BINNENLAND. Brutaal. Het kind en de Alcohol. beurs niet toe. (Zoo ziet men dat zelfs bij 't verdienen der zaligheid de arbeiders aan kortste eind trekken. Te Wilsene, in België, stond een processie gereed om uit te trekken. De muzikanten die den tocht zouden mede maken eischten eerst 30 franc (15 gulden) die de pastoor nog aan hen verschuldigd was. De pastoor scheen op zwart zaad te zitten en ant woordde dat hij de 30 franc aan liefdadige en kerkelijke werken had besteed. Hiervan trokken de processie-muzikanten zich echter weinig aan. 't Was: Geld en anders niet spelen. De pastoor en nog een andere heer konden praten zoo mooi ze wilden, de muzikanten staakten en de pro cessie moest eindelijk zonder muziek uitgaan. Wie deed er nou kwaad De pastoor die zijn volk niet betaalde of de muzikanten die weigerden om voor niets te werken? 't Mag van ons zeer gewaardeerd christelijk ministerie getuigt worden, dat ze 't haar tegenpartij-niet ontbreken laat aan stof tot kritiek. De jongste zittingen der tweede Kamer geven daarvan doorslaande bewijzen. Onze par- tijgenooten zijn weer danig in de weer geweestMel- chers over het steenbakkersbedrijf, waarvoor een nieuw wetje is ontworpen, onze goede bekende, mons eur Hugenholtz, bij de behandeling der marine-begrooting. We zullen over de kwestie der steenbakkerijen hier niet veel zeggen daar, hoe belangrijk ze ook is, voor Schiedammers heeft 't nu eenmaal weinig aan trekkelijke toestanden te zien blootleggen van andere plaatsen, die beslist locaal zijnons Schiedam's bloed kan nu eenmaal op z'n best warm worden voor wat nabij is wat verder verwijderd is, laat ons heelemaal koud. Is 't anders met ons gesteld, dan mogen we een voudig geen goed Schiedammer heeten en zijn we ver waterd (of verkookt). De heeren bezitters der steenfabrieken nu worden door het wetsontwerpje bedreigd, niet op zoo royalen voet als tot op heden vrouwen en kinderen (welke door hen veel worden gebruikt) te kunnen exploiteeren. D'r zou niet meer zooveel uit te knijpen en uit te buiten zijn zooals nu het geval is, en nu natuurlijk, deheereh zitten op hun achterste pooten (pardon, op d'r kapita listen-beentjes). En in de Kamer zijn, godlof, nog goê menschen genoeg, die 't voor die verongelijkte stumperts opnemen, tot welke (schrik niet) ook de arbeiders afgevaardigde Dirk de Klerk scheen te willen behoo- ren. Melchers, gerugsteund door Van der Zwaag, krachtig in betoogen, sterk in motiveeringen, onbarm hartig in kritiek, verdedigden het Kon. Besl., door de verschrikkelijken toestand der steenfabriek-arbeiders(ters) geëischt Wat ons christelijk kabinet aan de haringspeetsters heeft bedo:ven, scheen het ten opzichte der steenbak- kerijslaven te hebben willen goedmaken, 't Ontwerp is werkelijk niet kwaad als 't nu maar wordt door gevoerd. Bij de Marine-begrooting heeft Staalman ook z'n mondje nog al geroerd. De bij de algemeene werkstaking zoo duidelijk op den voorgrond getreden groote ontevredenheid bij het marine-personeel is de hoofdschotel. Volgens de afgev. van Den Helder worden billijke verzoeken grillig ge weigerd., de krijgstucht wordt kleinzielig, peuterig toe gepast, een enkele willekeurige straf bederft soms de gansche toekomst van een mindere. Dezen hunkert er naar, den dienst te verlaten. De moraliteit is eenigs- zins verhoofd toch komen er altijd nieuwe beklaagden. Met alle middelen moest de geheelonthouding worden gesteund. Te Soerabaya stichtten matrozen daartoe een vereeniging. In de kantine vielen schandelijke tooneelen voor. Een verzoek, in beleefde termen gesteld, bezorgde den voorzitter der vereeniging straf, omdat de vereeni ging niet wettelijk was erkend. Is dat niet hoogst onoordeelkundig straffen? De minister echter houdt zich overtuigd, dat de marineautoriteit alle middelen tegen den drank zal steunen. Dit klinkt ironisch. Dit voorbeel 1 kan met tal van anderen worden ver menigvuldigd. Over het weren van bladen aan boord der oorlogs schepen zegt spr. o.m. .