Verzuimt geen enkele Cursusvergadering!
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Duitschland. 21 October is voor onze Dnitsche
broeders 'n belangrijke dag. Dan wordt herdacht hoe
(nn juist een kwart-eeuw geleden) het starre behoud,
dat geen vooruitgang dulden kon, eenmaal, verper
soonlijkt in 'n staal-mensch, in een dwingeland, die met
brusk geweld al wat hem in den weg kwam, trachtte
te verpletteren, die z'n lompen poot dreunend néér-
dofte op al wat zich tegen hem verhief met ijzeren
vuist alles worgde wat hem 'n walg was, 'n stap deed,
van zóó immoreel gehalte, van zóó'n vloekwaardig ka
rakter getuigende, dat zeker toenmaals een volslagen
idioot nog niet zon hebben geloofd, dat Duitschland
mede stond „aan den spits der beschaving."
Op 21 October 1878 werd de Socialistenwet afge
kondigd, werd het misdaad verklaard te behooren tot
de Sociaaldemokratie, werd een beginsel dat in honderd
duizend hoofden en harten wortel geschoten had, bij de
wet vernietigd verklaard.
Nadat tweemaal op den keizer een aanslag was ge
pleegd (door Max Hödel op 11 Mei 1878 en door dr.
Karl Nobiling op 2 Juni 1878, geen van beiden echter
sociaaldemocraten) wist Bismarck den Rijksdag, welke
hem weerstreefde, naar huis te jagen en onder een
terrorisme van hoogerhand, waarbij het tegenwoordig
in omloop zijnd Nederlandsch fabrikaat nog maar
kindei we' k is, werden de vooruitstrevende partijen ver
slagen en verkreeg de reactie de overhand.
18 Augustus reeds diende Bismarck een wetsontwerp
in, genaamd „Wet tegen het voor de gemeenschap ge
vaarlijke streven der Sociaaldemocratie". In deze wet
werden verboden „alle vereenigingen, vergaderingen of
„geschriften, waarin sociaaldemokratische, socialistische
„of kommunistische, op de omverwerping der bestaande
„maatschappelijke of staatsorde gerichte bedoelingen,
„op eene den openbaren vrede, in 't bizonder de een
dracht der bevolkingsklassen bedreigende wijze, aan
„den dag treden
Deze geschriften, vereenigingen enz. kon men ver
bieden of ontbinden. Tegen de personen die eraan mede-
deden had men een geweldige lijst van straffen, waar
onder het verbod van verblijf, ook zonder dat men zich
aan eenige wetsovertreding had schuldig gemaakt. De
Rijksdag nam deze wet reeds op 19 Oktober in derde
lezing aan en op 21 Oktober werd ze afgekondigd.
En 12 jaar lang heeft ze bestaan zij het de
laatste jaren ook niet meer zóó streng gehandhaafd als
in 't begin van haar bestaan. Zeker, de socialistische
beweging is nimmer zóó in omvang toegenomen als
juist onder het berucht wetten-product van den „kan
selier van ijzer en staal", doch het Duitsche proleta
riaat heeft een lijdensgeschiedenis doorgemaakt, welks
herinnering ons met weemoed, doch tevens mettrotsch,
met blijder hoop vervult geweldig, overdonderend
bewijs tegen 't gezwoeg en pieterig gedoe van reaktie,
van de bezielende, warmte-doorstralende kracht van het
socialisme, hel-blinkend in reinheid, niet te besmetten
door 't moddergegooi van 't conservatisme.
Ten volle was ook hier het bloed der martelaren het
zaad der kerk. Zwaar was het lijden onzer Duitsche
kameraden, uit alle steden verbannen en overal als
„schurftig" gesignaleerd, overgeleverd aan de allergroot
ste ellende
Trouw herdenken de sociaal-demokraten de helden,
die trots alles trouw bleven aan de heilige zaak de
helden, die door hun ljjden de nakomelingen den weg
baanden.
En als daar Singer, nevens de duizenden bekende en
onbekende strijders, die zware offers brachten, in 't
bizonder de drie partijgenooten herdacht, die zich in een
kouden winternacht, vervolgd door de politie, op het ijs
waagden, om hunne geschriften in veiligheid te brengen
en daarbij den dood vonden als daar de grijze
Motteler (na zijn verbanning voor het eerst weer te
Berlijn optredend) een schets gaf van de voortreffelijke
organisatie, waarmede hij in die dagen als „de roode
postmeester" van Zurich uit het partij-orgaan over gansch
Duitschland deed binnensmokkelen als daar Bebel,
na een blik op de geschiedenis der partij, op aangrijpende
wijze schilderde, hoe honderden gehuwden verbannen en
van hun brood beroofd waren dan herleefde voor de
strijders van thans het heldentijdvak der partij. Dan
konden zij, die in de gemakkelijker dagen tot de bewe
ging zijn toegetreden, eens voelen, welk hoog en heilig
ideaal zij nastreeft; tot welke groote daden dat hen
aanvuurt, die om niets anders dan om „de zaak" in de
gelederen zijn getreden
Blijve de beproevingen ons bespaard, doch zoo niet,
moge diezelfde moed en kracht ons bezielen, om alles,
zelfs de afschuwelijkste vervolgingen, de uitvindingen
der moderne folterkunst, die geen andere middelen bezigt
dan hongerzweep en gevangenis, dat alles te doorstaan
en te dragen als eenmaal onze Duitsche geestverwanten!
