SCHIEDAMSCH SOCIAALDEMOCRATISCH WEEKBLAD.
Van mie vroede vaderen.
No. 47.
ZATERDAG 17 JANUARI 1903.
2e Jaargal
ABONNEMENTSPRIJS:
25 cent per kwartaal 7 n 7-
franco per post 30 cent j Uj v00™tMn9-
Losse nummers 2 cent.
BUREAU van
ADMINISTRATIE en REDACTIE:
NOORDVEST 12.
ADVERT ENTIËN:
3 cent per regel.
Bij abonnement belangrijke korting.
Stukken voor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 uur in het bezit der Redactie zijn.
Dit nummer bestaat uit twee bladen
Bericht aan de Postabonnees.
Nog bleven enkele postabonnees achter in
het toezenden van het verschuldigde abon
nementsgeld. Als zij het ons deze week
doen toekomen, verlichten zy onze taak
in groote mate.
DE ADMINISTRATIE.
Zoo'n eerste zitting in 't nieuwe jaar begint altijd
plechtig. De voorzitter spreekt dan zijn nieuwjaarswensch
uit. Zoo ook nu weer. Hij hoopte, dat het Schiedam, de
leden van den Raad.... enfin, dat kennen we wel al van
buiten. Toen ging zijn Edelachtbare naar een compli
mentje hengelen. „Ér is nog veel ontevredenheid en
ongeduld, zóó, dat spreker wel eens mistroostig, moede
wordt, en daarom verzocht spreker den steun van den
Raad voor het Dagelijksch Bestuir, want werkelijk, de
gemeente gaat een goede toekomst te gemoet en wan
neer Gods zegen er op rust, zal het der gemeente in
dit jaar goed gaan."
Alzoo sprak de voorzitter. Wat zal dat plechtig en
indrukwekkend geweest zijn De heele Raad daar zoo
aangedaan te hebben zien zitten, nu weeklagende over
die vervloekte socialen, die maar ontevredenheid en on
geduldzaaien, moet. wel een leuk gezicht geweest zijn.
En dan de kracht en de macht niet te bezitten, die
voortgaande ontevredenheid te stuiten, te moeten toe
zien, lijdelijk toezien, dat zijn vijanden steeds sterker
en grooter in aantal worden, da s zeker een ding om
„mistroostig en moede" te worden. Sterker naturen dan
onze burgemeester zijn hierover aan 't huilen gegaan. De
heer Klein heeft getracht, den burgervader te troosten
en 'm gezegd, dat ie 't zich zoo niet aan moest trekken
als er wat ontevredenheid heerschte en dat 't wel los
zou loopen."
Die goeie groote Klein. Tranen-droger van zijn Edel
achtbare.
Wij zijn niet zoo tevreden over het optreden van den
Burgemeester als de Raad. Pas wanneer hij toont, dat
de belangen der proletaren zwaarder bij hem wegen dan
alle andere overwegingen, wanneer hij zal zijn gewor
den de verdediger van de proletaren-belangen, daar in
den Raadzaal, wanneer hij klasse-belangen zal hebben
ondergeschikt gemaakt aan arbeidersbelangen, dan pas
hebben wij reden van tevredenheid ove den heer Versteeg.
Maar helaas, wij vreezen met groote vreeze, dat wij hem
nooit als zoodanig, als een vurig en onversaagd strijder
voor de onterfde massa, zullen kunnen begroeten.
Wat de eigenlijke zitting aangaat, weinig zaaks, 't
Belangrijkste kwam weer achteraan. Lekkerste luitjes
't laatst, denken B. en W. 't Was 't bekende voorstel
van den heer Gouka, om voor de berekening van het
pensioen van de ambtenaren van den reinigingsdienst,
die vroeger in dienst van particulieren voor de gemeen
tereiniging werkzaam waren, deze te beschouwen als
ambtenaren, die steeds in dienst der gemeente zijn ge
weest, ook v or den tijd, dien zij bij de aannemers der
gemeentereiniging in dienst zijn geweest.
Dit voorstel was de vorige vergadering reeds aan
gehouden. 't Zou nu eens met bekwamen spoed behan
deld... o pardon, 'k bedoel weer aangehouden worden.
De heer de Groot stelde dit voor. B. en W. moesten
met meer gepreciseerde voorstellen voor den dag komen.
