BIJBLAD van „DE MOKER No 47. 17 Januari 1903. Over de Grenzen. V ergaderingen We leven toch maar in een democratischen tijd. Wij hebben onze democratische regeeringen met een luchie er aan, dat is waa^; en democratische parle menten die overvloeien van zo'g voor de misdeelden, een zo'g met een luchie; en zelfs democratische keizers, en koningen, en prinsen, en piincessen, ook metnee, da's oneerbiedig. Er zijn woorden die zich met geen mogelijkheid laten samen-koppelen. Doo:- luchtige vorsten gaat goed. Vo sten met een luchie is absoluut onmogelijk. Wat voor een arbeide svrouw die haar man en kinderen in de steek laat om een ander, dien zij liet beeft te volgen, niets mee:1 of minder dan st afbare schande is, wordt voo" een princes iets held haftigs. En onze lieve vaderlandsche pers, die van be nauwdheid stuipjes krijgt wanneer een of andere onver laat du ft te betwijfelen of het wel altijd pais en v ee is tusschen onze geëerbiedigde koningin en haar door- luchtigen echtgenoot, heeft er lol in eens lekker te snuffelen in de niet erg geurige liefdes-avonturen van een Saksische princes, haar wettelijken man, en haar plebeïschen beminde. Nu is er voor ons socialisten niets leuks in om in de persoonlijke zaakjes van vorstelijke menschen te wroeten. Zij hebben zich aan allerlei ongerechtigheden overgegeven sinds koning Salomo als uitvinder van de leer der Mormonen optrad, en zich niet meer schikken kon in het huis-en-tuin huwelijk van één-man-met-een vrouw, en 't is dus niets wonderlijks dat er nu nog allerlei ongerechtigheid gebeurt, tot groote uitkomst van de in smeerlapperij en verdorvenheid genotterende kleine- en groote burgerij. Maar zoolang wij er niet voor behoeven te bloeden, en zij ons van 't lijf blijven, is 't hun zaak, de zaak van de vorsten die de feiten bedrijven, en van de burgerij die ze noodig hebben om hun krant leesbaar te maken. Ons laat het koud, voor de laatsten is 't een lekker- beetje. In hun vies wereldje van bekrompen Zondagsche zedelijkheid naar buiten en Zandstraatsche viezigheid binnenskamers, is het om te qnuiven als er weer eens een vorstelijk mensch het pad der deugd verlaat en er een schandaaltje uit de hooge wereld, en dan vooral niet op vaderlandschen grond, loskomt. Dan krijgen ze gelegen (ïeid om met ten hemel geslagen blik hun lieven Heer te danken dat zij niet zijn als die zondares en dat ons vorstelijk huis rein is ais de sneeuw in een liedje van 't Heilsleger. Dan gaan ze naar 't circus, of 't Casino en slaan zich de handen te bersten wanneer een of andere artist om 't lieve broodje zich wat oranje liefde heeft ingestudeerd en deftig ze neer-kletst naar loges en parterre. LarieWij socialisten gunnen aan alle menschen 't leven. En als de goeie, vieze bu'geGj het niet zonder een café-chantant helden of held, geai md of gescheiden, kan stellen, dan gunnen wij ook haar 't pleizier, zoolang ze 't noodig heeft. Alleen moet zij 't ons niet kwalijk nemen als wij trachten dat genoegen wat minder kost baar te maken, en als we t achten het bestaan van die viezigheidlievende bu ge' ij onnoodig te doen zijn. En dan verdwijnt het koningschap ook, och a-me. Wij gelooven niet erg aan de genade Gods, waardoor de vesten zich ge>echtigd achten zoo'n almachtig groote homp uit onze mage'e kaas te snijden, en het eenige wat voor ons de hofschandaaltjes in Saksen en elders opmerkelijk maakt is dat de vorstelijke wereld zelt aan de goddelijke genade begint te twijfelen. De zich voortdurend en vooral steeds openlijke-- zich herhalen hofschandalen, het feit dat zich de jongere generatie, voor zoover zij nog bloed en leven in hun lichaam hebben, al meer en meer wenscht te onttrekken