- Extra Tijding wo dt reeds sedert 15 jaar van de schepen geweerd, omdat het een kommandant kritiseerde, die zijn vrouw aan boord logeerde6 a 7 matrozen werden door haar als dienstmeisjes gebezigd, en de kommandant weigerde plaatselijke belasting te betalen. Sedert vermaken zich de officieren der marine met te zeggendie kraut is absoluut verboden. Nu men dit tegen spr. exploiteert, zou spr. den minister willen verzoeken kunt gij hier niet tusschenbeide komen. Ook de Standaard is in het Marinehospitaal te Willemsoord verboden, omdat zij een stuk opnam van den marine- matrozenbond. Spr. is dus in goed gezelschap. Na de christen-demokraat kwam de sociaal-demokraat voor den dag Hugenholtz heeft op die zitting, op dat moment zich van z'n schoonste en krachtigste zijde laten bezien z'n rede over de be- (neen, eigenlijk mis-) handeling van het marine-personeel, breed en ferm opgezet, ge staafd met feiten en cijfers, welke geen tegenspraak duldden, ze heeft niet nagelaten in alle kringen een diepen indruk te maken. Zelfs de Nieuwe Courant, toch werkelijk wel van alle socialistische smetten vrij, dito dito het Handelsblad erkennen de waarheid zijner woorden, erkennen de opgesomde misstanden. Het Han delsblad schrijft zelfs: Er was in dit en nog veel meer van wat de socialis tische afgevaardigde zeide, zeer veel dat iedereen kon onderschrijven, die niet zich vast wil klampen aan ver ouderde begrippen. Het kan niet anders of, zoo in 't leger als op de vloot, moet naar een anderen vorm van „tucht" gezocht worden dan is te vinden in de slaafsche gehoorzaamheid waarin de schepeling toch niet meer is te houden, al omringt men hem met reglementen en met straffen. Het gehalte, de mate van zelfbewustzijn van den schepeling is zeker anders geworden in de laatste tien of twintig jaren en voor die andere menschen is, zoo bij de marine als in het leger, een ander stelsel noodig van tucht. Hugenholtz betoogde dat het moreel gehalte der matrozen is gestegen; de ontevredenheid komt voort en wast door de wijze waarop de „tucht" wordt uit geoefend. Aan boord van de „Koningin-Regentes" te Tandjong Priok werd op een morgen gestaakt, omdat men oneetbaar voedsel kreeg. Het personeel ging niet aan het werk, vóór beloofd was, dat 's avonds beter voedsel zon worden verstrekt. Aan boord van de „Sommelsdijk" weigerde het per soneel bij guur weer de jekkers uit te trekken. Er werd strafparade gehouden; o.a. werd gestraft een man die lag in het Marinehospitaal. De voorlezing der straffen werd beantwoord met fluitentoen de com mandant een toespraak hierover hield, liep de beman ning weg. Over de „voeding" der Jantjes is ook nogal wat te vertellen. De minister berekent, dat in Indië de blik ken hoogstens 1 y3 jaar oud zijn. Zou de minister eens willen onderzoeken, of niet op de „Zeehond" blikken worden gebruikt van 1898? Aan spreker is medege deeld, dat soms blikken, b.v. van '94 worden over geplakt met een etiket van '98. Dit schijnt een booze verdachtmaking; doch op dit oogenblik schijnen in het magazijn te Willemsoord blikken met gedroogde aard appelen en uien voorhanden te zijn met etiketten December 1903. Zou de minister dit ook eens willen onderzoeken Dan kwamen de straffen aan de orde, waarvan spr. een aardige bloemlezing gaf. De bottelier Willemse is gestraft met drie dagen provoost, om een stukje waarin geen enkele oneer biedige uitdrukking voorkomt over een superieur. De stoker Cornelisse verdronk