Natuurlijk greep de Raad met beide handen deze
gelegenheid aan om 'm r.aar huis te smeren. De man
nen van den reinigingsdienst mogen nog een maandje
in spanning verkeeren. Wat komt dat er ook op aan,
nie-waar
We hopen nu een volgenden keer te vernemen hoe
veel leden van den Raad even democratisch denken
als de heer Gouka. A
Een heele boel zake! werden verder in handen van
B. en W. gesteld om advies
We noemen o. a. een adres van R. van Erpecum en
t
10 anderen (met 11 te zamen) waarin ze verzoeken
kosteloos een gemeente-terrein, groot pl. m. 50 M. te
mogen gebruiken voor hun voetbalspel. We misgunnen
natuurlijk dit elf-tal het genoegen van het edele voet
balspel niet. In geenen deele. Maar zijn ze alle elf
zulke arme slokkers, dat ze dit terrein kosteloos in ge
bruik moeten hebben. Waarom kunnen de heeren geen
huur betalen? We hopen dat de raad op dit adres
afwijzend zal beschikken.
De Eerste Hollandsche Ijzererts-Maatschappij wil den
prijs en conditiën weten, waarop de gemeente bereid
is haar een terrein af te staan van de voormalige werf
„de Nijverheid" of aan de Maaskade. We weten niet
of 't de bedoeling is, het terrein te huren dan wel te
koopen. 't Woord „afstaan" laat zooveel uitleggingen
toe. In 't laatste geval, 't zal wel niet helpen, maar
we radenverkoop niet. Nu, nooit en te nimmer.
Een duidelijker vraag deed L. van Eijk, die grond
wil koopen aan de Nassaustraat a f 6.per M2. Ook
al in handen van B. en W. Ons oordeel is bekend.
Dan nog een adres van de vereeniging „S. A. Vernède",
dat verzoekt aan weduwen of erfgenamen van gemeente
ambtenaren of werklieden Ge betalen een salaris over
drie maanden. Weer al in handen van B. en W. (Gut
gut, wat zullen die nou de handen vol hebben
Van harte hopen wij dat er op dit adres gunstig
wordt beschikt. Dan zal 't niet meer voorkomen, dat
er bij 't sterven van een gemeente-ambtenaar een sa-*
laris aan zijn erfgenamen wordt uitbetaald, netjes tot
op een halve cent berekend, tot aan den dag van zijn
overlijden.
Dit wat de verschillende voorstellen aangaat.
Nu nog 't een en ander over een bedankje. In de
vorige raadzitting was de heer M. Horn, directeur der
H B. S.,' benoemd als lid der commissie van Toezicht op
't lager onderwijs. Buiten de voordracht omStout van
zoo'n raad, nie-waar? Maar eervol voor den heeir Horn!
Edoch, de heer Horn is niets erkentelijk voor die on
derscheiding, want hij bedankte voor de eer. Zoo zie-
je Raad, 't kwaad straft zich zelve. Waarom nu ook al
tijd beter willen weten en je niet als zoete jongens aan
de voordracht gehouden.
't Mooiste komt echter nog. De heer Horn heeft een
schrijven aan den raad gericht waarin hij „onder dank
betuiging voor dit hernieuwd bewijs van vertrouwen,"
meedeelt, dat hij zijn benoeming niet aanneemt en ook
waarom hij dit niet doet. De redenen zijn deze De
directeur der H. B. S. heeft een instructie, volgens welke
hij tijdens de lesuren zooveel mogelijk in het gebouw
aanwezig zijn moet.
Wordt hij nu lid van de schoolcommissie, dan moet
hij telkens de H. B. S. verlaten om zijn minderwaardige
broeders de gewone onderwijzers te gaan controleeren.
Beide dingen tegelijk, in de H. B. S. en er uit zijn,
acht de heer Horn nu wel een beetje gek. Hoe onze
vroede vaderen nu zoo'n stomme streek kunnen uithalen
blijft ons een raadsel. Enfin de heeren hebben er voldoende
voor op hun broek gehad. De heer Horn schreef nog meer,
nl. dithij acht zich niet geroepen het werk in andere
scholen te gaan beoordeelen en verbeteren, zoolang er
in zijn eigen school nog iets te verbeteren valt. Die kun
nen de heeren ook in hun zak steken.
Wie waardig gevonden zal worden de plaats van den
heer Horn te bezetten?
't Zal wel geen arbeider zijn De schoolcommissie is
geen lichaam voor arbeiders. De heeren hooren daar
thuis. En dan in hoofdzaak heeren die van 't onder
wijs geven net zooveel af weten als een arbeider van
couponnetjes knippen. En daar zijn de Schiedamsche
arbeiders in thuis
Naschrift. Het Gemeenteraadslid, de heer J. J.