België. Hier is altijd nog in zwang een zéér eigen
aardige soort kieswet. Werkelijk een pracht-exemplaar,
de bourgeois-partijen althans alle gelegenheid gevend
den arbeiders te kloppen. Met een beetje gauwigheid is
veel te bereiken. De arbeiders worden ietwat te laag
aangeslagen in de belasting men doet ze een keer
verhuizen en troggeld alzoo de bezitters van twee
stemmen er eentje af. Maar met de méér-stemmige
kiezers gaat dat niet zoo gemakkelijk zie maar:
Sinds 1899 waren in de voorstad van Brussel, St. Gilles
vermeerderd
de 1-stemmige kiezers met 159 stemmen
2- 260
3- 261
4- 848
Ziehier de weg tot onthulling van het groote probleem,
die onuitmelkbare nieuwskoe onzer burgerpers: „hoede
soc. dem. in België klop kregen
Frankrijk. Ofschoon de beweging niet meer den
omvang heeft als ze in 't begin aannam, is het toch in
't Noorden nog niet in orde. Maar van lieverlede
raakt de algemeene opinie geheel ten gunste van de
stakers. Er blijkt een verschrikkelijke ellende te wor
den geleden door die fabriekslaven. De patroons
houden er een uitbuitingssysteem op na, waarnaar onze
Hollandsche uitzuigers lekkebaarden. 6 a 7 gulden zijn
de gewone loonen en de liefdadigheid moet overal
bijspringen. Te Armentières zijn van de circa 6000
arbeidersgezinnen niet minder dan 1200 bedeelden
In een rede zeide de burgemeester van Houpplines,
Sohier, onder applaus het volgende
„Het Parijsche orgaan van de confederatie van
den arbeid," de anarchistische Voix du Peuple, doet
alsof zij alleen de arbeiders verdedigt, en het doet
ons 't grootste nadeel. Ik protesteer er namens het
stakingscomité ten sterkste tegen. Het heeft mede
gedeeld dat de stakers zich approviandeerden door
winkels en banken en fabrieken te plunderen.
„Het is wel eigenaardigdit ultra-revolutionaire
blad vertelt van de stakers dezelfde kwaadaardige
onzin die wij in de klerikale Gazette d'Armentières
hebben kunnen lezen."
In de Kamer heeft Delory, de afgevaardigde van
Lille, krachtig geprotesteerd tegen deze leugenpraat
der reaktionairen, als zouden de stakers geplunderd
hebben.
De gematigde houding der regeering, die ook bij
deze beweging bloedvergitten heeft weten te voor
komen, waar de troepen in dit opzicht strenge kon-
signes verkregen haddeu, heeft de socialisten tot steun
van deze regeering gebracht. Met een meerderheid van
99 stemmen (332 tegen 233) werd de houding der
regeering goedgekeurd, en Combes op z'n plaats be
vestigd.
Omtrent Baflo's burgervader, waarvan wij in ons
vorig no. 't een en ander meedeelden, en de gespannen
toestand tusschen dit heer en z'n gemeentenaren, meldde
het Handelsblad nog 't volgende
De raad weigerde met algemeene stemmen de be
grooting in behandeling te nemen.
Het voorstel van den burgemeester om B en W.
te machtigen een rechtsvordering in te stellen tegen
den ontslagen gemeente-ontvanger, werd eveneens met
algemeene stemmen verworpen.
Met algemeene stemmen werd een vroeger raads
besluit in dien zin gewijzigd dat de raadscommissie,
die een onderzoek naar het financieel beheer zal
instellen dit geheel buiten B. eu W. zal doen.
Aan het slot der vergadering las de burgemeester
een rede, waarin hij betoogde dat hij misleid was.
Hij wilde op hooger bevel het heft in handen
houden en wilde de bovengenoemde commissie den
bijstand van den secretaris alleen vergunnen als hij
er ook bij mocht zijn, wegens de familie-betrekkingen
van den Secretaris tot den ontslagen gemeente
ontvanger.
Geheel het dagelijksch bestuu.' zou men zoo zeggen,
is een prachtvolle combinatie geweest!
„Er zal meer vreugde zijn over één zondaar, die
zich bekeert..."
Als je zondaartje gespeeld hebt en berouw toonen
wilt, is dit tegenwoordig 'n zéér voordeelig zaakje, „De
vreugde" toont zich dan met het o p je hoofd doen
neerdalen van een of ander baantje, vetter dan je
tegenwoordig. Onze huidige christelijke regeering al
thans doet wél degenen die eenmaal haar haatten, doet
als de verloren zoon berouwvol wederkeeren. Ze be
zorgt alle diegenen tegelijk 'n plaatsje in „Abraham's"
schoot.