omdat hij op een zinkende prauw moest blijven, die door een sleepbootje werd getrokken. Willemse noemde hem een slachtoffer van zijn plicht, en kreeg 3 dagen provoost. Is hij gestraft om het kritiek oefenen? Om oneerbiedige kritiek? Om onjuiste kritiek? De minister schrijft: de prauw was niet lek, maar het kan wel zijn, dat in het boord enkele naden waren. Zoo is het: er waren groote naden in het boord, en bij eiken sckroefslag van het bootje sloeg het water in de prauw. De kommandant van de „Hol- laud" wist dit, en heeft roekeloos gehandeld met een menschenleven. Aan boord van „De Noord-Brabant" floten een paar jongens die in de cel zaten, hoewel het hun was ver boden. Zij werden overgebracht naar een ruimte waar de lucht zoo verpest was dat een van de jongens braakte. Men liet hem 24 dagen in zijn braaksel liggen. __Na B dagen werden de jongens ontslagentoen kregen zij nog eens 8 en 14 dagen provoost voor het fluiten in de cel, en daar in de cel geen ruimte was, werden zij opnieuw in het verpeste ruim opgesloten. Spr. vraagt Is dó,t humaan? De Hollander heeft 22 dagen p-ovoost gehad, Pieters 22 dagen, een dag vrij daarna, en 14 dagen provoost, terwijl het maximum provoost is 14 dagen. In 't slot zijner rede had Hugenholtz nog dit: De conduite-rapporten zijn geheim. Op een er van, van Mei 1903, staatzeer goed gedrag, zeer bekwaam, zeer geschikt, heeft sociaaldemokratische neigingen. Op een ander bestuurder van den Marine-matrozenbond, behept met soc dem. begrippen, liet in zijn gedrag niets merken, heeft een slechten invloed op het personeel. Op een derde liet zich merken als een ontevredene, heeft een verkeerden invloed, zeer goed matroos Zijn de kommandanten van onze oorlogsschepen zoo goed op de hoogte van de politiek? Het zou kunnen zijn, dat zoo'n matroos met anarchistische, of christen- de mokratische beginselen was behept. Worden ook zij die met antirevolutionaire beginselen zijn behept, ge signaleerd Of denken de kommandanten, dat juist de sociaaldemokratie de tucht ondermijnt Dan bewijst dat juist, dat zij de sociaaldemokratie niet kennen. Wy zyn niet tegen tuchtmaar wel zijn wij tegen deze tucht, die een vloek en een ramp is voor duizenden jonge mannen. Kolonel Van Rossum trouwens noemt ze volslagen onzin. Deze ziet in tucht het achterstellen van de persoonlijkheid ter wille van de gemeenschaplaat men de franje, de poppenkasterij toch opruimen. Doet men het niet, welnu, Duitschland heeft Dinsdag bewezen, dat wij, intens slechte menschen steeds meer invloed vinden, dat men ons wel buiten de gemeenschap des volks kan stellen, maar het volk stoort zich daar niet aan. Slaat men den matrozenbond den kop af een andere verrijst, gij zult niet in staat zijn, de organisatie te ver nietigen. Een klein weinig medewerken van de zijde der autoriteiten, en de bond zal blijken, een zegen voor de marine te zijn. Sedert de oprichting ervan is het aantal venerische ziekten met een vierde verminderd; de spaarzaamheid is toegenomen, het drankmisbruik is verminderd. Slechts door het verlaten van den ouden weg heeft de bond de autoriteiten wakker geschud. Verschillende zaken worden thans onderzocht. De offers zijn dus niet vergeefs gevallen Zal men echter thans weer denzelf den weg opgaan De Tweede Kamer-zitting van 19 Juni was wèl be langrijk. De heeren Van Vlijmen, Van Bijland, De Visser en Brummelkamp konden door hun bloempjes van eerbied minister Ellis den bitteren pil, welke Hugenholtz hem had doen slikken, niet ver goeden. Men houde er voortaan rekening mede, dat sociaal- demokraten in Tweede Kamer of Gemeenteraden niet schromen hun tanden te laten zien, waar dat noodig is. Een arbeider is nou eenmaal een werkbeest, dat zich niet