Schiedamsche Bestuurdershond. Vlaardingsche IJzerkoekjes. Ylaardingen. tracht te onthouden. Waar dus verdiend werd, vervalt het argument van niet kunnen. Maar ze willen niet! In het vorige jaar op eene vergadering, waar de Besturen en de Eigenaars van de verschillende molens tegenwoordig waren, heb ik voorgesteld om de billoonen te herstellenom een uniformloon vast te stellen voor alle Molenaars gelijk, omdat de behoeiten van het huisgezin van den arbeider niet afhangt van meer ot minder werk, dat hij ve richt; om vooral niet te concurreeren met het loon van den arbeid. Niet een was daarvoor te vinden. En men gaf „Nederland" de schuld! En men zoude verlangen dat ik zweeg, zooals die vergadering dat wildeAan alle geduld komt een einde. Ik, die zeli in vroegere dagen naar een passend bilsel heb gezocht, die zelf op de steenen heb lig gen hakken en kerven dagen lang, erken uw goed recht, h b voor u gesproken en heb betaald, zooals men voor dat werk van mij vroeg. Maar niet alleen wordt U het loon onthouden. Sedert jaren werd mij de rente onthouden van mijn geld, waarmede zij hun zaken drijven. Maar juist zulke zaken geven moed in den strijd. Het niet betaalde loon van den arbeider schreit om wraak ten hemel, het geld dat een ander toekomt, brengt de vergeldende straf met zich. Voor zulk bedrijf staat het „Mene, Theke' geschreven op de blad zijden der boeken, op de wanden der fabrieken. Welnu, Molenaars. Wanneer na enkele dagen de „Nederland" weder meel zal malen, zal ik weder de eerste zijn om het billoon te betalen, onver schillig of dit werk in „den tijd van den molen" of daarbuiten geschieden zal, mits na eenigen tijd dit algemeen worde. Dit nu hangt af van U-zelven. Maar dan ook, wanneer ik genoodzaakt mocht worden, door de dit loon niet betalende concurrentie dit eveneens af te schaffen, zal het'uwe schuld zijn, wanneer mijn werklieden den arbeid vervloe ken zullen, die zij door uwe schuld onvruchtbaar voor hunne huisgezinnen moeten uitvoeren. Niet „Nederland", maar gij-zelven beslist. Dankend voor de plaatsruimte, met hoogachting, J. A. M. Jansen. Wij zullen zeker wel niet alleen staan in onze ver bazing over deze op-en-top prozaïsche ontboezeming van den heer J. A. M. Jansen, eigenaar van den stoom- molen „Nederland". Meneer houdt zich waarachtig voor een model-patroonWelnu, zij, die het onschatbaar ge noegen hebben zich zijn ondergeschikten te noemen, zullen daar wel anders over denken. „Het niet betaalde loon van den arbeider schreit om wraak ten hemel, het geld dat een ander toekomt brengt de vergeldende straf met zich...." 't Is bepaald komiek z;o'n bewering te zien neerge schreven door den heer J. A. M. Jansen. De man denkt zeker, dat men hier niet weet wie men voor heeft. Neen, neen, papa, uwes is wezenlijk abuisDe vraag is, of er niet veel oorzaak was, dat schijnbaar het „Mene Theke" op de wanden van de „Nederland" ook geschreven stond en nog wel met vlammende letters. Want 'sheeren Jansen's Nederland" is wezenlijk nooit een lusthof geweest. Laten daar de molenaars maar eens over spreken De vergadering, door den Schied Bestuurdersbond, de vorige week gehouden ter bespreking van De Arbeidswet, had beter bezocht kunnen zijn. Lang niet alle leden der aangesloten vereenigingen waren present. Al moge 't nu waar zijn, dat het onderwerp minder aantrekkelijk is, de arbeiders hebben er het hoogste belang bij te weten, op welke wijze de regeering zich met hen bemoeit, zij hebben kennis te nemen van de wetten, die ont worpen worden, die droge, saaie, vervelende dingen, doch waaronder zij leven moeten, 't Gaat niet