Een voorbeeld ervan gaf vorige week Het Vaderland
in 't volgend bericht
„Dezer dagen werd tot burgemeester van Woudri-
chem benoemd de heer P. Verhagen te Hardingsveld,
voor eenige jaren hoofd eener openbare school aldaar,
doch wegens zijn socialistische meeningen als zoodanig
ontslagen. Hij was daarna lid van den gemeenteraad
aldaar en is bekend om zijn bemoeiingen in zake het
weigeren door de landbouwers in de Langstraat van
de tienden, waarover hij indertijd voordrachten hield
te Sprang en omstreken. Later werd hij tijdelijk hoofd
eener bijzonder christelijke school te Zetten en thans
is hij als zoodanig aan een dergelijke school werk
zaam te Hardingsveld, waar hij tevens de functie van
praktizijn uitoefent, en waarin hij zich belast met de
behandeling van zaken, die weinig met het burge
meestersambt overeenkomen."
Deze week nu is de heer Verhagen reeds geïnstal
leerd in z'n nieuwe betrekking en in z'n maiden-speech
kwam o. m. voor, dat-i hoopte onder Gods zegen werk
zaam te mogen zijn tot heil van gemeente en 't
lieve vaderland trouw hoopte te blijven aan de
overheid en natuurlijk aan de koningin
't Wil ons vo rkomen dat de regeering zéér goed
doet zulke individuen burgemeester te maken. Huiche
laars kweekt ze er niet door want we gelooven
graag dat de heer Verhagen meent wat-i zegt. Waarom
niet
We hebben wel 'ns hooren zeggen, dat men bij ge
brek aan zwaartekracht omhoog vallen kan. Of 't hier
zoo'n geval is
Een Hagenaar, aan den ongeloovigen kant, wilde zich
niet wijs laten maken, dat het huis van den premier Kuyper
dag en nacht door de politie bewaakt werd. In ons
Haagsch partijblad Vooruit vertelt hij te zijn gaan kijken
in de Kanaalstraat, en werkelijk 'n diender te hebben
zien schilderen voor 't bewuste huis, die 'm vertelde
dat in den stakingstijd de post was ingesteld en nog
altijd maar niet opgeheven. Dag en nacht wordt 't huis
bewaakt.
Da's nou de praktijk vangeen muschje valt van 't
dak enz., de haren uws hoofds zijn geteld, wien God
behoed, is wél behoed enz. enz., alles wat dies mèer zij
Recht door Zee meldt
Bij de firma Van Heek te Twenthe in de Oude
Weverij heeft weer een loonaftrek plaats gehad. Wel
heeft de firma doen voorkomen alsof ze door het
aanbrengen van wat kleiuere poelie's het nadeel daar
van voor den arbeider wilde voorkomen, doch de
arbeiders bemerken wel dat ze daarvan niet het
minste voordeel hebben.
De patroon waar men er mede over sprak, deed
uitkomen dat het daarbij nog wel niet zou blijven.
De aftrek bedraagt 1 en 2 cent per stuk.
Hallo, h. h. Talma, Staalman, Visser en consorten
wie zijn de oproermakers? Waarachtig, ordebonden voor
de arbeiders zijn dringend noodig!
In het Nieuws van den Dag kwam de volgende
advertentie voor:
„Voor een inspecteur en 2 rechercheurs van politie
te Rotterdam worden betrekkingen gezocht, die even
veel geven als hun tegenwoordige, welke zij tegen
hun geweten moeten blijven vervullen, „omdat ze
toch vreten moeten."
„Aanbiedingen fr. aanRotterdam."
Als 't er op aan komt zullen honderden politie-agenten
en inspecteurs met hen zijn, die wel voor minder ook
van betrekking willen veranderen, 't Is te begrijpen
dat 'n eerlijk karakter walgt van de diensten als men-
schenvanger van hem vaak gevergd.
De kameroverzichtschrijver van de Middelb. Cl. schrijft
aan den minister van Waterstaat De Marez Oyens:
De meeste eigenschappen, die een minister moet be
zitten, wil hij als zoodanig een dragelijk figuur maken,
mist hij ten eenemale. Daarentegen gelooven wij, dat
hij in een andere rol uitmuntend zou voldoen. Wij
kruinen ons bijv. en het is ook door anderen opge
merkt zeer goed indenken, hoe hij als rederijker
ongetwijfeld lauweren zou inoogsten. Vandaag nog werd
er door den heer Troelstra op gezinspeeld.
De rijmpjes, die de minister in zijn redevoeringen
dikwijls inlascht, worden onberispelijk voorgedragen.
Tot zelfs de mimiek, die bij dr. Kuyper bijv. veel te
wenschen over laat, wordt er niet bij vergeten. Zoo'n
woordje van Vondel, van Beets of van de Genestet
illustreert en ondersteund dan het „argument," en „doet"
dan werkelijk niet onaardig. Maar in een ministerieele
redevoering over een of ander zeer droog en materieel
onderwerp zijn die voortdurende herinneringen aan de
schoone letteren wel een beetje mal.
Toch schijnt de minister juist in die aanhalingen een
waar genoegen te scheppen. Zijn talent van „voor
dragen" blijkt hem steeds te machtig. Of hij wil of
4 November in „Constantia."