aan het hof-leven, en „gewone" menschen met de rechten van gewone menschen wenschen te worden, wijst er op dat de instelling van het koningschap op heel natuurlijke manier in elkaar begint te zakken, 't Is niet goed van onze vijanden om het koninklijk huis te gebruiken als schild tegen de aanvallen van 't socialisme. De glans en schittering van al wat vorstelijk is, gaat verdwijnen. Och hemeltje ook die booze menschen worden langzamerhand zoo erg gewoon. Zelfs de menschen met blauw bloed kunnen niet meer ontkomen aan den invloed der democratie. Worden zij niet bij voorkeur ter toejuiching voorgesteld in tingel-tangels, bioscopisch, kinematographisch als anderszins? Is een kroeg of een circus compleetzondèr de bekende borstbeeldjes En is 't niet waar dat zelfs keizerlijke majesteiten zich afgeven met speculaties en dergelijke plebeïsche dingen? Wanneer hier niet de democratie buiten ons om aan 't werk is, weet ik niet meer waar die dan wél zich bezig houdt. Onder de erg democratische dingen waarmee zich de vorstelijke wereld bezig houdt, is ook de zorg voor de boterham van morgen en voor een rustigen ouden dag. 't Gaat zoo raar in de wereld, tegenwoordig, schijnen ze te denken. Als je vandaag met een kroon op je illuster hoofd opstaat, weet je niet of die er 's avonds nog op zit. En in zulke omstandigheden is het wel zaak om voor de toekomst van je vrouw en kinderen te zorgen. Ik las daarover een heel aardig stukje in een krant. Een zeke-e mijnheer Walsh, een Amerikaan uit Colorado, met een paar millioenen achter zijn naam, kwam in 1900 in Parijs, voor de tentoon stelling. Daar maakt hij kennis met een zekeren meneer Leopold van Coburg, ook wel genoemd den koning der Belgen, maar waarom is mij nog niet recht duidelijk, of 't moet wezen omdat de Belgen hem zijn loon uit betalen; dat is zoowat 't eenige waaruit zij van zijn bestaan iets hooren. Hierin staat hij trouwens niet alleen. Koning Leopold, als 't dan zoo wezen moet, gaat door voor een sterk aandeelhouder der Interna tionale Hotelmaatschappij. Dat bracht hem 5 of 6 percent. Walsh lachtte hem uit, en beloofde hem 10°/0 als de Koning zijn geld wilde plaatsen waar dit het beste betaalde, n.l in Amerika. Leopold was wel wat verbluft, tn Europa is 5 of 6 percent toch een zoet winstje, vooral als je buiten het opstrijken er niets voor hebt te doen. Nee, opstrijken behoeft hij het ook niet. Daar heeft hij zijn menschen voor. Maar de koning had toch nog niet heelemaal zijn sommen ver geten, wat geen wonder zou zijn nu hij bijna alle dagen in zoo'n moordenaars-machine als een automobiel zit. Sinds is koning Leopold bezig in Amerika geld te verdienen. Leopold is gelukkig de eenige niet. Om te ontkomen aan 't verwijt dat vorsten niets anders dan ornamenten zijn, volgens van Houten, of vliegwielen, volgens staats raad Cort v. d. Linden, beginnen er meer zich toe te leggen op financieele speculaties. Een Duitsch dagblad vertelt me dat b.v. de Duitsche keizer bij 't dreigen van de ruziej met Vénezuela, order gegeven heeft om heel wat Venezuelaansche papiertjes op te koopen, toen natuurlijk te geef, en die met goeie winst zijn te ver- koopen als de rust weer is hersteld en de markt gerezen. Ook werd gezegd dat diezelfde leu.kert van een Wilhelm er woMt wel beweerd dat hij soms niet verantwoordelijk is voor wat hij doet, maar dat blijkt nu wel een gemeene leugen, heel wat geldjes heeft geplaatst in Amerikaansche spoorwegen. Zooals ook der B itten koning Eduard heel veel pleizier beleefd van zijn vriend Pierpont Morgan die in zijn staal-trust ook wat losse stuivers van den Engelschen koning heeft willen gebruiken. Laten wij tevreden zijn. Zoolang