aan te zeggenwat kan mij die -rommel bommen, ik bemoei me er niet mee goeie vrind, de wetgeving bemoeit zich met u en als ge straks de knellende banden voelt, als ge u belemmert voelt in uw bewegingen, dan zal 't u wèl wat kunnen „bommen." Dr. Van Leeuwen gaf een kritische algemeene be schouwing der Arbeidswet, er op wijzende, hoe weinig het ontwerp zelfs aan matige eischen van arbeidswet geving voldoet. Er ware van dit kabinet iets anders te verwachten geweest, maar 't ontwerp heeft zelfs niets oorspronkelijks, 't ls saamgeraapt uit Arbeidswet en Veiligheidswet, en 't eenige oorspronkelijke artikel dat spr. erin heeft kunnen vinden is, dat in werkplaatsen, waarin meer dan 'vijftig menschen werkzaam zijn, de deuren naar buiten moeten openslaan. Dit is een vinding van Dr. Kuyper zelf. In tegenstelling met den liberalen minister Lely, die 'n arbeidsdag van 10 uur invoeren wilde, geeft de minister der kleine luyden 'n arbeidsdag van 11 uur, plusnog verschillende uitzonderingen, dat 't wat langer kan worden ook. Terloops wijst spr. op de bepalingen, die er in voor komende, speciaal of mede van Schiedam's belang branderijen, bakkerijen, drukkerijen en fabrieken als „Apollo" betreffende. In bijzonderheden treedt hij daar over echter niet hij zal het desbetreffende in De Moker behandelen. Spr. vertrouwt, dat alle aanwezigen deze wel lezen. Aan 't eind der vergadering werden enkele vragen gesteld, en door den spreker beantwoord. Een collecte tot dekking van de kosten der vergade ring bracht f 1.65 op. Pik: Goeien avond por, hoe is 'ter mee? Por: O, lekker hoor! hoe is 't met jouw. Pik: Met mij Kedin! maar hoe staat het met het zaakje van de ontslagen kuipersgezellen van Goof Hoogerwerf? Por: Gaat zitten, dan zal ik je 'teen en ander meedeelen; doch voor ik dat doe, moet er toch iets van mijn hart, dat mij dwars zit. Pik: Dat je dwars zit? wat bedoel je! PorLuister. Zooals je weet vroeg je me verleden week, of die ontslagen kuipersgezellen een snoepreisje gemaakt hadden naar Antwerpen, bij de liebe fraulein. Pik: Ja, welnou, zit je dat dwars? Por: Neen, dat niet, maar wat mij wel dwa.is zit, of liever wat ik zoo treurig vind, is dat de menschen nog zoo slecht lezen kunnen, want laat ik je nou even zeggen, dat de menschen in hunne onbenul ligheid zoo ver gaan, dat zij denken dat daar mee bedoeld werd den heer Goof Hoogerwerf, en ot dat nog niet erg genoeg is, spinnen zij dat zaakje zoo ver uit, dat zij zelfs namen van personen noemen die hem daar gesnapt hebben, ja, nog ergerZij noemen den naam van die bewuste inrichting!!! Pik: Maar dat vind ik brutaal! Dom brutaal! Ja, het begint wel iets weg te krijgen van eerrooverij Por: Juist, en dat is het nou, wat mij dwars zit, je zou eigenlijk wel bang worden, om een woord te zeggen, en.... geloof mij, waarde Pik, de menschen ge- looven eerder het kwade dan het goede. PikLaat ik je zeggen, geachte Por, dat ik er heusch geen bedoeling mee had. 't Was zoo maar iets, dat in mijn hart opkwam, en dan.... wie zou zoo'n Christelijke man als Goof Hoogerwerf verdenken, dat hij in dergelijke inrichtingen zou gaan. 