthonding- ce gebruiken. Laten
zij zich in de eerste plaats onthouden van
het gebruik van bedwelmende dranken, laten
zij meestrijden, om de ellende, door den
drank veroorzaakt, van het volk af te
wentelen.
Nuchteren arbeiders, nuchteren krijgers
hebt gij, arbeiders, noodig. Welk een groot
gedeelte der sta-in-den-weg, voor de arbeiders
beweging, welk een groot gedeelte der onder
kruipers bij werkstakingen, wordt er niet
gerecruteerd nit de drinkende arbeiders.
Met het komen der nuchterheid zal hen
het waas, dat voor hun oogen hangt, ver
broken worden en zullen zij zien, in zijn
volle rotheid, de maatschappij.
Dan zullen zij ook begrijpen, dat er middelen
ztjn om uit dien chaos van ellende, verstom
ping en verdierlijking, zich op te heffen.
Dan zullen humaniteit en solidariteit, zaken
die gij in deze maatschappij zoo hoog noodig
hebt, wat meer gemeengoed der arbeiders
worden.
Een gezonde, sterke fundeering is er noodig
voor de kerk der toekomst. Hoe die te
verkrijgen, met zich bedwelmende menschen
Wijn voor de bezittende klasse, jenever
voor u Neen, arbeiders, blijft nuchteren
in uwen strijd
Dankend voor de verleende plaatsruimte,
Een geheelonthouder.
Naschrift. De nuchtere arbeiders, de be
wuste, dienen óók te voeren den politieken
en den vakstrijd, om de nog ellendiger toe
standen, waaronder hnn kameraden leven,
toestanden, die ze zoo'n gemakkelijke prooi
maken van den drankduivel, te helpen weg
ruimen.
Geachte Redactie
Met aandacht las ik het artikel in uw
vorig nummer, getiteld„De stand der par
tijen." Daarin wordt besproken het standpunt
hetwelk door verschillende organisaties hier
ter stede in de arbeidersbeweging wordtin
genomen. Het relaas is dan ook helaas, dat
de houding dier organisaties(A. N. W. V.,
Patrimonium, R. K. Y. B. e. a.), niet het minst
te vereenzelvigen is met de moderne arbei
dersbeweging, door u bedoeld. Dit nu is voor
mij geen nieuws; de practijk heeft ons daar
van reeds verschillende bewijzen geleverd,
doch wat mij de pen doet opnemen, is naar
aanleiding van het volgende:
Aan 't slot van nw artikel wordt den leden
dier organisaties aangemaand in hunne res
pectieve vereenigingen tot pnnt van be
spreking te maken: „aansluiting bij den
Bestuurd ersbond
Ik betwijfel het echter, of dit zal gebeuren,
maar mocht er onder deze al eene organisatie
worden gevonden, die daartoe het besluit
neemt, dan weet ik nog niet of dit de Schie-
damsche arbeidersbeweging zal ten goede ko
men, want m. i. zijn juist die organisaties
tot heden nog altjjd, de remblokken te
gen onze hedendaagsche inzichten in zaken
arbeidersbeweging, 'k Zon dan ook niet
gaarne zien, ter wille van de zoo gewenschte
eenheid, dat zij in zoodanigen staat tot ons
kwamen, want vóór alles moeten de inzichten
dezer menschen veranderen en moeten zij
zich van verschillende banden ontdoen, wil
len wij tezamen met vrucht werkzaam zijn.
Dit zij gezegd voor organisaties, welke
in ledental nog iets te beteekenen hebben
en min of meer staan op een religieus stand
punt, maar wat te doen met een clubje als
bv. de afd. Schiedam A. N. W. V. (bestaande
uit anderhalf man en een paardekop) die zoo
goed als op sterven ligt, en welke altijd,
vauaf haar oprichting zelfs, een treurig, ja
een teringachtig bestaan lijdt; een organi
satie welke meent de algemeene, onafhanke
lijke arbeidersbeweging te dienen. Is het niet
beter dit clubje haar natuurlijken dood te
laten sterven en een fatsoenlijke begrafenis
te geven, in plaats van haar de noodige
medicijnen toe te dienen, waartegen het
wichtje niet meer bestand is Het stumpertje
is al zoo uitgeteerd, dat het zich bijna niet
meer in het openbaar durft vertoonen.
Wie daarvan de schuld draagt Uw artikel
geeft daarop een voldoend antwoord, waar
gij zegt: „Onder het huidige bestuur (wat,
naar ik meen zoo nu en dan met een kleine
wijziging steeds zitting heeft gehad) heeft
de vereeniging voortdurend gelaboreerd enz.)