te veel verbeelden mag, vooral niet als dat werk beest het voorrecht geniet branderij slaaf te zijn. Dan mot-i erg koest wezen dan komt geen morren en klagen te pas, d&n mot-i toonen z'n bevoorrechting waard te zijn. Doet-i dat niet dan behoort-i flink op z'n voorman te worden gezet. Gelukkig is er in iedere branderij dan een meestersknecht zijnde daartoe een bizonder geschikt instrument, verdient goed loon, werkt weinig, of liever hangt als flinke nietsnutter den luilak uit den ganschen dag dus heeft alle tijd anderen achter d'r baantje te zitten. Zoo'n personaadje is in een branderij eenvoudig onmisbaar. In de branderij van Gebrs. Menwhof had een der „onderhoorigen" de brutaliteit een ongeluk te durven krijgen. De rakker heet Gerrit Koogje. 't Was van dien aard dat-i niet werken kon en in de termen viel der Ongevallen-verzekering. Maar hij wordt beter en komt zoodra hij kan terug om z'n oude plaats weer in te nemen. Wat verbeeldde zoo'n kerel zich wel! Een ongeluk k'\jgen in dienst van z'n patroons. Thuis blijven en dan terugkomen? Neen, hoor, daar dacht de meester knecht wel anders over. „Ga jij maar door, Gerrit; ik heb .voor jou al een ander gevonden. Je begrijpt".... Ja, Gerrit begreep, 't Was niet moeilijk te begrijpen. Trots de uitkeering nog finantiëel verzwakt, was Gerrit werkeloos, waren vrouw en 9 kinderen broodeloos Dat beg-eep Gerrit wel... Die meesterknecht van Gebr. Nieuwhof is toch zoo'n „kwaie" nog niet. D'r zijn 'r misschien altijd nog wel beroerder maan de man moet ons toch eens komen vertellen, of-i er wel eens wat van gemerkt heeft, dat-i op de plaats waar 'n ander een hart heeft, een keisteen schijnt te dragen. Arme Gerrit Gerrit heeft nog meer begrepen. Trekkende nog van de rijks-verzekeringsbank ontving hij in een week z'n uitkeering, waaraan echter een daggeld was gekort. Op z'n reclame antwoordde de betrokken inspectie, dat in die week de Hemelvaartsdag gevallen was, welke, zooals andere algemeene christelijke feestdagen, niet wordt uitbetaald. Dit is een zeer verstandige zet, die de ongevallen wet-fabrikanten alle eer aandoet. Op die manier brengt iedere christelijke feestdag voor den verongelukten arbeider aangename gewaarwordingen met zich en de dag zelve wordt geheiligd door.... vasten. Aardig verzonnen II. (Slot). De groote nadeelige gevolgen van het drankgebruik door kinderen, liggen zoo voor de' hand, zijn zoo af schrikwekkend, dat het verbazing moet wekken, dat er nog tal van ouders gevonden worden die er volstrekt geen kwaad inzien hun kinderen alcohol te laten ge bruiken. Leerrijk zijn de stellingen, die het meerge noemd rapport van de Propaganeaclub voor Drankbe strijding mededeelt en waarvan we enkele, om het hooge belang der zaak, ook onder de oogen onzer lezers brengen. Voortdurend zijn hier de onderwijzers aan het woord. Twee tapperskinderen, die dagelijks sterken drank krijgen, behooren tot de slechtste leerlingen. Ze zijn dof en slaperig. Een jongen die dolveel van paarden hield en iederen Zondag palfreniersdiensten verrichtte, waarbij hij meer malen een fooi en een borrel opdeed, was 's Maandags altijd suf en viel dan vaak in slaap. Erg bij de hand was hij wel nooit, maar het verschil met de andere dagen was toch opvallend. Een mijner allerbeste leerlingen, aan wier werk schier nooit iets haperde, maakte op een middag van al haar schriftelijk werk nagenoeg niets goed. 's Morgens was alles in orde geweest. Bij mijn onderzoek naar de oor zaken bleek, dat het meisje bij een jarige tante advocaat had gedronken. Bij mijn vorige leerlingen was er één, een meisje, dat den dag na Nieuwjaar, toen zij bij ééne grootmoeder

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1903 | | pagina 3