'tls te gek om los te loopen! Por: Luister dan. Zooals je weet, zijn die twee gezellen plotseling ontslagen, doch wat daar vooraf ging, deel ik u nu mede. Den dag te voren werd door broeder Goof aan zeker iemand gevraagd, of hij kans zag twee gezellen voor hem op te zoeken want het personeel moest uitgebreid worden. Het geluk diende, dat er twee menschen te vinden waren, en reeds denzelfden avond ging een der aange- nomenen naar 't kantoor van broeder Goof, en wat trof dat mooi't was ook een christen, precies als - Goof! Gesneden uit één stuk hout zou'k haast zeggen. Daar kwam de christelijke tong van broeder Goof los, enkwam ook de onchristelijke aap uit den mouw, want, zoo redeneerde hij, er is zoo'n revolutie-geest onder mijn personeel, en om dit waar te maken, dreet hij, zocaïs wij weten, den volgenden morgen twee revo lutie-geesten de werkplaats uit! Al spoedig waren de vereenigingen in de weer om den nieuwen aangenomen gezel van zijn besluit terug te brengen, en..., schrik asjeblieft niet, ook de Christelijke kuipersvereeniging kwam in actie, omdat juist de nieuwe gezel een lid was van hunne organi satie, en aanvankelijk scheen het, ot zij ook op den goeden weg waren, want. het gelukte met de anderen den pas aangenomen Christen-gezel van zijn besluit af te brengen, maar helaas, het duurde maar kort, en deze week hebben wij het zien gebeuren, dat de gezel toch bij broeder Goof gaat werken, alzoo onderkruipers- diensten verricht, en is deze houding deze week goed gekeurd door de Christelijke? Kuipersgezellenvereeniging alhier. Arbeiders, neem er nota van en houdt het in de gaten PikMaar „Wij streven naar verbetering", hoe heeft die zich gehouden Por: Kranig! kranig! zij hebben de vorige week besloten, wanneer het andere slachtoffer (een lid van hen) geen werk kon krijgen, dat zij hem dan financieel zouden steunen, wat zeg ik, onderhouden met z'n gezin, hoe vindt je dat. Pik: Kerel! kerel! ik sta er verstomd van, maar overdrijf je nou niet 'n beetje. Por: Overdrijven?! luister, zij besloten de vorige week dit slachtoffer te steunen met f 15.zegge vijf tien gulden per week, oi' zij zouden hem voor rekening van de Vereeniging fusten laten maken. Pik Wel nou, is 'dat gebeurd PorNeen, het behoefde niet meer, want deze gezel en ook de andere zijn weer onder dak gebracht, en is dat zaakje zoover weer opgelost. Pik: Maar Por, ging dat zoo gemakkelijk voor hen, om maar weer werk te krijgen. Por: Jongen neen, en daar zal ik je een staaltje van meedeelen. Een dei' slachtoffers komt bij den voorzitter van de kuiperspatroonsvereeniging „V(Z)akbelang" den Christenpatroori Arie C. van den Berg, vraagt om werk, en wat denkt, ge dat deze Christen zegt met zijn vervaarlijken basstem?! Al had ik nog zooveel plaats voor je en al wou je voor half loon wer.ken, bij mij komt je niet, begrepen?.... PikMaar hoe Is 't mogelijk van zoo'n man, die de kerk plat looptweet hij dan niet, wat er staat in het tweede gebod, over de naastenliefde, begrijpt hij niet bet schrijnende leed van vrouw en kinderen, wanneer daar de man zonder werk, dus zonder verdienste thuis komt Ofdoet hij als zoo velen, zich noemende christe nen, en laat hij het alleen maar bij ter kerke te gaan, en leeft hij met z'n christendom als met z'n Zondagsche kleeren, dat is, Zondagmorgen aantrekken, en Zondag avond uittrekken en dan voor een geheele week opbergen Por: Ik geloof dat jij de spijker op z'n kop slaat, waarde pik, en ik wil ook mijn meening nog eens zeggen over die man, en dat is deze Wanneer er optochtje gespeeld moet worden, dan is vriend Arie in z'n nopjes, en dan houdt hij zielsveel van de gezellen, en dat moet ik ook zeggen, dan houden ook veel menschen van hem, omdat.... hij zich in die Oranjedagen voor Hansworst laat gebruiken Pik. En nu pas wil ik een conclusie maken, en dat is deze. De kuipersgezellenvereeniging „Wij streven naar Verbetering", heeft getoond, dat zij er is, zij heeft begrepen, waar het om gaat, zij heeft laten zien dat Toontje Solidair niet dood is. Daar tegenover maakt een droevig figuur de Christe lijke