Die menschen nu, met hun bekenden voor
zitter, hebben nooit het ernstige van „arbeiders
beweging" ingezien, zeer zeker hadden zij
zich niet door het kapitaal aan handen en
voeten (willen) laten binden, want vanaf de
oprichting dezer afd. waren er meer donateurs
dan ledenheeren die direct en zeer gaarne
bereid waren (in het belang natuurlijk van
de arbeidersbeweging jaarlijks aan de
kas een douceurtje van eenige guldens af te
staan. Voorwaar, ook deze organisatie kan
bezongen worden met:
Vastgeklonken aan den geldzak
O, wat 'n schande!
Ziedaar de groote oorzaak, waarom zij met
lamheid zijn geslagen, en waarom die mannen,
gelijk een weerhaan, dan hier, dan daarheen
draaien, en zij tot slot niet meer weten van
waar de wind komt. 'Dit nu, zijn m. i. de
gevaarlijkste elementen in de arbeidersbe
weging en daarom zie ik dergelijke klanten
liever gaan dan komen.
Gaarne wil ik hen echter toeroepenOnt
doet u eerst van dit zware blok, trapt het
ver van n, opdat gjj n vrijer kunt bewegen
en komt dan tot ons, al zjjt ge ook klein in
aantal. Wel zal nw aanzien bij heeren
kapitalisten dalen; in wat minder vriende
lijke knikjes en zachte handdrukjes, óf uit
de eene of andere commissie te worden ge
smeten, zult gij u moeten getroosten, doch
de waarde in u als arbeider stijgt daarmede
en gij zult tevens de achting uwer mede
arbeiders verwerven.
Als voorbeeld noemde ik slechts de afd.
A. N. W. V., maar er zijn ook z. g. vak-
vereenigingen, die zoo ongeveer aan de
zelfde kwaal lijdende zijn; ook voor hen
is dit schrijven van toepassing.
U, geachte Redactie, dankend voor de
plaatsruimte, teeken ik
Een vooruitstr. arbeider.
Naschrift. De aansluiting bij de Schied.
B. B. rieden wij aan, omdat dit 'n punt van
actie kan worden in de „doode" vereenigin
gen. Daar kunnen de gedachten eens over
wrijven, waardoor de inzichten veranderen.
Die aansluiting tot een punt van bespreking
te maken, zij dan ook den vooruitstrevenden
arbeiders in die vereenigingen sterk aanbe
volen. De agitatie voor vrijmaking moet 'n
uitgangspunt hebben. Dat meenen wij te
hebben aangewezen. (Red.)
13 Augustus.
Aan de Redactie van de Moker.
Ik heb Vrijdagmiddag den 8sten Augustus
een stukje gezonden aan de redactie van de
Schiedamsche Courant met verzoek tot plaat
sing. Tot heden heb ik van genoemde redactie
niets vernomen, noch mijn stukje opgenomen
gezien. Daarom vraag ik plaats voor het
volgende, niet geheel eensluidende schrijven.
Ik ben in dienst geweest bij den heer
Geraets, in de zaak te Rotterdam. Den 2en
Augustus werd ik boven geroepen, en in
tegenwoordigheid van de heeren J. Hekken-
berg en Rebers kondigde de heer Geraets mij
mijn ontslag aan als looper, omdat hij z'n
zaak had overgedaan aan 'n combinatie van
personen, die hun geestverwanten in dienst
zouden stellen. Ik had dit te voren reeds
vernomen van 'n juffrouw, ook in die zaak
werkzaam, eveneens ontslagen. Aangezien ik
in Schiedam woonachtig ben en toch aan den
kost moest komen, deelde ik bij de menschen,
die ik daar kende, mijn ontslag en de oorzaak
er van mede. De heer Geraets ging den vol
genden dag diezelfde menschen langs en ver
telde, dat van mijn beweren niets waar was.
Ik ondervond daarvan al dadelijk de
slechte gevolgen ten opzichte van den handel
dien ik zelf ben begonnen te drijven. Daarin
vind ik aanleiding, om dit schrijven publiek
te maken.
Dankend voor de plaatsruimte.
C. VAN GERVEN.
OUTVAKGEN
Prospectus Vlaanderen's Opera-gidsen,
Nieuwe Serie No. 37. Hoffmann's Vertellingen,
Opera van Offenbach.
G. W. S. Te laat ontvangen om ge
plaatst te kunnen worden. Volgende week.
Aan de inzenders. Beschrijf als u blieft
uw papier aan een kant.