Vürtheim, heeft als zooddnig ontslag genomen. Deze
ontslagname, die in verband staat met de ontworpen
grondspeculaties van „een groepje kapitalisten," waar
over wij in ons vorige nummer schreven, is voor de
liberalen waarschijnlijk weer een schrede achteruit op
hun kreeftenbaan. Of met deze ontslagneming ook de
ontworpen speculatie vervallen zal,.... wij zullen daar
over nog wel nadere inlichtingen verschaffen.
„Nog zoo kwaad niet."
Dat is de titel van het (14-daagsche) hoofdartikel in
de N. Sch. Courant van verleden Zondag. Wij waar-
deeren de moedige pogingen onzer geliefde zuster, om
van tijd tot tijd ook eens met een hoofdartikel voor den
dag te komen. Maar, lieve zuster, is er onder al uwe
aanbidsters niet ééne, die wat beters kan te voorschijn
brengen dan artikels zooals het aangehaalde? H
schijnt wel van niet, want reeds zoo dikwijls hebb
wij u een dergelijken raad gratis gegeven, en tot
toe tevergeefs.
Uw zieligen toestand in aanmerking nemende, zulle
wij u daarom niet te hard vallen over de onbeholpenhei
uwer hoofdartikels, lieve zuster. Maar wij kunnen
helaas met deze betuiging van medelijden niet la n
afloopen. Omdat uwe groote onbekendheid met de zakeu
waarover ge schrijft u brengt tot voorstellingen, die
door hun scheeven bouw wel de lachlust opwekken der
kenners maar op onkundigen den indruk van zuiverhe'
van stijl maken. En bovendien
schijnt te meenen wat ge schrijft.
Onze lezers moeten dan weten, dat de Nieuwe Schie
dammer in 78 regeltjes van zijn nauwe kolommen,
waarbij een overmatige hoop wit, in bovengenoemd
artikel wil bewijzen, dat een „christelijke regeering nog
niet zoo'n slechte regeering is."
Ze redeneert dan aldus: „in Nederland heb-je ook een
christelijke regeering, maar daar kan-je niets van zeggen
voordat ze 8 jaar aan het bewind is; Frankrijk heeft
een tekort van 175 millioen francs over 1902, Zwitserland
6 millioen, Luxemburg 2lh millioen, in Duitschland
„sneeuwt het ook al geen rozen"; maar België, „daar
kan men over het dienstjaar 1902 veilig rekenen op een
overschot van enkele millioenen", en dan komt dit slot
„Of men daar dan alles maar in kas houdt, en
bijv. voor sociale ivetten 1niets over heeft?
„Waarlijk niet."
„De pensionneering der 65-jarigen heeft dit jaar
aan de schatkist 12 millioen gekost, en zal voor het
volgende dienstjaar 13 millioen eischen.
„Daarbijde jaarwedden van alle Rijksambtenaren
zijn in België verhoogd, wat ook uit geen leege beurs
betaald is.
„En niettegenstaande dit alles zal de beurs der
belastingschuldigen niet méér worden aangesproken
dan in andere jaren.
„'t Is te begrijpen, dat de kiezers in België met
het katholieke 1) ministerie ingenomen zijn. De kiezers
zijn daar dan ook zoo verstandig de katholieke 1)
meerderheid in Kamer en Senaat bij algemeene ver
kiezingen te handhaven en aldus de voortleving van
een christelijk 1) ministerie mogelijk te maken.
„En daar doen zij, blijkens de uitkomsten 1), zeer
goed aan".
Het geestelijke, dat de zoogenaamde christelijke
partijen steeds heeten voorop te zetten, ontbreekt vol
komen in dit bewijs, dat een christelijke regeering^
zoo kwaad niet" is. Meer materialistisch kan men
redeneeren dan de N. S. Crt. ditmaal. Immers haar
redeneering komt hierop neer„Kijk maar, al die andere
landen zonder christelijke (of katholieke?) regeeringen,
daar heb-je overal te korten (net als in Schiedam), in
België alleen niet; en zeg dan nog eens dat een christelijke
regeering niet goed is!" Ze zegt niet: „Zie, in België
neemt onder het zegenrijk bestuur van het katholieke
ministerie, dat reeds 18 jaar aan het bewind is, het
aantal misdaden af, vermindert het drankmisbruik,
1) Cnrsiveering van ons.