Kuipersvereeniging, en heeft die bewezen in laatste instantie, dat zij het belang der gezellen niet hoog kunnen houden, als zij komen te staan tegenover een christelijk? patroon! Dit in 't bizonder, en nu mijn oordeel in 't algemeen „over Christelijke huichelaars, dat is, dat men eiken dag weer teleurgesteld wordt door hunne onchristelijke daden, en ik geef den welgemeenden raad aan alle helder en weidenkenden; wanneer gij met hen te doen krijgt, schaft u dan aan een waschborstel, een stuk perfectionzeep, boent ze af, maarzorgt, dat gij de huid niet kwetst, want daaronder is het niet pluis, en loopt gij ook de kans besmet te worden. Por: Hé! hé wat draaft je nou door, je wilt ze toch niet mishandelen, hoop ik PikWel kerel, begrijpt je me nou niet, ik bedoel het in figuurlijken zin; ik wil daarmee zeggen: de schrijfpen is de wachborsfel, en de inkt is de zeep, en het papier is de handdoek waarmee men ze afdroogt. Por: Zeg jo, het is laat geworden, willen wij eindigen? Ja? Nou tot de volgende week, slaap lekkerX. Goed nieuws. Wij genieten tegenwoordig het groote voorrecht, dat aan onze stukjes, door De Goedkoope Vlaardingsche Courant, eenige aandacht wordt geschonken. Wij ver- zekereu haarwe zijn er zeer gevoelig voor. Niets is streelender, nietwaar lezers en lezeressen, dan wanneer men ziet, dat van z'n werk notitie wordt genomen, te meer, als men zich bewust is, niet de minste onder de broederen te zijn. En heusch, al zeg ik het zelf, ik sta m'n man. Goed nieuws. Weet ge waarom lezers? Omdat naar onze bescheiden meening hieruit blijkt, dat men het noodig gaat oordeelen ons te bestrijden, om tegen het gif, dat wij den eenvoudigen van harte toedienen, een tegengif te bereiden. Daar komt dan nog dit bij, dat, waar korten tijd geleden de verkoop van De Moker nu juist niet schitterend was te noemen, we tegenwoordig heusch geen klagen hebben verkoop en abonnementen tal zijn steeds stijgende. En waar dit gif dan door zooveie lezers wordt opgenomen, daar spreekt het van zelf, dat De Vlaardinger met ons in 't krijt treedt. Het is voor ons een bewijs, dat we „gevaarlijk" wor den, m. a. w. we groeien Eu omdat deze erkentenis in een en ander ligt op gesloten, meenden we te mogen schrijven van „goed nieuws." Wij kunnen dan ook met Dr. Kuyper zeggen ,,'t gaat goed zoo." Zoo komt dan in het nummer van De Goedkoope van j. 1. Zaterdag een stukje voor, waar boven geplaatst is „Te persoonlijk", 't Heeft betrekking op den heer Van Wingerden, naar aanleiding van het debat tnsschen hem en Melchers gevoerd, en de redaktie is van meening, dat wij den heer Van Wingerden een weinigje te kras hebben aangevat. Zoo op het eerste gezicht schijnt dit wel zoo, doch de vraag mag gesteld wordenheeft hij het verdiend, ja of neen Want ziet, als men, gelijk wij den heer Van Winger den reeds een paar malen hebben hooren debatteeren, dan merkt men op, dat hij om de kaars heen draait. Trouwens ook De Goedkoope erkent dit in haar samenspraak tusschen vader en zoon, waarin de laatste ook als zijn oordeel te kennen geeft dat Van Wingerden niet op het betoog van Melchers inging. En nu lag er deze les in opgesloten Men ziet wel eens, dat een groote hond door een aantal kleintjes wordt lastig gevallen en het dan ook geruimen tijd, toelaat dat ze met hem sollen,maar ze moeten niet valsch gaan worden, dan hebben ze 't verkorven en gaat hij van zich afbijten, en die kleine rakkers komen dan slecht van de kermis thuis, dus, ze moeten niet vervelend worden. Nu willen wij met het woord vervelend niet zeggen,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1904 | | pagina 3