mona'chen zooveel blijken geven van gezond verstand, behoeven wij nog niet te vertwijfelen. In een socialistische maatschappij zal er dan toch wel een of andere gelegenheid worden ge vonden, waarmee zij zich voor het geheele volk nuttig maken kunnen. Wij zijn veel gevorderd sinds de Fransche bugerij geen anderen weg zag om hun geliefden vorst kwijt te raken door zijn nek onder de valbijl te leggen. Als ze voor dien tijd maar niet zijn afgemaakt in de tingeltangels. Of verburgerd in het liefdeleven. De vooruitzichten der Arbeidersbeweging in Nederland, door Mevrouw H. Roland Holst. Het was een prachtige vergadering, die de Schie- damsche afdeeling der S. D. A. P. verleden Maandag hield met Mevrouw Roland Holst als spreekster. Voor eerst een volle zaal met een belangstellend publiek. en behagelijke temperatuur in ons heldere vroolijke lokaal. En bovenalde geestdriftwekkende blijde invloed van een krachtige idealistische persoonlijkheid als Mevr. Roland Holst, die niet alleen in een heerlijk mooi Hollandsch haar gedachten weergaf maar ook met kracht van feiten het recht verdedigde van den „geest van opgewektheid", waarin de sociaaldemokratie ook in Nederland komt te leven. Onder het talrijke publiek slechts weinig bourgeois, juist zooals het wezen moetboven alles moeten de arbeiders bij ons komen, en steeds duidelijker moeten de bourgeois toonen dat zij niet bij de arbeiderspartij thuis hooren. Ook dit zijn groote teekenen van onzen vooruitgang en van de «teeds duidelijker omlijning dei- partijen en hun standpunten. Van waar die geest van opgewektheid, die overal onder de sociaaldemokraten aan den dag komt vroeg Mevrouw Holst, en uit de feiten verzamelde zij de gegevens ter verklaring van dat verschijnsel. Feiten buiten ons land en uit ons land zelf, feiten allep van gelijken oorsprong en daarom moetende worden beschouwd in onderling verband, vooral daarom ook in ons land niet kunnende worden gemist, omdat door de kleinte van ons land de arbeidersbeweging, niet gesteund door een groote industrie, nooit van over wegenden invloed kan zijn op de algemeene internationale arbeidersbeweging, maar wel omgekeerd daarvan kan afhangen. Op den tijd van depressie tusschen 1875 en 1895 volgden eenige jaren van beteren toestand, ook in Nederland. Sinds 1900 trad een nieuwe depressie, een nieuwe crisis, in. Een enkel cijteralleen Berlijn heeft 80000 werkeloozen. In den crisistijd van 1875 en volgende jaren ontstond in Ned. plotseling een sterke arbeidersbeweging. Ineen crisistijd kan de vakbeweging zich natuurlijk niet on wikkelendie beweging droeg dus het karakter van de. polilieken strijd, d.i. den strijd van klasse tegen klasse. In den korten tijd van verbetering herleefde snel de vakbeweging, en de sociaaldemocraten hoopten dat die strijd lang zou duren. Maar reeds in 1900 begon een nieuwe crisis. Daardoor kwam de politieke beweging weer meer naar voren, herleefde de strijd van klasse tegen klasse. Zoo gaat onze beweging, die op de voortbrenging steunt, op en neer met de verschijnselen dier voort brenging. In die voortbrenging kwam in de laatste jaren een groote verandering. De vrije concurrentie van het kapi taal wordt vervangen door de samenwerking van het kapitaal in den vorm van trusts en kartells. Amerika geeft hierbij den toon aan en ook de snel heid der beweging: voor een paar jaar werd V8, nu reeds V4 van alle goederen door de trusts vervaardigcpj* 5 of 6 mannen zijn daar samen in het bezit van 1800 millioen. maar hebben de controle over een kapitaal van 18000 millioen, wat de helft is van het geheele kapitaal der nijverheid, mijnen en verkeersmiddelen in Amerika. Duitschland heeft in zijn steenkolentrusts een voor beeld, Nederland in zijn te Utrecht gevestigde steen- kolenhandelaars-vereeniging die de kolenaanvoer uit West-falen regelt. Een ander voorbeeldIn Amerika vereenigden zich de handelaren in sigaretten en takak. Een verwoede strijd met de Engelsche handelaren in die artikelen eindigde metde vereeniging van die 2 tot 1 trust, waartegen nu de Duitsche handelaren gaan oprukken onder leiding van den staat, die de exploitatie schijnt te willen monopoliseeren. Voor de arbeiders zijn deze trusts ook zeer gevaar lijk. Niet alleen hangen ook zij van zulke trusts af, wat de voortbrengselen betreft, waarvan de trusts lang zamerhand de monopolies krijgen. Maar terwijl zij, krijgen zij bij een patroon gedaan, nog wel eens elders werk kunnen vinden, staan zij voor goed op straat, als de trust hun gedaan heeft. En met deze ontwikkeling hangt samen een groote politieke machtsverschuiving. Overal verbrokkelt het liberalisme, overal is dat op zijn retour. Ook in Nede-- land, waar een deel (de vrijzinnig-demokraten) een rozerood rokje aantrok en een ander deel (de reactio naire liberalen) een bedenkelijk zwart rokje .ftandp De kleine burgerij, voor een hai ve ëêuvv Te üeino- cratische partij in Nederland, is ook aan 't veranderen. Demokratisch in hun vormen gebleven, worden zij overal reactionair in hun daden, als antisemiten, nationalisten, christelijk-socialen, nationaal-socialen en anti-revolutio nairen (in Nederland) hun heil zoekende in kwakzalvers middelen. Reactionair worden zij, omdat zij, wanneer van de kleine beurzen, van zelf moeten komen tot den eisch van weinig of geen geld uit te geven voor sociale ïervoriningen. Zoo wordt de sociaal-demokratie van zelf de eenige bestrijders der reactie, volkomen alleen gelaten dooi de oude demokratische partijen. Al deze omstandigheden brengen de sociaal-demokratie sterk vooruit. Daarom behaalt zij nog niet altijd groote overwinningen, integendeel, zij heeft zelfs groote neder- 'agen te boeten zooals in België nog onlangs, en zeer pas nog in het Duitsche parlement. Maar in alle parle menten, landdagen, gemeenteraden, gaan wij vooruit. Onze organisatie, onze discipline en ons aantal gaan evenzoo snel en onophoudelijk vooruit. Aan ons lot overgelaten door de vroegere demokratische partijen, moetende steunen op eigen krachten, zijn groote over winningen natuurlijk uitgesloten. In Nederland z'jn dezelfde teekenen van vooruitgang aan te wijzen. Voor 25 jaar waren wij nog een klein burgerlijk landje met weinig klassetegenstelling. In de laatste 12 jaren overal een sterke economische groei. Daardoor vanzelf een flinke opleving der vakbeweging, maar toen kwam de treurige tijd van de scheuring door het anarchisme, en werd zeer ontijdig de strijd over gebracht naar politiek terrein. Maar desondanks had deze beweging haar grooten invloed: naast de sociaal democraten richtten anderen Patrimonium en denR. K. Volksbond. Die menschen moesten mee, ondanks zich zelt, en al hebben zij de moderne arbeidersbeweging veel kwaad gedaan door veel arbeiders daarvan terug e houden, aan den anderen kant namen ook zi' 7 aan de organisatie der arbeiders. De vakbeweging is evenwel haar slechtsten tijd te boven. Dat zij in het afgeloopen jaar er geheel bovenop xwam, dankt zij vooral aan de heeren werkgevers van Heek Co. te Enschedé en de juweliers te Amsterdam, die overtuigend bewezen wat patroonswillekeur is en de gelegenheid gaven te bewijzen hoe arbeiders strij den kunnen. Verblijdend was de toeneming der vakbeweging (in 1 jaar met 3 a 4000) tengevolge van deze verscherping van den klassestrijd. j

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1903 | | pagina 5